Besluit van de raad van de gemeente Oosterhout van 8 oktober 2024 tot vaststelling van de Nota reserves en voorzieningen Gemeente Oosterhout 2024

Geldend van 01-12-2024 t/m heden

Intitulé

Besluit van de raad van de gemeente Oosterhout van 8 oktober 2024 tot vaststelling van de Nota reserves en voorzieningen Gemeente Oosterhout 2024

1 INLEIDING

Voor gemeenten staat het behalen van bepaalde maatschappelijke doelen centraal. Dit soort doelen zijn vaak zo groot en ingewikkeld, dat ze niet in één jaar te bereiken zijn. Denk bijvoorbeeld maar aan de ontwikkeling van een nieuwe woonwijk. Hierbij is het dus nodig om geld meerjarig beschikbaar te houden. Ook zijn hiervoor vaak dure eenmalige investeringen nodig, zoals de aankoop van gronden of de aanleg van een nieuwe weg.

En net zoals het privé verstandig is om voor grote aankopen zoals een nieuwe auto of voor een verbouwing geld te reserveren, geldt dit ook voor ons als gemeente. De bestemmingsreserves zijn de spaarpotjes van de gemeente. De gemeenteraad besluit of en waarvoor geld apart gezet wordt en hoeveel er jaarlijks ingestopt en uitgegeven mag worden.

Omdat de gemeenteraad zelf niet degene is die de spaarpotten beheert en de uitgaven doet, is het belangrijk om goede afspraken te maken. De basis voor alle financiële afspraken tussen gemeenteraad en college wordt gevormd door de Gemeentewet, het daaruit volgend Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en de financiële verordening van de gemeente Oosterhout.

Omdat het besluit om ergens al dan niet een reserve voor in te stellen een politieke keuze is, vind je in het BBV (Besluit Begroten en Verantwoorden) voor reserves vooral definities wat reserves zijn en wat hierover minimaal moet worden gerapporteerd in de jaarrekening. Hoe we als gemeente met reserves willen omgaan ligt vast in deze Nota reserves en voorzieningen. De regels voor voorzieningen in het BBV laten weinig ruimte voor ‘eigen’ afspraken. Daarom zijn de interne regels voor voorzieningen vooral gericht op volledigheid en juistheid: hoe zorgen we er voor dat er een voorziening wordt ingesteld als dat nodig is en dat er - net als bij de reserves - genoeg, maar ook niet te veel geld in wordt gestopt.

Reserves zijn onder te verdelen in algemene reserves en bestemmingsreserves (al bestemming aangegeven). We spreken over voorzieningen als er sprake is van een verplichting c.q. schuld, gekoppeld aan een bepaald risico. Het belangrijkste verschil tussen reserves en voorzieningen is dan ook dat er bij reserves in principe sprake is van een vrije keuze van het bestuur om gelden apart ter zetten, al dan niet voor een bepaalde bestemming. Bij voorzieningen is er sprake van een oorzaak uit het verleden: er is iets gebeurd wat niet terug te draaien is en wat waarschijnlijk leidt tot las-ten in de toekomst die niet waren voorzien. Van een vrije keuze is daardoor geen sprake.

In de presentatie van de begroting en jaarrekening is het volgens het BBV verplicht om alle onttrekkingen en toevoegingen aan reserves apart te presenteren. Hierdoor krijg je een resultaat van baten en lasten vóór onttrekkingen en stortingen de reserves en een resultaat ná stortingen en onttrekkingen reserves.

Algemene uitgangspunten c.q. spelregels voor reserves en voorzieningen

  • 1.

    Een duidelijke en overzichtelijke indeling van de reserves en voorzieningen: dit betekent onder andere dat het aantal reserves en voorzieningen beperkt blijft tot de hoogst noodzakelijke. Indien er teveel potjes ontstaan (en tot een te grote omvang), bestaat het gevaar dat er onnodig beslag wordt gelegd op de beschikbare gelden. Goede onderbouwing van de reserves en voorzieningen is daarom een vereiste.

  • 2.

    Instellen en opheffen van reserves: het instellen en opheffen van reserves is de bevoegdheid van de Raad. Dit past volledig bij het budgetrecht van de Raad.

  • 3.

    Toevoeging en onttrekkingen reserves: toevoegingen en onttrekkingen aan reserves moeten in de begroting zijn opgenomen. Indien dit niet het geval is, mag pas na definitieve bepaling van het resultaat in de jaarrekening gestort of onttrokken worden. Uitzondering hierop vormen de zgn. ‘gesloten systeem reserves’ (zie hoofdstuk 9).

  • 4.

    Instellen en opheffen van voorzieningen: voorzieningen kunnen, aangezien deze gekoppeld zijn aan risico’s, door het college worden getroffen in de jaarrekening voordat het resultaat wordt bepaald.

  • 5.

    Budgetbeheer: alle reserves en voorzieningen zijn gekoppeld aan de producten binnen de gemeente. Via deze koppeling is er ook een directe koppeling met de budgethouder en budgetbeheerder, die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de gestelde kaders op het gebied van reserves en voorzieningen.

  • 6.

    Het reservebeleid dient regelmatig te worden geëvalueerd. Het College is bevoegd tussentijdse aanpassingen in de nota door te voeren. Dit kan bijvoorbeeld als er sprake is van wijzigingen in de regelgeving. Het College is dan wel verplicht om de raad via de begroting en/of jaarrekening hiervan op de hoogte te stellen.

  • 7.

    Rentebeleid: op voorzieningen wordt geen rente bijgeschreven, tenzij deze tegen contante waarde zijn ingesteld. Aan algemene- en bestemmingsreserves wordt in zijn algemeenheid ook geen rente bijgeschreven. Hierop maken we een uitzondering voor de reserve investeringsprojecten en de reserve Equalit. Hiervan wordt de rente ten gunste van deze reserves gebracht.

Wijzigingen in deze nota

Hieronder staan de belangrijkste wijzigingen beschreven ten opzichte van de voorgaande nota reserves en voorzieningen. Dit zijn niet allemaal nieuwe voorstellen; deze zijn deels al in eerdere (raads)voorstellen voorgelegd en besloten.

Algemene reserves

Algemene reserve: De afgelopen jaren zijn de taken vanuit het Rijk fors toegenomen (onder meer binnen het sociaal domein en op gebied van duurzaamheid). In het financieel perspectief 2023 is de algemene reserve verhoogd naar 10% van de begrotingsomvang (ongeveer € 17,1 miljoen) en deze reserve aan te houden als risicoreserve. Het is dan niet meer nodig om een deel van de vrije reserve aan te houden ter dekking van risico’s waardoor een zuiverder beeld ontstaat op het besteedbaar vermogen aldaar.

Reserves grondbedrijf

Algemene bedrijfsreserve: deze naam wijzigt naar Algemene Reserve Grondexploitatie. Dat is duidelijker qua naam. In de voorgaande nota reserves & voorzieningen is de omvang van de Algemene reserve grondbedrijf (ABR) gemaximeerd op € 12,5 miljoen (en een minimale omvang van de ABR van € 9 miljoen). In het financieel perspectief 2023 is de ABR met € 4,1 miljoen verhoogd naar € 15 miljoen. Reden om dit op te hogen is gelegen in de ontwikkelingen rondom Oosterhout Oost voor de komende jaren, welke een hoger risicoprofiel voor het grondbedrijf betekenen, en de wens van de raad om een actieve grondpolitiek toe te passen. Daarbij komt dat er de komende tijd ontwikkelingen voorzien zijn waar grondexploitaties voor geopend zullen moeten worden (ontwikkeling Slotjesveld en ontwikkeling Hanze College en omgeving).

Bestemmingsreserve ruimtelijke ontwikkeling: dit is een nieuwe reserve die in het licht van ruimtelijke ontwikkelingen benodigd is. Deze reserve kan tevens ingezet worden voor investeringen in groen in het stedelijk gebied. Een beschrijving van deze reserve vindt u in bijlage 2.

Reserve infrastructurele werken: deze naam wijzigt worden naar Bestemmingsreserve Mobiliteitsfonds (dit in lijn met besluitvorming over de uitvoeringsagenda mobiliteits-visie). Deze reserve staat nu nog weergegeven onder de algemene reserves grondexploitatie, maar in feite is de reserve gelabeld voor mobiliteitsprojecten. Deze zal dan verhuizen naar de lijst met bestemmingsreserves.

Bestemmingsreserves:

Reserve toeristisch fonds: De voeding van deze reserve verandert per boekjaar 2025. De maximale toevoeging is niet langer de totale meeropbrengst aan toeristenbelasting in een bepaald jaar, maar het eventueel restant budget van de 75.000 euro waar het Platform Toerisme over adviseert aan het college. Dit conform besluitvorming in de perspectiefnota 2025.

Opheffen reserves en voorzieningen

Via de nota zijn alle huidige reserves en voorzieningen geanalyseerd op basis van de volgende onderdelen:

  • Wat is het doel van de reserve of voorziening en is deze doelstelling nog actueel?

  • Betreft het hier een reserve of voorziening?

  • Ligt er een plan aan ten grondslag en wanneer is dit geactualiseerd?

  • Einddatum van de reserve of voorziening?

Op dit moment zijn er geen reserves of voorzieningen die nu kunnen worden opgeheven.

2 BEGRIPSBEPALING

In deze nota wordt verstaan:

Algemene reserve

Alle reserves zonder voorwaarden of bepaalde bestemming vormen tezamen de algemene reserve.

Bespaarde rente

Bespaarde rentelasten van investeringskredieten die niet met geleend geld, maar met eigen middelen (reserves) zijn gefinancierd. De bespaarde rente maakt deel uit van het rente resultaat. De bespaarde rente kan worden toegevoegd aan de reserves die tot de bespaarde rente hebben geleid.

Bestemmingsreserve

Een reserve waaraan de gemeenteraad een bepaalde bestemming heeft gegeven. De raad kan deze bestemming ook weer veranderen.

Kapitaallasten

De som van de jaarlijks terugkerende afschrijvingen en rentelasten met betrekking tot investeringen in activa. De kapitaallasten komen ten laste van de exploitatierekening.

Rentetoevoeging

Door aanwending van reserves voor interne financiering wordt op de te betalen externe rentelasten bespaard. Intern worden er wel rentelasten aan toegerekend. Deze rentelasten kunnen ten gunste worden gebracht van de betreffende reserves. Zie ook Bespaarde rente.

Reserve

Een reserve is een vermogensbestanddeel dat als eigen vermogen is aan te merken. Reserves zijn als volgt onder te verdelen:

1. algemene reserve;

2. bestemmingsreserves;

3. egalisatiereserves;

4. reserves ter dekking van kapitaallasten van geactiveerde kapitaaluitgaven (investeringen).

Voorzieningen

Een voorziening is dat deel van het vreemd vermogen dat wordt aangewend ter dekking van verplichtingen die redelijkerwijs zijn in te schatten. Een voorziening heeft een planmatig karakter en is in principe eindig.

Voorzieningen worden gevormd wegens:

  • 1.

    verplichtingen en verliezen waarvan de omvang onzeker, maar redelijkerwijs in te schatten is;

  • 2.

    risico’s terzake van verplichtingen of verliezen waarvan omvang redelijkerwijs is in te schatten;

  • 3.

    kosten te maken in volgend begrotingsjaar met oorsprong in (voorafgaand) begrotingsjaar en voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van de lasten over aantal begrotingsjaren;

  • 4.

    de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen (economisch nut), waarvoor een heffing wordt geheven.

3 VISIE EN WETTELIJKE KADERS

3.1 VISIE

Op het gebied van reserves en voorzieningen heeft de gemeente Oosterhout de volgende visie:

De gemeente Oosterhout streeft naar een structureel gezonde financiële uitgangspositie. Bij een structureel gezonde financiële positie is er sprake van een weerstandsvermogen dat past bij het risicoprofiel. Het verbeteren van het weerstandsvermogen vindt plaats via het principe dat positieve resultaten bij de jaarrekening worden toegevoegd aan de vrije reserve.

3.2 WETTELIJKE KADERS

In deze paragraaf zijn de belangrijkste artikelen uit het BBV aangaande reserves en voorzieningen opgenomen.

3.2.1 Reserves

In artikel 42 van het BBV is aangegeven dat reserves behoren tot het eigen vermogen van de gemeente. Reserves worden onderscheiden naar:

  • a.

    algemene reserves; Een algemene reserve is een reserve zonder specifiek benoemd bestedingsdoel die is bedoeld als buffer om onverwachte tegenvallers en fluctuaties in de exploitatie op te kunnen vangen.

  • b.

    bestemmingsreserves. Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan door de gemeenteraad een specifiek bestedingsdoel (bestemming) is gegeven.

3.2.2 Voorzieningen

Voorzieningen zijn passiefposten op de balans, die een schatting geven van de voorzienbare lasten in verband met risico’s en verplichtingen, waarvan de omvang en/of het tijdstip van optreden per balansdatum min of meer onzeker is, en die oorzakelijk samenhangen met de periode voorafgaand aan die datum.

Het vormen van een voorziening is niet toegestaan voor een algemeen bedrijfsrisico; bij een voorziening dient er sprake te zijn van een specifiek risico. De algemene reserve is bedoeld voor het opvangen van algemene bedrijfsrisico’s.

In artikel 44 van het BBV is een voorgeschreven indeling van de voorzieningen opgenomen. In grote lijnen komt deze op het volgende neer:

  • a.

    verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten;

  • b.

    risico’s inzake te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten;

  • c.

    kosten die betrekking hebben op het lopende of voorgaande begrotingsjaren die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;

  • d.

    de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven.

Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de Europese en Nederlandse overheden ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren.

In bijlage 2 van deze nota zijn de artikelen uit het BBV die betrekking hebben op reserves en voorzieningen opgenomen.

4 RESERVES

4.1 RESERVES

Het BBV onderscheidt twee soorten reserves, te weten de algemene reserves en de bestemmingsreserves. Hieronder wordt weergegeven wat onder deze reserves wordt verstaan.

4.1.1. Algemene reserves

Algemene reserve zijn reserves waaraan geen bestemming is gegeven. Deze dienen om risico’s in algemene zin op te vangen en hebben daarmee een bufferfunctie. Twee keer per jaar (bij de begroting en bij de jaarstukken) actualiseren wij in het kader van risicomanagement ons risicoprofiel, zoals beschreven in de Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen.

Naast de algemene reserve betitelen we nog één reserve als algemene reserve, namelijk de Algemene Reserve Grondexploitatie (ARG) van het grondbedrijf.

De ARG is geen bestemmingsreserve zoals hieronder wordt beschreven, maar een reserve om algemene risico’s op het gebied van grondexploitatie op te vangen. Om deze reden vervult de ARG evenals de algemene reserve een bufferfunctie.

De vrije reserve binnen de gemeente Oosterhout is feitelijk gezien een mix tussen een algemene reserve en een bestemmingsreserve. Deze reserve dient enerzijds voor het opvangen van algemene risico’s, maar kent ook een aantal ‘projecten’ die vanuit deze reserve worden bekostigd.

4.1.2 Bestemmingsreserves

De bestemmingsreserves zijn reserves die gevormd zijn met een specifiek doel. Deze zijn op grond van hun doel nader in te delen in:

• projectreserves (ter realisatie van bestuurlijke ambities);

• exploitatiereserves;

• egalisatiereserves;

• risicoreserves;

• reserves ter dekking van afschrijvingslasten.

Projectreserves

Bij het uitvoeren van projecten lopen de uitgaven en inkomsten vaak niet synchroon. Door het instellen van een reserve kan gespaard worden voor een bepaald doel of project.

Exploitatiereserves

Dit is een reserve die is gerelateerd aan exploitatiebudgetten Voorbeeld hiervan betreft de reserve Equalit.

Egalisatiereserves

Om grote schommelingen in de exploitatie en in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht, maar die niet specifiek besteed hoeven te worden, op te vangen, kunnen egalisatiereserves worden gevormd.

Onderhoudsreserves

Een onderhoudsreserve is bedoeld om ongewenste schommelingen in de uitgaven voor onderhoud op te kunnen vangen. Het BBV geeft aan dat een onderhoudsreserve bij voorkeur vergezeld moet worden van een meerjarig-onderhoudsprogramma. Momenteel kennen we in Oosterhout deze reserves niet.

Reserves ter dekking van afschrijvingslasten

Een bijzondere soort bestemmingsreserve betreft de bestemmingsreserve investeringsprojecten; een reserve ter dekking van de kapitaallasten van gerealiseerde investeringen. Deze bestemmingsreserves dienen in stand te worden gehouden ter dekking van de kapitaallasten in de exploitatie.

4.2 VORMING EN MUTATIES RESERVES

Voor de vorming van en mutaties in de reserves is een besluit van de raad nodig in verband met het budgetrecht van de raad. Gedurende het jaar zijn er vaste momenten waarop voorstellen kunnen worden gedaan tot vorming van of mutaties in de reserves, namelijk bij de vaststelling van de begroting en bij de vaststelling van het jaarverslag. Daarnaast is het mogelijk om gedurende het jaar voorstellen aan de raad te doen voor vorming van en mutaties in de reserves.

Het voorstel tot instelling van een reserve moet minimaal de volgende gegevens bevatten:

Naam

Benaming van de in te stellen reserve

Programma

Het programma waaraan de reserve wordt gekoppeld.

Doel reserve

Het doel waarvoor de reserve wordt ingesteld.

Ingangsdatum

De reserve wordt ingesteld per <datum>

Stortingen

Het soort dotatie(s) waarmee de reserve wordt gevoed.

Onttrekkingen

Het soort dotatie(s) waarmee de reserve wordt verminderd.

Einddatum

De reserve wordt opgeheven per <datum> of gebeurtenis.

Rente

Geen rentetoerekening tenzij… Motivatie indien rente vereist.

4.3 OPHEFFING BESTEMMINGSRESERVES

Om de inzichtelijkheid te waarborgen worden reserves opgeheven als:

  • 1.

    het doel waarvoor ze zijn ingesteld is gerealiseerd; Na realisatie van de bestuurlijke doelstellingen kan het restant vrijvallen.

  • 2.

    het tijdspad is verlopen; Gelet op het feit dat de bestemmingsreserves gevormd worden om bestuurlijke ambities te realiseren, hebben deze een bepaalde prioriteit. In de tijd kan door gewijzigde prioriteitstelling het belang voor de realisatie van het doel van de bestemmingsreserve wijzigen.

Daarnaast kunnen bestemmingsreserves geheel of gedeeltelijk worden opgeheven naar aanleiding van de jaarlijkse beoordeling naar nut, noodzaak en omvang van de bestemmingsreserves.

Voor bestemmingsreserves die gevormd worden ter realisering van activa geldt dat na realisatie van het activum de reserve wordt gebruikt ter dekking van de kapitaallasten.

Het restantbedrag van bestemmingsreserves die opgeheven worden kan terugvallen in de vrije reserve. De raad neemt hierover een besluit bij de planning en control-producten.

4.4 RENTE EIGEN FINANCIERINGSMIDDELEN

Reserves worden gerekend tot de eigen financieringsmiddelen. De gemeente Oosterhout berekent rente over de eigen financieringsmiddelen. Dit wordt bespaarde rente genoemd. De reden om bespaarde rente over de eigen financieringsmiddelen te berekenen, is dat de eigen financieringsmiddelen dienen als financieringsbron. Hiervoor hoeven geen externe financieringsmiddelen te worden aangetrokken, waardoor wordt bespaard. De bespaarde rente kan:

1. toegevoegd worden aan reserves, of

2. toegevoegd worden aan de exploitatie.

De gemeente Oosterhout voegt bespaarde rente toe aan de exploitatie. Hierop maken we een uitzondering voor de bespaarde rente van de reserve investeringsprojecten en de reserve Equalit. Hiervan wordt de bespaarde rente ten gunste van deze reserves gebracht.

5 VOORZIENINGEN

5.1 VORMING VOORZIENINGEN

De gemeente is verplicht voorzieningen te vormen in het kader van:

  • 1.

    onzekere verplichtingen en verliezen;

  • 2.

    risico’s waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten; In het kader van het weerstandsvermogen worden de risico’s in beeld gebracht. Op het moment dat de risico’s redelijkerwijs in te schatten zijn, moet er een voorziening gevormd worden.

  • 3.

    egalisatie van kosten; Deze voorzieningen worden gevormd op basis van een door de raad vastgesteld beheerplan. Als de in het beheerplan opgenomen kosten niet of nauwelijks fluctueren is het niet noodzakelijk een voorziening te vormen.

  • 4.

    de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen (economisch nut), waarvoor een heffing wordt geheven.

Elke voorziening moet de omvang hebben van de desbetreffende verplichting of het geschatte risico. Voor elke voorziening moet een beheerplan aanwezig zijn, waarbij een onderbouwing aanwezig is van de voorziening gekoppeld aan het risico dat de gemeente op termijn loopt. Indien er een kans is dat een risico zich zal voordoen en de omvang van het risico niet goed is in te schatten, dan kan er geen voorziening worden getroffen. Het risico moet dan meegenomen worden in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing (W&R) bij de meerjarenbegroting en jaarstukken.

Schematisch kan dit als volgt worden weergegeven:

Kans op voordoen van verplichting, verlies of risico

Zeker

Waarschijnlijk

Niet uit te sluiten

Omvang financieel te bepalen?

Ja

Crediteurenschuld

Voorziening

Paragraaf W&R

Is in te schatten

Voorziening

Voorziening

Paragraaf W&R

Nee

Paragraaf W&R

Paragraaf W&R

Paragraaf W&R

5.2 OPHEFFING VOORZIENINGEN

Indien een voorzien risico, verlies of specifieke besteding komt te vervallen waarvoor in het verleden een voorziening is gevormd, dan moet het college de voorziening opheffen. Het restant van de voorziening valt vrij ten gunste van het rekeningresultaat. Indien een voorziening is gevormd ter gelijkmatige verdeling van lasten over begrotingsjaren dan moet de gemeenteraad de beslissing nemen over het opheffen van de voorziening. De raad geeft hiermee immers aan de lasten niet langer te willen egaliseren.

5.3 RENTE OVER VOORZIENINGEN

Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan, tenzij de waardering tegen contante waarde is of voorzieningen als gevolg van bijdragen van derden dit verplicht stellen.

6 ONDERSCHEID RESERVES EN VOORZIENINGEN

6.1 VERSCHIL RESERVES EN VOORZIENINGEN

Het belangrijkste onderscheid tussen reserves en voorzieningen is dat er bij reserves in principe sprake is van een vrije keuze van het bestuur om gelden apart te zetten, al dan niet voor een bepaalde bestemming.

Bij voorzieningen is er sprake van een oorzaak uit het verleden: er is iets gebeurd wat niet terug te draaien is en wat waarschijnlijk leidt tot lasten in de toekomst die niet waren voorzien (begroot). Van een vrije keuze is derhalve geen sprake. Wel kunnen soms de gevolgen nog beïnvloed worden. Bij het bepalen van de noodzakelijk omvang van een voorziening wordt hiermee ook rekening gehouden. In onderstaande tabel is het onderscheid tussen reserves en voorziening samengevat.

Reserve

Voorziening

Wijziging bestemming

Mogelijk

Niet mogelijk

Onderdeel van

Eigen vermogen

Vreemd vermogen

Toevoeging

Resultaatbestemming

Resultaatbepaling (Nemen van een last op product)

Onttrekking

Resultaatbestemming

Buiten de exploitatie om, direct in mindering op de voorziening

Aanwendbaar vrij

Ja, mits raadsbesluit

Nee, slechts voor betreffend doel

Financieel onderbouwd

Niet verplicht, wel wenselijk

Ja

Verantwoordelijkheid

Raad (=financieel beleid)

College (=financieel beheer) m.u.v. voorziening ter egalisatie van kosten.

6.2 DUIDELIJK EN OVERZICHTELIJKE INDELING VAN RESERVES EN VOORZIENINGEN

Dit betekent onder andere dat het aantal reserves en voorzieningen beperkt blijft tot de hoogst noodzakelijke. Reserves en voorzieningen dienen onderbouwd te worden. De doelstelling dient helder te zijn, de noodzakelijke omvang alsmede de wijze (en omvang) van stortingen en beschikkingen. Indien er teveel potjes ontstaan (en tot een te grote omvang), bestaat het gevaar dat er onnodig beslag wordt gelegd op gemeenschapsgelden.

7 WEERSTANDSVERMOGEN

7.1 MINIMALE HOOGTE ALGEMENE RESERVE

De doelstelling van de algemene reserve is:

  • 1.

    het tijdelijk opvangen van negatieve exploitatieresultaten. De benodigde omvang is sterk afhankelijk van de interne beheersing van de bedrijfsprocessen. Als de planning- en controlcyclus goed functioneert dan zullen via bijsturing tekorten/overschotten in de uitvoering van de begroting met behulp van een aanpassingsproces in uiterlijk 2 à 3 jaar weer worden gecorrigeerd;

  • 2.

    onvoorzienbare externe ontwikkelingen op te vangen.

Het ministerie van BZK stelt in zijn algemeenheid geen eisen ten aanzien van het niveau van de algemene reserve. In het besluit begroting en verantwoording (BBV) is alleen voorgeschreven dat de gemeente zelf haar beleid bepaalt ten aanzien van de algemene reserve.

De afgelopen jaren zijn de taken vanuit het Rijk fors toegenomen (onder meer binnen het sociaal domein en op gebied van duurzaamheid). In het financieel perspectief 2023 is de algemene reserve verhoogd naar 10% van de begrotingsomvang (ongeveer € 17,1 miljoen) en deze reserve aan te houden als risicoreserve. Het is dan niet meer nodig om een deel van de vrije reserve aan te houden ter dekking van risico’s waardoor een zuiverder beeld ontstaat op het besteedbaar vermogen aldaar.

7.2 ALGEMENE RESERVE GRONDEXPLOITATIE

De algemene reserve grondexploitatie (ARG) is een algemene reserve en heeft het karakter van een risicoreserve. Daarmee is deze te vergelijken met de Algemene Reserve op concernniveau. De inzetbaarheid van de algemene reserve grondexploitatie beperkt zich tot zaken die een duidelijk raakvlak hebben met het taakgebied grondexploitatie. Deze reserve kan worden aangewend voor het voeren van een actief grondbeleid, maar dient tevens als buffer voor het afdekken van mogelijke verliezen en risico’s.

Voor de wenselijke omvang van het weerstandsvermogen zijn een groot aantal factoren van belang, zoals de omvang van de geïnvesteerde bedragen (de boekwaarden), de looptijd van de exploitaties, de risico’s van prijs- en rentestijgingen voor de exploitatiekosten, prijsdalingen voor de grondverkopen, tegenvallende subsidies en afzet-stagnaties. Ingeval van samenwerking met projectontwikkelaars is ook de soliditeit van de betreffende ontwikkelaar een risicofactor. Tenslotte is de mate waarin voornoemde risico’s zijn afgedekt een belangrijk element. Kortom er is een groot aantal factoren van belang bij het bepalen van het benodigd weerstandsvermogen. Deze factoren laten zich niet in alle gevallen vastleggen in concrete cijfers.

In de voorgaande nota reserves & voorzieningen is de omvang van de Algemene reserve grondbedrijf (ABR) gemaximaliseerd op € 12,5 miljoen (en een minimale omvang van de ABR van € 9 miljoen). In het financieel perspectief 2023 is de ABR met € 4,1 miljoen verhoogd naar € 15 miljoen. Reden om dit op te hogen is gelegen in de ontwikkelingen rondom Oosterhout Oost voor de komende jaren, welke een hoger risicoprofiel voor het grondbedrijf betekenen, en de wens van de raad om een actieve grondpolitiek toe te passen. Daarbij komt dat er de komende tijd ontwikkelingen voorzien zijn waar grondexploitaties voor geopend zullen moeten worden (ontwikkeling Slotjesveld en ontwikkeling Hanze College en omgeving).

Middels het Meerjarenperspectief grondexploitaties (MPG) zal de omvang van de algemene reserve grondexploitatie worden gemonitord. Wanneer er aanleiding is om de omvang hiervan te verlagen of te verhogen, zal dit middels het MPG worden voorgelegd aan de gemeenteraad.

7.3 VRIJE RESERVE

De vrije reserve vormt onderdeel van de algemene reserves. De vrije reserve wordt in principe gevoed met overschotten uit de jaarrekening en het afromen van de Algemene Reserve Grondexploitatie vanwege de winsten van de diverse grondexploitaties/ grondverkopen.

De vrije reserve kan en mag niet negatief worden. Bij tekorten binnen de vrije reserve is het geen optie om extra geldleningen af te sluiten, aangezien het hier gaat om een dekkingsprobleem (geen financieringsprobleem).

Jaarlijks wordt via de begroting en de jaarrekening de vrije reserve herijkt, waarbij de actuele stand in beeld wordt gebracht en een doorkijk wordt gegeven in toekomstige uitgaven en inkomsten. In de berekening van het weerstandsvermogen wordt in principe alleen dat deel van de vrije reserve meegenomen waarop geen claim ligt.

8 TOETSING HUIDIGE RESERVES EN VOORZIENINGEN

Voor het toetsen van de huidige reserves en voorzieningen gelden de volgende criteria:

  • Wat is het doel van de reserve of voorziening en is deze doelstelling nog actueel?

  • Betreft het hier een reserve of voorziening?

  • Ligt er een plan aan ten grondslag en wanneer is dit geactualiseerd?

  • Einddatum van de reserve of voorziening?

In bijlage 1 is een overzicht gegeven van alle reserves en voorzieningen per 1 januari 2024.

Onderstaand is aangegeven voor welke reserves/ voorzieningen besloten wordt tot opheffing, herschikking van bedragen of samenvoeging.

Op te heffen reserves/ voorzieningen

Op dit moment zijn er geen reserves of voorzieningen die nu kunnen worden opgeheven.

In bijlage 1 is het totaal van alle reserves en voorzieningen weergegeven per 1-1-2024.

9 GESLOTEN SYSTEEM RESERVES

Zoals blijkt bij de uitgangspunten mag bij de jaarrekening aan reserves niet meer worden onttrokken of gestort dan dat er aan de voorkant is begroot. Uit praktisch oogpunt (conform eerdere besluitvorming) willen we de raad voorstellen hiervoor bij een aantal reserves een uitzondering te maken. Dit betekent praktisch dat hogere stortingen of onttrekkingen ten opzichte van de begroting al wel in de jaarrekening worden verwerkt, en dit niet via het voorstel saldobestemming bij de jaarrekening separaat aan de raad wordt voorgelegd ter besluitvorming. Uiteraard wordt hierover wel verantwoording afgelegd aan de raad middels de jaarrekening. Dit betreft de volgende reserves:

Reserve/ Voorziening

Gesloten circuit

Bestemmingsreserve SSC Equalit

Positieve en negatieve resultaten van Equalit worden middels deze reserve verrekend. Deze resultaten zijn namelijk het gevolg van activiteiten voor alle deelnemers en niet alleen van de gemeente Oosterhout.

Reserve investeringsprojecten

Deze reserve dient ter dekking van reeds gedane investeringen. Stortingen zijn gelijk aan het investeringsbedrag. Onttrekkingen zijn gelijk aan de kapitaallasten van de betreffende investeringen.

Bestemmingsreserve bedrijfsvoering

Bij het instellen van deze reserve (BI.0170214) is bepaald dat deze gevuld mag worden met de positieve resultaten uit het PBS, tot een maximumsaldo van € 500.000. De directie heeft het mandaat om deze reserve aan te spreken om knelpunten binnen de bedrijfsvoering aan te pakken.

Bestemmingsreserve toeristisch fonds

In 2016 is de bestemmingsreserve toeristisch fonds ingesteld. Met de jaarrekening 2024 zal deze reserve voor het laatste gevoed worden met de meeropbrengst van de toeristenbelasting. Per 1-1-2025 wordt deze reserve alleen gevoed met het eventueel restant budget van de 75.000 euro waar het Platform Toerisme over adviseert aan het college. Zo blijven deze middelen beschikbaar voor toeristische doelen.

Bestemmingsreserve vitaliteitsregeling

In 2019 is het generatiepact afgesloten. Onderdeel van de afspraak met de vakbonden is dat het eventuele voordelige saldo van deze regeling weer gebruikt mag worden voor de inzet van (jong) personeel. De kosten en de opbrengsten van deze regeling worden jaarlijks gesaldeerd en dit saldo zal in deze reserve gestort of onttrokken worden.

Bestemmingsreserve RVU

In het pensioenakkoord dat het kabinet in 2019 sloot met werkgevers en bonden, is een versoepeling van deze RVU-heffing afgesproken. Dat houdt in dat werkgevers van 2021 tot en met 2025 geen RVU-heffing betalen tot een brutobedrag dat gelijk is aan de netto AOW voor een alleenstaande zoals die geldt in 2021 tot en met 2025. Voor 2023 gaat het om een bedrag van maximaal €2.037 bruto per maand. Deze bepalingen zijn ook in de nieuwe CAO voor gemeenten vastgelegd. Tot uiterlijk 31 december 2025 kunnen ambtenaren aangeven of zij gebruik willen maken van de RVU.

Voorgesteld wordt om bovenstaande posten ook als zodanig in de jaarrekening te behandelen en mutaties op deze reserves direct in de jaarrekening te verwerken. Via de jaarrekening zal verantwoording worden afgelegd over de onttrekkingen en stortingen in deze reserves.

10 SLOTBEPALINGEN

10.1 CITEERTITEL

Deze nota wordt aangehaald als de Nota Reserves en Voorzieningen gemeente Oosterhout 2024.

10.2 WIJZIGING VAN DE NOTA

Indien wet- en regelgeving of andere omstandigheden dit vereisen wordt deze nota opnieuw beoordeeld op toepasbaarheid en actualiteit en, waar nodig, aangepast.

10.3 INTREKKING OUDE NOTA

De ‘Nota reserves en voorzieningen gemeente Oosterhout 2020-2023’ wordt ingetrokken op 1 december 2024.

10.4 INWERKINGTREDING

Deze nota treedt in werking op 1 december 2024.

Ondertekening

BIJLAGE 1: OVERZICHT RESERVES EN VOORZIENINGEN PER 1 JANUARI 2024

 

 Bedragen * € 1.000

 

STAND

PER

01-01-24

Algemene reserves

 

Algemene reserve (bufferfunctie)

17.283

Vrije reserve

22.244

Totaal algemene reserves

39.527

 

 

Reserves grondexploitatie

 

Algemene Reserve Grondexploitaties

13.870

Reserves grondexploitatie

13.870

 

 

Overige bestemmingsreserves

 

Bestemmingsreserve investeringsprojecten

50.212

Bestemmingsreserve SSC/ICT samenwerking

8.247

Bestemmingsreserve Mobiliteitsfonds

20.637

Bestemmingsreserve Aandachtsgroepen

2.765

Bestemmingsreserve Groenfonds

1.128

Bestemmingsreserve ruimtelijke ontwikkeling

0

Bestemmingsreserve sociaal domein

185

Bestemmingsreserve Stadhuis

20.095

Bestemmingsreserve IHP onderwijs

13.300

Bestemmingsreserve Toeristisch fonds

753

Bestemmingsreserve Bedrijfsvoering

199

Bestemmingsreserve vitaliteitsregeling

50

Bestemmingsreserve RVU

1.194

Bestemmingsreserve APPA

601

Totaal overige bestemmingsreserves

119.366

 

 

Voorzieningen eigen middelen

 

Voorziening wachtgeldregeling politieke ambtsdrager

395

Voorziening overmatig verlof SSC

212

Voorziening participaties APPA fonds

2.518

Voorziening Bovenwettelijk verlof

301

Voorziening Zwaaikom

2.050

Voorziening Slotjes Midden

550

Voorziening Arendsplein

1.200

Totaal voorzieningen Eigen middelen

7.226

 

 

Voorzieningen middelen van derden

 

Voorziening exploitatie reiniging

913

Voorziening exploitatie riolering

1.547

Totaal voorzieningen Middelen van derden

2.460

Totaal

182.449

BIJLAGE 2: TOELICHTING RESERVES

Algemene reserves:

Reserve

Algemene reserve

Programma

Financieel solide

Doel reserve

1. het tijdelijk opvangen van negatieve exploitatieresultaten. De benodigde omvang is sterk afhankelijk van de interne beheersing van de bedrijfsprocessen en de onderkende risico’s.

2. onvoorzienbare externe ontwikkelingen op te vangen.

Stortingen

De omvang van deze reserve is bepaald op 10% van de begrotingsomvang. Indien er onttrekkingen aan deze reserve plaatsvinden, zal in de uitvoering van de daarop volgende begrotingen in uiterlijk 2 à 3 jaar deze reserve weer moeten worden aangevuld.

Onttrekkingen

Indien er onttrekkingen aan deze reserve plaatsvinden, zal in de uitvoering van de daarop volgende begrotingen in uiterlijk 2 à 3 jaar deze reserve weer moeten worden aangevuld.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Vrije reserve

Programma

Diverse programma’s

Doel reserve

Vrij besteedbaar. Vanuit deze reserve vindt er een integrale afweging plaats tussen de diverse projecten.

Stortingen

Positieve resultaten vanuit de jaarrekening worden in deze reserve gestort.

Onttrekkingen

Geplande en gerealiseerde onttrekkingen worden via de P&C-cyclus (begroting en jaarrekening) gepresenteerd.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserves grondbedrijf:

Reserve

Algemene reserve grondexploitaties

Programma

Wonen en mobiliteit

Doel reserve

Met name bedoeld voor het opvangen van conjunctuurwisseling, waardoor stagnatie in de omzet kan ontstaan. Aanspraken op deze reserve geschieden als er sprake is van een verwacht verlies. Daarnaast worden planschadeclaims uit reeds afgesloten grondexploitaties ten laste van deze reserve gebracht.

Stortingen

Stortingen vinden plaats vanuit gerealiseerde opbrengsten uit grondexploitaties. Wanneer de reserve zich onder het minimale niveau bevindt, zal bijstorting vanuit de algemene reserve plaatsvinden.

Onttrekkingen

Afwaardering van aangekochte gronden (Grex en NIEGG), vorming van verliesvoorzieningen grondexploitaties, afstorting naar vrije reserve indien boven vastgestelde bovengrens.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Bestemmingsreserves:

Reserve

Reserve Investeringsprojecten

Programma

Diverse programma’s

Doel reserve

Doel is om jaarlijks de kapitaallasten van gedane investeringen uit de reserve te onttrekken.

Stortingen

Nieuwe investeringen, welke gedekt worden uit reserves, worden gestort in deze reserve.

Onttrekkingen

Jaarlijkse kapitaallasten (rente en afschrijving) van betreffende investeringen worden gedurende de afschrijvingstermijn jaarlijks uit deze reserve onttrokken.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Ja. Om de volledige kapitaallast (dus ook de rente) te kunnen dekken wordt jaarlijks rente toegerekend aan deze reserve.

Reserve

Bestemmingsreserve Equalit

Programma

Equalit

Doel reserve

Opvangen van de algemene bedrijfsrisico's binnen Equalit en egalisatie van de kosten omdat projecten en/of investeringen verschuiven over de jaren heen. Aangezien de positieve of negatieve resultaten zijn behaald door alle deelnemers van Equalit, blijven de resultaten behouden binnen Equalit.

Stortingen

Behaalde positieve resultaten in een boekjaar worden in de reserve gestort.

Onttrekkingen

Behaalde negatieve resultaten in een boekjaar worden uit de reserve onttrokken.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Ja.

Reserve

Bestemmingsreserve mobiliteitsfonds

Programma

Wonen en mobiliteit

Doel reserve

De gemeenteraad heeft in de vergadering van september 2022 besloten om de reserve infrastructurele werken in te zetten als mobiliteitsfonds voor de uitvoering van de uitvoeringsagenda Mobiliteitsvisie 2022-2027.

Stortingen

In het verleden met diverse middelen gevoed. Toevoeging cf begroting 2023 € 5,5 mln en opheffen financieringsreserve financieel perspectief 2023 € 7,8mln.

Onttrekkingen

Conform de uitvoeringsagenda mobiliteitsvisie welke jaarlijks wordt geactualiseerd.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve groenfonds

Programma

Wonen en mobiliteit

Doel reserve

Het groenfonds moet erin voorzien dat een deel van de middelen die beschikbaar komen bij stedelijke ontwikkelingen, aangewend kunnen worden voor projecten die gericht zijn op een kwaliteitsverbetering in het buitengebied. Dit voor zowel ontwikkelingen op gemeentegrond als op eigendommen derden.

Stortingen

Stortingen vanuit verkopen binnen grondexploitaties en bijdragen vanuit anterieure overeenkomsten. Het fonds wordt gevoed door een heffing van een opslag van 1% bovenop de uitgifteprijs van gronden voor woningbouw en andere gebouwde functies c.q. het heffen van een gelijkwaardige bijdrage van 1% over de getaxeerde grondwaarde bij particuliere exploitaties voor dezelfde functies.

Onttrekkingen

Voor de aanwending van middelen uit het groenfonds wordt een raadsbesluit opgesteld.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve ruimtelijke ontwikkeling

Programma

Wonen en mobiliteit

Doel reserve

Een bijdrage aan ruimtelijke ontwikkelingen is een financiële vergoeding van ontwikkelaars en particulieren aan de gemeente voor in de omgevingsvisie vastgelegde ruimtelijke ontwikkelingen. Het gaat hierbij om een financiële bijdrage ten bate van ruimtelijke ontwikkelingen elders in de gemeente (op een andere locatie), zoals bijdragen aan natuur, recreatie, waterberging en infrastructuur. Het is noodzakelijk dat deze ruimtelijke ontwikkelingen in een omgevingsvisie vermeld zijn. Dit kan alleen verhaald worden via een anterieure overeenkomst. Deze reserve kan tevens ingezet worden voor investeringen in groen in het stedelijk gebied.

Stortingen

Jaarlijks ontvangen bijdragen ontwikkelaars en particulieren voor ruimtelijke ontwikkelingen worden in deze reserve gestort.

Onttrekkingen

Van de bijdrage worden projecten gefinancierd waarin gebiedseigen fysieke kwaliteitsverbetering niet direct of onvoldoende kan plaatsvinden binnen het plan.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve Sociaal domein

Programma

Zorg en welzijn

Doel reserve

Betreft risicoreserve omtrent de 3 transities sociaal domein.

Stortingen

n.v.t. Is in het verleden gevormd vanuit rekeningresultaat.

Onttrekkingen

Laatste onttrekkingen volgen in 2025 ten behoeve van de uitwerking van de opgave kostenbeheersing sociaal domein.

Einddatum

31 december 2025

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve bedrijfsvoering

Programma

Gemeentelijke organisatie

Doel reserve

De laatste jaren zijn, vanuit bedrijfsvoeringsoverwegingen, steeds nieuwe projecten opgestart, zoals bijvoorbeeld Zaakgericht werken, Gegevensmanagement, Business Intelligenge, Privacybeheer van gegevens, en Autorisatiebeheer. Onze organisatie moet inspelen op en voldoen aan landelijke regelgeving, maar ook onze inwoners vragen van de organisatie dat deze ‘met de tijd meegaat’. Steeds meer wordt digitaal gewerkt, worden gegevens centraal opgeslagen en beheerd en kunnen we eigen gegevens aan burgers laten zien. Dit gaat niet zonder slag of stoot. Voor een project wordt vaak nog wel geld vrijgemaakt, voor implementatie ligt dat anders. Deze reserve kan hiervoor worden ingezet.

Stortingen

Wordt gevoed vanuit eventueel positief resultaat op het budget personele kosten (PBS) gemeentebreed. De maximale omvang van deze reserve is € 500.000.

Onttrekkingen

Dit betreft een zgn. gesloten systeem-reserve. Dat betekent dat de directie gemandateerd is om de inzet hiervan te bepalen. Via de jaarstukken wordt verantwoording afgelegd.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve Vitaliteitsregeling

Programma

Gemeentelijke organisatie

Doel reserve

De arbeidsvoorwaarden voor medewerkers voorzien in de mogelijkheid om vanaf 58 jaar tot aan AOW-leeftijd minder te werken met behoud van volledige pensioenrechten. De bespaarde loonkosten van de deelnemende medewerkers wordt in deze reserve gestort en vervolgens gebruikt om kritieke functies te herbezetten.

Stortingen

De jaarlijkse besparing aan loonkosten van de deelnemers wordt in deze reserve gestort.

Onttrekkingen

De loonkosten voor de herbezetting van kritieke functies wordt jaarlijks onttrokken. Dit betreft een zgn. ‘gesloten systeem-reserve’. Dat betekent dat de directie gemandateerd is om de inzet hiervan te bepalen. Via de jaarstukken wordt verantwoording afgelegd.

Einddatum

n.v.t. is afhankelijk van de duur van de vitaliteitsregeling.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve Toeristisch fonds

Programma

Arbeidsmarkt, economie en onderwijs

Doel reserve

De doelstelling van het toeristisch fonds zijn:

- stimulering van het aantal toeristen en recreanten;

- stimulering van een verlenging van de verblijfsduur, zowel voor de dag- als verblijfstoeristen;

- het vergroten van de bestedingen van de bezoekers

Stortingen

Deze reserve wordt vanaf boekjaar 2025 alleen gevoed met het eventueel restant budget van de € 75.000 waar het Platform Toerisme over adviseert aan het college. Zo blijven deze middelen beschikbaar voor toeristische doelen.

Onttrekkingen

Het college besluit over eventuele onttrekkingen aan deze reserve. Dit betreft een zgn. ‘gesloten systeem-reserve’. Dat betekent dat het college gemandateerd is om de inzet hiervan te bepalen. Via de jaarstukken wordt verantwoording afgelegd.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve Aandachtsgroepen

Programma

Zorg en welzijn

Doel reserve

De komende jaren zien wij een grote uitdaging op gebied van huisvesting op ons afkomen. Vanuit het Baronieplan ”Samen vangen we het op” is de gemeente Oosterhout gestart met de opgaven voor de aandachtsgroepen: vluchtelingen, Oekraïne opvang, statushouders en spoedzoekers. Daarbij komt ook het huisvesten van de arbeidsmigranten. Het gaat hierbij om het huisvesten van de doelgroepen voor de soms korte, maar ook langere termijn. Naast het huisvesten van deze doelgroepen is het ook van belang om voor de meeste van deze doelgroepen te zorgen voor een goede integratie in de Oosterhoutse samenleving (o.a. scholing en begeleiden naar werk). Hiervoor is extra capaciteit en kennis nodig binnen de gemeente Oosterhout.

Stortingen

Deze reserve is gevormd in de jaarrekening 2023 vanuit het positieve resultaat op de opvang van Oekraïners.

Onttrekkingen

Er wordt een raadsvoorstel opgesteld voor deze opgave. Op basis hiervan zal een voorstel voor de besteding van deze reserve worden gemaakt en voorgelegd aan de gemeenteraad.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve IHP onderwijs

Programma

Arbeidsmarkt, economie en onderwijs

Doel reserve

De middelen uit deze bestemmingsreserve worden ingezet ter dekking van de kosten van investeringen uit het IHP.

Stortingen

Deze reserve is in 2023 gevormd vanuit andere bestaande reserves.

Onttrekkingen

De inzet van deze reserve zal middels kredietaanvra(a)g(en) aan de gemeenteraad worden voorgelegd.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve Stadhuis

Programma

Meer voor elkaar

Doel reserve

Dekking van de kosten voor de realisatie van het nieuwe stadhuis

Stortingen

Deze reserve is in 2023 gevormd vanuit andere bestaande reserves.

Onttrekkingen

Er wordt een raadsvoorstel opgesteld voor deze opgave. Op basis hiervan zal een voorstel voor de besteding van deze reserve worden gemaakt en voorgelegd aan de gemeenteraad.

Einddatum

Opheffen na realisatie nieuw stadhuis.

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve Regeling Vervroegd Uittreden (RVU)

Programma

Gemeentelijke organisatie

Doel reserve

In het pensioenakkoord dat het kabinet in 2019 sloot met werkgevers en bonden, is een versoepeling van deze RVU-heffing afgesproken. Deze bepalingen zijn ook in de nieuwe CAO voor gemeenten vastgelegd. Tot uiterlijk 31 december 2025 kunnen ambtenaren aangeven of zij gebruik willen maken van de RVU. Deze reserve dekt de kosten hiervan.

Stortingen

Deze reserve is gevormd uit het rekeningresultaat 2023 en gebaseerd op het op dat moment bekende aantal deelnemers. Voor nieuwe deelnemers zal een aanvullende storting worden voorzien.

Onttrekkingen

De maandelijkse kosten van de deelnemers zullen hieruit onttrokken worden. Dit betreft een zgn. ‘gesloten systeem-reserve’. Dat betekent dat het college gemandateerd is om de inzet hiervan te bepalen. Via de jaarstukken wordt verantwoording afgelegd.

Einddatum

31-12-2027

Rente

Geen rentetoerekening

Reserve

Bestemmingsreserve APPA fonds

Programma

Meer voor elkaar

Doel reserve

APPA regelt het pensioen en de sociale zekerheid van (oud-)burgemeester en (oud-)wethouders van gemeenten. Zij zijn namelijk niet aangesloten bij een pensioenfonds, maar gemeenten moeten de pensioenen van deze ambtsdragers zelf rechtstreeks aan hen uitkeren. Gemeenten zijn sinds 2015 verplicht om een voorziening op te bouwen (te sparen dus) voor de kosten van de pensioenen voor (oud-)wethouders.

Stortingen

Toekomstige tekorten en overschotten binnen de voorziening APPA, veroorzaakt door wisselende rendementen en rentestanden, zullen dan met deze reserve worden verrekend. Dit voorkomt onnodige schommelingen en beslag op schaarse exploitatiemiddelen in de toekomst. Wij stellen voor om deze nieuwe reserve te bestempelen als een ‘gesloten circuit-reserve’. Dat betekent dat wij deze rendementen reeds in de jaarstukken verwerken, zodat het rekeningsaldo niet met deze ‘technische’ aanpassingen worden vermengd.

Onttrekkingen

Zie stortingen.

Einddatum

n.v.t.

Rente

Geen rentetoerekening

BIJLAGE 3: ARTIKELEN BBV RESERVES EN VOORZIENINGEN

Het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (Bbv) bevat de onderstaande regels ten aanzien van de omgang en verantwoording van reserves en voorzieningen.

Artikel 41

Onder de vaste passiva worden afzonderlijk opgenomen het eigen vermogen, de voorzieningen en de vaste schulden, met een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

Artikel 42

  • 1.

    Het eigen vermogen bestaat uit de reserves en het gerealiseerde resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening.

  • 2.

    Het in het eerste lid bedoelde resultaat wordt afzonderlijk opgenomen als onderdeel van het eigen vermogen.

Artikel 43

  • 1.

    In de balans worden de reserves onderscheiden naar:

    • a.

      de algemene reserve;

    • b.

      de bestemmingsreserves.

  • 2.

    Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan provinciale staten respectievelijk de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven.

Artikel 44

1. Voorzieningen worden gevormd wegens:

a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten;

b. op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten;

c. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;

d. de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b.

2. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voor-schotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b.

3. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.

Artikel 45

Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan.

Artikel 54

  • 1.

    In de toelichting op de balans worden de aard en reden van elke reserve en de toevoegingen en onttrekkingen daaraan toegelicht.

  • 2.

    Per reserve wordt het verloop gedurende het jaar in een overzicht weergegeven. Daaruit blijken:

    • a.

      het saldo aan het begin van het begrotingsjaar;

    • b.

      de toevoegingen of onttrekkingen uit hoofde van het voorgaande boekjaar;

    • c.

      de toevoegingen of onttrekkingen bij het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening;

    • d.

      de verminderingen in verband met afschrijvingen op activa waarvoor een specifieke bestemmingsreserve is gevormd;

    • e.

      het saldo aan het einde van het begrotingsjaar.

Artikel 55

  • 1.

    In de toelichting op de balans worden de aard en reden van de voorzieningen, bedoeld in artikel 44 en de wijzigingen daarin toegelicht.

  • 2.

    Per voorziening wordt het verloop gedurende het jaar in een overzicht weergegeven. Daaruit blijken:

    • a.

      het saldo aan het begin van het begrotingsjaar;

    • b.

      de toevoegingen;

    • c.

      ten gunste van de rekening van baten en lasten vrijgevallen bedragen;

    • d.

      de aanwendingen;

    • e.

      saldo aan het einde van het begrotingsjaar.