Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR727672
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR727672/1
Openstellingsbesluit GLB 2023-2027 Steun voor planvorming van integrale gebiedsontwikkeling 2024 provincie Fryslân
Geldend van 28-11-2024 t/m heden
Intitulé
Openstellingsbesluit GLB 2023-2027 Steun voor planvorming van integrale gebiedsontwikkeling 2024 provincie FryslânGedeputeerde Staten van Fryslân,
gelet op artikel 1.3, derde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2022;
gelet op artikel 1.2 van de Regeling Europese landbouwsubsidies 2023-2027 provincie Fryslân;
BESLUITEN
Het volgende openstellingsbesluit vast te stellen:
Artikel 1 Begripsbepalingen
In aanvulling op de definities, als bepaald in artikel 1.1 van de regeling, wordt in dit openstellingsbesluit verstaan onder:
- 1.
Biodiversiteit: alle soorten planten en dieren die voorkomen en thuishoren in het landschap, met zijn specifieke kenmerken, waar het project plaatsvindt (inheems, autochtoon);
- 2.
EIP: Europees Innovatie Partnerschap;
- 3.
Gebiedsopgave: de maatschappelijke vraagstukken in Fryslân waar de komende jaren aan zal moeten worden gewerkt;
- 4.
GLB: Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) | Fryslan);
- 5.
Integraal gebiedsplan: een (actie)plan waarmee de gebiedsopgave wordt aangepakt. Een gebiedsplan is multidisciplinair in zowel acties als betrokken partijen;
- 6.
Kennisaanbieder: degene die de kennisoverdracht verstrekt en faciliteert aan landbouwers;
- 7.
Niet productieve investering: investering die niet leidt tot een aanzienlijke stijging van de waarde of de rentabiliteit van het landbouwbedrijf of een andere onderneming;
- 8.
Productieve investering: investering die leidt tot een stijging van de waarde of de rentabiliteit van het landbouwbedrijf of een andere onderneming;
- 9.
Regeling: Regeling Europese landbouwsubsidies 2023-2027 provincie Fryslân;
- 10.
SNN: Samenwerkingsverband Noord-Nederland.
Artikel 2 Subsidiabele activiteiten
-
1. Overeenkomstig artikel 2.6.1, eerste lid onder a van de regeling kan subsidie worden verstrekt voor het voorbereiden en oprichten van een samenwerkingsverband, het formuleren van een gebiedsopgave en de uitwerking daarvan in een integraal gebiedsplan.
-
2. Overeenkomstig artikel 2.6.1 tweede lid van de regeling kan subsidie uitsluitend worden verstrekt als de activiteit betrekking heeft op ten minste één van de volgende doelen:
- a.
bijdragen aan de beperking van en aanpassing aan de klimaatverandering, onder meer door de uitstoot van broeikasgassen te verminderen, de koolstofvastlegging te verbeteren of duurzame energie te bevorderen;
- b.
bevorderen van de duurzame ontwikkeling of het efficiënte beheer van natuurlijke hulpbronnen zoals water, bodem en lucht, onder meer door de afhankelijkheid van chemische middelen te verkleinen;
- c.
bijdragen aan het tot staan brengen en ombuigen van biodiversiteitsverlies, tot versterking van ecosysteemdiensten en de instandhouding van habitats en landschappen.
- a.
Artikel 3 Doelgroep
In overeenstemming met artikel 2.6.3, eerste lid van de regeling kan subsidie zoals bedoeld in artikel 2 worden verstrekt aan de initiatiefnemer van een samenwerkingsverband in oprichting.
Artikel 4 Samenwerkingsverband
-
1. Een samenwerkingsverband zoals bedoeld in artikel 3 bestaat tenminste uit twee actoren waarvan tenminste één landbouwer.
-
2. Overheden kunnen geen penvoerder zijn, maar kunnen wel deelnemer zijn in een samenwerkingsverband.
-
3. Indien bijeenkomsten voor kennisoverdracht onderdeel uitmaken van het te schrijven gebiedsplan, bestaat het samenwerkingsverband in aanvulling op het eerste lid ook uit tenminste één kennisaanbieder als bedoeld in artikel 2.10.2, eerste lid, van de regeling.
