Subsidieregeling Voor- en Vroegschoolse Educatie

Geldend van 12-11-2024 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling Voor- en Vroegschoolse Educatie

Burgemeester en wethouders van de Gemeente Etten-Leur;

gelet op de Algemene subsidieverordening Etten-Leur 2024;

besluiten:

tot het vaststellen van de Subsidieregeling Voor- en Vroegschoolse Educatie

Artikel 1. Begripsbepaling

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ASV: Algemene subsidieverordening Etten-Leur 2024;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van Etten-Leur;

  • c.

    doelgroeppeuter en -kleuter: kinderen woonachtig in gemeente Etten-Leur met een (risico op) taal- en ontwikkelachterstand;

  • d.

    normtarief kinderopvang Rijksoverheid: Vastgesteld maximum uurtarief voor kinderopvang waarvoor vanuit de overheid een bijdrage in de vorm van kindertoeslag geboden wordt;

  • e.

    OAB (Onderwijs Achterstand Beleid)-partners: partners in het onderwijs en maatschappelijke partners die activiteiten aanbieden met betrekking tot het voorkomen van een taal- en ontwikkelingsachterstand;

  • f.

    organisatie: een stichting, vereniging of onderneming die is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en een kinderopvanglocatie heeft in de gemeente Etten-Leur;

  • g.

    (warme) overdracht en doorlopende lijn: een goed georganiseerde manier om ervoor te zorgen dat een leerling soepel kan overstappen naar een nieuwe groep, school of klas. Het doel is de leerlingen de juiste ondersteuning te bieden. Belangrijk is dat iedereen die bij de leerling betrokken is samenwerkt;

  • h.

    subsidietarief VE gemeente: de vergoeding door de gemeente aan de kinderopvangorganisatie voor het bieden van de voorschoolse educatie;

  • i.

    VVE (Voor- en Vroegschoolse Educatie)-programma: educatieve programma's gericht op het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden. Deze programma's starten in een voorschoolse voorziening (peutergroep) en lopen door tot en met groep 2 van de basisschool.

Artikel 2. Doelstelling

De doelstelling van deze subsidie is het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden door het bevorderen van de taal- en de sociaal-emotionele ontwikkeling van doelgroeppeuters en -kleuters, voor een goede start in groep 3 van het basisonderwijs met zo min mogelijk taal- en ontwikkelingsachterstand.

Artikel 3. Activiteiten/projecten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt voor:

  • 1.

    de uitvoering van VVE-programma’s ten behoeve van doelgroeppeuters;

  • 2.

    begeleiding en coaching van medewerkers door de pedagogisch beleidsmedewerker (HBO coach) binnen de kinderopvang die belast zijn met de uitvoering van VVE-programma’s;

  • 3.

    activiteiten die bijdragen aan de uitvoering van VVE-programma’s door:

    • a.

      ondersteunende en aanvullende activiteiten die zich richten op het gezin en/of kind en aansluiten bij de doelstelling van deze regeling;

    • b.

      het ondersteunen van ouders bij het plaatsen van hun kind op een kinderopvang waar voorschoolse educatie aangeboden wordt;

    • c.

      het vergroten van de ouderbetrokkenheid;

    • d.

      de deelname van ouders en doelgroeppeuters aan toeleidingprogramma’s voorschoolse educatie, voorafgaand aan de start van de voorschoolse educatie, te bevorderen;

  • 4.

    de aanschaf van materialen die passen bij of een aanvulling zijn op het VVE-programma;

  • 5.

    activiteiten die gericht zijn op het verzorgen van een (warme) overdracht en doorgaande lijn ten behoeve van de doorstroom van doelgroeppeuters van de kinderopvang met voorschoolse educatie naar het basisonderwijs;

  • 6.

    activiteiten, die gericht zijn op ouders van doelgroeppeuters en -kleuters die deelnemen aan een VVE-programma en, die bijdragen aan de versterking van de ouderrol en de taal- en sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind bevorderen;

  • 7.

    activiteiten die gericht zijn op het verkleinen of voorkomen van ontwikkelachterstanden bij doelgroeppeuters en -kleuters;

  • 8.

    activiteiten die bijdragen aan het behalen van de resultaat- en samenwerkingsafspraken voor- en vroegschoolse educatie.

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie op grond van deze regeling wordt uitsluitend verstrekt aan:

  • 1.

    Landelijk Register Kinderopvang geregistreerde kinderdagopvangorganisaties die vve-programma’s aanbieden op een locatie in Etten-Leur, ten behoeve van kinderen tot aan de start basisschool;

  • 2.

    organisaties die aanvullende of ondersteunende activiteiten aanbieden ter voorkoming van taal- en ontwikkelachterstanden.

Artikel 5. Subsidieaanvraag

  • 1. De subsidie wordt per kalenderjaar aangevraagd en verstrekt;

  • 2. De subsidie wordt digitaal aangevraagd door middel van een volledig ingevuld en digitaal ondertekend aanvraagformulier;

  • 3. Bij de aanvraag om subsidie is, indien nodig, bijgevoegd:

    • a.

      een beschrijving of toelichting van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • b.

      een begroting van (en een dekkingsplan) voor de kosten;

    • c.

      offerte of overzicht van uitgaven, weke noodzakelijk worden geacht voor realisatie van de activiteiten;

    • d.

      op welke wijze de activiteiten bijdragen aan de gestelde wettelijke kaders, maatschappelijke effecten en gemeentelijke beleidsdoelen;

  • 4. In afwijking van artikel 5 lid 1 kan er afgeweken worden om subsidie voor meerdere jaren af te geven, met een maximum van 5 opeenvolgende kalenderjaren.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

De subsidie is alleen mogelijk voor de kosten die in lijn zijn met artikel 158, artikel 159 en artikel 160 van de Wet primair onderwijs en betrekking hebben op:

  • 1.

    activiteiten voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal;

  • 2.

    voorschoolse educatie;

  • 3.

    afspraken met betrekking tot voor- en vroegschoolse educatie.

Artikel 7. Berekening van de subsidie

Voor het berekenen van de subsidie vergoeding wordt gebruik gemaakt van:

  • 1.

    Vergoeding van 450,- per jaar, per doelgroeppeuters, per kinderopvangorganisatie, ten behoeve van de pedagogisch beleidsmedewerker (HBO coach);

  • 2.

    Absolute stijging normtarief kinderopvang Rijksoverheid, met inachtneming van bevriezing van de tarieven vanaf 2026;

  • 3.

    Het uurtarief dat kinderopvang hanteert (subsidietarief VE gemeente) en jaarlijks door de rijksoverheid vastgesteld wordt (normtarief):

    • a.

      Voor- en vroegschoolse educatie wordt per doelgroeppeuter voor 8 uur volledig gesubsidieerd (subsidietarief VE gemeente) en volgens het door de Rijksoverheid vastgestelde normtarief.

    • b.

      Vervolgens is de subsidie per doelgroeppeuter voor nogmaals 8 uur:

      • i.

        Met recht op kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst: subsidie voor het verschil in uurtarief van het subsidietarief VE en het normtarief;

      • ii.

        Zonder recht op kinderopvangtoeslag: subsidie voor het verschil subsidietarief VE en de inkomensafhankelijke ouderbijdrage volgens de VNG Adviestabel ouderbijdrage peuteropvang (kostwinnersregeling);

  • 4.

    De offerte die door maatschappelijke partners bij de subsidieaanvraag ingediend wordt;

  • 5.

    De begroting die door onderwijspartners bij de subsidieaanvraag aangeleverd wordt.

Artikel 8. Verdeling van het subsidieplafond

  • 1. Indien het toekennen van alle aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, en die niet worden geweigerd op grond van artikel 9 van de ASV of artikel 3 van deze regeling, zou leiden tot een overschrijding van het subsidieplafond, rangschikken wij de aanvragen op volgorde van prioriteit.

  • 2. De prioritering van activiteiten op deze lijst wordt bepaald aan de hand van hun doelmatigheid, zoals hieronder vermeld:

    • a.

      activiteiten met betrekking tot de uitvoering van VVE-programma’s door kinderdagopvangorganisaties;

    • b.

      activiteiten ter ondersteuning van de uitvoering van VVE-programma’s door jeugdgezondheidzorg;

    • c.

      aanvullende activiteiten op het gebied van taal- en ontwikkelstimulering van het kind en het gezin door maatschappelijk partners;

    • d.

      aanvullende activiteiten op het gebied van taal- en ontwikkelstimulering van het kind en het gezin door onderwijspartners.

  • 3. De aanvragen worden door ons toegekend naar de volgorde op de prioriteitenlijst.

Artikel 9. Weigeringsgronden

De subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien het niet bijdraagt aan de doelstelling opgenomen in artikel 2 van deze regeling.

Artikel 10. Verplichtingen

  • 1. De subsidieontvangende organisatie houdt zich aan de afspraken tussen de gemeente en de andere OAB-partners, zoals opgeschreven in het document ‘Resultaat- en samenwerkingsafspraken VE gemeente Etten-Leur’;

  • 2. De subsidieontvangende organisatie neemt, indien van toepassing, plaats in een werkgroep VVE (Brede school) en levert daarvan één afgevaardigde voor de overkoepelende Themagroep VVE (maatschappelijk partners, onderwijs en gemeente) en werkt actief mee aan de implementatie en evaluatie van het beleid;

  • 3. De subsidieontvangende organisatie neemt, indien van toepassing, deel aan het monitoringssysteem en dashboard VVE;

  • 4. De kinderopvang organisatie voldoet aan de eisen die opgenomen zijn in de Wet kinderopvang, Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie, Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang, en door de wet aan de uitvoering van VVE-programma’s gesteld zijn;

  • 5. De kinderopvang organisatie zorgt dat de kwaliteit van de voorschoolse educatie wordt versterkt door inzetten van een pedagogische beleidsmedewerker in werkelijk ingezette uren en niet in contracturen;

  • 6. De kinderopvang organisatie verleent voorrang aan plaatsing van doelgroeppeuters op beschikbaar gekomen peuterplaatsen;

  • 7. Het streven is om een peutergroep per dag voor maximaal 50% uit doelgroeppeuters te laten bestaan, altijd met een maximale groepsgrootte van 16 peuters.

Artikel 11. Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule

  • 1. Wanneer er over artikelen onduidelijkheden bestaat of wanneer een artikel op meerdere manieren uitgelegd kan worden, beslist het college;

  • 2. Als de toepassing van deze regeling leidt tot een onredelijke beslissing op de aanvraag, dan kan het college in uitzonderingsgevallen van deze regeling afwijken (hardheidsclausule).

Artikel 12. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na die van publicatie.

  • 2. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Voor- en Vroegschoolse Educatie;

Ondertekening

Aldus besloten door burgemeester en wethouders van Etten-Leur op 17 september 2024

drs. C. (Cor) Smits

gemeentesecretaris

drs. M.C. (Marina) Starmans-Gelijns

burgemeester