Regeling vervalt per 01-01-2027

Subsidieregeling Haags vieren in de wijk Den Haag 2024

Geldend van 26-11-2024 t/m 31-12-2026

Intitulé

Subsidieregeling Haags vieren in de wijk Den Haag 2024

Toelichting

In Den Haag wonen veel mensen met verschillende historische en culturele achtergronden en levensbeschouwelijke overtuigingen. Het is geen vanzelfsprekendheid dat inwoners bekend zijn met elkaars waarden en overtuigingen. Door het deelnemen aan elkaars historische, culturele en levensbeschouwelijk vieringen ontstaat er meer begrip voor elkaars waarden en overtuigingen. Dit draagt bij aan het vergroten van de sociale betrokkenheid tussen inwoners. 

Om dit mogelijk te maken is deze subsidieregeling opgesteld. Het college wil er met deze subsidieregeling voor zorgen dat inwoners van Den Haag vieringen organiseren waarbij historische, culturele en levensbeschouwelijke achtergronden en kennis hierover wordt gedeeld. Om dit op een laagdrempelige manier mogelijk te maken richt de regeling zich op vieringen op straat-, buurt- of wijkniveau en wordt de subsidie op een eenvoudige wijze verstrekt.

Besluitvorming

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

gelet op artikel 5 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2020,

besluit vast te stellen de navolgende Subsidieregeling Haags vieren in de wijk Den Haag 2024:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

- ASV:

Algemene subsidieverordening Den Haag 2020;

- Awb:

Algemene wet bestuursrecht;

- college:

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag;

- Haagse viering:

viering op straat-, buurt- of wijkniveau in Den Haag van historische, culturele of levensbeschouwelijke betekenis;

- inwoner:

persoon die woonachtig is in de gemeente Den Haag.

- openbaar toegankelijk:

kosteloos toegankelijk voor inwoners uit de omgeving die minder bekend zijn met de viering;

- sociale betrokkenheid:

mate waarin bewoners zich verbonden voelen met anderen in hun gemeenschap en leefomgeving.

Artikel 1:2 Toepassingsbereik

Deze subsidieregeling is van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 1:4 bedoelde activiteiten.

Artikel 1:3 Doel van de subsidie

  • 1.

    Het doel van de subsidieregeling is dat inwoners van Den Haag vieringen organiseren waarbij historische, culturele en levensbeschouwelijke achtergronden en kennis hierover wordt gedeeld.

  • 2.

    Het achterliggende maatschappelijke doel is het vergroten van de sociale betrokkenheid van inwoners en het verhogen van de onderlinge tolerantie.

Artikel 1:4 Activiteiten

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor:

  • a. het organiseren van een openbaar toegankelijke Haagse viering:

    b. waarbij waarden, overtuigingen en kennis van de Haagse viering worden gedeeld met inwoners die hier minder bekend mee zijn; en

    c. waarvoor inwoners die wonen in de directe omgeving van de plaats van de viering worden uitgenodigd.

Artikel 1:5 Doelgroep

Subsidie wordt verstrekt aan rechtspersonen die op grond van het handelsregister van de Kamer van Koophandel gevestigd zijn in Den Haag en aan natuurlijke personen die woonachtig zijn in Den Haag.

Artikel 1:6 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijkerwijs gemaakte kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van het college direct zijn verbonden met en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 1:4.

  • 2.

    Voor subsidie komen in aanmerking:

    a. de BTW over de gesubsidieerde kosten voor zover van toepassing en die BTW niet teruggevorderd, verrekend of anderszins in mindering kan worden gebracht;

    b. kosten voor eten en drinken voor deelnemers tot €15,- per deelnemer;

    c. kosten voor de vergoeding en waardering van vrijwilligers tot €25,- per vrijwilliger.

  • 3.

    De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:

    a. kosten die een organisatie structureel maakt voor gebouwen en buitenterreinen, personeel, administratie, ICT en andere vaste lasten, die niet rechtstreeks verbonden zijn met het organiseren van een Haagse viering;

    b. loonkosten voor de inhuur van een professional voor het ondersteunen van de organisatie en de uitvoering van de activiteit;

    c. kosten die eerder door het college op basis van de subsidieregeling of anderszins zijn gesubsidieerd;

    d. kosten die door de aanvrager zelf zijn gemaakt voor de indiening van de aanvraag.

Artikel 1:7 Hoogte van de subsidie

Een subsidie bedraagt maximaal:

  • a. € 1.000,- bij een aanvraag van een in Den Haag woonachtige, natuurlijke persoon voor een Haagse viering met meer dan 10 verwachte deelnemers;

    b. € 1.000,- bij een aanvraag van een in Den Haag gevestigde rechtspersoon voor een Haagse viering met meer dan 10 en minder dan 51 verwachte deelnemers;

    c. € 2.500,- bij een aanvraag van een in Den Haag gevestigde rechtspersoon voor een Haagse viering met meer dan 50 en minder dan 151 verwachte deelnemers;

    d. € 5.000,- bij een aanvraag van een in Den Haag gevestigde rechtspersoon voor een Haagse viering met meer dan 150 verwachte deelnemers.