Artikel 5 Openstellingsperiode
-
1. Subsidieaanvragen voor activiteiten zoals bedoeld in dit openstellingsbesluit kunnen worden ingediend van 2 december 2024 9:00 uur tot en met 1 april 2025 17:00 uur.
-
2. Een aanvraag is tijdig ingediend indien deze binnen de in het eerste lid genoemde periode door SNN is ontvangen via het daarvoor ontwikkelde webportaal: http://www.snn.nl/programmas/glb-23-27.
Artikel 6 Subsidieplafond
Het beschikbare subsidieplafond voor de periode zoals bepaald in artikel 5, eerste lid, van dit openstellingsbesluit bedraagt € 480.000,--, bestaande uit € 273.600,-- provinciale middelen (57%) en € 206.400,-- Europese middelen (ELFPO) (43%).
Artikel 7 Hoogte subsidie
-
1. Overeenkomstig artikel 2.6.9, eerste lid, van de regeling bedraagt de subsidie 100% van de subsidiabele kosten met een minimum van € 25.000,-- tot een maximum van € 40.000,--.
-
2. Op de subsidie zoals bedoeld in het eerste lid zijn de regels inzake subsidie op basis van arrangement 2 zoals bedoeld in artikel 1.7, eerste lid onder b en in artikel 1.20 van de regeling van toepassing.
Artikel 8 Subsidiabele kosten
-
1. Voor subsidie komen uitsluitend de kosten als bedoeld in artikel 1.8 onder a, b en e van de regeling in aanmerking.
-
2. Overeenkomstig artikel 2.6.7 van de regeling worden de subsidiabele kosten berekend op basis van artikel 1.9a van de regeling.
-
3. De tarieven uit artikel 1.9a, eerste lid onder b van de regeling zijn niet van toepassing.
Artikel 9 Subsidievereisten aanvraag
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2 in aanmerking te komen moet worden voldaan aan de volgende vereisten:
- 1.
Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend bij Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân via het SNN door middel van een daarvoor ontwikkelde webportal dat bereikbaar is via de website van http://www.snn.nl/programmas/glb-23-27.
- 2.
Onverminderd artikel 1.6 en artikel 2.6.5 eerste lid, van de regeling en in aanvulling op het bepaalde in artikel 1.3 van de regeling liggen aan het project ten grondslag:
- a.
een volledig ingevuld projectplan conform format SNN waarin in aanvulling op artikel 1.6 van de regeling ten minste is opgenomen:
- i.
een korte beschrijving van het beoogde gebied, de uitdagingen waar het gebied voor staat en een visie voor de beoogde bijdrage aan de doelen op het gebied van klimaat, water, bodem, lucht of biodiversiteit;
- ii.
een korte beschrijving van de organisatiestructuur van het beoogde samenwerkingsverband waaronder de rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende partners om tot een integraal gebiedsplan te komen;
- iii.
een beschrijving welke mogelijke tegenstrijdige effecten die bij de uitvoering van het integrale gebiedsplan zouden kunnen optreden en welke beheermaatregelen worden genomen om deze effecten te voorkomen;
- iv.
een uitwerking van de beoogde activiteiten voor kennisverspreiding met gebruik van de hiertoe geëigende netwerken, waaronder het nationale en Europese EIP-netwerk als bedoeld in artikel 127 van verordening 2021/211.
- i.
- b.
een begroting voor de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd met een toelichting bijvoorbeeld door middel van één of meerdere offertes, een SSK of een duidelijk kostenoverzicht op basis van de Catalogus Groenblauwe Diensten;
- c.
een sluitend financieringsplan van de kosten van de activiteit, met inbegrip van een opgave van subsidies of vergoedingen die voor dezelfde activiteiten bij andere bestuursorganen, private organisaties of personen zijn aangevraagd, onder vermelding van de stand van zaken daarvan.
- a.
Artikel 10 Selectiecriteria, weging en rangschikking
-
1. Aanvragen die voor subsidie als bedoeld in artikel 2 in aanmerking komen, worden door een adviescommissie als bedoeld in artikel 1.13 van de regeling geselecteerd en gerangschikt op basis van de volgende selectiecriteria en wegingsfactoren:
Selectiecriterium
Wegingsfactor
Te behalen punten
Maximum per criterium
a
Mate waarin de aanvrager in staat is een gebiedsplan op te stellen in relatie tot de opgave van het gebied
4
0-5
20
b
Mate waarin de aanvrager in staat is het samenwerkingsverband te organiseren
2
0-5
10
c
De voorgenomen organisatie en samenstelling van het samenwerkingsverband
1
0-5
5
d
De haalbaarheid van de activiteiten
3
0-5
15
Maximumaantal te behalen punten
50
-
2. Aanvragen worden op volgorde van de rangschikking gehonoreerd. Als twee of meer aanvragen een gelijk aantal punten hebben gekregen en de som van de aangevraagde bedragen dusdanig is dat het subsidieplafond wordt overschreden, dan vindt tussen hen een prioritering plaats op de afzonderlijke scores in de volgorde:
1. In staat tot opstellen gebiedsplan, 2. Haalbaarheid, 3 Organiseren samenwerkingsverband en 4. Samenstelling samenwerkingsverband. Indien de aanvragen een gelijk aantal punten hebben behaald, wordt de rangschikking van de aanvragen bepaald door loting.
Artikel 11 Voorschot en deelbetaling
-
1. In aanvulling op het bepaalde in artikel 1.17 van de regeling kan een voorschot worden aangevraagd. Het voorschot bedraagt ten hoogste 50% van de verleende subsidie. De hoogte van het voorschot kan na verlening niet meer worden gewijzigd.
-
2. Het aanvragen van een deelbetaling is niet mogelijk.
Artikel 12 Weigeringsgronden
Onverminderd het bepaalde in artikel 1.5 en artikel 2.6.6. van de regeling wordt subsidie geweigerd indien:
- a.
niet wordt voldaan aan de subsidievereisten als bepaald in artikel 1.6 van de regeling of artikel 9 van het openstellingsbesluit;
- b.
de aanvraag wordt ontvangen buiten de openstellingsperiode als aangegeven in artikel 5 van dit openstellingsbesluit;
- c.
de aanvrager niet voldoet aan de omschrijving onder artikel 3 van dit openstellingsbesluit;
- d.
de aanvraag niet voldoet aan de subsidiabele activiteiten zoals beschreven in artikel 2;
- e.
overeenkomstig met artikel 7 van deze openstelling na beoordeling van de aanvraag blijkt dat de totale subsidiabele kosten minder bedragen dan € 25.000,--;
- f.
een aanvraag minder dan 30 punten behaalt, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.
Artikel 13 Verplichtingen
-
1. In aanvulling op artikel 1.15 van de regeling is de subsidieontvanger verplicht de vaststelling binnen drie jaar na datum subsidieverlening of, indien dat eerder is, uiterlijk op 30 juni 2028 in te dienen.
-
2. In aanvulling op artikel 9 dient de aanvrager na uitvoering van de activiteiten aan te tonen:
- a.
Dat een samenwerkingsverband is opgericht;
- b.
Dat een gebiedsplan is opgesteld, bestaande uit:
- i.
een beschrijving van de afbakening, analyse en uitdagingen van het gebied;
- ii.
een uitwerking van de beoogde activiteiten die in het gebied worden uitgevoerd;
- iii.
aangetoond draagvlak uit het gebied;
- iv.
een beschrijving van de verschillende partijen die betrokken zijn bij het integrale gebiedsplan;
- v.
een beschrijving van de organisatiestructuur van het samenwerkingsverband;
- vi.
een beschrijving van belanghebbenden en de relatie met de belanghebbenden bij het gebiedsplan;
- vii.
een beschrijving van de wijze waarop monitoring en evaluatie over de voortgang plaatsvindt gedurende het project;
- viii.
een beschrijving van de wijze waarop over de resultaten wordt gerapporteerd.
- i.
- a.
Artikel 15 Slotbepalingen
Dit besluit wordt geplaatst in het Provinciaal Blad en treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 16 Citeertitel
Dit openstellingsbesluit wordt aangehaald als: Openstellingsbesluit GLB 2023-2027 Steun voor planvorming van integrale gebiedsontwikkeling 2024 provincie Fryslân
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 19 november 2024.
Voorzitter
drs. A.A.M. Brok
Secretaris
drs. ing. J.J. Algra
Toelichting Openstellingsbesluit GLB 2023-2027 Steun voor planvorming van integrale gebiedsontwikkeling 2024 provincie Fryslân
Indien men gebruik wil maken van GLB-subsidie voor uitvoering van het te schrijven gebiedsplan dient rekening te worden gehouden met de subsidiabele activiteiten en kosten van de subsidieregeling voor uitvoering. Deze zijn beschreven in het Openstellingsbesluit GLB 2023-2027 Uitvoering gebiedsplan ten behoeve van integrale gebiedsontwikkeling 2024 provincie Fryslân, zie ook https://www.snn.nl/zakelijke-subsidies/platteland-landbouw.
Algemeen
Dit is een openstelling in de Provincie Fryslân waarmee agrariërs en andere gebiedspartners middels deze interventie worden uitgenodigd en gefaciliteerd om met elkaar een gebiedsanalyse te maken, een plan van aanpak op te stellen en dit vervolgens ook uit te voeren (voor de uitvoering volgt een aparte openstelling, zie https://www.snn.nl/zakelijke-subsidies/platteland-landbouw), ter versterking van de doelen op het gebied van landbouw, klimaat, water en biodiversiteit. De verwachting is dat door de partners in het gebied zelf aan het roer te zetten in de versterking van hun gebied op de doelen landbouw, klimaat, water en biodiversiteit, sneller verbetering in het gebied wordt gerealiseerd dan wanneer individuele gebiedspartners afzonderlijk acties aanvragen en uitvoeren, of wanneer van bovenaf regels worden opgelegd. Door deze aanpak worden agrarisch ondernemers en andere gebiedspartijen uitgedaagd om de kansen in hun gebied echt in kaart te brengen en vervolgens gezamenlijk acties te bedenken en uit te voeren. Middels deze openstelling wordt steun verleend voor de oprichting van een samenwerkingsverband en het opstellen van een integraal gebiedsplan.
Met deze openstelling wordt invulling gegeven aan de provinciale doelen zoals vastgelegd in provinciaal beleid. Waaronder:
- •
Het stimuleren van het verminderen van emissies van gewasbeschermingsmiddelen en nutriënten naar grond- en oppervlaktewater (KRW-nota en het Regionaal Waterprogramma);
- •
Het initiatiefvoorstel ‘Naar een schone en gezonde leefomgeving: afbouw gebruik van pesticiden in Fryslân 2021-2030’;
- •
Het herstellen van biodiversiteit op basis van het Herstelprogramma Biodiversiteit Fryslân;
- •
Het waterhuishoudingsplan van de provincie (Vierde Waterhuishoudingsplan, 20 april 2016 door Provinciale Staten vastgesteld;
- •
De landbouwagenda;
- •
Het werken aan gezonde bodems (bodembeleid);
- •
Een duurzame inrichting van de waterhuishouding (Regionaal Waterprogramma);
- •
Het verlagen van de stikstofuitstoot (Uitvoeringsprogramma Stikstof (UPS));
- •
Het behouden en versterken van landschappelijke en cultuurhistorische waarden en het koppelen daarvan aan andere opgaven (structuurvisie Grutsk op ‘e Romte, startnotitie programma landschap en ontwerp programma Erfgoed 2025-2028);
- •
Brede welvaart in een vitaal, veerkrachtig, karakteristieke en gezonde leefomgeving (Omgevingsvisie De Romte Diele en startnotitie vernieuwing omgevingsvisie).
Artikel 2 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden aangevraagd voor het oprichten van het nieuwe samenwerkingsverband, het formuleren van een gebiedsopgave en het (laten) opstellen van een gebiedsplan. Dit betekent dat na afloop van deze activiteiten aangetoond moet worden dat er een samenwerkingsverband is opgericht én een plan is opgesteld. De aanvraag kan worden gedaan door een initiatiefnemer namens het beoogde samenwerkingsverband voor het gebied.
