Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR726478
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR726478/1
Nadere regels begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025
Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-01-2025
Intitulé
Nadere regels begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025Burgemeester en wethouders van de gemeente Voorne aan Zee;
Overwegende:
de nadere regels vast te stellen voor het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen van de gemeente Voorne aan Zee,
gelet op artikel 2 lid 2 van de Beheerverordening begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025;
besluiten:
- 1.
- a.
de ‘Nadere regels begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025’ vast te stellen en in werking te laten treden op 1 januari 2025, onder de opschortende voorwaarde van vaststelling door de raad van de ‘Beheerverordening begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025’ op 2 juli 2024, en;
- b.
het ‘Uitvoeringsbesluit grafbedekkingen gemeente Westvoorne 2013’, het ‘Uitvoeringbesluit graven en asbezorgingen 2012’ van de gemeente Brielle, het ‘Uitvoeringsbesluit grafbedekkingen 2012’ van de gemeente Brielle en het ‘Uitvoeringsbesluit begraafplaatsen 2015’ van de gemeente Hellevoetsluis, in te trekken onder de gelijktijdige inwerkingtreding van de onderhavige nadere regels.
- a.
HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsbepalingen
Alle begrippen die in deze nadere regels worden gebruikt hebben dezelfde betekenis als de begrippen in de Beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Voorne aan Zee 2025.
HOOFDSTUK 2. OPENSTELLING, ORDE EN RUST
Artikel 2. Openstelling begraafplaatsen
De gemeentelijke begraafplaatsen zijn dagelijks toegankelijk van zonsopgang tot zonsondergang.
Artikel 3. Ordemaatregelen
-
1. Het is aan steenhouwers, hoveniers, vrijwilligers en daarmede gelijk te stellen personen niet toegestaan, anders dan met toestemming van de beheerder, werkzaamheden aan grafbedekkingen op de begraafplaats te verrichten.
-
2. Het is niet toegestaan om zonder toestemming van de beheerder met motorrijtuigen en niet-gemotoriseerde voertuigen, waaronder fietsen en steps, op de begraafplaats te rijden. Motorvoertuigen en niet-gemotoriseerde voertuigen waarvoor toestemming is verleend, mogen niet harder dan stapvoets rijden.
-
3. Bezoekers met honden kunnen uitsluitend met een aangelijnde hond de begraafplaats bezoeken en dienen uitwerpselen onmiddellijk te verwijderen.
-
4. Te allen tijde is voorafgaand aan een begrafenis, asbijzetting in een graf of verstrooiing van as, overleg met en goedkeuring van de beheerder nodig.
-
5. Het bijzetten van een urn in een bestaand (urnen)graf, urnennis of op een urnenplaats, geschiedt uitsluitend in aanwezigheid van een medewerker van de begraafplaats.
-
6. Asverstrooiing op de begraafplaats anders dan door de beheerder is alleen mogelijk in overleg met, na toestemming van en in het bijzijn van een medewerker van de begraafplaats. De beheerder bepaalt waar as verstrooien mogelijk is.
-
7. Bovengrondse asverstrooiing op grafbedekkingen, urnenplaatsen en gedenkplaatsen is niet toegestaan.
-
8. Het verontreinigen van de begraafplaats, waaronder het achterlaten van afval buiten de daarvoor bestemde bakken, is niet toegestaan.
-
9. Het is niet toegestaan om attributen buiten de afmetingen van een bij dat graf mogelijk behorend liggend gedenkteken te plaatsen.
HOOFDSTUK 3. VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING
Artikel 4. Lijkomhulsels en grafgiften
-
1. Een kist of ander omhulsel wordt slechts voor begraving gebruikt, indien deze is vervaardigd met toepassing van biologisch afbreekbare materialen die het doel van begraving niet belemmeren. Dit is niet van toepassing ten aanzien van materialen die worden gebruikt voor handvatten en ornamenten voor zover die van buitenaf verwijderd kunnen worden en verbindingselementen als lijm, spijkers, schroeven, nieten of klemmen.
-
2. Het is verplicht op het aanvraagformulier voor een begrafenis het gebruik van lijkhoezen door te geven en tevens een verklaring bij te voegen waarin het gebruikte materiaal en de herkomst van de lijkhoes wordt gespecificeerd.
-
3. Het is verboden om te begraven in een zinken of andere metalen of kunststof (binnen)kist.
-
4. Het is niet toegestaan voorwerpen aan de grafruimte toe te voegen die de vertering van de overledene belemmeren of voorkomen en/of vervuilend zijn.
