Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR727870
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR727870/1
Subsidieregeling KGO-fonds Tubbergen
Geldend van 30-11-2024 t/m heden
Intitulé
Subsidieregeling KGO-fonds TubbergenHet college van burgemeester en wethouders van Tubbergen;
Gelet op het bepaalde in titel 4.2 subsidies van de Algemene wet bestuursrecht en op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Tubbergen 2018;
Besluit vast te stellen de volgende:
Subsidieregeling KGO-fonds Tubbergen;
Artikel 1 Doelstelling
Met het beleid ‘Buitengebied met kwaliteit’ wordt gestreefd naar een aantrekkelijk en vitaal buitengebied waar een goede balans is tussen landgebruik, ruimtelijke kwaliteit, leefbaarheid en economische activiteiten. Om dit te bereiken, zijn diverse beleidsregelingen opgenomen in dit beleid. Eén van de beleidsregelingen is de Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving (KGO). Met KGO kan planologische medewerking worden verleend met een maatschappelijke tegenprestatie als verplichting. In de meeste gevallen zal de KGO-investering worden gerealiseerd in het plangebied en compenseert de gevraagde investering het verlies aan ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied, dan wel leidt het tot een versterking van de ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied. In die gevallen waar op het moment van de planontwikkeling geen concrete, fysieke investeringsmogelijkheden of projecten voorhanden zijn, kan ervoor gekozen worden de verplichte investering in het KGO-fonds, ofwel Landschapsfonds, te storten. De gemeente kan uit het fonds subsidie toekennen voor de uitvoering van projecten die bijdragen aan de kwaliteitsverbetering van het buitengebied.
Onderstaande investeringsmogelijkheden zijn opgenomen in het beleid ‘Buitengebied met kwaliteit’ en vormen daarmee tevens de basis voor subsidieverstrekking uit het KGO-fonds:
- -
Natuur
- -
Landschap
- -
Water
- -
Recreatief medegebruik
- -
Cultuurhistorie
Artikel 2 Begripsomschrijving
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
- a.
College: het college van burgemeester en wethouders van Tubbergen.
- b.
De wet: de Algemene wet bestuursrecht.
- c.
Asv: de Algemene subsidieverordening Tubbergen 2018.
- d.
APV: Algemene plaatselijke verordening.
- e.
Beleid buitengebied: het gemeentelijk beleid ‘Buitengebied met Kwaliteit’, vastgesteld door de gemeenteraad op 25 januari 2022.
- f.
Aanvrager: een natuurlijk persoon of rechtspersoon die een aanvraag voor subsidie indient.
- g.
Cascobeleid: de beleidsnota ‘De cascobenadering in Noordoost-Twente’ en bijbehorende bijlagen, vastgesteld door de gemeenteraad op 2 juli 2012.
Artikel 3 Reikwijdte
Tenzij in deze subsidieregeling anders is bepaald, laat deze subsidieregeling de in de wet en in andere wettelijke voorschriften met betrekking tot subsidies opgenomen bevoegdheden en verplichtingen onverlet.
Artikel 4 Subsidieplafond
-
1. Voor de hoogte van het te verstrekken subsidiebedrag gelden onderstaande regels:
- a.
er geldt geen maximum subsidiebedrag, anders dan de beschikbaarheid van geld in het KGO-fonds en;
- b.
voor het bepalen van de hoogte van het subsidiebedrag wordt gebruik gemaakt van schijven op basis van de ingediende projectbegroting:
- -
deel van het begrote bedrag
€ 0,- t/m € 25.000,-
> 100% subsidiabel
- -
deel van het begrote bedrag
€ 25.000 t/m € 50.000,-
> 75% subsidiabel
- -
deel van het begrote bedrag
€ 50.000,- of mee
> 50% subsidiabel
- -
- a.
-
2. Voor geld in het KGO-fonds met een gekoppeld label/doel geldt dat aanvulling van subsidiebedrag mogelijk is met ongelabeld geld in het KGO-fonds.
-
3. Voor geld in het KGO-fonds zonder nadere labels of doelstellingen geldt dat aanvulling van een subsidiebedrag niet mogelijk is met gelabeld geld in het KGO-fonds.
Artikel 5 Criteria
-
1. Subsidieaanvragen dienen gericht te zijn op één of meer van de in artikel 1 genoemde doelen:
- a.
natuur;
- b.
landschap;
- c.
water;
- d.
recreatief medegebruik;
- e.
cultuurhistorie;
- a.
-
2. Subsidie wordt alleen verleend voor projecten in het buitengebied van de gemeente Tubbergen.
-
3. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt, zullen te allen tijde een maatschappelijk karakter en doel hebben.
-
4. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt dienen gericht te zijn op een duurzame, langjarige kwaliteitsimpuls en op fysieke, tastbare elementen en voorzieningen.
-
5. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt en die gericht zijn op het thema landschap, dienen bij te dragen aan de herkenbaarheid en kwaliteit van het landschap ter plekke zoals in het cascobeleid opgenomen is.
-
6. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt en die gericht zijn op het thema natuur, dienen passend te zijn binnen de landschaps- en natuurkenmerken ter plekke en moeten gericht zijn op ontwikkeling of instandhouding van specifieke doelsoorten of leefgebieden.
-
7. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt en die gericht zijn op het thema water, dienen bij te dragen aan de herkenbaarheid en kwaliteit van het landschap ter plekke zoals in het cascobeleid opgenomen is. Daarnaast dient het waterschap Vechtstromen in te stemmen met het projectplan, teneinde een brede maatschappelijke winst te realiseren.
-
8. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt en die gericht zijn op het thema recreatief medegebruik, dienen gericht te zijn op het creëren van een aantoonbare meerwaarde door aanleg of verbetering van recreatieve routes en voorzieningen. Indien het project aanleg van nieuwe routestructuren betreft dient het Recreatieschap Twente in te stemmen met het projectplan. Het project heeft een maatschappelijk karakter en is niet gericht op één of enkele bedrijven of horecagelegenheden.
-
9. Projecten waarvoor een subsidieaanvraag ingediend wordt en die gericht zijn op het thema cultuurhistorie, dienen gericht te zijn op het creëren van een aantoonbare meerwaarde voor langjarige instandhouding én beleefbaarheid van cultuurhistorische waarden.
Artikel 6 Grondslagen
-
1. Subsidiabele kosten zijn kosten die direct betrekking hebben op de doelstelling en uitvoering van het project:
- -
kosten voor planvorming tot een maximum van 10% van het totaal aangevraagde subsidiebedrag;
- -
kosten voor aanschaf van materiaal en/of voorzieningen;
- -
arbeidskosten voor aanleg en realisatie;
- -
uitvoeringskosten zoals brandstofkosten, huur van machines of materieel, etc.;
- -
kosten voor onderhoud van hetgeen met het project gerealiseerd is, tot een maximum van 6 jaar na afronding van het project.
- -
-
2. KGO-subsidie betreft een eenmalig subsidie.
-
3. Per project kan slechts eenmalig een subsidie verstrekt worden.
-
4. Per aanvrager zal maximaal één keer per twee jaar subsidie worden verstrekt.
-
4. De KGO-subsidie mag onderdeel zijn van de totale financiering van een project, indien dit het geval is zal dat in aanvraag en begroting duidelijk inzichtelijk zijn.
-
5. Voor projecten, of elementen in projecten, waarop een uitvoeringsverplichting ligt vanuit een realisatieverplichting, instandhoudingsplicht, herplantplicht, landschappelijke inpassingsplicht of vergelijkbare verplichtingen, kan geen KGO-subsidie verleend worden.
Artikel 7. Bij aanvraag in te dienen gegevens
-
1. Uit de aanvraag moet duidelijk worden wat het project, waarvoor KGO-subsidie aangevraagd wordt omvat. Hierin moeten in elk geval de volgende punten zijn opgenomen:
- a.
een projectplan met de beschrijving en doelstelling van het project
- -
met daarin gemotiveerd opgenomen op welk KGO-doel (of meerdere doelen) volgens artikel 5 het project gericht is;
- -
met daarin eveneens opgenomen op welke wijze de gestelde doelen bereikt zullen worden en
- -
welke investeringen daarvoor benodigd zijn.
- -
- b.
De hoogte van het subsidiebedrag wat aangevraagd wordt.
- c.
Wie de subsidieaanvrager is en welke overige participanten eventueel deelnemen aan het project.
- c.
Een kostenbegroting, uitgesplitst naar investeringsonderdelen in het project.
- a.
-
2. Bij de aanvraag, zoals bedoeld in lid 1 moet een actuele begroting zijn opgenomen waarin de besteding van het subsidiebedrag, uitgesplitst per onderdeel, inzichtelijk is gemaakt. Voor zover van toepassing moet uit deze begroting eveneens blijken wat naast de aangevraagde KGO-subsidie andere verwachte financieringsbronnen zijn en van wie deze afkomstig zijn.
-
3. Het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de in het eerste en tweede lid genoemde gegevens op te vragen, indien het die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag nodig acht.
Artikel 8. Beslistermijn
Het college beslist op een aanvraag om een éénmalige subsidie conform de Asv.
Artikel 9. Weigeringsgronden
-
1. Naast de in artikel 4:35 van de wet genoemde gevallen kan het college een aanvraag voor subsidie weigeren indien een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:
- a.
niet of in onvoldoende mate wordt aangetoond dat er wordt voldaan aan de criteria die worden gesteld in artikel 5 van deze subsidieregeling;
- b.
het project van de aanvrager niet gericht is op de gemeente of haar ingezetenen of niet ten goede komt aan de gemeente of haar ingezetenen;
- c.
met inbegrip van de aangevraagde subsidie de benodigde financiële middelen niet ter beschikking staan om realisering van de doelstellingen te verwerkelijken;
- d.
het project naar oordeel van het college geen of een te beperkt maatschappelijk doel en/of karakter heeft.
- e.
in de investeringen binnen het project op een naar het oordeel van het college toereikende wijze anders wordt voorzien;
- f.
de activiteit een winstoogmerk heeft;
- g.
de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met wet- en regelgeving, het algemeen belang of de openbare orde.
- a.
-
2. Een subsidie kan voorts worden geweigerd indien:
- a.
de aanvraag in strijd is met regels bij of krachtens deze subsidieregeling gesteld;
- b.
de aanvraag is ingediend nadat het project waarop de aanvraag van toepassing is reeds gerealiseerd is;
- c.
er op het moment van behandeling geen geld in het KGO-fonds beschikbaar is.
- a.
Artikel 10. Verplichtingen
-
1. De subsidieontvanger doet direct melding aan het college zodra aannemelijk is dat het project waarvoor de subsidie is verstrekt:
- a.
niet of niet geheel zullen worden verricht;
- b.
of dat niet of niet geheel aan de aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden verplichtingen zal worden voldaan.
- a.
-
2. De subsidieontvanger informeert het college zo spoedig mogelijk schriftelijk over:
- a.
besluiten of procedures die zijn gericht op de beëindiging van het project waarvoor subsidie is verstrekt;
- b.
ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat aan de subsidie verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen.
Indien de subsidieontvanger een rechtspersoon betreft:
- c.
ontbinding van de rechtspersoon;
- d.
relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhoudingen met derden;
- e.
wijzigingen van de statuten wanneer het de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s) en/of het doel van de rechtspersoon betreft.
Indien de subsidieontvanger een natuurlijk persoon of huishouden betreft:
- f.
elke relevante wijziging, ontwikkeling of persoonlijke omstandigheden die van invloed zijn op de uitvoering van de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen.
- a.
-
3. De subsidieontvanger legt na afronding van het project verantwoording af aan het college over:
- a.
de wijze waarop het project is uitgevoerd en;
- b.
de in het project behaalde resultaten en;
- c.
de daadwerkelijk gemaakte kosten en besteding van de subsidiegelden d.m.v. tonen van een financiële boekhouding en facturen en;
- d.
nadere onderwerpen of aandachtspunten welke in de subsidievaststelling opgenomen zijn.
- a.
Artikel 11 Terugvordering
Het college kan overgaan tot terugvordering van het subsidiebedrag of een deel daarvan indien:
- 1.
Aanvrager niet heeft voldaan aan de verplichtingen gesteld in artikel 10;
- 2.
Het toegekende subsidiebedrag niet of niet volledig besteed is ten behoeve van het project;
- 3.
Er concrete aanwijzingen zijn dat het toegekende subsidiebedrag niet conform subsidieverlening besteed wordt.
Artikel 12 De subsidieverleningen en -vaststelling
Voor de verlening en vaststelling van de subsidie gelden de regels van de Asv.
Artikel 13 Afwijkingsmogelijkheid
-
1. Het college kan afwijken van een of meerdere bepalingen in deze subsidieregeling.
-
2. In gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college.
Artikel 14 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking op de dag van bekendmaking.
Artikel 15 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als:
Subsidieregeling KGO-fonds Tubbergen.
Ondertekening
Vastgesteld in de vergadering van 19-11-2024.
Het college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Tubbergen.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl