Beleidsregels waterpijpcafés gemeente Arnhem 2024

Geldend van 31-10-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels waterpijpcafés gemeente Arnhem 2024

De burgemeester van de gemeente Arnhem;

overwegende dat:

  • in hoofdstuk 2, afdeling 3, paragraaf 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor Arnhem (hierna: APV) regels staan voor openbare inrichtingen in Arnhem;

  • een waterpijpcafé, ook wel bekend als shishalounge, een openbare inrichting is als bedoeld in artikel 2.3.1.1 APV;

  • landelijk in toenemende mate waterpijpcafés worden geëxploiteerd en dat deze ontwikkeling ook in Arnhem te zien is;

  • op landelijk niveau geen regelgeving bestaat specifiek voor waterpijpcafés;

  • er gelet op de openbare orde en veiligheid, de bescherming van de volksgezondheid en ter voorkoming van de ontoelaatbare nadelige beïnvloeding van het woon- en leefklimaat gegronde redenen zijn om waterpijpcafés strikter te reguleren;

gelet op artikel 174 Gemeentewet, artikel 2.3.1.1 tot en met 2.3.1.12 APV, artikel 2.3.1.14 tot en met 2.3.1.20 APV en artikel 4:81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht.

Besluit:

Vast te stellen de: Beleidsregels waterpijpcafés gemeente Arnhem 2024

Artikel 1 Begrippen

  • a.

    Exploitatievergunning voor een waterpijpcafé:

    vergunning als bedoeld in artikel 2.3.1.2 APV voor het exploiteren van een openbare inrichting waar ook waterpijpen voor gebruik worden aangeboden.

  • b.

    Waterpijp:

    shisha, hookah, nargileh, ghaliyan of ander instrument voor het roken van tabak, een kruiden- en/ of vruchtenmengsel, dampsteentjes of een ander genotsmiddel via één of meerdere slangen met behulp van verhitting door houtskool, houtskoolgries, elektrisch of op andere wijze.

Artikel 2 Doel beleidsregels

Het doel van deze beleidsregels is om:

  • a.

    de openbare orde in en in de directe nabijheid van waterpijpcafés evenals de veiligheid en de gezondheid van de bezoekers van waterpijpcafés te beschermen en ontoelaatbare nadelige beïnvloeding van het woon- en leefklimaat tegen te gaan;

  • b.

    aan te geven welk beoordelingscriterium geldt voor het verkrijgen van een exploitatievergunning voor een waterpijpcafé en welke voorwaarden aan de exploitatie worden gesteld;

  • c.

    helderheid te verschaffen over de consequenties en gevolgen van het niet naleven van gestelde voorwaarden en eisen.

Artikel 3 Uitwerking beoordelingscriterium exploitatievergunning voor een waterpijpcafé

Van een ontoelaatbare nadelige beïnvloeding van het woon- en leefklimaat als bedoeld in het vorige artikel is in ieder geval sprake als de beoogde locatie voor het waterpijpcafé direct naast (aanpandig), onder dan wel boven een woonruimte is gevestigd.

Artikel 4 Looptijd exploitatievergunning

Een exploitatievergunning voor een waterpijpcafé geldt vijf jaar. Na afloop van deze termijn vervalt de vergunning van rechtswege en dient, indien gewenst, door de exploitant een nieuwe aanvraag voor een exploitatievergunning te worden ingediend.

Artikel 5 Aan de exploitatievergunning voor een waterpijpcafé te verbinden voorschriften

  • 1. Er is sprake van een open indeling: wanneer bezoekers in de openbare inrichting aanwezig zijn, dient van buitenaf te kunnen worden waargenomen wat zich in de openbare inrichting afspeelt. Ramen dienen een hoge mate van transparantie te vertonen waarbij maximaal 5 procent bedekt is met folie, etsglas of plakletters.

  • 2. De CO-waarde in de openbare inrichting blijft bij voorkeur onder de 10 ppm en is op geen enkel moment 20 ppm of hoger.

  • 3. Er is een deugdelijk werkend mechanisch ventilatiesysteem dat voldoet aan het Besluit bouwwerken leefomgeving en dat bovendien in staat is de CO-waarde onder de 20 ppm te houden.

  • 4. In alle voor bezoekers toegankelijke ruimten van de openbare inrichting is per 25 m2 een deugdelijk werkende koolmonoxidemelder aanwezig en in gebruik. Daarnaast is er een deugdelijk werkende koolmonoxidemeter aanwezig waarmee de aanwezige bedrijfsleider of beheerder regelmatig controle uitvoert op de actuele koolmonoxide-waarde.

  • 5. Op de vloer van de openbare inrichting wordt gebruik gemaakt van steenachtige materialen of andersoortige niet-brandgevoelige materialen.

  • 6. Er zijn adequate voorzieningen getroffen met betrekking tot brandveilige opslag en afvalverwerking, zoals het gebruik van stalen asbakken en bewaarbakken en/of een kluis ten behoeve van de (nachtelijke) opslag van kooltjes.

  • 7. Kooltjes mogen niet opgewarmd worden in de openbare ruimte, inclusief het terras.

  • 8. Gebruik van waterpijpen is niet toegestaan op het terras of in de openbare ruimte.

  • 9. Deuren, ramen en openingen moeten zodanig geconstrueerd zijn dat de binnenlucht niet direct naar buiten kan treden (sluisconstructie) dan wel gesloten blijven.

  • 10. Binnen de openbare inrichting met een bruto vloeroppervlakte van maximaal 200 m2 mogen maximaal tien slangen gelijktijdig in gebruik zijn. Daarnaast mogen er maximaal tien niet in gebruik zijnde reservewaterpijpen in de niet voor publiek toegankelijke delen van de openbare inrichting aanwezig zijn.

  • 11. Wanneer de openbare inrichting een bruto vloeroppervlakte groter dan 200 m2 heeft mogen maximaal vijftien slangen gelijktijdig in gebruik zijn. Daarnaast mogen er maximaal vijftien niet in gebruik zijnde reservewaterpijpen in de niet voor publiek toegankelijke delen van de openbare inrichting aanwezig zijn.

  • 12. Bij de berekening van de bruto vloeroppervlakte als bedoeld onder lid 10 en 11 tellen enkel de ruimtes mee die voor bezoekers van de openbare inrichting toegankelijk zijn, met uitzondering van de wc’s.

Artikel 6 Wijze van optreden (Handhavingstabel)

De burgemeester beschrijft in bijlage 2 bij deze beleidsregels (Handhavingstabel) de wijze van handhavend optreden.

Artikel 7 Overgangsrecht

Reeds verleende exploitatievergunningen voor waterpijpcafés blijven tot vijf jaar na bekendmaking van deze beleidsregels van kracht. Daarna dient een nieuwe vergunning aangevraagd te worden waarbij voldaan dient te worden aan de APV en de criteria en voorschriften die genoemd staan in deze beleidsregels.

Artikel 8 Citeertitel

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als “Beleidsregels waterpijpcafés gemeente Arnhem 2024”.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Dit besluit met de bijlagen 1 en 2 treedt in werking op de dag na die van bekendmaking in het Gemeenteblad.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 7 oktober 2024 door de burgemeester van de gemeente Arnhem,

De burgemeester,

A. Marcouch

Bijlage 1 Toelichting op de beleidsregels

Aanleiding

In Nederland zien we in toenemende mate openbare inrichtingen die gelegenheid bieden om waterpijp/shisha te roken. De ervaring leert, ook in Arnhem, dat deze activiteit vaak een negatief effect heeft op de openbare orde in en in de directe nabijheid van de openbare inrichting evenals de veiligheid aldaar, de gezondheid van bezoekers van de openbare inrichting en het woon- en leefklimaat van de omgeving. Daarnaast kleven aan het gebruik van waterpijp verschillende risico’s.

In Arnhem wordt de activiteit apart benoemd in de exploitatievergunning. Echter is het vanwege de voornoemde effecten noodzakelijk om een beoordelingscriterium te stellen en voorschriften te verbinden aan het aanbieden van waterpijp of shisha. Hiermee wordt helderheid verschaft voor (toekomstige) exploitanten, handhavers en omwonenden over de geldende voorwaarden die van toepassing zijn wanneer er waterpijpen voor gebruik worden aangeboden.

Risico voor gezondheid en veiligheid

Het gebruik van deze waterpijpen is niet zonder gevaar. Bij het roken van een waterpijp komen verschillende schadelijke stoffen vrij zoals teer (PAK), nitrosamines, zware metalen en koolmonoxide (CO). Blootstelling aan koolmonoxide is volgens het Trimbos-instituut schadelijk voor de gezondheid, zowel op korte termijn (bijvoorbeeld verhoogde hartslag, verhoogde bloeddruk, versnelde ademhaling, verminderde longfunctie, koolmonoxidevergiftiging, infectiegevaar) als op lange termijn (zoals hart- en vaatziekten en luchtwegaandoeningen).

De ernst van het gevaar voor de gezondheid voor zowel de gebruikers als de omstanders wordt bepaald door de concentratie CO in de ingeademde lucht en de duur van de blootstelling. Koolmonoxidevergiftiging kan in extreme gevallen leiden tot verwardheid, bewusteloosheid, coma of blijvende hersenschade. Daarnaast bevatten sommige kruidenmengsels voor de waterpijp1 toegevoegde nicotine. Het roken van producten met nicotine kan leiden tot afhankelijkheid en verslaving. Tenslotte laat onderzoek zien dat er in waterpijpcafés tevens hoge – en daarmee schadelijke – concentraties fijnstof worden aangetroffen en dat de luchtverontreiniging door fijnstof (maar ook door CO) toeneemt naarmate er meer waterpijpen tegelijkertijd worden gerookt.

Bij diverse metingen in de afgelopen jaren in openbare inrichtingen waar waterpijp werd aangeboden is in de gemeente Arnhem gebleken dat de CO-waarde onaanvaardbaar hoog was. Als norm van de CO-waarde wordt gebruik gemaakt van de richtlijnen die door het RIVM en de WHO zijn gesteld voor werknemers en bezoekers.2

Een ander risico dat gepaard gaat met het gebruik van waterpijpen is de toepassing van kooldeeltjes en het daarbij ontstane brandgevaar. Het gebruik van kooltjes is in principe niet verboden, omdat dit niet wordt gedefinieerd als open vuur. Brandende kooltjes zijn te vergelijken met een smeulbrand en het grote risico hiervan is dat deze kooltjes zeer lang blijven branden en tevens na lange tijd opnieuw tot ontbranding kunnen overgaan (ook nadat er is gecontroleerd of de kooltjes uit zijn). Ook om deze reden wordt het maximumaantal waterpijpen gekoppeld aan de totale bruto vloeroppervlakte van de openbare inrichting. Dit om het risico op omvallen en het daarbij behorende brandgevaar te beperken.

Effect op de omgeving

De rook die vrijkomt, is niet alleen schadelijk voor de mensen die aanwezig zijn in de openbare inrichting maar kan ook voor de nabije omgeving schadelijk zijn. Met name in een woning die boven of naast een openbare inrichting met waterpijpen is gelegen, kan het CO-gehalte toenemen. Naast het risico van een verhoogd CO-gehalte in de woning kan de afgezogen lucht ook zorgen voor geuroverlast. Daarnaast is gebleken dat een waterpijpcafé een openbare inrichting is die een hoger risico op overlast met zich meebrengt.

Tijdelijke vergunning

De vergunningen worden om genoemde redenen voor een beperkte duur verleend. Hierdoor wordt een vast toetsingsmoment gecreëerd om te beoordelen of een vergunning opnieuw verleend moet worden of dat dit -gelet op het belang van de openbare orde en het woon- en leefklimaat – niet langer wenselijk is . Het periodiek geven van openheid van zaken door de exploitant van een waterpijpcafé ondersteunt de burgemeester daarnaast in het meer zicht en grip krijgen en houden op de verleende vergunningen in deze branche en op het naleven van de vergunningsvoorschriften. In het kader van eenduidigheid wordt de exploitatievergunning voor een waterpijpcafé verleend voor een periode van vijf jaar.

Na afloop vervalt deze vergunning van rechtswege en dient de exploitant zelf (voordat de vergunning is verlopen) een nieuwe aanvraag in te dienen.

Toelichting voorschriften ten aanzien van een openbare inrichting

Uit artikel 1.3 en artikel 2.3.1.7 van de APV volgt dat aan een vergunning voorschriften kunnen worden verbonden. Uit bovenstaande blijkt dat openbare inrichtingen die waterpijp aanbieden een vergroot risico zijn voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid en het woon- en leefklimaat ter plaatse. Daarom zijn er verschillende aanvullende voorschriften gesteld.

Maximale CO-waarde is 20 ppm.

Dit dient bereikt te worden door een mechanisch ventilatiesysteem. Indien de CO-waarde van maximaal 20 ppm niet door middel van het mechanisch ventilatiesysteem valt te garanderen, dan dient de vergunninghouder te kiezen voor het plaatsen van minder waterpijpen of bijvoorbeeld voor het gebruik van elektrische kooltjes. Indien de toezichthouder een meting verricht, worden er afhankelijk van de CO-waarde zo nodig maatregelen getroffen. Welke maatregelen dit zijn, is te vinden in bijlage 2 onder A.

Open inrichting

Een open inrichting betekent dat van buiten te zien is wat zich binnen afspeelt. Gordijnen zijn geopend tijdens openingstijden en ramen zijn niet volledig afgeplakt. Aansluitend bij de Welstandsnota Arnhem 2015 is aangehaakt bij de eisen voor een winkel in gebieden met een zogenaamde zware toets. Gevels presenteren zich naar de openbare weg met een gevel die een grote mate van transparantie vertoont. Folie, etsglas of plakletters op (etalage)ruiten is mogelijk tot een oppervlakte van maximaal 5% van het glasoppervlak.3

Bijlage 2 Handhavingstabel

A. Handelingslijn bij meten van een te hoge CO-waarde

(Deze maatregelen zijn conform de GGD-richtlijn voor medewerkers die koolmonoxide in een woning detecteren)

Gemeten concentratie koolmonoxide

Maatregelen

10 tot 20 ppm

Extra ventileren en een of meerdere bronnen van koolmonoxide afsluiten.

(+ indien van toepassing bestuurlijke maatregel conform handhavingstabel B).

20 tot 50 ppm

Direct ingrijpen (binnen 30 minuten); ventileren, bron van koolmonoxide afsluiten

+ bestuurlijke maatregel conform handhavingstabel B of C .

50 tot 100 ppm

Direct ingrijpen (binnen 15 minuten); extra ventileren, bron van koolmonoxide afsluiten, zo nodig inrichting ontruimen

+ bestuurlijke maatregel conform handhavingstabel B of C .

100 ppm en hoger

Inrichting ontruimen

+ bestuurlijke maatregel conform handhavingstabel B of C .

B. Handhavingstabel bij exploitatie zonder daartoe benodigde aantekening in de exploitatievergunning voor een waterpijpcafé

Aanbieden waterpijp zonder de daartoe benodigde aantekening in de exploitatievergunning:

Handhaving

Eerste constatering

Waarschuwing en onmiddellijke staking van het aanbieden van waterpijpen. Daarnaast opleggen last onder dwangsom € 2.500,-

Tweede constatering:

Invorderen verbeurde dwangsom en opleggen last onder dwangsom van € 5.000, en waarschuwing intrekken exploitatievergunning

Derde constatering

Intrekken exploitatievergunning

C. Handhavingstabel bij overtreden van voorschriften van een exploitatievergunning met een aantekening voor een waterpijpcafé

Overtreden van de voorschriften exploitatievergunning waterpijp/shisha

Handhaving

Eerste constatering

Schriftelijke waarschuwing

Tweede constatering:

Opleggen last onder dwangsom € 2.500,-

Derde constatering:

Invorderen verbeurde dwangsom en opleggen last onder dwangsom van € 5.000,-

Vierde constatering

Invorderen verbeurde dwangsom en opleggen last onder dwangsom van € 7.500,-

Vijfde constatering

Intrekken exploitatievergunning