-
5. Het begraven van een overledene of bijzetten van as in een natuur(urnen)graf is slechts toegestaan met gebruikmaking van biologisch afbreekbare materialen en volgens de richtlijnen zoals door de Stichting GreenLeave zijn opgesteld.
Artikel 5. Tijden van begraven en asbezorging
-
1. Begravenissen en asbijzettingen kunnen op maandag t/m vrijdag vanaf 09.00 uur tot uiterlijk 16.00 uur plaatsvinden. Het begraven of de asbijzetting moet voor de eindtijd van 16.00 uur zijn afgerond.
-
2. Begraven of as bijzetten op maandag t/m vrijdag ná 16.00 uur of op zaterdag tot 16.00 uur is alleen mogelijk, na overleg met en akkoord van de beheerder. Hiervoor geldt een hoger tarief.
-
3. Het college kan in bijzondere gevallen van de in dit artikel genoemde dagen en tijden afwijken.
Artikel 6. Gemeentelijke voorzieningen
-
1. Het gebruik van de aula, aulavoorzieningen en de muziekinstallatie moet uiterlijk 2 werkdagen voorafgaande aan de dag waarop van deze voorzieningen gebruik zal worden gemaakt, worden aangevraagd bij de beheerder.
-
2. De aularuimte en de aangevraagde voorzieningen staan in overleg met de beheerder voor iedere plechtigheid gedurende voor een vooraf te bepalen tijdsduur ter beschikking van de aanvrager.
-
3. De koelruimte is per 12 uur beschikbaar, of een deel ervan, waarvoor een vast tarief in rekening wordt gebracht.
-
4. Voor een rouwbezoek in aanwezigheid van een beheerder wordt een tarief in rekening gebracht en tijdens buitengewone uren een toeslag.
-
5. Voor klokluiden op verzoek van de aanvrager wordt een tarief in rekening gebracht.
HOOFDSTUK 4. INDELING EN UITGIFTE VAN DE GRAVEN EN ASBESTEMMINGEN
Artikel 7. Indeling van de graven en asbestemmingen
-
1. Op de gemeentelijke begraafplaatsen van Voorne aan Zee kunnen, een en ander behoudens enkele uitzonderingen vanwege de grondgesteldheid, grondwaterstand of de faciliteiten ter plaatse, de volgende particuliere (urnen)graven, urnennissen of urnenplaatsen worden uitgegeven:
- a.
een éénlaags graf;
- b.
een tweelaagsgraf;
- c.
een éénlaags dubbelgraf (moeten tegelijk uitgegeven worden en krijgt 1 grafnummer);
- d.
een tweelaags dubbelgraf (moeten tegelijk uitgegeven worden en krijgt 1 grafnummer);
- e.
een éénlaags kindergraf voor kinderen jonger dan 1 jaar;
- f.
een éénlaags kindergraf voor kinderen van 1 tot 8 jaar;
- g.
een éénlaags kindergraf voor kinderen van 8 tot 12 jaar;
- h.
een éénlaags kindergraf voor kinderen van 12 tot 18 jaar;
- i.
een éénlaags onderhoudsvrij natuurgraf;
- j.
een tweelaags onderhoudsvrij natuurgraf;
- k.
een onderhoudsvrij natuururnengraf;
- l.
een urnengraf;
- m.
een bovengrondse urnennis;
- n.
een bovengrondse urnenplaats.
- a.
-
2. Daarnaast zijn er tweelaags algemene graven, behoudens enkele uitzonderingen vanwege de grondgesteldheid of grondwaterstand ter plaatse.
-
3. Er zijn geen algemene asbestemmingen.
-
4. In een “kindergraf” wordt tevens de mogelijkheid geboden tot begraving van een menselijke vrucht met een zwangerschapsduur tot 24 weken. In dat laatste geval wordt niet eerder overgegaan tot begraving dan nadat aan de beheerder een verklaring van een arts of verloskundige is overgelegd, waaruit blijkt dat het om een menselijke vrucht gaat die na een zwangerschapsduur van minder dan 24 weken levenloos ter wereld is gekomen dan wel binnen 24 uur na de geboorte is overleden. Ook dienen in het geval van de lijkbezorging alsnog de voorschriften zoals in de beheerverordening en nadere regels zijn vastgesteld en door de beheerder worden aangegeven te worden opgevolgd.
-
5. Het begraven van een overledene, doodgeborene of menselijke vrucht met een zwangerschapsduur tot 24 weken, samen met de moeder in één kist, is niet toegestaan.