Artikel 1:8 Subsidieplafond

  • 1.

    Voor subsidieverlening op grond van deze regeling geldt per kalenderjaar een subsidieplafond van € 300.000,-.

  • 2.

    Het subsidieplafond wordt verdeeld in de volgende deelplafonds:

    a. € 75.000,- voor een viering die plaatsvindt in de periode januari tot en met maart;

    b. € 75.000,- voor een viering die plaatsvindt in de periode april tot en met juni;

    c. € 75.000,- voor een viering die plaatsvindt in de periode juli tot en met september;

    d. € 75.000,- voor een viering die plaatsvindt in de periode oktober tot en met december.

  • 3.

    Indien het deelplafond binnen een kwartaal niet wordt bereikt, wordt het resterende bedrag toegevoegd aan het deelplafond van het volgende kwartaal.

Artikel 1:9 Wijze van verdeling

  • 1.

    Het college verstrekt de subsidie in volgorde van ontvangst van de aanvraag bij het college, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

  • 2.

    Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als tijdstip van ontvangst van de aanvraag het tijdstip waarop de aanvraag volledig is aangevuld.

Hoofdstuk 2 Aanvraag subsidie en termijnen

Artikel 2:1 Aanvraag subsidie

  • 1.

    Onverminderd artikel 8, tweede en derde lid, van de ASV legt de aanvrager de volgende gegevens over:  

    a. een inhoudelijke omschrijving van de achtergrond van de Haagse viering waar subsidie voor wordt aangevraagd;

    b. een toelichting op hoe inwoners die minder bekend zijn met de Haagse viering worden uitgenodigd en betrokken;

    c. een toelichting op hoe kennisuitwisseling over de Haagse viering plaatsvindt met de deelnemers die minder bekend zijn met de Haagse viering;

    d. een verwachting van het totale aantal deelnemers, het aantal deelnemers dat bekend is met de Haagse viering en het aantal deelnemers dat minder bekend is met de Haagse viering; en

    e. een begroting met daarin de kosten en de inkomsten van de Haagse viering en de bijdragen van derden;

  • 2.

    Indien de aanvrager een rechtspersoon is dan overlegt hij tevens:

    a. een verklaring waaruit blijkt in hoeverre de subsidieontvanger als BTW belaste ondernemer is aan te merken; en

    b. een specificatie van verrekenbare en niet-verrekenbare BTW.

  • 3.

    De aanvrager maakt voor de aanvraag gebruik van het door het college voor deze regeling vastgestelde digitale aanvraag- en begrotingsformulier.

Artikel 2:2 Aanvraagtermijn

In afwijking van artikel 9, tweede lid, van de ASV wordt een aanvraag om subsidie ingediend uiterlijk zes weken voordat de Haagse viering plaatsvindt.

Artikel 2:3 Subsidievaststelling zonder verlening vooraf

Het college stelt de subsidie direct vast.  

Artikel 2:4 Beslistermijn

Het college beslist, in afwijking van artikel 10, tweede lid, van de ASV, binnen zes weken nadat de volledige aanvraag om subsidie is ingediend.

Hoofdstuk 3 Weigeringsgronden

Artikel 3:1 Weigeringsgronden

Onverminderd de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Awb en artikel 11, eerste, tweede en derde lid, van de ASV weigert het college de subsidie als:

  • a. de aanvrager doelstellingen beoogt die zich richten op het werven van leden, het doen van politieke uitingen of het organiseren of mobiliseren voor een demonstratie;

    b. de aanvraag wordt gedaan voor een viering die naar het oordeel van het college reeds in voldoende mate georganiseerd wordt door anderen;

    c. de activiteit waarvoor de subsidie wordt aangevraagd in aanmerking komt voor subsidie op basis van een andere subsidieregeling.

Hoofdstuk 4 Verplichtingen en betaling

Artikel 4:1 Verplichtingen

Onverminderd de artikelen 12 en 13 van de ASV gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen: 

  • a. de stadsdeelmedewerker van het stadsdeel waarin de Haagse viering plaatsvindt ontvangt ten minste vier weken voor de viering een uitnodiging hiervoor;

    b. de subsidieontvanger werkt mee aan de steekproefcontrole door het college om te beoordelen of de subsidie terecht is verstrekt.  

Hoofdstuk 5 Overige bepalingen

Artikel 5:1 Evaluatie

Het college evalueert deze subsidieregeling uiterlijk 30 juni 2026.

Artikel 5:2 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte in het Gemeenteblad en vervalt op 1 januari 2027.

Artikel 5:3 Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Haags vieren in de wijk Den Haag 2024.

Den Haag, 12 november 2024

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

Ilma Merx

de burgemeester,

Jan van Zanen