Het te schrijven integrale gebiedsplan hoeft zich niet te beperken tot het GLB. Het is mogelijk dat er een groter gebiedsplan is waarbij het GLB-aandeel één van de onderdelen is in de instrumentenkoffer en in de dekking van de kosten. Plannen die provincies, waterschappen, gemeenten, boerenorganisaties hebben buiten het GLB, gebruikmakend van andere regelingen en financieringsbronnen zoals omgevingsplannen, NPLG, DAW kunnen in samenhang met het GLB worden ingezet. Stapeling, paraplu financiering behoort tot de mogelijkheden zolang er niet twee of meermalen subsidie wordt verstrekt voor dezelfde activiteit. Hierbij is het ook mogelijk dat een andere financieringsbron langer doorloopt in de tijd dan de verleende subsidie vanuit het GLB. Zorgvuldigheid is hierbij van belang.
Deze openstelling wordt gevolgd door een subsidie voor het uitvoeren van Integrale gebiedsplannen. Het opzetten van een samenwerkingsverband en het opstellen van een gebiedsplan middels de subsidie uit de onderhavige openstelling kan voorafgaan aan een aanvraag voor uitvoering van het plan maar dat is niet verplicht. Indien onder deze openstelling voor ‘planvorming’ subsidie wordt verleend, betekent dit niet dat ook subsidie zal worden verleend onder de openstelling voor ‘uitvoering van het plan’. Daarvoor zal opnieuw een aanvraag ingediend moeten worden die gelijktijdig met de andere aanvragen getoetst zal worden. Het te schrijven gebiedsplan dient dan te voldoen aan de voorwaarden zoals die in de regeling ‘uitvoering van het plan’ zijn opgenomen. Een plan geschreven met deze subsidie maakt dus net zoveel kans op de subsidie voor uitvoering als een plan dat niet met deze subsidie is geschreven.
Artikel 3 Doelgroep
De subsidie voor het voorbereiden en oprichten van een samenwerkingsverband, het formuleren van een gebiedsopgave en de uitwerking daarvan in een integraal gebiedsplan kan aangevraagd worden door de initiatiefnemer van het samenwerkingsverband in oprichting.
Initiatiefnemers kunnen zijn:
- •
landbouwers,
- •
grondeigenaren,
- •
grondgebruikers,
- •
landbouworganisaties,
- •
natuur- en landschapsorganisaties,
- •
provincies,
- •
waterschappen,
- •
gemeenten, en
- •
overige natuurlijke- of rechtspersonen
Artikel 4 Samenwerkingsverband
Een samenwerkingsverband bestaat tenminste uit twee actoren waarvan tenminste één landbouwer. Indien bijeenkomsten voor kennisoverdracht onderdeel uitmaken van het te schrijven gebiedsplan, bestaat het samenwerkingsverband in aanvulling op het eerste lid ook uit tenminste één kennisaanbieder als bedoeld in artikel 2.10.2, eerste lid, van de regeling. Overheden kunnen geen penvoerder zijn, maar kunnen wel deelnemer zijn van het samenwerkingsverband.
Artikel 7 Hoogte subsidie
De subsidie voor het voorbereiden en oprichten van een samenwerkingsverband, het formuleren van een gebiedsopgave en de uitwerking daarvan in een integraal gebiedsplan bedraagt maximaal € 40.000.
Artikel 8 Subsidiabele kosten
De subsidie is bedoeld voor alle kosten t.b.v. het opstellen van het gebiedsplan, het mobiliseren van de partijen uit het gebied en het samenstellen (of actualiseren) van een samenwerkingsverband die de uitvoering van het plan op zich kan nemen. Het gaat dan vooral om kosten voor het organiseren van bijeenkomsten, studies, adviseurs, communicatie en personeelskosten. De prestatie is een gebiedsplan en een uitwerking van het beoogde samenwerkingsverband.
Op grond van dit openstellingbesluit komen kosten als bedoeld in artikel 1.8 onder a, b en e, van de regeling, voor zover zij direct verbonden zijn met de uitvoering van de desbetreffende subsidiabele activiteiten, voor subsidie in aanmerking. Deze kosten zijn loonkosten inclusief overheadkosten, de kosten van door een subsidieontvanger verrichte eigen arbeid inclusief overheadkosten, en andere kosten waarvoor een factuur of document met gelijkwaardige bewijskracht kan worden overlegd. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen zijn berekend volgens de methode voor werkelijke kosten, zie hiervoor artikel 1.9a van de Regeling.
Artikel 9 Subsidievereisten aanvraag
Indien men het ontwikkelen en beproeven van innovaties in het te schrijven gebiedsplan wil opnemen dient rekening te worden gehouden met het volgende bij de uitvoering onder het GLB: De subsidieontvanger is verplicht om de resultaten van het project te delen via het EIP-netwerk als bedoeld in artikel 127 VO (EU) nr 2021/2115. Elk project wordt gemeld aan het nationale en Europese EIP netwerk. Het doel hiervan is dat het delen van de kennis die opgedaan wordt tijdens de projecten, door anderen gebruikt kan worden en daardoor bijdraagt effectievere en innovatieve gebiedsplannen in Nederland en in Europa. Daarnaast kunnen via de netwerken ook interacties ontstaan tussen de verschillende samenwerkingsverbanden zodat deze elkaar kunnen versterken door een community te vormen.
Artikel 10 Selectiecriteria, weging en rangschikking
Alle subsidieaanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, worden gescoord op de vier criteria die in artikel 10 genoemd staan. Per criterium kan 0 tot en met 5 punten behaald worden.
Een aanvraag moet op basis van de criteria minimaal 30 punten behalen om voor subsidie in aanmerking te komen. Behaalt een aanvraag minder dan 30 punten dan wordt de aanvraag alsnog geweigerd. Aanvragen met de hoogste scores worden het hoogst gerangschikt. De subsidies worden verleend op volgorde van de rangschikking, totdat het subsidieplafond is bereikt of alle aanvragen zijn gerangschikt. De selectiecriteria waarop de aanvragen worden gescoord zijn: 1) de mate waarin de aanvrager in staat is om een gebiedsplan op te stellen in relatie tot de opgave van het gebied, 2) de mate waarin de aanvrager in staat is het samenwerkingsverband te organiseren, 3) de voorgenomen organisatie en samenstelling van het samenwerkingsverband en 4) de haalbaarheid van de activiteiten.
Criteria voor het selecteren van subsidieaanvragen voor de voorbereiding van een gebiedsplan:
- 1.
Mate waarin de aanvrager in staat is een gebiedsplan op te stellen in relatie tot de opgave van het gebied;
- •
Worden alle relevante (beleids-)doelen beoogd om mee te nemen, welke wel en niet en is dit onderbouwd? Denk aan: landbouw, biodiversiteit, landschap, milieu en/of klimaat; en wordt ook gekeken naar humane- en diergezondheid en welzijn, sociaaleconomische versterking;
- •
In hoeverre draagt het plan bij aan realisatie van deze doelen?
- •
Blijkt uit de aanvraag dat aansluiting zal worden gezocht bij provinciale, waterschap en/of gemeentelijke omgevingsvisies, -plannen en programma’s?
- •
Bevat het beoogde samenwerkingsverband voldoende expertise voor het opstellen van een gebiedsplan gezien de gebiedsopgaven?
- •
Sluiten de activiteiten aan bij de beoogde doelen?
- •
- 2.
Mate waarin de aanvrager in staat is het samenwerkingsverband te organiseren;
- •
Blijkt dat duidelijk is welke stappen genomen moeten worden in het officieel formeren van het samenwerkingsverband?
- •
Is dit de juiste persoon of organisatie om de samenwerking tot stand te brengen?
- •
- 3.
De voorgenomen organisatie en samenstelling van het samenwerkingsverband
- •
Is de organisatie van het samenwerkingsverband helder beschreven?
- •
Zijn alle verantwoordelijkheden beschreven en geborgd in het beoogde samenwerkingsverband?
- •
Is een beschrijving gegeven van de toegevoegde waarde van elke deelnemer?
- •
Bestaat het beoogde samenwerkingsverband uit verscheidene partijen? Het gaat hierbij om een functionele verscheidenheid aan partijen die allemaal een duidelijke en logische rol hebben in het samenwerkingsverband. De verscheidenheid aan de samenwerkingspartijen zijn een afspiegeling van de diversiteit van het gebied.
- •
Sluiten de beoogde deelnemers aan bij de beoogde activiteiten (juiste expertise en werkervaring)?
- •
- 4.
De haalbaarheid van de activiteiten;
- •
Is alle benodigde expertise geborgd in het samenwerkingsverband in relatie tot de gewenste activiteiten?
- •
Is het gebiedsplan gelet op de ambities, beoogde expertise in samenwerkingsverband en voorgestelde activiteiten haalbaar in de beoogde tijdsplanning?
- •
Wordt rekening gehouden met eventueel benodigde vergunningen en past alles in de ruimtelijke ordening van het gebied?
- •
Is geïnventariseerd welke antagonistische effecten mogelijk kunnen optreden en welke maatregelen genomen kunnen worden om deze effecten te voorkomen?
- •
Wegingsfactoren
Er is sprake van een tender binnen deze openstelling. Voor de selectie van de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, is een adviescommissie samengesteld. Aanvragen worden gescoord aan de hand van de selectiecriteria en vervolgens gerangschikt. Alleen de aanvragen met de minimumscore of hoger komen voor subsidie in aanmerking, voor zover het binnen het opengestelde plafond past.
De plaats in de rangorde wordt bepaald door het aantal punten dat de adviescommissie aan de aanvraag toekent. Voor elke aanvraag geldt dat een minimumaantal punten dient te worden behaald om voor subsidie in aanmerking te kunnen komen (60% van de maximum aantal te behalen punten). Indien een aanvraag minder dan 30 punten behaalt, wordt de aanvraag niet gehonoreerd. Het doel van deze systematiek is om alle aanvragen onderling te vergelijken en de beste aanvragen uit het totaalaanbod te kunnen selecteren. Het toekennen van de scores en de rangschikking vindt plaats door een adviescommissie zoals bedoeld in artikel 1.13 van de regeling.
Artikel 11 Voorschot en deelbetaling
Bij subsidieverlening wordt een voorschot van maximaal 50% van de verleende subsidie direct uitbetaald. Na verlening kan de hoogte van het voorschot niet meer worden gewijzigd. Gezien de beperkte omvang van de subsidie, worden tussentijds geen deelbetalingen verstrekt.
Artikel 13 Verplichtingen
Na afloop van de subsidiabele activiteiten dient aangetoond te worden dat een samenwerkingsverband is opgericht. Dit kan bijvoorbeeld worden aangetoond door het aanleveren van een ondertekende samenwerkingsovereenkomst. In een samenwerkingsovereenkomst wordt onder andere de rolverdeling en juridische verantwoordelijkheden tussen de gebiedspartners vastgelegd. Zie voor een voorbeeld onder de uitvoeringsopenstelling bij SNN – ‘aanvraag voorbereiden’ – documenten – ‘Format samenwerkingsovereenkomst’.
Daarnaast dient te worden aangetoond dat een plan is opgesteld. Dit plan dient enkele aspecten te bevatten: een beschrijving van de afbakening, analyse en uitdagingen van het gebied. Hier moet in naar voren komen om welk gebied het exact gaat en waarom. Uit de analyse moet in ieder geval blijken dat de samenwerking op gebiedsniveau en het integraal oppakken van de gebiedsuitdagingen meerwaarde biedt t.o.v. losstaande projecten. De uitdagingen van het gebied dienen concreet te worden geduid. Verder dient te worden aangetoond dat er draagvlak is uit het gebied door middel van bijvoorbeeld handtekeningen of andere documentatie waaruit dit blijkt. Er dient een beschrijving van de verschillende partijen die betrokken zijn bij het integrale gebiedsplan te worden aangeleverd en een beschrijving van de organisatiestructuur van het samenwerkingsverband. De structuur en governance borgt dat het samenwerkingsverband effectief uitvoering kan geven aan het gebiedsplan. De governance bevat onder andere elementen zoals taken, interne procedures en de inbreng van de deelnemers met hun kwaliteiten. De governance bevat ook de vastlegging van de rolverdeling en juridische verantwoordelijkheden tussen de gebiedspartners. Het samenwerkingsverband is zo samengesteld dat de verschillende belangen uit het gebied goed zijn vertegenwoordigd.
Verder dient het plan een beschrijving van belanghebbenden en de relatie met de belanghebbenden bij het gebiedsplan, een beschrijving van de wijze waarop monitoring en evaluatie over de voortgang plaatsvindt gedurende het project en een beschrijving van de wijze waarop over de resultaten wordt gerapporteerd te bevatten.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl