Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR726839
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR726839/1
Nadere regeling gemeentelijke sportaccommodaties Berg en Dal 2025
Geldend van 19-11-2024 t/m heden
Intitulé
Nadere regeling gemeentelijke sportaccommodaties Berg en Dal 2025Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal;
gelet op artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Welzijn Berg en Dal 2017;
besluit vast te stellen de Nadere regeling gemeentelijke sportaccommodaties Berg en Dal 2025:
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
-
1. In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
Algemene subsidieverordening: Algemene subsidieverordening Welzijn Berg en Dal 2017.
- b.
Attributen: ballenvangers, lichtmasten, led-armaturen, terreinafscheiding en veld- of baanafscheiding.
- c.
Baan: een oppervlak om op te tennissen dat bestaat uit materialen die de KNLTB heeft goedgekeurd.
- d.
Beheersstichting: een stichting die namens één of meerdere sportverenigingen het beheer en onderhoud van een sportaccommodatie doet.
- e.
Berging: opslagruimte voor materialen.
- f.
Bouwheerschap: het opdrachtgeverschap voor bouwactiviteiten.
- g.
Bruto speeltijd: netto speeltijd + pauze + wisseltijd.
- h.
Gemeentelijke sportaccommodatie: een sportaccommodatie die in de gemeente Berg en Dal ligt en die naar het oordeel van het college van burgemeester en wethouders toekomstbestendig is en is opgenomen op de lijst met gemeentelijke sportaccommodaties in artikel 2.
- i.
Hoofdactiviteit: de belangrijkste sportieve activiteit van de sportvereniging, die bestaat uit trainingen en wedstrijden.
- j.
Investeringssubsidie: een subsidie in de kosten van nieuwbouw, uitbreiding of vervanging van een sportvoorziening.
- k.
Inpandige ruimtes: kleedkamers, wasruimtes, scheidsrechter ruimtes en bergingen die deel uitmaken van een gebouw op een sportaccommodatie.
- l.
Kleedkamer: omkleedruimte exclusief wasruimtes.
- m.
Landelijke sportbond: KNVB (voetbal), KNKV (korfbal) of KNLTB (tennis).
- n.
Levensvatbaarheid: de mate waarin de subsidieontvanger kan voldoen aan zijn financiële verplichtingen, financieel gezond is volgens een onafhankelijke toets van Stichting Waarborgfonds Sport en voldoende spelende leden heeft zoals bepaald in artikel 9.
- o.
Netto speeltijd: het netto aantal uur dat er effectief op thuisvelden gevoetbald wordt.
- p.
Nieuwbouw: de aanleg van een nieuwe sportaccommodatie.
- q.
Onderhoud: alle werkzaamheden waarbij geen vervanging plaatsvindt zoals bedoeld in artikel 11.
- r.
Spelende leden: het aantal leden dat is ingeschreven bij een landelijke bond.
- s.
Sportaccommodatie: een voorziening die in hoofdzaak bestemd is voor sportactiviteiten wat betreft opzet, indeling en inrichting
- t.
Sportvoorziening: velden, banen, attributen (ballenvangers, lichtmasten, led-armaturen, terreinafscheiding en veld- of baanafscheiding), inpandige ruimtes (kleedkamers, wasruimtes, scheidsrechterruimtes en berging in een gebouw) op een sportaccommodatie.
- u.
Toekomstbestendig: het vermogen van de hoofdgebruiker om in te springen op veranderingen zodat een sportaccommodatie in de toekomst levensvatbaar blijft.
- v.
Uitbreiding: de aanleg van één of meer extra velden of banen en of één of meer extra kleedlokalen.
- w.
Vervanging: het vernieuwen van één of meer bestaande sportvoorzieningen.
- x.
Wasruimte: een ruimte om te douchen en te wassen.
- a.
-
2. Als begrippen niet in deze nadere regeling zijn gedefinieerd hebben ze dezelfde betekenis als in de Algemene subsidieverordening.
Artikel 2. Toepassingsbereik
-
1. Deze nadere regeling is alleen van toepassing op het verstekken van investeringssubsidies in de lid 2 aangewezen gemeentelijke sportaccommodaties voor de in artikel 3 genoemde activiteiten.
-
2. De gemeentelijke sportaccommodaties in Berg en Dal zijn;
- •
Sportpark Zuid, Groesbeek, voetbal
- •
Sportpark Beek, voetbal
- •
Sportpark Breedeweg, voetbal
- •
Sportpark Noord, Groesbeek, voetbal
- •
Sportpark de Horst, voetbal/korfbal
- •
Sportpark de Kempkes, Ooij, voetbal/korfbal
- •
Sportpark de Hove, Millingen, voetbal/korfbal
- •
Sportpark SVO Tennis Ooij, tennis
- •
Sportpark Millingen, tennis
- •
Sportpark de Duffelt, Leuth, tennis
- •
Sportpark de Oorsprong, Beek, tennis
- •
Sportpark de Triepel, Berg en Dal, tennis
- •
Sportpark Groesbeek, tennis
- •
-
3. Sportverenigingen en beheerstichtingen kunnen een schriftelijk verzoek indienen om als gemeentelijke sportaccommodatie opgenomen te worden in deze nadere regeling, als:
- a.
zij een sportaccommodatie in de gemeente Berg en Dal beheren waarvan ze de levensvatbaarheid en toekomstbestendigheid aan kunnen tonen met de gegevens genoemd onder artikel 10, lid c,d,e,f,g,h en l, een en ander ter beoordeling aan het college van burgemeester en wethouders, en
- b.
zij voldoen aan de voorwaarden die staan in artikel 9 in deze regeling, een en ander ter beoordeling aan het college van burgemeester en wethouders.
- a.
-
4. Bij het beoordelen van de noodzaak van het opnemen van een nieuwe gemeentelijke sportaccommodatie weegt het college van burgemeester en wethouders ten minste de volgende factoren mee:
- a.
aansluiting van het sportaanbod in capaciteit, kwaliteit en diversiteit van de desbetreffende locatie op het reeds bestaande sportaanbod op de gemeentelijke sportaccommodaties, en
- b.
de spreiding van het sportaanbod in de gemeente.
- a.
Artikel 3. Activiteiten
Burgemeester en wethouders kunnen een subsidie verstrekken voor activiteiten die gericht zijn op nieuwbouw, uitbreiding of vervanging van sportvoorzieningen voor voetbal, korfbal of tennis op gemeentelijke sportaccommodaties.
Artikel 4. Nieuwbouw
Burgemeester en wethouders subsidiëren de aanleg van een nieuwe sportaccommodatie alleen wanneer:
- a.
er twee of meer bestaande sportaccommodaties samengaan en het niet mogelijk is om door vervanging of uitbreiding de noodzakelijke capaciteit te realiseren, en
- b.
nieuwbouw een meerwaarde heeft ten opzichte van handhaving van de bestaande accommodaties, een en ander ter beoordeling aan het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 5. Uitbreiding
Burgemeester en wethouders subsidiëren de uitbreiding van sportvoorzieningen alleen wanneer het noodzakelijk is om in de benodigde capaciteit te voorzien en er geen voldoende restcapaciteit op andere sportaccommodaties aanwezig is binnen een straal van 6 kilometer.
Artikel 6. Vervanging
-
1. Burgemeester en wethouders subsidiëren de vervanging van sportvoorzieningen alleen wanneer:
- a.
de conditie van de sportvoorziening zo slecht is dat onderhoud niet leidt tot een redelijke levensduurverlenging of de kosten van onderhoud deze levensduurverlenging niet rechtvaardigen, en
- b.
vervanging nodig is om in de benodigde capaciteit te voorzien.
- a.
-
2. Als het om vervanging van een kunstgrasveld gaat, moet de conditie aangetoond worden met een onafhankelijk keuringsrapport.
Artikel 7. Capaciteit
-
1. Voor voetbal gelden de volgende voorwaarden:
- a.
De KNVB-behoeftebepaling van 1 september voorafgaand aan het in artikel 9 lid 4 bedoelde aanvraagjaar geldt als uitgangspunt voor het berekenen van de benodigde capaciteit.
- b.
Voor het bepalen van de benodigde wedstrijdcapaciteit wordt gerekend met bruto speeltijden per team volgens de KNVB-norm. Er wordt uitgegaan van 36 wedstrijdweken gecorrigeerd voor het aandeel thuiswedstrijden (50%). Bij teams tot en met 11 jaar (o-12) wordt gecorrigeerd voor veldomvang (50%). Het totaal aantal uren van alle teams wordt gedeeld door het aantal wedstrijdweken en de capaciteit van een veld in bruto uren volgens de KNVB-norm (7,5 uur).
- c.
Voor het bepalen van het aantal trainingsuren wordt gerekend met netto speeltijden. De principes van breedtesport van de KNVB-behoeftebepaling worden als uitgangspunt genomen. Er wordt gerekend met 40 trainingsweken per jaar en maximaal 2 x 80 minuten trainen per week voor senioren. Voor de jeugd is het maximaal aantal trainingsuren naar rato aangepast. Dit leidt tot het volgende gemaximeerde aantal trainingsuren per week per leeftijdscategorie:
- ●
Senioren: 2,67 uur per week;
- ●
Jeugd vanaf 13 jaar (o-14) en ouder: 2 uur per week;
- ●
Jeugd tot en met 12 jaar (o-13) en jonger: 1,5 uur per week
- ●
-
Voor de jeugd tot en met 12 jaar (o-13) wordt gecorrigeerd voor de veldomvang (50%).
- d.
Voor het bepalen van het aantal benodigde velden, worden de volgende capaciteitsnormen gehanteerd:
Bestaande trainingsvelden en oefenhoeken die afwijken in maatvoering kunnen naar rato worden meegenomen voor de capaciteitsberekening.
- ●
Kunstgrasveld:
1020 uur (270 uur wedstrijd + 750 training)
- ●
Natuurgras:
270 uur als wedstrijdveld, of
- ●
Natuurgras:
750 uur als trainingsveld.
- ●
- e.
Het aantal benodigde kleedkamers is genormeerd op 2 kleedkamers met eigen wasruimte per wedstrijdveld. Waarbij het uitgangspunt van ten minste 3 kleedkamers met wasruimte per accommodatie, één scheidsrechterruimte en één berging wordt gehanteerd. Voor de afmeting van de ruimtes geldt de KNVB-norm voor breedtesport.
- f.
Kunstgras wordt alleen gesubsidieerd als dit de meest doelmatige oplossing is om in de benodigde capaciteit te voorzien, dit ter beoordeling aan het college van burgemeester en wethouders.
- a.
-
2. Voor korfbal gelden de volgende voorwaarden:
- a.
Het aantal teams uit onderstaande tabel vermenigvuldigen met de bijbehorende belastingscoëfficiënt resulteert in het aantal normteams.
Team
Belastingscoëfficient
F-jeugd
0,4
E-jeugd
0,4
D-jeugd
0,625
C-jeugd
0,625
B-jeugd
1
A-jeugd
1
G-korfbal
1
Senioren
1
- b.
Het aantal normteams maal 20 weken maal 2 uur resulteert in het aantal trainingsuren.
- c.
Het aantal normteams maal 1,5 maal 20 weken resulteert in het aantal wedstrijduren.
- d.
De benodigde veld capaciteit wordt berekend op basis van de technische belastbaarheid van het veld. Voor de technische belastbaarheid wordt gehanteerd: een kunstgrasveld (bestaande uit 2 wedstrijdvelden) is genormeerd op 800 uur, een natuurgrasveld (68*44 meter) is genormeerd op 150 uren.
- e.
Het aantal benodigde kleedkamers is genormeerd op 4 kleedkamers per accommodatie, één scheidsrechterruimte en één berging tot en met 20 normteams. Voor de afmeting van de ruimtes geldt de KNKV-norm voor breedtesport.
- f.
Kunstgras wordt alleen gesubsidieerd als dit de meest doelmatige oplossing is om in de benodigde capaciteit te voorzien.
- a.
-
3. Voor tennis gelden de volgende voorwaarden:
- a.
Voor tennis is de capaciteitsnorm 90 spelende leden per baan.
- b.
Als bij de werkzaamheden de banen in een groep van twee of drie worden vervangen of aangelegd, wordt alleen het kostenaandeel voor de benodigde capaciteit gesubsidieerd.
- c.
Bij de vervanging van banen kunnen ook baanafhankelijke sportattributen meegenomen worden in de subsidie aanvraag als deze ook voldoen aan de voorwaarden voor vervanging.
- d.
De norm voor inpandige ruimtes is 2 kleedkamers met wasruimtes, en 1 berging per accommodatie. Voor de afmeting van de ruimtes geld de KNLTB-norm voor breedtesport.
- a.
Artikel 8. Sportvoorzieningen
-
1. In aanvulling op de onder capaciteit (artikel 7) bepaalde normen wordt aangesloten op de normen van de landelijke bond voor de breedtesport, wat betreft omvang van de gevraagde sportvoorziening en de materiaalkeuze.
-
2. De gevraagde sportvoorziening moet voldoen aan de geldende milieueisen op het moment van aanvraag.
-
3. Het college van burgemeester en wethouders kan aanvullende milieu-, duurzaamheid- en kwaliteitseisen stellen.
Artikel 9. Nadere voorwaarden voor de aanvraag
-
1. Een sportvereniging of een beheerstichting, die namens één of meerdere verenigingen op haar sportaccommodatie handelt, kan een subsidie aanvragen. Als de aanvrager een beheerstichting is, hebben nadere voorwaarden betrekking op de vereniging(en) die zij vertegenwoordigt en nadere voorwaarde 2d heeft betrekking op zowel de vereniging(en) als beheersstichting.
-
2. Een aanvrager kan in aanmerking komen voor subsidie als:
- a.
de aanvrager zich in overwegende mate richt op activiteiten voor inwoners van de gemeente Berg en Dal, en
- b.
de hoofdactiviteit voetbal, korfbal of tennis betreft, en
- c.
de vereniging aangesloten is bij een landelijke bond, en
- d.
uit een onafhankelijke toets van Stichting Waarborgfonds Sport (SWS) blijkt dat de aanvrager financieel gezond is, en
- e.
de aanvrager voldoende spelende leden heeft om levensvatbaar te zijn.
- a.
-
3. Het minimumaantal spelende leden voor voetbal is 200, voor korfbal 100 en voor tennis 90. In de beoordeling wordt de ledenontwikkeling van de afgelopen 5 jaar en de verwachting voor de komende 5 jaar meegewogen.
-
4. De peildatum voor het bepalen van het aantal spelende leden is 1 september voorafgaand aan de aanvraag als bedoeld in artikel 10.
Artikel 10. Aanvullende gegevens bij de aanvraag
Bij de subsidieaanvraag moet in aanvulling op artikel 7 van de Algemene subsidieverordening, de volgende gegevens voor 1 februari worden ingediend:
- a.
een officieel uittreksel van het aantal teams dat is ingeschreven bij landelijke bond, en
- b.
een lijst met bondsnummers en de geboortejaren van alle spelende leden, en
- c.
een meerjarenbegroting en geprognosticeerde balans waaruit de vermogenspositie van de subsidieaanvrager blijkt, en
- d.
een adviesrapport van Stichting Waarborgfonds Sport waaruit blijkt dat de aanvrager(s) financieel gezond zijn en de komende 10 jaar verwachten te blijven, en
- e.
een meerjarenonderhoudsplan voor de komende 10 jaar van waarin de conditie van de sportvoorzieningen op de accommodatie beschreven en financieel onderbouwd wordt, en
- f.
een adviesrapport over de toegankelijkheid van de accommodatie door het Nederlands Keurmerk voor Toegankelijkheid (NLKT), en
- g.
een toekomstvisie waarin in ieder geval beschreven wordt op welke wijze de aanvrager zich inzet om zo veel mogelijk mensen mee te laten doen (inclusie), en
- h.
een plan voor het verduurzamen van de accommodatie, en
- i.
een prognose van het aantal spelende (jeugd)leden voor de komende vijf jaar, en
- j.
een overzicht van het aantal spelende (jeugd)leden van de afgelopen vijf jaar, en
- k.
een begroting voor de gevraagde sportvoorziening(en) op basis van meerdere offertes, rekening houdend met de te verwachten subsidies van derden, en
- l.
een bewijs dat relevante subsidies zijn aangevraagd, zoals de subsidieregeling Stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties (BOSA), en
- m.
een bouwkundig plan, tekening of beschrijving met toelichting op de voorgenomen activiteit(en) waarvoor subsidie wordt aangevraagd, en
- n.
eventuele aanvullende adviesrapporten die de gemeente noodzakelijk acht om de aanvraag goed te kunnen beoordelen.
Artikel 11. Subsidiabele kosten
-
1. Alleen de kosten voor vervanging, uitbreiding of nieuwbouw van de volgende sportvoorzieningen komen voor subsidie in aanmerking:
- a.
sportattributen; ballenvangers, lichtmasten, led-armaturen, veld-/baanafscheiding en terreinafrastering. Waarbij alleen de vervanging van led-armaturen door led-armaturen onder deze regeling valt.
- b.
velden; renovatie van de toplaag van natuur- of kunstgras velden, gehele renovatie waarbij de onderbouw en de toplaag van de natuur-of kunstgrasvelden worden vervangen.
- c.
banen van materialen die door de KNLTB worden goedgekeurd.
- d.
het kostenaandeel in het gebouw op basis van het bruto-vloeroppervlak voor de volgende inpandige ruimtes; kleedkamers, bergingen, wasruimtes en scheidsrechterruimtes.
- e.
kosten voor (aanpassingen van) sportvoorzieningen voor mensen met een beperking kunnen worden toegekend als deze voorziening niet aanwezig is op een andere sportaccommodatie.
- a.
-
2. Bij een succesvolle aanvraag worden de volgende advieskosten gesubsidieerd:
- a.
de kosten voor het aanvragen van een adviesrapport bij Stichting Waarborgfonds Sport (SWS), en
- b.
de kosten voor het aanvragen van een adviesrapport van het Nederlands Keurmerk voor Toegankelijkheid (NLKT).
- c.
de kosten voor het laten opstellen van aanvullende adviesrapporten die de gemeente noodzakelijk acht om de aanvraag goed te kunnen beoordelen, waaronder:
- ●
Eenmalig het laten opstellen van een meerjarenonderhoudsplan ;
- ●
Eenmalig een energiescan voor het verduurzamen van de accommodatie.
- ●
- a.
-
3. De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:
- a.
kosten voor sportvoorzieningen die in meer capaciteit voorzien dan volgens de capaciteitsberekening noodzakelijk is.
- b.
kosten voor sportvoorzieningen die groter zijn of kwalitatief beter zijn dan de normering die de landelijke bond heeft gesteld voor de breedtesport.
- c.
kosten voor bestuurskamers, tribunes, kantines, sproei-installaties en dug-outs.
- d.
kosten voor veld- of baanbelijning, opnieuw inzaaien van gras en andere onderhoudsmaatregelen.
- e.
voorbereidingsbudgetten voor nieuwbouw, vervanging of uitbreiding.
- f.
advieskosten anders dan in lid 2 gespecificeerd.
- g.
eerste vervanging van conventionele armaturen voor veld-/baanverlichting door led-armaturen.
- a.
Artikel 12. Hoogte van de subsidie
De hoogte van de subsidie wordt als volgt bepaald:
- a.
Er wordt 80% van de daadwerkelijke (aanbestede) kosten van de te vervangen, uit te breiden dan wel nieuw te realiseren voorziening gesubsidieerd.
- b.
De hoogte van de subsidie is afhankelijk van de behaalde levensduur. De volgende levensduurnormen gelden voor voetbal en korfbal:
- •
Velden natuurgras: twintig jaar;
- •
Toplaag kunstgrasveld: twaalf jaar;
- •
Onderbouw kunstgrasveld: dertig jaar;
- •
Ballenvangers: dertig jaar;
- •
Lichtmasten: vijftig jaar;
- •
Ledarmaturen: vijftien jaar;
- •
Veldafscheiding: veertig jaar;
- •
Terreinafscheiding: veertig jaar;
- •
Kleedkamers: veertig jaar;
- •
Wasruimte: veertig jaar;
- •
Bergingen: veertig jaar.
- •
-
Als bovenstaande levensduurnormen verschillen van de financiële verordening, gelden de levensduurnormen volgens de Nadere regeling gemeentelijke sportaccommodaties 2025.
- c.
De levensduurnormen voor vervanging zoals opgenomen in onderstaande tabel zijn geldend voor de bepaling van de toekenning van subsidie bij tennis:
TYPE BAAN
- A.
ONGEBONDEN MINERAAL
- B.
ONGEBONDEN MINERAAL OP KUNSTSTOF
NUMMER
A1
A2
A3
B1-1
B1-2
B2
SPORTVLOER
GRAVEL
GRAVEL ONDER AFSCHOT
CANADA TENN
TOPCLAY/MATCHCLAY
TOPCLAY/MATCHCLAY
TENNISFORCE II
Toplaag (exclusief belijning)
15
15
15
20
20
20
Belijning
5
5
5
5
5
10
Fundering 1
30
30
30
15
30
30
Fundering 2
-
-
-
-
-
-
Onderbouw
30
30
30
30
30
30
Drainage
30
30
30
30
30
30
Beregening
20
20
20
20
20
20
TYPE BAAN
- C.
GEBONDEN MINERAAL
- D.
KUNSTSTOF
NUMMER
C1
D1
D2
D3
SPORTVLOER
BETONNEN
RECAFLEX
KUSHION KOURT
PLEXIPAVE/ DECOTURF
Toplaag (exclusief belijning)
20
10
20
10
Belijning
5
6
5
10
Fundering 1
30
30
30
30
Fundering 2
-
30
30
30
Onderbouw
30
30
30
30
Drainage
30
30
30
30
Beregening
-
-
-
-
TYPE BAAN
- E.
ZANDKUNSTGRAS
- F.
ZANDKUNST-GRAS
- G.
ROODZAND KUNSTGRAS
- H.
ROODZAND KUNSTGRAS GEBONDEN
NUMMER
E1
F1
G1
H1
SPORT-VLOER
ZAND KUNSTGRAS
ZAND-KUNSTGRAS GEBONDEN
ROODZAND KUNSTGRAS
ROODZAND KUNSTGRAS GEBONDEN
Toplaag (exclusief belijning)
10
10
10
10
Belijning
10
10
10
10
Fundering 1
30
30
30
30
Fundering 2
-
30
-
30
Onderbouw
30
30
30
30
Drainage
30
30
30
30
Beregening
-
-
-
-
- A.
- d.
De werkelijke kosten bestaan uit de aanbestede kosten inclusief btw, na aftrek van te verwachten subsidies en/of bijdragen van derden.
- e.
Als de levensduur van de gevraagde sportvoorziening is bereikt, dan wordt 80% van de werkelijke kosten voor de te vervangen, uit te breiden of de nieuw te realiseren sportvoorziening gesubsidieerd.
- f.
Als de levensduur van de gevraagde sportvoorziening niet is bereikt, dan wordt het subsidiepercentage op basis van de daadwerkelijk behaalde levensduur naar beneden bijgesteld, tenzij dit tot een onredelijke situatie leidt.
- g.
Als een langere levensduur voor de gevraagde sportvoorziening is bereikt dan wordt het subsidiepercentage op basis van de behaalde levensduur naar boven bijgesteld, met een maximum van 100% van de werkelijke kosten.
- h.
In alle gevallen geldt dat het subsidiebedrag maximaal het in de begroting opgenomen subsidiebedrag naar aanleiding van de goedgekeurde aanvraag kan zijn.
Artikel 13. Nadere weigeringsgronden
De subsidie wordt naast de in artikel 10 van de Algemene subsidieverordening genoemde gevallen geweigerd, als een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de subsidie niet of in onvoldoende mate besteed zal worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld.
Artikel 14. Wijze van verdeling
Het college van burgemeester en wethouders kan een subsidieplafond instellen. Als het totaal van de toe te kennen subsidies het subsidieplafond overschrijdt, gelden de volgende verdeelregels:
- a.
Het college van burgemeester en wethouders beslissen op de aanvragen in volgorde van ontvangst, met dien verstande dat wanneer de aanvrager op grond van artikel 8, vijfde lid van de Algemene subsidieverordening de gelegenheid heeft gehad om de aanvraag aan te vullen, de datum waarop de aanvraag voldoende is aangevuld geldt als datum van ontvangst.
- b.
Voor zover toe te kennen aanvragen om subsidie op dezelfde dag zijn ontvangen en toekenning ervan zou leiden tot overschrijding van het subsidieplafond, worden de aanvragen toegekend aan de hand van de volgende prioriteitsvolgorde:
Prioriteit 1: natuurgrasvelden, -banen, veldafscheiding en ballenvangers
Prioriteit 2: kunstgrasvelden, -banen, veldafscheiding en ballenvangers
Prioriteit 3: inpandige ruimtes
Prioriteit 4: terreinafscheiding
Prioriteit 5: lichtmasten en armaturen
Artikel 15. Aanvullende verplichtingen voor de subsidie ontvanger
Naast de in de Algemene subsidieverordening opgenomen verplichtingen is de subsidieontvanger verplicht om:
- a.
haar sportaccommodatie beschikbaar te stellen aan andere gebruikers en;
- b.
tenminste voor de afschrijftermijn van de sportvoorziening er zorg voor te dragen dat deze beschikbaar blijft voor inwoners van Berg en Dal, en
- c.
bouwheerschap uit te oefenen, en
- d.
na afronding van de activiteit waarvoor subsidie is ontvangen een aanvraag tot subsidievaststelling in te dienen.
Artikel 16. Aanvraag tot subsidievaststelling
-
1. In aanvulling op de artikelen 15, 16 en 17 van de Algemene subsidieverordening moet bij een aanvraag voor vaststelling van de subsidie in ieder geval ook een rekening/verantwoording van de aan de verrichte activiteiten verbonden inkomsten en uitgaven toegevoegd worden.
-
2. Het subsidiebedrag wordt binnen vier weken na de subsidievaststelling betaald onder verrekening van de betaalde voorschotten.
-
3. Het vast te stellen subsidiebedrag wordt bijgesteld aan de hand van het aanbestede bedrag met een maximum van het in de begroting opgenomen bedrag.
Artikel 16. Hardheidsclausule
Daar waar deze nadere regeling niet in voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 17. Slotbepalingen
-
1. De Nadere regeling gemeentelijke sportaccommodaties Berg en Dal 2020 wordt ingetrokken.
-
2. Deze nadere regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking en wordt voor de eerste maal toegepast voor het subsidiejaar 2025.
-
3. Deze nadere regeling wordt aangehaald als: Nadere regeling gemeentelijke sportaccommodaties Berg en Dal 2025.
Ondertekening
Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berg en Dal in zijn vergadering van 24 september 2024.
De secretaris,
E.W.J. van der Velde
De burgemeester,
mr. M. Slinkman
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl