Beleidsregels leefgeld en eigen bijdrage Oekraïners Weststellingwerf 2025

1. Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:

• -

  burgemeester: burgemeester van de gemeente Weststellingwerf;

• -

  gemeente: gemeente Weststellingwerf;

• -

  gezinsleden: echtgenoten of aan gehuwden gelijkgestelde partners en hun minderjarige kinderen of een ouder of voogd die volgens het recht of de praktijk in Nederland verantwoordelijk is voor de minderjarige en ongehuwde kinderen.

• -

  GOO: Gemeentelijke Opvangvoorziening Oekraïners, zoals bedoeld in artikel 1, onder h van de RooO.

• -

  leefgeld: financiële toelage om te voorzien in de basisbehoeften, zoals eten, drinken en kleding.

• -

  leefgeldnorm: maandbedrag aan leefgeld waar de ontheemde en zijn gezinsleden recht op hebben.

• -

  loondervingsuitkering: uitkering krachtens de verplichte verzekering op grond van de Werkloosheidswet, de Ziektewet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, alsmede een uitkering of inkomensvoorziening op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten, op grond van hoofdstuk 3, afdeling 2, paragraaf 1, van de Wet arbeid en zorg aan de werknemer of de gelijkgestelde, bedoeld in artikel 3:6, eerste lid, van die wet, de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen en de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen.

• -

  ontheemde: ontheemde en gezinsleden zoals bedoeld onder artikel 1, onder c en g van de RooO.

• -

  POO: Particuliere Opvang Oekraïners, zoals bedoeld in artikel 1, onder i van de RooO.

• -

  RooO: Regeling van de Minister van Justitie en Veiligheid en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 1 april 2022, nummer 3936963, houdende regels voor de huisvesting en verzorging van ontheemden als gevolg van het oorlogsgeweld in Oekraïne (Regeling opvang ontheemden Oekraïne).

2. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de RooO.

1. Oekraïense ontheemden die in de gemeente Weststellingwerf verblijven, kunnen schriftelijk voor zichzelf en eventuele gezinsleden een aanvraag voor leefgeld indienen bij de gemeente.

2. Oekraïense ontheemden kunnen leefgeld aanvragen vanaf de dag dat zij verblijven in de GOO of de POO.

1. Het leefgeld wordt verstrekt via een uitbetaling op een betaalrekening van de aanvrager of een ander meerderjarig gezinslid. Het leefgeld is bestemd voor de ontheemde en diens gezinsleden.

2. Indien de ontheemde niet in het bezit is van een betaalrekening, wordt het leefgeld verstrekt via een prepaid bankkaart.

1. Onder inkomen wordt verstaan:

• a.

  inkomen uit arbeid in Nederland of het buitenland;

• b.

  inkomen uit zelfstandig bedrijf in Nederland of het buitenland;

• c.

  een loondervingsuitkering;

• d.

  een toeslag op grond van de Toeslagenwet.

2. De Oekraïense ontheemde is verplicht om uiterlijk binnen twee weken nadat de gemeente daar om heeft verzocht, mededeling te doen over zijn inkomsten en gezinssamenstelling.

3. De Oekraïense ontheemde is verplicht om in geval van verandering in inkomsten of gezinssamenstelling de gemeente daarvan onverwijld mededeling te doen.

1. De gemeente trekt het leefgeld geheel of ten dele in, indien:

• a.

  de ontheemde inkomen heeft, zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, dat hoger is dan de van toepassing zijnde leefgeldnorm;

• b.

  de opvang van de in de gemeente Weststellingwerf opgevangen Oekraïense ontheemde wordt beëindigd omdat elders, buiten de gemeente, in opvang wordt voorzien;

• c.

  de ontheemde de opvang definitief verlaat of langer dan 28 dagen per kalenderjaar niet in de opvang is verschenen zonder de gemeente hiervan op de hoogte te stellen;

• d.

  de ontheemde ernstig inbreuk maakt op de verplichtingen, genoemd in artikel 6, derde lid van de RooO;

• e.

  de ontheemde een ernstige vorm van geweld pleegt jegens medebewoners die in dezelfde opvangvoorziening verblijven, aan personen die werkzaam zijn in de voorziening, of aan anderen;

• f.

  de ontheemde niet binnen twee weken heeft voldaan aan verzoeken van de gemeente om informatie te verstrekken over zijn inkomsten en gezinssamenstelling; of

• g.

  de ontheemde inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van de verstrekkingen gebruik heeft gemaakt.

2. De gemeente vordert leefgeld terug, indien het leefgeld ten onrechte is verstrekt of indien er meer is verstrekt dan de van toepassing zijnde leefgeldnorm. De invordering bedraagt niet meer dan er is verstrekt.

1. Aan de rechthebbenden worden maandelijks de volgende leefgeldbedragen verstrekt:

• a.

  bij een éénpersoonshuishouden of een huishouden bestaande uit twee gezinsleden € 242,48 per volwassene of alleenstaande minderjarige ontheemde en € 200,65 per andere minderjarige;

• b.

  bij een huishouden bestaande uit drie gezinsleden € 193,98 per volwassene en € 160,64 per minderjarige;

• c.

  bij een huishouden bestaande uit vier of meer gezinsleden € 169,74 per volwassene en € 140,34 per minderjarige.

2. Aan de rechthebbende wordt maandelijks € 62,66 voor kleding en andere persoonlijke uitgaven verstrekt.

3. Aan de rechthebbende die langdurige zorg nodig heeft (een kliniek of ziekenhuis) wordt maandelijks € 62,66 voor kleding en andere persoonlijke uitgaven verstrekt.

4. Aan de rechthebbende die particulier wordt opgevangen, wordt maandelijks een extra toelage van € 80,91 verstrekt.

5. Aan de rechthebbende waarvan het totale inkomen lager is dan het maandelijks te ontvangen bedrag aan leefgeld, wordt het inkomen aangevuld tot de van toepassing zijnde leefgeldnorm zoals bedoeld in het eerste tot en met vierde lid van dit artikel.

6. Aan de rechthebbende die vrijwilligerswerk in en om de gemeentelijke opvang verricht wordt wekelijks € 14,- beschikbaar gesteld.

7. De in dit artikel genoemde bedragen zijn gebaseerd op de normbedragen zoals opgenomen in de RooO. Indien de in de RooO genoemde normbedragen wijzigen, voert het college deze regeling op dit punt gewijzigd uit.

1. Met ingang van 1 januari 2025 int de gemeente een eigen bijdrage voor de opvang van meerderjarige ontheemden en diens meerderjarige gezinsleden die verblijven in de GOO. De eigen bijdrage bestaat uit:

• a.

  een bijdrage voor gas, water en energiekosten voor de opvang, en;

• b.

  indien de ontheemde in een gemeentelijke opvanglocatie verblijft waar maaltijden worden verstrekt, een bijdrage voor catering.

2. De gemeente int de eigen bijdrage indien de meerderjarige ontheemde of een meerderjarig gezinslid:

• a.

  inkomsten heeft, zoals genoemd in artikel 5, eerste lid;

• b.

  niet binnen twee weken heeft voldaan aan verzoeken van de gemeente om informatie te verstrekken over zijn inkomsten en gezinssamenstelling; of

• c.

  inkomsten verborgen heeft gehouden en daardoor ten onrechte van de verstrekkingen gebruik heeft gemaakt.

3. Voor het innen van de eigen bijdrage past de gemeente een drempelbedrag toe. Dit betekent dat de gemeente alleen een eigen bijdrage int, wanneer het inkomen van de ontheemde en diens meerderjarige gezinsleden minimaal 115% van de van toepassing zijnde leefgeldnorm bedraagt, zoals bedoeld in artikel 7, eerste tot en met vierde lid, plus de te betalen eigen bijdrage.

4. Over de periode voorafgaand aan 1 januari 2025 wordt niet met terugwerkende kracht een eigen bijdrage geïnd.

1. De eigen bijdrage, zoals genoemd in artikel 9 lid 1 onder a, bedraagt € 105,00 per maand per meerderjarige ontheemde, tot een maximum van € 210,00 per gezin.

2. Indien de ontheemde op een gemeentelijke opvanglocatie verblijft waar maaltijden worden verzorgd, zoals bedoeld in artikel 9 lid 1 onder b, bedraagt de eigen bijdrage € 242,48 per maand per meerderjarige ontheemde, tot een maximum van €484,96 per gezin aanvullend op de bijdrage genoemd in lid 1.

3. De in dit artikel genoemde bedragen zijn gebaseerd op de bedragen zoals opgenomen in de RooO. Indien de in de RooO genoemde bedragen wijzigen, voert het college deze regeling op dit punt gewijzigd uit.

1. De eigen bijdrage wordt maandelijks geïnd over de voorafgaande kalendermaand. Iedere eerste dag van de kalendermaand geldt als peildatum.

2. Voor het innen van de eigen bijdrage bestaan twee betaalmogelijkheden voor de ontheemde. Het innen vindt plaats per bankoverschrijving of per automatische incasso.

3. De eigen bijdrage moet worden voldaan binnen zes weken na de maand waarover de eigen bijdrage is geheven.

4. Indien de ontheemde die verplicht is tot het betalen van de eigen bijdrage daar niet aan voldoet binnen de gestelde termijn, dan kan de gemeente overgaan tot invordering van de eigen bijdrage.

1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 januari 2025.

2. De Beleidsregels leefgeld Oekraïners Weststellingwerf 2023 komen te vervallen per de in het eerste lid genoemde datum.