Subsidieregeling Funderingsonderzoek, Gemeente Arnhem, 2024-2026

1. Op grond van artikel 3 van de ASV kan het college aanvragers voor een funderingsonderzoek, met inachtneming van deze regeling, eenmalig een subsidie verstrekken.

2. Alleen die activiteiten waarvoor niet al een gemeentelijke, provinciale of rijkssubsidie wordt of is verstrekt, komen in aanmerking voor subsidiëring op grond van deze regeling.

3. Alleen de kosten door een onderzoeksbureau op de erkenningsregeling van het KCAF ( www.kcaf.nl) komen in aanmerking voor subsidie

4. Alleen de kosten die in redelijkheid, naar oordeel van de gemeente, direct verband houden met funderingsonderzoek komen voor subsidie in aanmerking.

5. Kosten voor bodemsanering, in geval van (grootschalige) bodemverontreiniging, komen niet voor subsidiering in aanmerking.

1. De subsidie kan worden aangevraagd door een eigenaar-bewoner van de woning waar het funderingsonderzoek betrekking op heeft.

2. Bij een gezamenlijk funderingsonderzoek mag bij 1 of meer woningen waar het onderzoek betrekking op heeft sprake zijn van commerciële verhuur mits:

• a.

  de hoofdaanvrager een eigenaar/bewoner is

• b.

  de woning waarbij sprake is van commercieel verhuur onderdeel uitmaakt van dezelfde bouwkundige eenheid als waar de woning van de hoofdaanvrager toe behoort.

1. De aanvraag dient voor de te maken subsidiabele kosten zoals bedoeld in artikel 3 bij het college te worden ingediend.

2. De aanvragen worden beoordeeld op volgorde van binnenkomst van de volledige aanvraag, hierbij is het moment van digitale ontvangst door de gemeente bepalend.

3. De aanvrager maakt bij de indiening van de aanvraag gebruik van de toelichting en het digitale invulformulier op de website van de gemeente.

4. Bij de aanvraag wordt een offerte overgelegd die voldoende inzicht geeft in:

• a.

  wat de aanvrager precies gaat of laat doen aan onderzoek naar de fundering;

• b.

  als er sprake is van gezamenlijk onderzoek, met wie dat wordt gedaan en voor welke adressen, met behulp van het formulier ‘Ondertekening groepsaanvraag funderingsonderzoek’. Bij gezamenlijk onderzoek dient de hoofdaanvrager eigenaar-bewoner te zijn.

• c.

  waar activiteiten worden uitgevoerd; adres(sen), locatie;

• d.

  Hoe het onderzoek wordt uitgevoerd, de aanpak inclusief het aantal benodigde inspectieputten en de adressen van de bouwkundige eenheid waar onderzoek wordt gedaan

• e.

  de totale kosten per inspectieput.

• f.

  welke kosten aan de verschillende onderdelen van de maatregel(en) zijn verbonden, onderbouwd met een offerte.

• g.

  Bij fase 2 onderzoek moet worden aangetoond met het inspectierapport van fase 1 dat het noodzakelijk is om binnen de bouwkundige eenheid vervolgonderzoek uit te voeren.

5. Binnen uiterlijk 6 weken na indiening van de aanvraag besluit het college. Binnen uiterlijk 2 weken na het besluit verzendt het college de beschikking.

1. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 90% van de daadwerkelijk gemaakte kosten voor fase 2 met een maximum van 3.800 euro per inspectieput bij individueel onderzoek

2. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 90% van de daadwerkelijk gemaakte kosten voor fase 2 met een maximum van 4.000 euro per inspectieput indien eigenaren van meerdere woningen binnen een bouwkundige eenheid gezamenlijk onderzoek laten uitvoeren.

3. Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 90% van de daadwerkelijk gemaakte kosten voor fase 2 met een maximum van 3.900 euro per inspectieput indien eigenaren van meerdere woningen buiten een bouwkundige eenheid gezamenlijk onderzoek kunnen laten uitvoeren met de inspectieput.

4. Het aantal inspectieputten is bepaald in de richtlijn Funderingen onder gebouwen d.d. 22-11-2022 van het KCAF (zie kcaf.nl). Uit de offerte moet blijken of de richtlijn wordt gehanteerd en hoeveel inspectieputten er worden gebruikt.

1. De subsidie kan, naast de in artikel 4:25 en 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 10 van de ASV genoemde gevallen, in ieder geval worden geweigerd in geval van strijdigheid met één van de overige bepalingen in deze regeling.

2. Het college weigert de subsidie indien

• a.

  De eigenaar niet voldoet aan de subsidiecriteria uit artikel 8

• b.

  De woning onderdeel uitmaakt van een bouwkundige eenheid waar al voldoende funderingsgegevens aanwezig zijn.

• c.

  Voor funderingsonderzoek van de woning eerder subsidie is verstrekt voor hetzelfde onderzoek type (fase 2 onderzoek) door het college, provincie of rijk.

• d.

  Met het onderzoek is gestart voor subsidieverlening.

• e.

  Bij de woning(en) en of bouwkundige eenheid waar de subsidie voor wordt aangevraagd alleen sprake is van een commerciële verhuur van de woning(en).

• f.

  Het subsidieplafond bereikt is of met eerder ingediende aanvragen bereikt zal worden.

1. De subsidieontvanger verzoekt binnen 9 maanden na subsidieverlening aan het college om subsidievaststelling en dient hiertoe de volgende stukken in:

• a.

  het onderzoeksrapport met de bevindingen en conclusies van het funderingsonderzoek;

• b.

  alle rekeningen met betrekking tot het funderingsonderzoek;

• c.

  alle betaalbewijzen van de rekeningen met betrekking tot het funderingsonderzoek;

• d.

  Het college kan op verzoek van de subsidieontvanger de termijn zoals genoemd in lid 1 van dit artikel verlengen indien hier gegronde redenen voor zijn.

2. Het college beslist over de vaststelling van de subsidie binnen 6 weken na ontvangst van de in artikel 5 bedoelde gegevens.

3. De subsidie wordt uitbetaald binnen 3 weken na vaststelling

1. Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking ervan.

2. De looptijd van de subsidieregeling is tot en met 31 december 2026.

3. Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Subsidieregeling Funderingsonderzoek Arnhem 2024-2026’.