Standplaatsenbeleid Gemeente Oude IJsselstreek 2025

Geldend van 01-01-2025 t/m heden

Intitulé

Standplaatsenbeleid Gemeente Oude IJsselstreek 2025

Inhoudsopgave

1. Inleiding 3

2. Juridisch kader 4

3. Beleid standplaatsen 6

3.1 Definities 6

3.2 Algemene weigeringsgronden 6

3.3 Maximumstelsel 7

3.4 Voorwaarden voor standplaatsen 7

3.5 Standplaatsen per kern 7

3.6 Seizoenstandplaatsen 14

3.7 Maatschappelijke standplaatsen 15

3.8 Standplaatsmeldingen voor verenigingen en stichtingen 15

4. Overige bepalingen 16

4.1 Tarieven 16

4.2 Persoonsgebonden beschikkingen 16

4.3 Inname standplaats 16

4.4 Mobiliteit standplaatsen 16

4.5 Particulier terrein 16

4.6 Vergunningverlening 16

4.7 Inhoud vergunning 16

4.8 Intrekken vergunning 17

4.9 Inwerkingtreding en overgangsrecht 17

1. Inleiding

De openbare ruimte is bij uitstek een gebied waar allerlei activiteiten van cultuur tot economie plaatsvinden. Zo zijn er evenementen, markten en standplaatsen. Standplaatsen nemen een bijzondere plaats in, want met een standplaatsvergunning mag de vergunninghouder op een losse standplaats of op de openbare weg ambulante handel vanuit een wagen of kraam verkopen. Voorbeelden hiervan zijn niet alleen vis-, patat- en loempiaverkopers, maar ook standplaatshouders die elk jaar in het winterseizoen een plek innemen. Denk bijvoorbeeld aan oliebollenverkopers of kerstboomverkopers. Dat zijn de seizoenstandplaatsen.

In de gemeente Oude IJsselstreek zijn verschillende typen standplaatsen bekend.

Dit beleid gaat over:

• Standplaatsen per kern;

• Seizoenstandplaatsen;

• Maatschappelijke standplaatsen;

• Standplaatsmeldingen voor verenigingen en stichtingen.

Buiten het toepassingsbereik van dit beleid blijven de standplaatsen op weekmarkten en evenementen.

Standplaatsen worden gezien als een verrijking van het voorzieningenaanbod van de inwoner en consument. Om onevenredige aantasting van de voorzieningenstructuur en overlast (parkeren, verkeer, stank, hinder en uitzicht) te voorkomen, zijn standplaatsen in de gemeente Oude IJsselstreek onder voorwaarden toegestaan.

Verder worden er voor verschillende locaties in de gemeente Oude IJsselstreek vergunningen voor standplaatsen verleend. Deze standplaatsen zijn vergunningsplichtig volgens de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) tenzij het gaat om een standplaats van een vereniging of stichting van algemeen (gemeenschappelijk) belang. Ook voor een standplaats op particuliere grond moet een vergunning worden aangevraagd. Dit geldt immers voor alle standplaatsen op een openbare plaats en in de open lucht. Toetsing vindt nu plaats volgens de APV en het standplaatsenbeleid van de gemeente Oude IJsselstreek uit 2017. Er is behoefte aan actualisatie van deze regels, met name omdat een aantal gebieden gewijzigd zijn. Verder willen we meer grip krijgen op en sturing geven aan het standplaatsenbeleid.

Het ontbreken van standplaatsenbeleid kan leiden tot:

• Een te eenzijdige toetsing, waarbij belangrijke aspecten niet worden meegewogen;

• Onduidelijkheid over de voorwaarden en beoordelingscriteria bij alle belanghebbenden;

• Onnodige inzet van capaciteit en middelen indien een aanvraag niet kan worden gehonoreerd;

• Een minder gunstig vestigingsklimaat voor ondernemers;

• Een eenzijdig en onaantrekkelijker aanbod voor de consument;

• Een minder levendig en minder aantrekkelijk straatbeeld, verloedering en overlast.

In verband met een efficiënte en gestructureerde behandeling van aanvragen voor standplaatsvergunningen heeft het college van burgemeester en wethouders besloten beleidsregels vast te stellen waaraan de vergunningsaanvragen getoetst kunnen worden, onverminderd de toetsing aan de artikelen 6:23 en 6:24 van de APV.

2. Juridisch kader

Op het innemen van standplaatsen zijn onderstaande wettelijke bepalingen van toepassing.

Algemene Plaatselijke Verordening (APV) Oude IJsselstreek 2022

Het juridische kader voor de beoordeling van aanvragen voor standplaatsvergunningen wordt gevormd door de APV. Op grond van artikel 6:23 en 6:24 van de APV is het zonder vergunning van het college van burgemeester en wethouders verboden een standplaats in te nemen of te hebben.

Omgevingswet

Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet van kracht geworden en vormen onderstaande onderdelen het zogenaamde ‘tijdelijk omgevingsplan’:

• De bestemmingsplannen en beheersverordeningen;

• De regels over archeologie uit de erfgoedverordening;

• De zogeheten Bruidsschatregels, die door het Rijk aan de gemeenten worden overgelaten.

Daarom wordt een aanvraag voor het innemen van een standplaats sinds begin 2024 getoetst aan het tijdelijke omgevingsplan gemeente Oude IJsselstreek. Een aanvraag kan worden geweigerd vanwege strijd met het geldende (tijdelijk) omgevingsplan. Wanneer wel een vergunning, zoals vereist krachtens de APV, wordt verstrekt, blijven eventuele regels die in het geldende (tijdelijke) omgevingsplan worden gesteld, van kracht. Omdat de standplaats een mobiel karakter heeft, zal geen definitieve planologische reservering plaatsvinden.

Daarnaast is het relevant om te vermelden dat op het moment dat de regels uit gemeentelijke verordeningen (zoals de APV), indien nodig, worden vertaald naar regels in het permanente omgevingsplan, beoordeeld wordt of de specifieke regels in de APV over standplaatsen daar onderdeel van uitmaken.

Milieubelastende activiteit

Voor 1 januari 2024 waren in de Wet Milieubeheer (WM) regels opgenomen die golden voor inrichtingen die hinder of overlast konden veroorzaken voor de omgeving. Deze regels golden ook voor standplaatshouders, voor zover zijn verkoopplek als inrichting kon worden aangemerkt. Onder de Omgevingswet is het begrip ‘inrichting’ losgelaten en is deze, als het ware, vervangen door het begrip ‘milieubelastende activiteit’. De rijksregels voor milieubelastende activiteiten staan in het Besluit activiteit leefomgeving (Bal) en in het Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl). Voor milieubelastende activiteiten die niet in het Bal zijn aangewezen, gelden geen algemene rijksregels. Voor die activiteiten kan de gemeente regels stellen. De gemeentelijke regels staan in het tijdelijke omgevingsplan gemeente Oude IJsselstreek. Het gaat hier om de zogeheten Bruidsschatregels (zie bijvoorbeeld paragraaf 23.3.15 Niet-industriële voedselbereiding).

Van belang is de regelgeving die geldt voor bijvoorbeeld patat en visverkopers, die voor wat betreft de frituurinrichting aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen. Ook van belang is de Afvalstoffenverordening.

Warenwet

Op het drijven van handel in waren zoals bedoelt in artikel 1 van de Warenwet (eetwaren, waaronder tevens worden begrepen kauwpreparaten, anders dan tabak, en drinkwaren, alsmede andere roerende zaken) zijn de bepalingen uit de Warenwet van toepassing. De Warenwet stelt regels met betrekking tot de goede hoedanigheid en aanduiding van waren. Daarnaast stelt de Warenwet regels met betrekking tot de hygiëne en degelijkheid van producten.

De voorschriften die uit de Warenwet voortvloeien gelden naast de voorschriften die door het college gesteld kunnen worden op basis van een standplaatsenvergunning.

Grondwet

Artikel 7 van de Grondwet (vrijheid van meningsuiting) brengt met zich mee dat voor het aanbieden van gedrukte stukken geen vergunning kan worden geëist. Als dit echter gebeurt vanaf een standplaats, is voor het innemen van de standplaats wel een vergunning vereist, tenzij dit geschiedt door een vereniging of stichting die krachtens de statuten een doel nastreeft dat van algemeen belang is.

Woningwet

Op grond van artikel 40 van de Woningwet is het verboden te bouwen zonder vergunning van burgemeester en wethouders. Een standplaatshouder die elke avond zijn standplaats ontruimt, heeft geen omgevingsvergunning onderdeel bouwen nodig.

Gebruiken van de openbare weg

Voor het innemen van een standplaats op de openbare weg is een vergunning vereist. In veel gevallen zal de gemeente de eigenaar of rechthebbende van de openbare weg zijn. Op grond hiervan kan de gemeente van degene die op de openbare weg met vergunning een standplaats inneemt een vergoeding bedingen voor het gebruik van het deel van de openbare weg.

Legesverordening

Aan het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een standplaatsvergunning zijn kosten verbonden. De tarieven staan vermeld in de legesverordening van de gemeente Oude IJsselstreek.

3. Beleid standplaatsen

In dit hoofdstuk staan een aantal algemene zaken vermeld alsook de locaties van de standplaatsen in de kernen en wordt er ingegaan op de seizoensstandplaatsen.

3.1 Definities

Bestuursorgaan: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek.

Standplaatshouder: Vergunninghouders van standplaatslocaties.

Standplaats: Een plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel het aanbieden van diensten, al dan niet gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel (artikel 6:23 APV). Onder een standplaats wordt niet verstaan een plaats op een evenement. Deze plaatsen worden meegenomen in de evenementenvergunning. Ook standplaatsen op een (jaar)markt vallen buiten dit beleid.

Seizoensstandplaats: Een plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel het aanbieden van diensten, al dan niet gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel. De standplaatshouder verkoopt hiervandaan goederen die seizoensgebonden zijn.

Maatschappelijke standplaats: Een plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel het aanbieden van diensten, al dan niet gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel. De standplaatshouder biedt hiervandaan goederen aan of levert diensten met een maatschappelijk doel.

3.2 Algemene weigeringsgronden

Het college van burgemeester en wethouders volgt voor de standplaatsvergunningen het volgende beleid en toetst aan de APV. Als niet wordt voldaan aan de voorschriften die gesteld zijn aan het beleid en of vergunning dan wordt handhavend opgetreden. In dit beleid worden weigeringsgronden toegepast. Elke aanvraag of vergunning wordt getoetst aan deze gronden. Een aanvraag mag op basis van de onderstaande gronden geweigerd worden. Ook mag een vergunning ingetrokken worden.

De openbare orde

Openbare orde is een ruim begrip. Bij openbare orde gaat het onder andere om overlast die een bedreiging vormt voor de veiligheid en rust in de publieke ruimte. De aanwezigheid van een standplaats op zich en de aantrekkende werking ervan, kan verstoring van de openbare orde opleveren door bijvoorbeeld vervuiling van de omgeving, de aanwezigheid van publiek en overlast.

De openbare veiligheid

De openbare veiligheid mag als gevolg van een standplaats niet in het geding komen. De standplaats mag geen aanleiding geven voor onveilige situaties. Daarbij wordt gekeken naar sociale veiligheid, brandveiligheid, verkeersveiligheid en bereikbaarheid van hulpdiensten. Bij standplaatsen is het mogelijk dat deze verkeersaantrekkende werking hebben, daarom wordt er ook gekeken naar de parkeermogelijkheden ter plaatse en mag een standplaats de verkeersveiligheid niet beïnvloeden.

De volksgezondheid

Bij standplaatsen moet rekening worden gehouden met de volksgezondheid. Gedacht kan worden aan het aanbieden van bedorven eetwaar. De Warenwet is hierop van toepassing.

De bescherming van het milieu

Het milieu moet door de gemeente worden beschermd. Bij de bescherming van het milieu kan gedacht worden aan vervuiling van de omgeving. Ook stankoverlast valt hieronder. Het Bal, het Bkl en de milieuregels in het tijdelijk deel van het omgevingsplan Oude IJsselstreek zijn hier van toepassing.

Verzorgingsniveau van de consument

Een vergunning kan worden geweigerd, als het verzorgingsniveau van de consument in gevaar komt. Het verzorgingsniveau is voornamelijk bedoeld om consumenten in kleine gemeenten te beschermen. Het verzorgingsniveau komt in gevaar wanneer aan alle onderstaande punten wordt voldaan:

• Het bestaan van de winkel komt in gevaar door een standplaats;

• De winkel is de enige aanbieder van een bepaald product in een grote omtrek. De consument moet het goed niet kunnen verkrijgen in de wijde omgeving;

• De standplaats biedt dezelfde goederen aan als de winkel.

3.3 Maximumstelsel

Het is in het belang van de openbare orde dat geen onbeperkt aantal vergunningen wordt afgegeven. Om deze reden zijn bepaalde locaties en maximale aantallen van standplaatsen opgenomen.

Iedere gemeente kan een maximumaantal af te geven vergunningen vaststellen voor de gemeente als geheel en voor de diverse deelgebieden. In rechterlijke uitspraken wordt wel een verband gelegd tussen het maximumaantal te verlenen vergunningen en de omvang van een kern of gemeente. Een norm van één standplaatsvergunning op 1.000 inwoners lijkt een reële aanname. Hierbij is rekening gehouden met de volgende gronden:

• De openbare orde;

• De openbare veiligheid;

• De bescherming van het milieu.

Als er meer aanvragen zijn dan de maximaal toegestane, gebruiken wij een wachtlijst. Het verlenen van de vergunningen vindt plaats op grond van de aanvraagdatum. Wanneer er een bijzondere omstandigheid is, mag het college van deze volgorde afwijken. Inschrijving op de wachtlijst betekent niet dat ingeschrevene die standplaats ook in gaat nemen. Toetsing aan de algemene weigeringsgronden en de voorwaarden van een standplaats vindt altijd plaats.

De inschrijving op de wachtlijst geldt alleen voor het jaar waarin de inschrijving heeft plaatsgevonden. Voor het daaropvolgend kalenderjaar kan de aanvrager verzoeken om een vergunning.

3.4 Voorwaarden voor standplaatsen

Een standplaatsvergunning wordt alleen verleend als wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

• De vergunning wordt schriftelijk aangevraagd. De vergunning betreft maximaal het daaropvolgende kalenderjaar waarop de aanvraag wordt ingediend. Daartoe wordt het beschikbaar gestelde formulier volledig ingevuld, ondertekend ingediend en voorzien van de gevraagde bijlagen;

• De vergunning moet elk jaar opnieuw worden aangevraagd voor het daaropvolgende kalenderjaar;

• Indien een aanvraag voor een vergunning minder dan tien werkdagen voor het tijdstip waarop de aanvrager de vergunning nodig heeft, wordt ingediend, kan de gemeente besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen;

• Het is niet toegestaan om gebruik te maken van luidsprekers en versterkers;

• De vergunning wordt per gebied verleend voor maximaal 2 dagen in de week. De standplaats mag bezet worden tussen 08.00 en 22.00 uur, om 22.00 uur moet de standplaats verlaten zijn;

• Vergunningen worden alleen verleend voor de maan-, dins-, woens-, donder-, vrij- en zaterdag;

• Voor de zon- en feestdagen worden uitsluitend in incidentele gevallen voor bijzondere gelegenheden vergunningen verleend;

• Tijdens marktdagen worden in principe voor het innemen van standplaatsen waar de markt plaats vindt, geen vergunningen verleend met het oog op beschikbare (openbare) ruimte en economische motieven;

• Het leggen van stroomkabels over de weg is niet toegestaan.

3.5 Standplaatsen per kern

Per kern zijn op aangegeven gebieden standplaatsen toegestaan. Deze gebieden zijn hiervoor aangemerkt, omdat er op die locatie ruimte is voor deze activiteiten, ze goed bereikbaar zijn en relatief centraal in de kernen liggen en de infrastructuur (zoals elektra) hierop aangelegd is. Het gaat om:

• Ulft;

• Varsseveld;

• Terborg;

• Gendringen;

• Silvolde;

• Etten;

• Megchelen;

• Netterden;

• Sinderen

• Varsselder;

• Westendorp.

Ulft

Binnen het aangegeven gebied zijn gezamenlijk 2 standplaatsen per dag toegestaan. Met een maximum van 10 per week.

Ulft, locatie a: hoek Kennedyplein – Kerkstraat (tegenover Kerkstraat 3) en locatie b: Kerkstraat (tegenover Kerkstraat 82).

Zie bijlage

Ulft, locatie tussen Kerkstraat 10-a en 10-c en tegenover Kerkstraat 7b.

Zie bijlage

Varsseveld

Binnen de aangegeven gebieden zijn gezamenlijk 2 standplaatsen per dag toegestaan. Met een maximum van 6 per week.

Varsseveld, locatie hoek Schoolstraat – Boterstraat (ter hoogte van Schoolstraat 17).

Zie bijlage

Varsseveld, locatie De Klokkeweerd

Zie bijlage

Terborg

Binnen het aangegeven gebied zijn 2 standplaatsen per dag toegestaan. Met een maximum van 5 per week.

Terborg, locatie Marktplein.

Zie bijlage

Gendringen

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 5 per week.

Gendringen, locatie Raadhuisstraat en hoek Raadhuisstraat – Grotestraat.

Zie bijlage

Silvolde

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 5 per week.

Silvolde, locatie Markt (direct aanpalend aan Markt 15).

Zie bijlage

Etten

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 2 per week.

Etten, locatie tegenover Dorpsstraat 26

Zie bijlage

Megchelen

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 1 per week.

Megchelen, locatie parkeerplaats Ter Voert (tegenover Julianaweg 1).

Zie bijlage

Netterden

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 1 per week.

Netterden, locatie direct aanpalend aan Emmerikseweg 2a en tegenover Emmerikseweg 3.

Zie bijlage

Sinderen

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 1 per week.

Sinderen, locatie Kromkamp (parkeerplaats).

Zie bijlage

Varsselder

Binnen het aangegeven gebied is 1 standplaats per dag toegestaan. Met een maximum van 1 per week.

Varsselder, locatie parkeerplaats bij de kerk aan de Hoofdstraat 31.

Zie bijlage

Westendorp

Binnen het aangegeven gebied zijn 2 standplaatsen per dag toegestaan. Met een maximum van 2 per week.

Westendorp, locatie achter Kulturhus De Vos aan de Halseweg 2.

Zie bijlage

Breedenbroek

Voor Breedenbroek is geen specifiek gebied aangegeven waar standplaatsen zijn toegestaan. Indien een aanvraag wordt ingediend, dan beoordeelt het bevoegd gezag of de locatie geschikt is. De weigeringsgronden die zijn genoemd in artikel 3.2 van dit beleid maken onderdeel uit van deze beoordeling. Tevens moet de standplaats zijn gelegen binnen de komgrens. Verder wordt de vergunning alleen verleend conform de in artikel 3.4 van dit beleid genoemde voorwaarden

De Heelweg

Voor de Heelweg is geen specifiek gebied aangegeven waar standplaatsen zijn toegestaan. Indien een aanvraag wordt ingediend, dan beoordeelt het bevoegd gezag of de locatie geschikt is. De weigeringsgronden die zijn genoemd in artikel 3.2 van dit beleid maken onderdeel uit van deze beoordeling. Tevens moet de standplaats zijn gelegen binnen de komgrens. Verder wordt de vergunning alleen verleend conform de in artikel 3.4 van dit beleid genoemde voorwaarden

3.6 Seizoenstandplaatsen

Naast de standplaatsen die voor een kalenderjaar een vergunning kunnen krijgen, kent de gemeente Oude IJsselstreek ook seizoensstandplaatsen in verschillende kernen. De seizoenstandplaatsen kennen een beperkte duur van de vergunning, want ze zijn niet voor een geheel kalenderjaar bedoeld. Bovendien richt de verkoop vanuit de standplaats zich met name op seizoenartikelen. Denk bijvoorbeeld aan de verkoop van oliebollen, wafels, poffertjes, kerstbomen en kerstartikelen in de wintermaanden. De seizoenstandplaatsen worden in principe alleen voor de maanden november en december verleend en moeten ook specifiek aangevraagd worden bij de gemeente. Daarnaast worden de vergunningen voor seizoenstandplaatsen voor een maximale duur van 12 aaneengesloten dagen uitgegeven. Hierin kunnen ook zon- en feestdagen zitten.

De seizoenstandplaatsen kunnen verleend worden voor locaties waar niet alleen de “gewone” standplaatsen zijn toegestaan, maar ook in andere kernen, bij andere winkelgebieden en solitaire winkels, mits het geen verkeersbelemmering oplevert. Dat mag, gezien het karakter van de seizoen standplaats en de seizoensgebonden activiteit die een sociaaleconomische component heeft. Wel gelden er maxima per kern op basis van het aantal inwoners en bezoekers.

Buiten de “gewone” standplaatsen zijn per kern het volgende aantal seizoenstandplaatsen toegestaan:

Ulft : 4 seizoenstandplaatsen

Varsseveld : 3 seizoenstandplaatsen

Terborg : 2 seizoenstandplaatsen

Gendringen : 2 seizoenstandplaatsen

Silvolde : 1 seizoenstandplaats

Breedenbroek : 1 seizoenstandplaats

Etten : 1 seizoenstandplaats

Heelweg : 1 seizoenstandplaats

Megchelen : 1 seizoenstandplaats

Netterden : 1 seizoenstandplaats

Sinderen : 1 seizoenstandplaats

Varsselder : 1 seizoenstandplaats

Westendorp : 1 seizoenstandplaats

3.7 Maatschappelijke standplaatsen

Naast de standplaatsen en seizoensstandplaatsen kennen we ook nog maatschappelijke standplaatsen. Dat zijn standplaatsen met een maatschappelijk doel. Onder een maatschappelijk doel wordt onder andere verstaan: bevolkingsonderzoek, educatieve doelen en politieke partijen. Aan de maatschappelijke standplaats zijn de volgende voorwaarden verbonden:

• De standplaatshouder mag geen winst maken op het maatschappelijke doel. Er mogen geen commerciële activiteiten plaatsvinden;

• De looptijd van de vergunning wordt in overleg met de gemeente bepaald;

• De locatie van de standplaats wordt in overleg met de gemeente bepaald;

• Er moet minstens 4 weken van tevoren via het meldingsformulier een melding gemaakt worden bij de gemeente;

• Toetsing aan de algemene weigeringsgronden vindt plaats bij elke melding.

3.8 Standplaatsmeldingen voor verenigingen en stichtingen

Op grond van artikel 6:24 lid 4 van de APV van de gemeente Oude IJsselstreek geldt er voor verenigingen en stichtingen geen vergunningplicht. Zij kunnen volstaan met een melding. De melding kan alleen worden geaccepteerd indien:

• De melding wordt gedaan voor een standplaats op locaties waar ook de “gewone” standplaatsen zijn toegestaan, de winkelgebieden en bij solitaire winkels;

• De standplaats maximaal 1 dag wordt ingenomen;

• Indien de melding wordt gedaan voor een seizoenstandplaats, is de maximale duur van de inname van de standplaats 12 dagen. Hierbij geldt de norm “wie eerst komt, die eerst maalt” (ongeacht de herhaling van de stand).

• De melding minstens 4 weken van tevoren via het meldingsformulier is ingediend bij de gemeente.

4. Overige bepalingen

In dit hoofdstuk wordt onder andere ingegaan op de tarieven, de inname en intrekken van de vergunning.

4.1 Tarieven

Voor het in behandeling nemen van een vergunning worden leges in rekening gebracht conform de legesverordening van de gemeente Oude IJsselstreek. Voor het gebruik van de gemeentegrond wordt een vergoeding gevraagd. De vergoeding wordt in de vorm van precario in rekening gebracht. De legeskosten voor het inschrijven op de wachtlijst zijn gelijk aan die van inschrijving op de wachtlijst voor de weekmarkt. De tarieven worden per jaar vastgesteld. Voor maatschappelijke standplaatsen worden geen leges in rekening gebracht.

4.2 Persoonsgebonden vergunningen

Een standplaatsvergunning wordt alleen aan natuurlijke personen verleend. Bij maatschappelijke standplaatsen worden vergunningen ook verleend aan rechtspersonen. Een standplaatsvergunning is persoonsgebonden. Dit is terug te vinden in artikel 1:5 van de APV. De vergunning kan niet op een rechtsopvolger overgaan. Overschrijven van een vergunning op naam van een familielid of persoon die werkzaam is in het bedrijf is niet mogelijk. In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld bij overlijden van de vergunninghouder, kunnen burgemeester en wethouders besluiten hiervan af te wijken.

De houder van de vergunning mag zich laten vervangen. Dit mag alleen door zijn personeel in loondienst of huisgenoten. Van een vervanging stelt de vergunninghouder de gemeente van tevoren op de hoogte.

4.3 Inname standplaats

De standplaats moet worden ingenomen. Voorkomen moet worden dat een vergunning wordt aangevraagd, zodat concurrentie de standplaats niet in neemt. Wanneer de standplaats één maand niet is ingenomen, zonder dat hierover vooraf overleg is geweest met de gemeente, kan de vergunning worden ingetrokken.

4.4 Mobiliteit standplaatsen

De standplaats moet worden ingenomen met een verplaatsbare verkoopgelegenheid. In verband met het niet permanente karakter van een standplaats mag deze worden ingenomen tussen 08.00 en 22.00 uur. Buiten deze uren moet de standplaats ontruimd zijn. Seizoenstandplaatsen en maatschappelijke standplaatsen hoeven niet dagelijks na sluiting ontruimd te worden.

4.5 Particulier terrein

Standplaatsen op particulier terrein maken deel uit van het standplaatsenbeleid (artikel 5:19 APV). Aan een vergunning op particulier terrein worden de volgende voorwaarden gesteld:

• Het terrein moet openbaar toegankelijk zijn. De eigenaar van het terrein moet schriftelijk toestemming verlenen;

• Er moet voldaan worden aan de algemene weigeringsgronden en de voorschriften over standplaatsen.

4.6 Vergunningverlening

Een vergunning wordt alleen verleend als wordt voldaan aan de, in dit beleid opgenomen, voorwaarden. In bijzondere gevallen kan het college van burgemeester en wethouders afwijken van dit beleid. Bij elke aanvraag worden alle belangen zorgvuldig afgewogen. Het bevoegd gezag beslist op de aanvraag voor vergunning binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag.

4.7 Inhoud vergunning

In de vergunning wordt ten minste vermeld:

• Een duidelijke omschrijving van de standplaats;

• Een omschrijving van de verkoopinrichting;

• De artikelen of de groep van artikelen die door de vergunninghouder op de standplaats mogen worden verkocht;

• De dag, dagen en tijdvak waarop de standplaats kan worden gebruikt.

In de vergunning kunnen door het bevoegd gezag nadere voorwaarden worden opgenomen.

4.8 Intrekken vergunning

Naast het afgeven van een vergunning kan de vergunning ook ingetrokken worden. De vergunning kan worden ingetrokken:

• Bij overlijden van de vergunninghouder;

• Wanneer niet langer wordt voldaan aan de voor de vergunninghouder geldende wettelijke vestigingseisen;

• De vergunninghouder niet voldoet aan de voorschriften van dit beleid;

• De vergunninghouder niet of niet tijdig de leges en precario heeft betaald;

• De vergunninghouder zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

• Indien de vergunninghouder niet eenmaal per maand van de vergunning gebruik maakt, met uitzondering van een gebruikelijke vakantieperiode;

• Indien ter verkrijging van de vergunning onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt.

4.9 Inwerkingtreding en overgangsrecht

Het standplaatsenbeleid gemeente Oude IJsselstreek 2025 treedt op 1 januari 2025 in werking waardoor het standsplaatsenbeleid van de gemeente Oude IJsselstreek 2017 gelijktijdig met de inwerkingtreding van dit beleid wordt ingetrokken. Het nieuwe vastgestelde beleid kan ertoe leiden dat vergunninghouders niet op hun huidige locatie kunnen blijven staan, omdat ze niet (meer) voldoen aan het nieuwe beleid. Indien mogelijk en afhankelijk van de situatie, kunnen deze standplaatshouders de mogelijkheid krijgen om gebruik te maken van een alternatieve locatie die hen door de gemeente wordt aangeboden. Indien geen alternatief kan worden geboden of de standplaatshouder het alternatief niet accepteert wordt de vergunning ingetrokken. De standplaatshouder kan dan nog tot uiterlijk 1 januari 2026 gebruik maken van de huidige standplaats.

Ondertekening