Artikel 8. Afmetingen van de graven
-
1. Een en ander afhankelijk van de beschikbare ruimte en situatie ter plaatste van reeds eerder ingedeelde graven, zijn de maximale afmetingen voor een particulier graf, in het geval van:
- a.
een graf, 250 cm x 110 cm (l x b);
- b.
een dubbel graf, 250 cm x 220 cm (l x b);
- c.
een kindergraf tot 1 jaar, 100 cm x 100 cm (l x b);
- d.
een kindergraf 1 tot 8 jaar, 150 x 100 cm (l x b);
- e.
een kindergraf 8 tot 12 jaar, 200 cm x 100 cm (l x b);
- f.
een kindergraf 12 tot 18 jaar, 250 cm x 110 cm (l x b);
- g.
een onderhoudsvrij natuurgraf, 250 cm x 110 cm (l x b);
- h.
een onderhoudsvrij natuururnengraf, 80 cm x 80 cm (l x b);
- i.
een urnengraf, 80 cm x 80 cm (l x b);
- j.
een bovengrondse urnennis, de afmetingen zijn afhankelijk van de faciliteiten per begraafplaats;
- k.
een bovengrondse urnenplaats, de afmetingen zijn afhankelijk van de faciliteiten per begraafplaats.
- a.
-
2. Een en ander afhankelijk van de beschikbare ruimte en situatie ter plaatste van reeds eerder ingedeelde graven, is de maximale afmeting van een algemeen graf: 250 cm x 110 cm (l x b).
-
3. Indien er sprake is van kistmaten met een lengte > 205 cm, een breedte > 70 cm of een hoogte > 55 cm, gemeten inclusief handgrepen, dan dient daarover uiterlijk 3 werkdagen vóór een begrafenis een melding van te worden gemaakt bij de beheerder.
-
4. De graven worden ingemeten en in het veld voorzien van markeringen die net onder maaiveldhoogte worden aangebracht en voorzien van een uniek nummer.
Artikel 9. Aantal overledenen in graven of asbijzettingen in of op graven
-
1. In een algemeen graf mogen maximaal 2 overledenen worden begraven. Het bijzetten of plaatsen van urnen in of op algemene graven is niet toegestaan.
-
2. In een éénlaags particulier graf mag maximaal 1 overledene worden begraven. Het daarnaast bijzetten of plaatsen van maximaal 2 urnen is alleen toegestaan in de bovenste grondlaag van het graf of boven op het graf.
-
3. In een tweelaags particulier graf mogen maximaal 2 overledenen worden begraven. Het daarnaast bijzetten of plaatsen van maximaal 2 urnen is alleen toegestaan in de bovenste grondlaag van het graf of boven op het graf.
-
4. In een éénlaags particulier dubbelgraf mogen maximaal 2 overledenen worden begraven. Het daarnaast bijzetten of plaatsen van maximaal 2 urnen is alleen toegestaan in de bovenste grondlaag van het graf of boven op het graf.
-
5. In een tweelaags particulier dubbelgraf mogen maximaal 4 overledenen worden begraven. Het daarnaast bijzetten of plaatsen van maximaal 4 urnen is alleen toegestaan in de bovenste grondlaag van het graf of boven op het graf. Indien er in de bovenste grondlaag van het dubbelgraf urnen worden begraven zijn er maximaal 2 urnen aan iedere grafzijde toegestaan.
-
6. In een particulier kindergraf mag maximaal 1 kind worden begraven. Het daarnaast bijzetten of plaatsen van maximaal 2 urnen is alleen toegestaan in de bovenste grondlaag van het graf of boven op het graf.
-
7. In een éénlaags particulier natuurgraf mag maximaal 1 overledene worden begraven of 1 urn worden bijgezet. Daarnaast mag slechts 1 urn worden bijgezet in de bovenste grondlaag van het graf. Er mag geen urn op het graf worden geplaatst.
-
8. In een tweelaags particulier natuurgraf mogen maximaal 2 overledenen worden begraven, of maximaal 1 overledene en 1 urn worden begraven of bijgezet, of maximaal 2 urnen worden begraven of bijgezet. Daarnaast mag slechts 1 urn worden bijgezet in de bovenste grondlaag van het graf. Er mag geen urn op het graf worden geplaatst. Het samenvoegen van stoffelijke resten is niet toegestaan.
-
9. In een particulier natuururnengraf mogen maximaal 2 urnen worden bijgezet. Er mag geen urn op het graf worden geplaatst.
-
10. In of op een particulier urnengraf, niet zijnde natuururnengraf, mogen maximaal 2 urnen worden bijgezet of geplaatst.
-
11. In een particuliere urnennis mogen afhankelijk van de situatie ter plaatse 1 of 2 urnen worden bijgezet.
-
12. Op een particuliere urnenplaats mogen afhankelijk van de situatie ter plaatse 1 of 2 urnen worden bijgezet.
-
13. Indien er wordt gekozen voor het plaatsen van een urn boven op het graf, dan dient deze urn binnen de afmetingen te blijven van een bij dat graf mogelijk bijpassend gedenkteken.
-
14. Waar in dit artikel wordt gesproken over het begraven of bijzetten van urnen in een urnengraf, niet zijnde een natuururnengraf, vindt bij voorkeur plaats in een afsluitbare bewaarplaats van duurzaam materiaal voorzien.
-
15. Urnen die op gedenktekens of in niet-afgesloten urnennissen of urnenplaatsen worden gezet, moeten vast op de ondergrond worden bevestigd (gelijmd).
-
16. Urnen die geplaatst worden in een urnenmuur moeten inpasbaar zijn in of op de beschikbare ruimte van de urnennis of urnenplaats.
-
17. Het plaatsen van een urn van een huisdier op een particulier graf is toegestaan, met uitzondering van een natuur(urnen)graf. De afmeting van de urn mag niet groter zijn dan 20 x 20 cm.
-
18. De grondgesteldheid en grondwaterstand ter plaatse zijn bepalend of meerdere overledenen of bijzettingen van urnen mogelijk is. De beheerder bepaalt dat.
Artikel 10. Samenvoegen van overledenen en opgraving
-
1. Door samenvoegen worden de stoffelijke resten van eerder overledenen op de onderste graflaag samengevoegd om daarmee ruimte te maken voor een later overledene die daardoor kan worden begraven in de bovenste graflaag.
-
2. Het samenvoegen is alleen mogelijk op verzoek van een rechthebbende, op het moment dat er nog een lopend grafrecht is, er meerdere begraaflagen in een graf zijn, er voldaan is aan de wettelijke grafrusttermijn en op een hygiënisch verantwoorde wijze uitvoerbaar is.
-
3. Samenvoegen kan slechts éénmaal plaatsvinden en alleen in het geval van een particulier tweelaags graf, niet zijnde natuurgraf. Het zogenoemd verdiept begraven (schudden) van stoffelijke resten onder de onderste laag is niet toegestaan.
-
4. Voor een opgraving is een vergunning van de burgemeester nodig en, indien het een particulier graf betreft, ook toestemming van de rechthebbende. De burgemeester verbindt verdere voorwaarden aan de opgraving.
-
5. In het geval van samenvoegen of een opgraving dient altijd een gespecialiseerd bedrijf te worden ingeschakeld, op basis van een offerte (op aanvraag). Een bijzondere grondgesteldheid of slechte lijkvertering kan ertoe leiden dat samenvoegen of een opgraving niet mogelijk is.
-
6. Transport van stoffelijke resten na opgraving voor crematie of herbegraving elders buiten de begraafplaats is alleen toegestaan door medewerkers van de begraafplaats, of een daartoe bevoegde onderneming of door een rechthebbende of belanghebbende met gebruikmaking van een verzegelde kist, conform de dan van toepassing zijnde wet- en regelgeving of benodigde vergunning.
Artikel 11. Volgorde van uitgifte en reserveren van graven
-
1. Op de begraafplaatsen aan de Rijksstraatweg in Hellevoetsluis en ‘Maria Rust’ aan de Zeeweg in Rockanje worden geen nieuwe graven uitgegeven. Voor de begraafplaats aan de Smitsweg in Hellevoetsluis geldt dat daar enkel nog natuur(urnen)graven worden uitgegeven.
-
2. Alleen op de begraafplaatsen aan de G.J. van den Boogerdweg (nieuwe begraafplaats) Brielle, Voorweg te Oostvoorne, Dirk van Voornelaan te Rockanje en Smitsweg te Hellevoetsluis zijn natuur(urnen)graven beschikbaar met specifieke voorwaarden voor begraven, asbijzettingen en grafbedekkingen.
-
3. De beheerder beoordeelt en bepaalt welke graven voor uitgifte of reservering in aanmerking komen en in welke volgorde en onder welke voorwaarden deze worden uitgegeven.
-
4. Particuliere graven kunnen worden gereserveerd (verlening grafrecht) zonder dat daar onmiddellijk een overledene in wordt begraven.
-
5. De verlening van een grafrecht gaat onmiddellijk in vanaf de datum van uitgifte en wordt bekrachtigd met een akte.
-
6. Algemene graven kunnen niet worden gereserveerd.
Artikel 12. Termijnen uitgifte en verlengingen graven en asbestemmingen
-
1. Particuliere graven, natuur(urnen)graven uitgezonderd, worden uitgegeven voor een termijn van 10 jaar, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat.
