Integraal Veiligheidsbeleid 2024-2027

1.1 Inleiding

Veiligheid vormt de basis voor een vitale en leefbare gemeente. Het integraal veiligheidsbeleid (IVB) ‘Samen voor een veilig Lansingerland: veilig vandaag, bouwend aan een sterker morgen’ weerspiegelt onze inzet op dit moment en onze ambitie voor een veerkrachtige toekomst. De veiligheid van Lansingerland is in veel opzichten van een goed niveau. Inwoners waarderen de veiligheid van hun woonomgeving met maar liefst een 7,8 (Leefbaarheidsmonitor/Lemon). Verschillende vormen van overlast, waaronder jeugdoverlast, laten een dalende trend zien. Ook het totaal aantal misdrijven is gedaald in de afgelopen jaren. In het algemeen is Lansingerland een gemeente waar het prettig en veilig wonen, ondernemen en leven is.

Maar we staan ook voor uitdagingen. In Bleiswijk hebben we te maken met (online) georganiseerde straatraces, we zien een groeiend aantal kwetsbare personen met impact op henzelf en hun omgeving en een stijging in fietsendiefstallen. Traditionele misdrijven, zoals diefstal en geweld, maken steeds vaker plaats voor ongrijpbare criminaliteit zoals ondermijning en cybercriminaliteit. Onze gunstige ligging draagt bij aan de uitdagingen rond criminele inmenging. Het uitgestrekte grondgebied met veel buitengebied, gecombineerd met de nabijheid van een grote stad, een wereldhaven en diverse snelwegen, maakt ons vatbaar voor diverse vormen van criminaliteit. Op het gebied van digitalisering worden we geconfronteerd met online pesten, het stelen van bankgegevens, het hacken van online accounts en een groeiend risico op cyberincidenten met een ontwrichtende werking.

Samen met onze partners werken we elke dag aan deze veiligheidsuitdagingen. Denk aan de politie, het Openbaar Ministerie, de Veiligheidsregio, het Zorg- en Veiligheidshuis en andere maatschappelijke organisaties, maar ook aan onze inwoners, ondernemers, verenigingen en andere maatschappelijke partners. Alleen samen kunnen we zorgen voor een veilig Lansingerland vandaag en bouwen aan een veilig Lansingerland van morgen.

In dit eerste hoofdstuk lichten we toe waar het Integraal Veiligheidsbeleid over gaat, waarom we het vernieuwen en wat onze rol is als gemeente. Hoofdstuk 2 behandelt de doelstelling en leidende principes. Hoofdstuk 3 behandelt de prioritaire thema’s, hoofdstuk 4 behandelt de overige veiligheidsthema’s en hoofdstuk 5 gaat in op de financiën en monitoring.

1.2 Rol van de gemeente

De zorg voor openbare orde en veiligheid is van oudsher één van de voornaamste taken van de overheid. De verantwoordelijkheid voor het veiligheidsbeleid op lokaal niveau ligt bij de gemeente. Hiervoor werken we intensief samen met partners, zetten we in op preventie en waar nodig zetten we bestuurlijke instrumenten in, zoals een bestuurlijke boete of het sluiten van een pand.

1.3 Gezagsdriehoek

Een belangrijk samenwerkingsverband is de gezagsdriehoek, waarin afspraken worden gemaakt over de inzet van de politie op lokale prioriteiten en de aanpak van criminaliteit. Deze driehoek bestaat uit de burgemeester, de officier van justitie en teamchef van politie (van het politieteam waaronder de gemeente valt). De burgemeester kan een deel van zijn bevoegdheden eigenstandig toepassen, terwijl voor andere zaken samenspraak met het Openbaar Ministerie vereist is. Een voorbeeld hiervan is het vaststellen van de periode waarin gebruik wordt gemaakt van cameratoezicht. Ook wanneer het niet vereist is, is afstemming waardevol.

1.4 Noodzaak van een nieuw veiligheidsbeleid

Het huidige Integraal Veiligheidsbeleid loopt af. Dit nieuwe IVB vormt het kader voor onze inzet en samenwerking in de periode 2024-2027. Het stelt strategische doelen voor 2027 en bepaalt de leidende principes bij onze inzet.

Het IVB bouwt voort op de Samenlevingsvisie van Lansingerland en concentreert zich op de accenten Veerkrachtige samenleving, Veilige leefomgeving en Leefbare wijken. Daarnaast vervult het IVB de wettelijke verplichting om eens in de vier jaar veiligheidsdoelen vast te stellen (artikel 38b van de Politiewet).

Als opvolger van het IVB 2019-2023 is ook dit IVB integraal van aard én integraal tot stand gekomen, in nauwe samenwerking met diverse beleidsdomeinen en de partnerorganisaties. Het vormt een strategisch kader met een beschrijving op hoofdlijnen van de te volgen koers. Deze wordt uitgewerkt in het Actieplan Integrale Veiligheid.

1.5 Integrale veiligheid omvat fysieke, sociale en digitale veiligheid

Voorheen bestond het veiligheidsbeleid uit fysieke en sociale veiligheid. Door de digitalisering van de samenleving zijn er nieuwe vraagstukken bijgekomen. Daarom benaderen we veiligheid nu vanuit drie onderdelen: sociale, fysieke en digitale veiligheid.

Fysieke veiligheid: Dit is gericht op bescherming tegen ongevallen of leed van niet-menselijke oorsprong. Het omvat zaken zoals brandveiligheid, externe veiligheid, rampenbestrijding en crisisbeheersing. Deze zijn grotendeels verankerd in het beleid van de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond.

Sociale veiligheid: Hierbij gaat het om de mate waarin mensen beschermd zijn, of zich beschermd voelen, tegen gevaar dat wordt veroorzaakt door of dreigt van de kant van menselijk handelen. Het omvat onder andere het bevorderen van veilig samenleven, het voorkomen en aanpakken van overlast, criminaliteit, radicalisering, huiselijk geweld, en het bevorderen van sociale cohesie en leefbaarheid.

Digitale veiligheid: Deze dimensie omvat maatregelen gericht op het voorkomen van schade door verstoring, uitval of misbruik van digitale producten of diensten.

Onze ambitie voor Lansingerland met het Integraal Veiligheidsbeleid is helder: we streven ernaar dat onze inwoners en ondernemers veilig zijn, en dat zij zich veilig voelen. In het algemeen streven we daarom naar handhaving van het rapportcijfer ‘veiligheid in onze buurt’ en een afname van het aantal misdrijven.

Vanuit onze regierol hebben we het veiligheidsbeeld van Lansingerland op integrale wijze in kaart gebracht. Dit is gedaan met een veiligheidsanalyse, waarbij gekeken is naar problematiek, mogelijke aanpak, ontwikkelingen en toekomstige trends. Bij deze analyse waren zowel interne als externe partners betrokken. Op basis hiervan hebben we prioriteiten geformuleerd: thema’s waarmee we de meeste impact kunnen maken op veiligheid in de samenleving. Het stellen van prioriteiten is nodig, omdat er altijd meer vraagstukken zijn dan beschikbare capaciteit. We maken hiermee scherpe keuzes. Dit wil echter niet zeggen dat er geen oog is voor overige veiligheidsthema’s.

De vier veiligheidsthema’s zijn:

• 1.

  Leefbare, veilige en krachtige wijken: Streven naar wijken die niet alleen veilig zijn maar ook leefbaar en veerkrachtig, waarin de kracht van de gemeenschap centraal staat.

• 2.

  Casuïstiek zorg en veiligheid: Aandacht voor complexe situaties waarin zorg en veiligheid elkaar raken, met focus op preventie en adequate aanpak.

• 3.

  Digitale veiligheid: Omgaan met de groeiende uitdagingen van digitale criminaliteit en het weerbaar maken van inwoners en ondernemers.

• 4.

  Ondermijning: Dwarsbomen van het criminele verdienmodel en onze inwoners, bedrijven en eigen organisatie weerbaar maken.

Binnen deze veiligheidsthema’s staat de samenleving centraal. We hechten groot belang aan de leefbaarheid en veerkracht in de wijken. Een leefbare omgeving stimuleert niet alleen het veiligheidsgevoel van inwoners maar werkt ook participatie in de hand en beperkt criminaliteit. Veerkrachtige wijken zorgen ervoor dat gemeenschappen initiatief nemen en zelf actief veiligheidsproblemen aanpakken. We zetten daarom in op het veilig inrichten en beheren van wijken en op voorlichting over veiligheidsrisico’s. Daarnaast willen we de samenleving betrekken bij veiligheidsvraagstukken die zich daarvoor lenen. Burgers kunnen bijvoorbeeld preventieve maatregelen nemen maar ook signalen tijdig opmerken en melden aan publieke partijen. Door inwoners en ondernemers te betrekken, bevorderen we participatie en zorgen we dat onze aanpak breed gedragen wordt.

Leidende principes

Centraal in onze aanpak staat:

• •

  We werken informatiegestuurd en datagedreven 

  Een goede informatiepositie is belangrijk. Kwantitatief vanuit cijfers en kwalitatief vanuit signalen van partners, inwoners en bedrijven. Door te investeren in een goede informatiepositie kunnen we eerder problemen signaleren, maatregelen gerichter inzetten, scherpe keuzes maken en tijdig bijsturen.

• •

  Preventie waar mogelijk en handhaving waar nodig

• We voorkomen onveiligheid waar mogelijk, door de oorzaken aan te pakken en weg te nemen. We werken hiervoor integraal samen met andere domeinen binnen de gemeente en met externe partners. Door efficiënt en vroegtijdig ingrijpen voorkomen we escalatie. Tegelijkertijd erkennen we het belang van doelgerichte handhaving om de veiligheid van onze gemeente te waarborgen. We streven naar preventie waar mogelijk en handhaving waar nodig, voor een evenwichtige en effectieve benadering van gemeentelijke veiligheid.

• •

  Samenleving aan zet

• Veiligheid is een gedeelde verantwoordelijkheid. Actieve burgerbetrokkenheid kan leiden tot effectievere veiligheidsmaatregelen en een verhoogd gevoel van sociale cohesie. Bewustwording, educatie en burgerparticipatie zijn belangrijke bestandsdelen.

• •

  Jongeren zijn de toekomst van onze gemeente

• Jongeren zijn een belangrijke doelgroep binnen onze gemeente en kunnen zowel slachtoffer als dader zijn van onveiligheid. Daarom verdienen ze voortdurende aandacht, die te zien is in onze prioriteiten en ambities voor de komende jaren.

• •

  We werken samen met onze partners in de aanpak

• Het Veiligheidsbeleid geeft in belangrijke mate richting aan het werk van het team Veiligheid en APV van de gemeente. Maar de veiligheid in onze gemeente is niet alleen een zaak van dat team. Alle gemeentelijke afdelingen werken min of meer direct aan de veiligheid of dragen bij aan het realiseren van de doelen uit het IVB. Dat geldt voor de clusters Jeugd, Wet maatschappelijke ondersteuning en Sluitende Aanpak, Participatie, Onderwijs, Burgerzaken, maar evengoed voor Ruimte, Verkeer, Economie, Buitenruimte en de Bedrijfsvoeringsteams. Binnen de gemeentelijk organisatie werken we actief samen met deze teams.

• Belangrijke externe partners zijn: Politie basisteam Midden-Schieland, Openbaar Ministerie, Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, Zorg en Veiligheidshuis Rotterdam Rijnmond, RIEC Rotterdam, DCMR, zorg- en welzijnsinstellingen, onderwijsinstellingen, 3B Wonen en de provincie Zuid-Holland. En natuurlijk de inwoners van Lansingerland, de ondernemersverenigingen en andere maatschappelijke partijen.

• •

  We werken integraal

• We hebben een integrale aanpak ten aanzien van veiligheidsuitdagingen. Veiligheid overstijgt de beleidsdomeinen en is een gedeelde verantwoordelijkheid binnen het college. We maken goed gebruik van de preventieve en repressieve instrumenten binnen de verschillende beleidsdomeinen.

Voor de komende jaren hebben we vier prioriteiten benoemd. Per prioriteit beschrijven we in dit hoofdstuk een analyse van het veiligheidsvraagstuk, onze ambitie op dit vraagstuk en lichten we onze aanpak op hoofdlijnen toe.

Prioriteit 1: Leefbare, veilige en krachtige wijken

Het veiligheidsvraagstuk

Lansingerland is een leefbare en veilige gemeente. Onze inwoners beoordelen het veiligheidsgevoel met een 7,8 (Lemon, 2023). Om deze positieve waardering te behouden en te versterken leggen we de focus op leefbare, veilige en krachtige wijken. We zetten in op preventie waar mogelijk en repressie waar nodig. Denk hierbij aan de inzet van professionals maar ook van inwoners en ondernemers. Daarnaast hebben een goed voorzieningenniveau en onderhoud van de openbare ruimte effect op de ervaren veiligheid. Binnen dit brede thema gaat het dus over de sociale en fysieke kwaliteit van de buurt en het veiligheidsgevoel van inwoners. Jezelf veilig voelen houdt ook in dat je niet zomaar iets zal overkomen. En als er dan toch iets gebeurt, ook op het gebied van gezondheid, er snel hulp ter plaatse is. Vormen van criminaliteit en overlast die daarmee te maken hebben zijn bijvoorbeeld woninginbraak, fietsdiefstal, straatraces, woonoverlast en jeugdoverlast.

Wat willen we bereiken?

Onze ambitie is om bij te dragen aan de weerbaarheid en vitaliteit van onze wijken. Onze doelen zijn daarom:

• ✓

  We zijn als overheid zichtbaar in de wijk.

• ✓

  Onze inwoners zijn betrokken en maken zich sterk voor de veiligheid en leefbaarheid van de wijk.

• ✓

  Het aantal meldingen van (jeugd)overlast neemt af.

Wat gaan we daarvoor doen?

De basis

• •

  We zetten wijkprofessionals in zoals wijkmanagers, (wijkregisseur-)boa’s, wijkagenten, wijkbrandweer en jongerenwerk.

• •

  Onze boa’s blijven de kleine norm handhaven door als ‘ogen en oren’ te fungeren in de wijken en waar nodig handhavend op te treden.

• •

  We faciliteren burgerparticipatie via Burgernet, buurtpreventie en WhatsApp-groepen.

• •

  We geven preventievoorlichting.

• •

  Specifieke aanpak van overlast en diefstal zoals buurtbemiddeling en aanpak heling.

• •

  Samen met inwoners en ondernemers werken we aan een hartveilige gemeente.

• •

  Bij openbare orde problematiek zetten we gepaste maatregelen, zoals tijdelijk cameratoezicht, alleen in na zorgvuldige afweging.

De focus

• •

  We werken toe naar een sterker eerstelijns wijknetwerk waarin betrokken professionals optimaal samenwerken.

• •

  We investeren in ons boa-team, onder andere door het goed neerzetten van de functie van wijkregisseurboa.

• •

  We onderzoeken hoe we beschikbare informatie (bijvoorbeeld meldingen) gestructureerd kunnen vastleggen en inzetten om de veiligheid en leefbaarheid in wijken gericht aan te pakken.

Met wie?

Politie, brandweer, woningcorporaties, zorg- en welzijnsinstellingen, jongerenwerk, buurtpreventie en ondernemers.

Welke andere beleidsvelden raakt het?

Beheer, ruimte, economie, jeugd, communicatie, omgevingsvisie en APV, maatschappelijke ondersteuning en participatie.

Prioriteit 2: Casuïstiek zorg en veiligheid

Het veiligheidsvraagstuk

De verbinding tussen zorg en veiligheid is belangrijk voor het welzijn van onze inwoners. We zien een toename van ‘complexe casussen’ ofwel personen/huishoudens die met meerdere problemen op het vlak van zorg en veiligheid te kampen hebben. Voorbeelden hiervan zijn schulden, sociaal-psychische problematiek, ‘onbegrepen gedrag’, verslaving, verzamelwoede (hoarding), overlast, huiselijk geweld en polarisatie en radicalisering. Professionals signaleren ook een toename in kwetsbare jeugd, wat vanuit veiligheidsoogpunt van groot belang is. Deze groep kwetsbare individuen vormen mogelijk een risico voor zichzelf, de omgeving en de openbare orde en veiligheid. Daarnaast hebben ze een verhoogd risico om slachtoffer te worden van misbruik of te vervallen in (ondermijnende) criminaliteit.

Als gemeente vervullen we een regisserende rol in zowel het veiligheidsdomein als het sociaal domein. Intensieve samenwerking is essentieel om problemen te voorkomen voordat ze veiligheidskwesties worden, vooral gezien de toenemende complexiteit van de samenleving en de impact daarvan op de meest kwetsbare huishoudens.

Wat willen we bereiken?

Onze ambitie is om de zorg voor kwetsbare mensen en hun omgeving blijvend te verbeteren en de bijbehorende veiligheidsproblematiek te voorkomen. Onze doelen zijn daarom:

• ✓

  De juiste zorg bieden aan onze inwoners die het nodig hebben, met speciale aandacht voor kwetsbare jeugd.

• ✓

  Voorkomen dat casuïstiek escaleert in overlast voor de omgeving en openbare orde en veiligheidsproblematiek door in te zetten op vroegsignalering en preventie.

• ✓

  Intensieve samenwerking en goede informatiedeling bevorderen tussen zorgprofessionals en hun veiligheidspartners.

Wat gaan we daarvoor doen

De basis

• •

  We bieden ondersteunende voorzieningen op gebieden als begeleid wonen en maatschappelijke opvang.

• •

  We zorgen voor werkvormen, structuren en voorzieningen rond specifieke zorg en veiligheids-thema’s, zoals verslaving, nazorg ex-gedetineerden en personen met verward gedrag.

• •

  We blijven inzetten op de persoonsgebonden aanpak van kwetsbare personen. We werken per casus samen met relevante partners. Dit zijn de politie, zorg- en hulpverleningsinstanties en 3B Wonen. We maken gebruik van (een mix van) interventies, onder andere via Meldpunt Zorg om een ander, Jeugdwet, begeleiding vanuit Wmo, bemoeizorg, Participatiewet, Wet Verplichte GGZ, Tijdelijk Huisverbod, Wet Aanpak Woonoverlast en straffen.

• •

  We coördineren de aanpak via Sluitende aanpak en schalen op naar het Zorg- en Veiligheidshuis Rotterdam Rijnmond bij zeer complexe casuïstiek.

• •

  We dragen bij aan een sluitende, duurzame, regionale ketenaanpak voor het tegengaan van huiselijk geweld en kindermishandeling.

• •

  Als preventieve maatregelen niet voldoende helpen, kunnen we repressieve maatregelen inzetten vanuit het bestuursrecht en/of strafrecht. Hierbij valt te denken aan sluiten van een woning, gebiedsverbod, taakstraf of een gedwongen opname via de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz).

De focus

Op het gebied van zorg en veiligheid staat er een sterke basis. De intensivering zit hem in het verbeteren van processen, versterken van samenwerking en het goed kunnen delen van relevante informatie.

• •

  Door in te zetten op vroegsignalering en preventie proberen we te voorkomen dat casuïstiek escaleert in overlast voor de omgeving en openbare orde en veiligheid. Dit vereist nauwe samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de zorg-, maatschappelijke en veiligheidspartners. Buurtbewoners kunnen ook een belangrijke rol spelen bij het (vroeg)signaleren van problematiek. Hier willen we in investeren.

• •

  We wisselen informatie uit en werken informatiegestuurd. Om een effectieve integrale samenwerking te waarborgen, is het essentieel de juiste randvoorwaarden voor informatie-uitwisseling tussen partners te creëren. We onderzoeken de behoefte aan (aanvullende) privacy convenanten voor gegevensuitwisseling, naast de bestaande wetgeving. Met de juiste randvoorwaarden kunnen we beter informatiegestuurd werken, wat bijdraagt aan een proactieve aanpak van problematiek en het voorkomen van overlast en veiligheidsescalaties.

• •

  We ontwikkelen de sluitende aanpak door voor de doelgroep onder de 18 jaar.

Met wie?

Zorg en Veiligheidshuis, Veilig Thuis, politie, OM, brandweer, woningcorporaties, zorg- en welzijnsinstellingen.

Welke andere beleidsvelden raakt het?

Maatschappelijke ondersteuning, jeugd, participatie en communicatie.

Prioriteit 3: Digitale veiligheid

Het veiligheidsvraagstuk

Door de voortschrijdende digitalisering van de samenleving worden de risico’s op het vlak van digitale veiligheid steeds groter. Veel inwoners en bedrijven kunnen onvoldoende meekomen met de snelle technologische en digitale ontwikkelingen en zijn daarom in toenemende mate vatbaar voor criminaliteit. Bij digitale veiligheid gaat het over gedigitaliseerde criminaliteit (zoals oplichting via het internet), kwetsbaarheid van systemen (risico van digitale ontwrichting), kwetsbaarheid van informatie (risico van datalekken) en online aangejaagde polarisatie en ordeverstoring. Digitale veiligheid is een gedeelde verantwoordelijkheid van de gemeente en andere overheden en partners. Als gemeente spelen wij een belangrijke rol in bewustwording en daarmee het voorkomen van online criminaliteit.

Wat willen we bereiken?

Onze ambitie is dat inwoners, bedrijven en de eigen organisatie minder vaak slachtoffer zijn van digitale criminaliteit. Hiervoor hebben we de volgende doelen:

• ✓

  We maken onze inwoners, ondernemers en met name jeugd weerbaarder tegen gedigitaliseerde criminaliteit.

• ✓

  We hebben meer zicht op wat er speelt binnen de digitale criminaliteit.

• ✓

  We beheersen risico’s van datalekken en cyberincidenten in de gemeentelijke systemen en informatieomgeving.

Wat gaan we daarvoor doen?

De basis

• •

  We geven voorlichting aan inwoners en ondernemers over risico’s en preventie van cybercrime.

• •

  We geven voorlichting op maat aan onze jeugd.

• •

  We richten de informatie- en systeembeveiliging in conform ons strategisch informatieveiligheidsbeleid.

• •

  We monitoren via onze sociale media kanalen de activiteiten op het gebied van online aangejaagde ordeverstoring.

De focus

• •

  We innoveren en intensivering onze voorlichting aan inwoners en ondernemers om cybercrime te voorkomen, met specifieke aandacht voor de jeugd. We verkennen welke rol partners hierbij kunnen innemen.

• •

  We stimuleren de aangiftebereidheid voor een scherper beeld van de aard en omvang van slachtofferschap.

• •

  We volgen landelijke en regionale ontwikkelingen en acties en zetten die in Lansingerland in als het van meerwaarde is.

• •

  We brengen ons eigen huis verder op orde, met aandacht voor bewustwording, eigenaarschap van het management en afdelingen, systeem- en bedrijfscontinuïteit en inkoopprocedures.

• •

  We oefenen met cyberscenario’s.

Met wie?

Politie, OM, Zorg- en Veiligheidshuis, Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond, ondernemers en scholen.

Bijgevoegde subsidieregeling treedt in werking op 1 oktober 2024 en vervalt op 1 januari 2026.

Welke andere beleidsvelden raakt het?

Bedrijfsvoering, economie, jeugdbeleid, gezondheid en communicatie.

Prioriteit 4: Ondermijning

Het veiligheidsvraagstuk

Ondermijning krijgt steeds meer prioriteit op de landelijke, regionale en lokale agenda. Bij ondermijnende criminaliteit is er sprake van vermenging van onder- en bovenwereld. De afgelopen jaren heeft onze voortdurende inzet op dit thema geleid tot aanzienlijke vooruitgang in Lansingerland. De realiteit is echter dat criminaliteit toeneemt in complexiteit, aard en omvang. Daarom is het nodig om voorop te lopen en onze aanpak te blijven ontwikkelen. Kwetsbare factoren zijn onder meer locaties zoals bedrijventerreinen en buitengebied, branches zoals autobranche, opslagbranche, horeca en vastgoed en groepen zoals arbeidsmigranten en jeugd.

Wat willen we bereiken?

We dwarsbomen criminele activiteiten en maken onze inwoners en bedrijven weerbaar. Dat doen we door:

• ✓

  Het verstevigen van de barrières tegen criminele inmenging in kwetsbare branches, groepen en locaties zodat criminele netwerken minder speelruimte hebben. Hierbij gaat het vooral om netwerken rond drugscriminaliteit, witwassen en uitbuiting.

• ✓

  We streven naar duurzame effecten voor wat betreft de weerbaarheid, met name bij jeugd: een halt tegen jonge aanwas in de criminaliteit.

• ✓

  We creëren een optimale informatiepositie zodat we beschikken over een actueel ondermijningsbeeld.

Wat gaan we daarvoor doen?

De basis

• •

  We zetten in op maatschappelijke weerbaarheid met als focuspunten jeugd en bedrijventerreinen. Dit gebeurt door bewustwordingscampagnes, scholing en informatiebijeenkomsten.

• •

  We werken intensief samen met het RIEC, OM, politie, DCMR en Stedin.

• •

  We zetten een goede informatiepositie neer.

• •

  We zetten bestuurlijke instrumenten in zoals BIBOB, Damocles en APV-artikelen. Bij de inzet van bestuurlijke maatregelen kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het sluiten van een drugspand.

• •

  We minimaliseren de gelegenheid voor criminele activiteiten door intensieve handhaving via onder meer integrale controles.

De focus

• •

  We verstevigen de lokale weerbaarheid (ambtelijk, bestuurlijk en politiek).

• •

  We zetten in op integrale thematische aanpak rond buitengebied, jeugd/jonge aanwas, autobranche en opslagbranche.

• •

  We komen meer aan de voorkant van ondermijningsrisico’s door het opwerpen van barrières via aanvullend en ondersteunend beleid binnen domeinen zoals ruimte, economie en het sociaal domein. We benutten de beschikbare bestuurlijke instrumenten binnen deze domeinen.

• •

  We scherpen bestuurlijke instrumenten zoals BIBOB, Damocles en integrale controles aan en zorgen voor borging.

Met wie?

Politie, OM, RIEC, Stedin, DCMR, NLAI, UWV, NVWA, Brandweer, Defensie, Staatsbosbeheer en private partijen.

Welke andere beleidsvelden raakt het?

Jeugd, wmo, participatie, BRP, projecten, ruimtelijke handhaving, ruimtelijke ontwikkeling, wonen, ruimte en economie, beheer en communicatie.

Als gemeente dragen wij de verantwoordelijkheid voor diverse aspecten van veiligheid. Op onderstaande onderwerpen zetten we onze inzet onverminderd voort, maar intensiveren we niet.

Monitoring

De samenleving is voortdurend in beweging en het is steeds de vraag hoe wij ons als gemeente daartoe verhouden. Met de Samenlevingsvisie hebben we onze koers voor de komende jaren vastgelegd: we dragen bij aan de bestaanszekerheid, gezondheid en kansengelijkheid van onze inwoners en aan de leefbaarheid en veiligheid van onze wijken. De Samenlevingsvisie biedt de kaders en uitgangspunten voor de beleidsplannen die we op basis hiervan maken. Bij elk plan maken we een uitvoeringsplan waarmee het college kan sturen op de gestelde doelen. Daarmee zijn we koersvast op onze doelen en wendbaar op de uitvoering.

Monitoring door verantwoorden en rapporteren

Monitoren is onderdeel van de beleidscyclus. Het doel van monitoren is het krijgen van inzicht in de effectiviteit van onze inzet en in onze verbeterpunten. Zo zijn we doorlopend in staat om onze inzet bij te stellen en te verbeteren. Onze leidende vragen zijn: Doen we het goed en doen we het goede? We monitoren de doelen en de voortgang van de vier prioriteiten uit het IVB langs drie lijnen:

a.We verantwoorden en stellen bij via de reguliere P&C-cyclus

In de Programmabegroting staan op basis van de visies de doelen voor een begrotingsjaar. In de Jaarrekening rapporteert het college jaarlijks over de inzet en de resultaten van het Programma Veiligheid (Programma 2). We laten zien wat we in het betreffende jaar hebben bereikt, wat we daarvoor hebben gedaan en wat het heeft gekost. Deze rapportage geeft inzicht in de vraag of we het goed doen. Gedurende het jaar stelt het college de inzet bij via de Zomerrapportage en de Slotwijziging.

b.We rapporteren jaarlijks over de beleidsdoelen in de factsheets bij de Samenlevingsvisie

Het college informeert de raad jaarlijks over de voortgang van de plannen die onder de Samenlevingsvisie hangen. Dat doen we in één document met vier samenhangende factsheets. Een factsheet per plan waarin we drie onderdelen opnemen:

• -

  Een aantal indicatoren per doel met een korte toelichting;

• -

  De voortgang van het plan op doelniveau;

• -

  Een korte vooruitblik naar het volgende jaar.

Dit document geeft inzicht in de voortgang van de plannen op doelniveau. We presenteren de factsheets gelijktijdig met de Jaarrekening, waardoor we onze inzet en de effectiviteit daarvan met elkaar kunnen vergelijken. We doen dat voor het eerst bij de Jaarrekening 2024.

Daarnaast geeft dit document een vooruitblik en levert daarmee input voor het uitvoeringsplan en het realistisch begroten. Dat kan leiden tot een bijstelling van de baseline in de Kaderbrief.

c.Na vier jaar stellen we een eindrapportage op over het IVB

Het IVB kent een looptijd van 4 jaar. Aan het eind van die periode maken we een eindrapportage. Het college rapporteert daarin over de inzet en de bereikte resultaten. Deze rapportage geeft inzicht in de vraag of we het goede doen en of het nodig is om de koers bij te stellen. Daarmee leggen we ook de basis voor een nieuw plan over integrale veiligheid.