Subsidieregeling voor het aanleggen van walstroominstallaties

Ondertekening

Bijlage: Beoordelingsmethodiek als bedoeld in artikel 8, derde lid, van de Subsidieregeling voor het aanleggen van walstroominstallaties

a. Nabijheid woningen – maximaal 5 punten;

Als de ligplaats dicht bij de bebouwde kom, gebied dat door aaneengesloten bebouwing overwegend een woon- en verblijffunctie heeft, ligt dan kunnen hiermee punten verdiend worden. Door middel van het meten van de afstand van de dichtstbijzijnde woning binnen de gemeente Rotterdam tot aan de ligplaats kan bepaald worden hoeveel punten er toegekend dienen te worden.

Afstand van ligplaats tot woning

• -

  Tot 500 meter: 5 punten

• -

  Tot 1000 meter: 4 punten

• -

  Tot 2000 meter: 3 punten

• -

  Tot 3000 meter: 2 punten

• -

  Tot 4000 meter: 1 punt

b. CO2-besparing per euro totale investering van het project per jaar – maximaal 5 punten;

De beoordeling vindt plaatst door alle aanvragers te rangschikken op basis van de hoogte van de CO2 besparing per euro totale investering per jaar. Dat houdt in dat de aanvrager met de hoogste CO2 besparing per euro totale investering van het project 5 punten krijgt toegekend. De overige aanvragers krijgen naar rato minder dan 5 punten.

Bij een gelijke besparing krijgen de projecten een even hoge beoordeling.

c. Kwaliteit van het werkplan – maximaal 5 punten;

Bij het opstellen van een werkplan voor een subsidieaanvraag dienen ten minste de onderdelen opgenomen te worden zoals benoemd in de bijlage ‘’Template – Werkplan’’. De kwaliteit van het werkplan krijgt een score van 0-5 punten (zoals toegelicht onder de beoordelingsmatrix). Voor dit criterium is een minimale score van 3 punten benodigd.

De ontwikkeling van een duidelijk werkplan geeft aan dat de aanvrager heeft nagedacht over de structuur van het project, de benodigde inspanning en tijd en geplande deadlines gelinkt aan resultaten. De aanvrager toont aan welke succesfactoren nodig zijn om het project tot een goed einde te brengen en tot een positieve investeringsbeslissing te komen (FID). Zie ook de toelichting op artikel 3 (activiteiten).

d. Kwaliteit van de begroting – maximaal 5 punten.

Bij de beoordeling van de begroting kijken we naar de haalbaarheid van het project. Bij het opstellen van een werkplan voor een subsidieaanvraag dienen ten minste de onderdelen opgenomen te worden zoals benoemd in de bijlage ‘’Template – Begroting’’. Dit criterium krijgt een score van 0-5 punten (zoals toegelicht onder de beoordelingsmatrix). Voor dit criterium is een minimale score van 3 punten benodigd.

Toelichting scores criteria C en D:

Elk criterium krijgt een score van 0-5 punten.

• 0.

  De aanvraag slaagt er niet in het criterium te duiden, er is incomplete of missende informatie.

• 1.

  Het criterium is onvoldoende geduid, of er zijn duidelijke serieuze zwaktes.

• 2.

  Het criterium is geduid, maar er zijn nog duidelijke zwaktes in de aanvraag.

• 3.

  Het criterium is geduid in de aanvraag, met meerdere kleine tekortkomingen, maar geen grote zwaktes.

• 4.

  Het criterium is geduid in de aanvraag, met enkele kleine tekortkomingen.

• 5.

  De aanvraag slaagt er in het criterium te duiden op een complete en relevante manier, er zijn geen of heel kleine tekortkomingen.

Beoordelingsmatrix

Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl

Toelichting bij de Subsidieregeling voor het aanleggen van walstroominstallaties

Algemeen

De gemeente Rotterdam werkt aan de energietransitie om de klimaatdoelen te behalen en tegelijkertijd te bouwen aan de nieuwe economie. De ambities zijn onder andere vastgelegd in het Klimaat Actieplan Rotterdam (2019) en de Walstroomstrategie (2020). In het Klimaat Actieplan Rotterdam is afgesproken dat de uitstoot van CO2 in Rotterdam in 2025 met 25% verminderd moet zijn, in 2030 met 55% verminderd moet zijn ten opzichte van 2025 en in 2050 volledig klimaatneutraal te zijn. De gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf Rotterdam werken samen aan het behalen en realiseren van de gestelde klimaatdoelen én streven naar een klimaat neutrale haven. Tegelijkertijd staat ook de internationale zeevaart voor een verduurzamingsopgave: de Internationale Maritieme Organisatie, van de Verenigde Naties, heeft de doelstelling om de uitstoot van broeikasgassen van de gehele zeevaart in 2050 volledig te compenseren met verschillende maatregelen getiteld Net-Zero GHG.

Het college stelt in dit kader een investeringssubsidie voor het aanleggen van walstroom installaties voor bedrijven met een ligplaats in de haven van Rotterdam beschikbaar.

Het openstellen van deze subsidieregeling voor het aanleggen van walstroominstallaties kan een aanzienlijke versnelling van de uitrol van walstroom bewerkstelligen. De regeling sluit aan op pijler 1 van de walstroomstrategie, namelijk: het stimuleren van het aanleggen van walstroom op kades nabij stedelijk gebied. Partijen met een onrendabele top in hun business case kunnen middels deze subsidie over de financiële drempel geholpen worden om tóch walstroom aan te leggen. Om in aanmerking te komen voor subsidie dienen de bedrijven onder andere een werkplan en een begroting in te dienen. Op basis hiervan kunnen er door middel van de beoordelingscriteria geschikte projecten geselecteerd worden.

Artikelsgewijs

Artikel 5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Hiermee worden specifiek de kosten bedoeld die benodigd zijn voor het kunnen aanleggen van een walstroominstallatie bij (een) ligplaats(en). Denk hierbij aan de kosten voor:

• ▪

  aanschaf van technische componenten van de walstroominstallatie;

• ▪

  engineering & projectmanagement;

• ▪

  netaansluiting;

• ▪

  realisatiekosten.

Artikel 8 Wijze van verdeling

In het tweede lid is geregeld dat bij de rangschikking van de aanvragen het college punten toekent aan de hand van de in het tweede lid genoemde criteria en het daarbij vermelde maximumaantal punten.

De puntenverdeling op de afzonderlijke criteria wordt uitgewerkt in de bijlage behorende bij deze regeling. Aanvragers dienen in hun aanvraag een duidelijke toelichting op te nemen op basis waarvan de punten voor criteria A, B, C en D toegekend kunnen worden.