-
2. Particuliere urnengraven, urnennissen en urnenplaatsen, natuururnengraven uitgezonderd, worden uitgegeven voor een termijn van 5 jaar, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat.
-
3. Particuliere natuur(urnen)graven worden uitgegeven voor een termijn van 100 jaar. Het grafrecht is niet verlengbaar.
-
4. Algemene graven worden, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat, beschikbaar gesteld voor een termijn van 10 jaar en deze termijn kan niet worden verlengd.
-
5. Een particulier grafrecht, inclusief het grafrecht op een urnengraf, urnennis, urnenplaats, niet zijnde een natuur(urnen)graf, wordt op verzoek verlengd met een termijn van 5 jaar of een veelvoud van 5 jaar, met een maximum van 50 jaar, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats dat toelaat.
-
6. Tussentijdse verlenging van het uitsluitende grafrecht, asbestemmingen uitgezonderd, is verplicht indien bij een bijzetting de resterende termijn korter is dan de wettelijk vereiste grafrusttermijn.
-
7. In het geval van een uitsluitend grafrecht, maakt het college uiterlijk 1 jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het grafrecht eindigt, schriftelijk aan de rechthebbende bekend dat het grafrecht zal verlopen, gelijktijdig met de aanbieding van een verlenging. In deze bekendmaking wordt tevens opgenomen dat bij niet verlengen, de grafbedekking op termijn kan worden verwijderd, het graf op termijn kan worden geruimd en indien een nieuwe rechthebbende zich meldt voor het grafrecht, het grafrecht opnieuw kan worden uitgegeven aan een nieuwe rechthebbende.
-
8. In het geval van een grafrecht op een algemeen graf, maakt het college uiterlijk 6 maanden voorafgaande aan het tijdstip waarop het grafrecht eindigt, schriftelijk aan de belanghebbende bekend dat het grafrecht zal verlopen. In deze bekendmaking wordt tevens opgenomen, het voornemen op termijn tot verwijdering van de grafbedekking of ruiming van het graf na afloop van het grafrecht over te gaan.
-
9. Wanneer het adres van de rechthebbende of belanghebbende niet bekend is of wanneer de rechthebbende of belanghebbende niet reageert op de in het vorige lid 7 of lid 8 bedoelde aanschrijving, maakt het college het aflopen van de uitgifteperiode tot aan het einde van het grafrecht bekend, door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en op het mededelingenbord bij de ingang van de begraafplaats.
Artikel 13. Overschrijving van verleende rechten
Wanneer nabestaanden ontbreken, kan de rechthebbende bij laatste wil of bij notariële akte bepalen dat de rechten worden overgeschreven op naam van de notaris die de nalatenschap beheert, een stichting of instelling voor grafzorg of een kerkgenootschap.
Artikel 14. Vervallen grafrechten
Naast de in de verordening genoemde gevallen, wordt onder in verval zijnde graven verstaan:
- a.
een breuk in het gedenkteken, het monument of de afdekplaat;
- b.
een verzakking van de grafbedekking, het gedenkteken, het monument of de afdekplaat van meer dan 10 cm ten opzichte van het maaiveld;
- c.
het onleesbaar (afgesleten) zijn van teksten;
- d.
beplanting buiten en boven de toegestane afmetingen van een gedenkteken, bijpassend bij het soort (urnen)graf;
- e.
omgevallen monumenten, dan wel monumenten die (deels) beschadigd zijn geraakt;
om welke reden het college het grafrecht kan laten vervallen indien de rechthebbende of belanghebbende, ondanks een aanmaning, niet binnen een jaar overgaat tot herstel van een graf dat in verval is.
HOOFDSTUK 5. GRAFBEDEKKING
Artikel 15. Vergunning gedenkteken
-
1. De vergunning tot het plaatsen, aanbrengen of wijzigen van een gedenkteken op een (urnen)graf of een natuur(urnen)graf moet schriftelijk worden gedaan bij de beheerder van de begraafplaats, uiterlijk 4 weken voor plaatsing. De aanvraag dient te bevatten:
- a.
NAW-gegevens en handtekening van de rechthebbende of belanghebbende van het (urnen)graf of urnenplaats;
- b.
welke begraafplaats, de ligging en nummer van het (urnen)graf;
- c.
de naam en het adres van degene die de te verrichten werkzaamheden op de begraafplaats uitvoert;
- d.
een werk- of productietekening waarin naar werkelijkheid wordt aangegeven: een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;
- e.
de soort en kleur van het materiaal van het gedenkteken en de bewerking ervan;
- f.
het opschrift en de figuratie(s);
- g.
de wijze van de fundering en de bevestiging van het gedenkteken daarop.
- a.
-
2. De toetsing en beslissing op de vergunningaanvraag wordt uitgevoerd door de beheerder en wordt schriftelijk medegedeeld.
-
3. Enkel op de nieuwe begraafplaats in Brielle is er de mogelijkheid van een afsluitbare gedenkplaat op een urnennis. De gedenkplaat wordt in dat geval door de beheerder verstrekt aan de rechthebbende. Voor deze specifieke gedenkplaat is geen vergunning benodigd, maar het conceptontwerp van het opschrift en de te gebruiken gravures en inscripties worden vooraf wel ter goedkeuring aan de beheerder overgelegd.
Artikel 16. Voorwaarden gedenkteken
-
1. Voor gedenktekens, uitgezonderd natuur(urnen)graven, mogen materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, kunststoffen, houtsoorten en gehard glas, welke van duurzame aard zijn en er moet minimaal 30 cm tussen de gedenktekens zitten.
-
2. In het geval van een natuur(urnen)graf is slechts een onbehandelde boomschijf van inheems hout met een diameter van maximaal 50 cm en een dikte van 10 cm toegestaan. Het plaatsen van andere voorwerpen op een graf is niet toegestaan.
-
3. Gedenktekens, boomschijven uitgezonderd, moeten worden geplaatst op een van duurzaam materiaal gemaakt fundament dat verzakking van het gedenkteken uitsluit. De beheerder kan hierop uitzonderingen bepalen.
-
4. Op en in de nabijheid van verstrooiplaatsen zijn permanente en tijdelijke voorwerpen en gedenktekens niet toegestaan.
-
5. De constructie, inclusief het fundament van het gedenkteken, moet naar het oordeel van de beheerder deugdelijk zijn en voldoen aan nadere regels. De beheerder beslist in het geval van particuliere graven (niet zijnde natuur(urnen)graven) van welke constructie gebruik moet worden gemaakt, denk daarbij aan stiepen, fundatiepalen, fundatieplaten en doken.
-
6. De regels en maatvoeringen van gedenktekens kunnen per grafsoort en categorie verschillen.
-
7. De maximale afmetingen van gedenktekens, ornamenten inbegrepen, op particuliere (urnen)graven niet zijnde natuur(urnen)graven boven maaiveld, worden hieronder per grafsoort en categorie nader bepaald:
- a.
een graf (één- of tweelaags): 180 x 80 x 100 cm (l x b x h), waarbij de dikte van een staande steen 10 cm is en een liggend onderdeel 40 cm hoog is;
- b.
een dubbelgraf (één of tweelaags): 180 x 160 x 100 cm (l x b x h), waarbij de dikte van een staande steen 10 cm is en een liggend onderdeel 40 cm hoog is.
- c.
een kindergraf voor kinderen tot 1 jaar: 100 x 70 x 70 cm (l x b x h), waarbij de dikte van een staande steen 10 cm is en een liggend onderdeel 40 cm hoog is;
- d.
een kindergraf voor kinderen van 1 tot 8 jaar: 150 x 70 x 70 cm (l x b x h), waarbij de dikte van een staande steen 10 cm is en een liggend onderdeel 40 cm hoog is;
- e.
een kindergraf voor kinderen van 8 tot 12 jaar: 180 x 70 x 70 cm (l x b x h), waarbij de dikte van een staande steen 10 cm is en een liggend onderdeel 40 cm hoog is;
- f.
een kindergraf voor kinderen van 12 tot 18 jaar: 180 x 70 x 70 cm (l x b x h), waarbij de dikte van een staande steen 10 cm is en een liggend onderdeel 40 cm hoog is;
- g.
een urnengraf: 70 x 70 cm (l x b) en met een dikte van 10 cm en indien schuinliggend geplaatst met een hoogte van 30 cm;
- h.
een bovengrondse urnennis, de afmetingen zijn afhankelijk van de faciliteiten per begraafplaats;
- i.
een bovengrondse urnenplaats, de afmetingen zijn afhankelijk van de faciliteiten per begraafplaats.
- a.
-
8. De maximale maatvoeringen van een gedenkteken op een algemeen graf boven maaiveld zijn: 80 x 80 cm (l x b) met een dikte van 10 cm en indien schuinliggend geplaatst met een hoogte van 30 cm. Een rechtopstaande steen is niet toegestaan.
-
9. Indien de nabestaanden ervoor kiezen geen afsluitplaat voor een urnennis te plaatsen moet de urn met door de beheerder goedgekeurde lijm vastgezet worden.
-
10. Op de nieuwe begraafplaats in Brielle is een afsluitplaat voor een urnennis verplicht. Deze afsluitbare gedenkplaat wordt eenmalig uitgegeven door de gemeente. De rechthebbende is zelf verantwoordelijk voor aan te brengen gravures of inscripties.
-
11. Een hekwerk op of rondom een (urnen)graf, niet zijnde natuur(urnen)graf, mag niet hoger zijn dan 30 cm boven maaiveld en moet binnen de afmeting van een gedenkteken blijven, bijpassend bij het soort graf.
Artikel 17. Gedenkteken plaatsen
-
1. Voor plaatsingswerkzaamheden van een gedenkteken, waaronder ook de plaatsing van een afsluitplaat voor een urnennis zoals van toepassing op de nieuwe begraafplaats in Brielle, is toestemming nodig van de beheerder en moeten zijn aanwijzingen ten aanzien van het plaatsen worden opgevolgd.
-
2. Alle sporen van werkzaamheden, ontstaan door of ten gevolge van plaatsingswerkzaamheden, moeten worden opgeruimd.
-
3. Voor plaatsing van een gedenkteken is altijd een melding vooraf aan de beheerder vereist en na toestemming geeft de beheerder nadere instructies. Dit is niet van toepassing in het geval van andersoortige grafbedekkingen, zoals vaste beplanting.
Artikel 18. Voorwaarden grafbedekking niet zijnde gedenkteken
-
1. Voor de maximale afmetingen van de grafbedekking op een (urnen)graf wordt aansluiting gezocht bij de maximale afmetingen van een bij dat graf mogelijk bijpassend liggend gedenkteken.
-
2. Het plaatsen op graven van wegneembare voorwerpen of losse bloemen in steekvazen en planten, ook in potten of bakken, is toegestaan, waarbij de rechthebbende of belanghebbende een zorgplicht heeft om het wegneembare voorwerp zo goed als mogelijk te borgen en om omvallen of omwaaien tegen te gaan.
-
3. Verboden zijn sterk woekerende planten, invasieve exoten en planten met stekels en doornen.
-
4. Bloemstukken met toebehoren die na een begrafenis op het graf worden achtergelaten, moeten binnen 4 weken na de dag van de begrafenis door de rechthebbende of de belanghebbende worden verwijderd. Indien niet aan de genoemde termijn voldaan wordt, heeft de beheerder het recht om deze ongevraagd te verwijderen, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
-
5. In het geval van een natuur(urnen)graf zijn geen bloemen en/of bloemstukken, vaste planten en attributen toegestaan en worden onmiddellijk verwijderd. Een uitzondering wordt gemaakt voor bloemen en/of bloemstukken die bij een begrafenis zijn geplaatst, voor een termijn van maximaal 4 weken.
-
6. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende 6 weken na een begrafenis ter beschikking gehouden van de rechthebbende of belanghebbende.
-
7. (Niet-)blijvende beplanting, losse bloemen, kransen, linten, siervazen en andere losse voorwerpen, die naar het oordeel van de beheerder in een verwelkte of verwaarloosde staat verkeren kunnen door de beheerder worden verwijderd, zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op een vergoeding.
-
8. Bodembedekking of strooibedekking, zoals grind, split, aarde, boomschors, tegels, keitjes en schelpen zijn alleen toegestaan binnen een deugdelijke omranding van minimaal 10 cm hoogte boven het maaiveld en moet worden geplaatst op een van duurzaam materiaal gemaakte bodemplaat.
Artikel 19. Onderhoud door de houder van de begraafplaats
De houder van de begraafplaats is verantwoordelijk voor het algemeen onderhoud van de begraafplaats. Hieronder wordt onder meer verstaan: onderhoud algemeen groen, onderhoud bomen, nieuwe aanplant plantsoen, verwijderen bladafval en het onderhoud van de grond rondom grafbedekkingen, paden, servicepunten en banken.
Artikel 20. Onderhoud door de rechthebbende of belanghebbende
-
1. Ten aanzien van het onderhoud van de grafbedekking is de rechthebbende of belanghebbende eindverantwoordelijk.
-
2. Onder onderhoud wordt mede verstaan het schoonhouden van het gedenkteken, het verwijderen van spontaan opkomende kruiden of zaailingen op het graf, het rechtzetten van verzakkingen van de grafbedekking of het gedenkteken, het verven of vergulden van letters en andere figuraties op het gedenkteken en het uitvoeren van overige herstellingen van het gedenkteken.
-
3. Voor het schoonmaken van de gedenktekens en voor algenbestrijding zijn alleen biologisch afbreekbare middelen toegestaan.
-
4. Voor het niet tijdig uitvoeren van het verwijderen van niet toegestane of onwenselijke planten en voorwerpen, of voor het niet tijdig uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden, binnen de in de aanschrijving genoemde termijn om tot uitvoering van het verzochte over te gaan, voert de beheerder tegen betaling door de rechthebbende of belanghebbende deze werkzaamheden uit.
-
5. Wanneer naar het oordeel van de beheerder het uiterlijke aanzien van de grafbedekking de begraafplaats schaadt of indien de verzakking of beschadiging van de grafbedekking gevaar oplevert voor derden, en de rechthebbende of belanghebbende geen gehoor heeft gegeven na aanschrijving, voert de beheerder tegen betaling door de rechthebbende of belanghebbende deze werkzaamheden uit.
Artikel 21. Herinneringsplaatje
-
1. Ter nagedachtenis van een overledene kan een herinneringsplaatje geplaatst worden op een algemene herdenkingszuil. Een herinneringsplaatje wordt verstrekt door de beheerder van de begraafplaats, zijn aanwijzingen ten aanzien van de inscripties en gravures moeten worden opgevolgd en de beheerder draagt tevens zorg voor de plaatsing ervan op een herdenkingszuil.
-
2. Het plaatsingsrecht van een herinneringsplaatje wordt uitgegeven voor een termijn van 20 jaar en is niet verlengbaar.
-
3. Aan de aanschaf en het plaatsingsrecht zijn kosten verbonden.
-
4. Per begraafplaats kan de uitstraling van de herdenkingszuil met herinneringsplaatjes verschillen.
HOOFDSTUK 6. RUIMING VAN GRAVEN EN GRAFBEDEKKING
Artikel 22. Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
-
1. Na de afloop van de uitgifteperiode en bij het uitblijven van een reactie van een (opvolgend) rechthebbende, zal er bij het graf voor de periode van 1 jaar een bordje worden geplaatst en een mededeling op het informatiebord worden geplaatst, waarop staat aangegeven het voornemen dat er op termijn geruimd zal worden.
-
2. Bij het ruimen van graven wordt in eerste instantie uitgegaan van bovengronds ruimen, zijnde het verwijderen van de grafbedekking. Pas in een later stadium worden de nog aan te treffen stoffelijke overblijfselen verzameld en overgebracht naar een verzamelgraf (ondergronds ruimen). Aanwezige stoffelijke resten worden overgebracht naar een verzamelgraf.
-
3. De beheerder is bevoegd de grafbedekking een andere bestemming te geven en een graf waarvan het grafrecht verlopen is opnieuw uit te geven aan een nieuwe rechthebbende.
-
4. Er is een coulanceregeling voor oude algemene kindergraven. Deze werden vanuit historie niet geruimd en dit blijft gehandhaafd.
HOOFDSTUK 7. HISTORISCHE GRAVEN EN OPVALLENDE GRAFBEDEKKINGEN
Artikel 23. Lijst historische graven en opvallende grafbedekkingen
-
1. Een lijst met historische graven en opvallende grafbedekkingen wordt met regelmaat geactualiseerd.
-
2. Het college voorziet na afloop van de graftermijn in het onderhoud van de in het vorige lid bedoelde graven en grafbedekkingen.
HOOFDSTUK 8. SLOTBEPALINGEN
Artikel 24. Inwerkingtreding en intrekking oude regelingen
Deze nadere regels treden in werking met ingang van 1 januari 2025, onder de opschortende voorwaarde van vaststelling door de raad van de ‘Beheerverordening begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025’ op 2 juli 2024, onder gelijktijdige intrekking van:
- a.
het ‘Uitvoeringsbesluit grafbedekkingen gemeente Westvoorne 2013’;
- b.
het ‘Uitvoeringbesluit graven en asbezorgingen 2012’ van de gemeente Brielle;
- c.
het ‘Uitvoeringsbesluit grafbedekkingen 2012’ van de gemeente Brielle, en;
- d.
het ‘Uitvoeringsbesluit begraafplaatsen 2015’ van de gemeente Hellevoetsluis.
Artikel 25. Citeertitel
Deze nadere regels worden aangehaald als: “Nadere regels begraafplaatsen gemeente Voorne aan Zee 2025”.
Ondertekening
Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorne aan Zee in de vergadering van 21 mei 2024.
Burgemeester en wethouders van Voorne aan Zee,
De secretaris,
De burgemeester,
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl