Inkoop- en aanbestedingsbeleid 2025-2028

Geldend van 10-10-2024 t/m heden

Intitulé

Inkoop- en aanbestedingsbeleid 2025-2028

Waarom dit inkoopbeleid?

De gemeente spant zich steeds in voor een (verdere) professionalisering van de inkoop- en aanbestedingspraktijk. De uitstraling van professioneel ingerichte gemeentelijke inkoopprocessen naar de eigen organisatie, het bedrijfsleven en de burgers speelt een belangrijke rol in het ontwikkelen en vasthouden van vertrouwen in de manier waarop de gemeente gemeenschapsgeld uitgeeft.

In dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid maakt de gemeente het inkoopproces inzichtelijk en transparant. Dit doen we oor de doelstellingen, uitgangspunten en kaders te schetsen waarbinnen inkopen in de gemeente plaatsvindt. De gemeente gaat hierbij uit van een aantal centrale doelstellingen na (zie verder hoofdstuk 2).

Aangezien Het Inkopen gebeurt in een dynamische omgeving. Daarom voert de gemeente steeds verbeteringen in de inkoopprocessen door. De gemeentelijke doelstellingen zijn hierbij het uitgangspunt. Dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid sluit zoveel mogelijk aan op het algemene beleid van de gemeente.

Daarnaast gaat de gemeente bij het inkopen van werken, leveringen of diensten uit van de volgende inkoopuitgangspunten:

afbeelding binnen de regeling

1. Definities

In dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid verstaan we onder:

Concessie Concessie als bedoeld in artikel 1.1 Aanbestedingswet. Dit is een overeenkomst met een leverancier voor de uitvoering van een werk of dienst. Een overheidsdienst kan een concessie verlenen voor een (openbaar) werk of een dienst. Het verschil met een reguliere opdracht is dat de tegenprestatie voor de uitvoering van het werk of dienst niet bestaat uit betaling, maar uit het verlenen van exploitatierecht. Kenmerkend is dat het exploitatierisico bij de exploitant ligt. Als het laatste niet het geval is, dan is er geen sprake van een concessie maar van een gewone overheidsopdracht. Voorbeelden van concessies: exploitatie van een gemeentelijke parkeergarage door een onderneming of het uitvoeren van de catering bij een overheidsdienst.

Contractant De in de overeenkomst genoemde wederpartij van gemeente Neder-Betuwe.

Diensten Diensten als bedoeld in artikel 1.1 Aanbestedingswet. Dit is een restcategorie van alles wat niet onder werken of leveringen valt. Hieronder valt onder andere de inhuur van personeel of een rapport van een adviesbureau. Onder ‘sociale en andere specifieke (SAS-)diensten’ vallen alle diensten die te vinden zijn in Bijlage XIV van Richtlijn 2014/24/EU. Denk bijvoorbeeld aan sociale en culturele diensten, gezondheidszorg, maatschappelijke dienstverlening en enkele juridisch diensten. Een opsomming van deze diensten in te vinden in Bijlage XIV van Richtlijn 2014/24/EU.

Gemeente De gemeente Neder-Betuwe in Opheusden.

Inkopen (Rechts)handelingen van de gemeente gericht op de verwerving van werken, leveringen of diensten en waarvoor een ondernemer met betrekking tot bedoelde werken, leveringen of diensten een of meerdere facturen stuurt.

Leveringen Leveringen als bedoeld in artikel 1.1 Aanbestedingswet. Het betreft levering van producten, zoals voedingsmiddelen, papier, pennen, multifunctionals, computers, bankjes, schommels en standaard software. De producten kunnen geleverd worden door middel van aankoop, leasing, huur of huurkoop. Bijkomende werkzaamheden bij afleveren, aanbrengen of installeren van de producten beschouwt de gemeente als onderdeel van het product.

Offerte Een aanbod in de zin van het Burgerlijk Wetboek.

Offerteaanvraag Een enkelvoudige of meervoudige aanvraag van de gemeente voor te verrichten prestaties of een (Europese) aanbesteding conform de Aanbestedingswet en de Europese aan- bestedingsrichtlijnen.

Ondernemer Een ‘aannemer’, een ‘leverancier’ of een ‘dienstverlener’.

Regionale inkoop Regionale inkoop betekent gezamenlijke inkoop met één of meerdere gemeenten en/of gemeenschappelijke regelingen binnen de regio Rivierenland, namelijk: de gemeenten Buren, Culemborg, Maasdriel, Neder-Betuwe, Tiel, West Betuwe, West Maas en Waal en Zaltbommel, Werkzaak Rivierenland, AVRI en de gemeenschappelijke regeling Regio Rivierenland.

Werken Werken als bedoeld in artikel 1.1 Aanbestedingswet. Werken gaan om bouwkundige of civieltechnische opdrachten, zoals de bouw van een brug, schoolgebouw, de aanleg van een weg of riool en groot onderhoud.

2. Gemeentelijke doelstellingen

Met dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid volgt de gemeente de ambities uit het collegeakkoord en wil zij de volgende doelstellingen halen:

  • a.

    Rechtmatig en doelmatig Inkopen zodat gemeenschapsgelden op controleerbare en verantwoorde wijze worden gebruikt en besteed.

De gemeente leeft daartoe bestaande wet- en regelgeving en de bepalingen van haar Inkoop- en aanbestedingsbeleid na. Daarnaast koopt de gemeente efficiënt en effectief in. De inspanningen en uitgaven moeten daadwerkelijk bijdragen aan de realisatie van het beoogde doel. De kosten staan in redelijke verhouding tot de opbrengsten en het beheersen en verlagen van de gemeentelijke middelen staan centraal. De gemeente houdt daarbij in het oog dat er voldoende toegang is voor ondernemers tot gemeentelijke opdrachten.

  • b.

    Een integere, betrouwbare, zakelijke en professionele inkoper en opdrachtgever zijn.

Professionaliteit houdt in dat de gemeente op bewuste en zakelijke wijze omgaat met inkopen. De gemeente investeert steeds in inhoudelijke kennis over de in te kopen werken, leveringen en diensten, de marktomstandigheden en wet- en regelgeving. Het streven naar professioneel opdrachtgeverschap komt tot uitdrukking in een betrokkenheid bij de inkoopambitie, slagvaardige besluitvorming, adequaat risicomanagement, vertrouwen in de contractant en in wederzijds respect tussen gemeente en contractant. De gemeente spant zich in om alle inlichtingen en gegevens te verstrekken aan de ondernemer voor zover die nodig zijn in het kader van het inkoopproces.

  • c.

    Het creëren van de meest maatschappelijke waarde voor de publieke middelen.

Bij inkopen kan de gemeente ook interne en andere gemeentelijke en maatschappelijke kosten betrekken in haar afweging. Ook de kwaliteit van de in te kopen werken, leveringen en diensten speelt een belangrijke rol.

  • d.

    Maatschappelijk Verantwoord Inkopen en daarmee bijdragen aan de realisatie van de maatschappelijke doelstellingen van de Gemeente.

De gemeente heeft een grote rol bij de aanpak van belangrijke maatschappelijke en sociale vraagstukken. De gemeente wil bij de inkopen waar mogelijk een bijdrage leveren aan het oplossen daarvan.

  • e.

    Steeds een positieve bijdrage leveren aan het goed presteren van de Gemeente.

Inkopen heeft een belangrijke invloed op het hele prestatieniveau van de gemeente en draagt daar direct en steeds aan bij. De doelstellingen van inkopen zijn rechtstreeks afgeleid van de gemeentelijke doelstellingen.

  • f.

    Administratieve lastenverlichting voor zowel de Gemeente als voor Ondernemers.

Zowel de gemeente als ondernemers voeren veel administratieve handelingen uit tijdens het inkoopproces. De gemeente verlicht deze lasten door bijvoorbeeld proportionele eisen en criteria te stellen en door een efficiënt inkoopproces uit te voeren. Dit betekent dat de gemeente digitaal kan inkopen (en aanbesteden). De gemeente maakt, waar mogelijk, gebruik van het Uniform Europees Aanbestedingsdocument.

3. Juridische uitgangspunten

3.1 Algemeen juridisch kader

3.1.1 Gemeente Neder-Betuwe leeft de relevante wet- en regelgeving na

Uitzonderingen op (Europese) wet- en regelgeving legt de gemeente restrictief uit en past zij toe om te voorkomen dat het toepassingsbereik van deze wet- en regelgeving wordt uitgehold. De voor het Inkoop- en aanbestedingsbeleid meest relevante wet- en regelgeving volgen uit:

Aanbestedingswet

De gewijzigde Aanbestedingswet 2012 implementeert sinds 1 juli 2016 de Europese Richtlijnen 2014/24/EU en 2014/25/EU (‘Aanbestedingsrichtlijnen’), Concessierichtlijnen 2014/23/EU en Richtlijn 2007/66/EU (‘Rechtsbeschermingsrichtlijn’). Deze wet biedt één kader voor overheids- en concessieopdrachten boven en – beperkt – onder de (Europese) drempelwaarden en de rechtsbescherming bij (Europese) aanbestedingen.

Europese wet- en regelgeving

Wet- en regelgeving op het gebied van aanbesteden is afkomstig van de Europese Unie. De ‘Aanbestedingsrichtlijnen’ en ‘Concessierichtlijn’ vormen momenteel de belangrijkste basis. De interpretatie van deze Aanbestedingsrichtlijnen en ‘Concessierichtlijn’ kan volgen uit Groenboeken, Interpretatieve Mededelingen etc. van de Europese Commissie.

Burgerlijk Wetboek

Het wettelijke kader voor overeenkomsten.

Gemeentewet

Het wettelijke kader voor gemeenten.

Gids Proportionaliteit

De (herziene) Gids Proportionaliteit 2016 is in zijn geheel het richtsnoer dat is aangewezen in het Aanbestedingsbesluit en geeft handvatten voor redelijke toepassing van het proportionaliteitsbeginsel.

Aanbestedingsreglement Werken

In het ARW 2016 zijn procedurevoorschriften opgenomen over de wijze waarop aanbestedingen voor werken moeten verlopen.

Wet Bibob

Bibob staat voor “bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur”. De Wet Bibob is een instrument om de integriteit te beoordelen van partijen waar de gemeente vergunningen en subsidies aan verleent, dan wel overheidsopdrachten aan gunt, dan wel vastgoedtransacties mee aangaat. Het doel van de Wet Bibob is voorkomen dat de gemeente criminele activiteiten of het witwassen van crimineel verdiend geld mogelijk maakt. De gemeente voert daarom een Bibob-onderzoek uit bij activiteiten die een verhoogd risico op criminaliteit hebben.

Privacywet

De Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) is de nieuwe Europese privacywet. Deze wet sluit beter aan op het digitale tijdperk waarin we leven. De wet geeft opdrachtnemers die persoonsgegevens moeten verwerken meer verantwoordelijkheid om zorgvuldig met (digitale) persoonsgegevens om te gaan

3.2 Algemene beginselen bij Inkopen

3.2.1 Algemene beginselen van het aanbestedingsrecht

Gelijke behandeling Gelijke omstandigheden mogen niet verschillend worden behandeld, tenzij dat verschil objectief gerechtvaardigd is. Ook verkapte of indirecte discriminatie is verboden.

Gelijke behandeling

Gelijke omstandigheden mogen niet verschillend worden behandeld, tenzij dat verschil objectief gerechtvaardigd is. Ook verkapte of indirecte discriminatie is verboden.

Non-discriminatie

Discriminatie op grond van nationaliteit mag niet.

Transparantie

De gevolgde procedure moet begrijpelijk (en dus controleerbaar) zijn. Dit is een logisch uitvloeisel van het beginsel van gelijke behandeling. Zorgvuldige en oplettende inschrijvers moeten weten waar ze aan toe zijn.

Proportionaliteit (evenredigheid)

De gemeente zorgt ervoor dat de eisen, voorwaarden en criteria die ze aan de inschrijvers stellen in verhouding staat tot wat de gemeente van ze vraagt. Ze wil voorkomen dat de eisen, voorwaarden en criteria te streng zijn en daardoor onnodig moeilijk voor inschrijvers om aan te voldoen. Dit helpt om eerlijke kansen te bieden aan alle partijen die willen meedingen naar een opdracht.

Wederzijdse erkenning

De gemeente moet diensten en goederen van ondernemingen uit andere lidstaten van de Europese Unie moeten toelaten. Deze diensten en goederen moeten wel aan de door de gemeente gestelde eisen kunnen voldoen.

3.2.2 Algemene beginselen van behoorlijk bestuur

De gemeente volgt bij haar inkopen de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, zoals het gelijkheidsbeginsel, motiveringsbeginsel en vertrouwensbeginsel.

3.3 Uniforme documenten

De gemeente streeft ernaar om steeds dezelfde documenten te hanteren, tenzij een concreet geval dit niet toelaat. Gelijkheid in de uitvoering zorgt ervoor dat ondernemers weten waar ze aan toe zijn en landelijk gezien niet steeds met verschillende procedureregelingen worden geconfronteerd. De gemeente past, mits passend, bij de betreffende Inkopen in ieder geval toe:

  • -

    Geldende VNG Model Algemene Inkoopvoorwaarden voor leveringen en diensten.

  • -

    Geldende GIBIT voor ICT-opdrachten.

  • -

    Geldende ‘Uniforme Administratieve Voorwaarden’ (UAV) voor op de RAW-systematiek gebaseerde opdrachten.

  • -

    Geldende UAV-GC voor geïntegreerde contractvormen.

  • -

    Geldende DNR voor architecten- en ingenieursdiensten.

  • -

    Geldende Arvodi voor inhuuropdrachten.

  • -

    Algemene (levering)voorwaarden van aanbieders worden nadrukkelijk van de hand gewezen.

3.4 Mandaat en volmacht

Inkopen vindt plaats volgens de geldende mandaat- en volmachtregeling van de gemeente. De gemeente wil slechts gebonden zijn aan verbintenissen en verplichtingen op basis van rechtsgeldige besluitvorming en civielrechtelijke vertegenwoordiging.

3.5 Afwijkingsbevoegdheid

Afwijkingen van dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid zijn alleen mogelijk en toegestaan op basis van een goed gemotiveerd besluit van de gemeentesecretaris van de gemeente en voor zover een en ander op basis van de geldende wet- en regelgeving mogelijk is.

3.6 Klachtenregeling

De gemeente heeft een loket voor het afhandelen van klachten bij aanbestedingen. In de offerteaanvraag kan de gemeente bij iedere aanbesteding verwijzen naar het klachtenmeldpunt Juridische Zaken: klachtenaanbesteding@nederbetuwe.nl.

4. Ethische en ideële uitgangspunten

4.1 Integriteit

4.1.1 De gemeente stelt bestuurlijke en ambtelijke integriteit voorop

Gemeente Neder-Betuwe heeft het integer handelen van haar bestuurders en ambtenaren hoog in het vaandel staan. De bestuurders en ambtenaren houden zich aan de vastgestelde gedragscodes. Zij handelen zakelijk en objectief, waar- door zij bijvoorbeeld belangenverstrengeling voorkomen.

4.1.2 De gemeente contracteert enkel met integere ondernemers

Gemeente Neder-Betuwe wil enkel zakendoen met integere partijen die zich niet bezighouden met criminele of illegale praktijken. Hoe gemeente Neder-Betuwe de Wet Bibob uitvoert en toepast is vastgelegd in een beleidsregel. Toetsing van de integriteit van partijen is bij inkopen (en aanbestedingen) in beginsel mogelijk, bijvoorbeeld door de toepassing van uitsluitingsgronden of het hanteren van de ‘Gedragsverklaring Aanbesteden’. De gemeente kan na het uitvoeren van een eerste Bibob-toets bij twijfel over de integriteit ook het landelijk Bureau Bibob om advies vragen.

4.2 Maatschappelijk Verantwoord Inkopen

4.2.1 Bij inkopen neemt de gemeente sociale, ecologische en economische aspecten in acht.

Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (MVI) betekent dat de gemeente de effecten op people (sociaal), planet (ecologisch) en profit (economisch) meeneemt bij inkopen. Met een goed inkoop- en aanbestedingsbeleid kan de gemeente maatschappelijke doelen realiseren, ook wel ‘Inkopen met impact’ genoemd. De gemeente stimuleert daarom sociale, ecologische en economische aspecten te integreren bij inkopen en aanbestedingen van werken, diensten en leveringen.

Als opdrachtgever en inkoper heeft de gemeente een voorbeeldfunctie in het maatschappelijk verkeer. Daarnaast heeft de gemeente als opdrachtgever en inkoper invloed op ondernemers om wenselijke maatschappelijke veranderingen op gang te brengen. Door vooruitstrevende eisen te stellen wil zij een duurzaam beleid door ondernemers aanmoedigen. De gemeente vergroot de impact van MVI door haar opdrachtgeverschap en de inkooporganisatie intern goed op elkaar af te stemmen.

De basis voor MVI ligt in de voorbereiding, door vroegtijdig in de besluitvorming duurzame en sociale aspecten te betrekken en door middel van een marktanalyse de uitvoerbaarheid te toetsen. De gemeente maakt in alle stappen van het inkoopproces weloverwogen keuzes over de balans tussen de sociale, ecologische en economische aspecten. Dit blijkt uit het volgende:

  • -

    De gemeente analyseert in welke productgroepen, welke maatschappelijke winst te behalen valt.

  • -

    Bij de product- en marktanalyse doet de gemeente onderzoek naar het aanbod op de markt van werken, leveringen of diensten op het gebied van duurzaamheid.

  • -

    De gemeente promoot in gesprek gaan met de markt vóór (marktconsultatie) of tijdens de aanbestedingsprocedure (bijv. concurrentiegerichte dialoog) om te zoeken naar bestaande of nieuwe MVI-oplossingen.

  • -

    De gemeente neemt in de aanbestedingsstukken (bijvoorbeeld in de minimumeisen of de selectie- en gunningscriteria) duurzaamheidscriteria op.

  • -

    De gemeente stimuleert het kijken naar de levensduurkosten en niet enkel de aanschafprijs.

  • -

    De gemeente kan digitaal Inkopen (elektronisch inkopen, elektronisch factureren, etc.).

  • -

    De gemeente monitort de aangeboden MVI-oplossingen en controleert of MVI-afspraken worden nagekomen.

  • -

    De gemeente deelt goede MVI-voorbeelden met andere overheden via pianoo.nl en via de MVI- Zelfevaluatietool.

De gemeente kan sociale, ecologische en economische aspecten vertalen in specifieke MVI-thema’s, waaronder:

KLIMAATBEWUST INKOPEN

De gemeente onderschrijft het Klimaatakkoord van Parijs (2015) waarin 195 landen afspraken om de opwarming van de aarde te beperken tot ruim onder de 2 graden. De gemeente Neder-Betuwe wil stappen maken naar een klimaat neutrale bedrijfsvoering binnen de gemeente (zoals in energie, mobiliteit en materiaalgebruik). Daarnaast spoort de gemeente ook ondernemers aan tot CO2-reductie.

BIOBASED INKOPEN

Bij biobased inkopen koopt de gemeente producten in die geheel of gedeeltelijk van hernieuwbare grondstoffen zijn gemaakt. Zo dringen we het gebruik van fossiele grondstoffen terug en ondersteunen we de transitie naar een koolstofarme economie . De gemeente koopt waar mogelijk en gewenst biobased producten in.

CIRCULAIR INKOPEN

Bij circulair inkopen zet de gemeente het inkoopinstrument in om productie en (her)gebruik van producten en diensten te stimuleren en daarmee de transitie naar een circulaire economie te bevorderen. De gemeente kan bij inkopen en aanbestedingen bijvoorbeeld het hergebruik van materialen en afvalreductie vereisen.

INTERNATIONALE SOCIALE VOORWAARDEN

De Internationale Sociale Voorwaarden (ISV), gebaseerd op de fundamentele arbeidsnormen van de International Labour Organisation (ILO), vragen dat leveranciers analyseren of er risico’s zijn op schendingen van arbeidsnormen en mensenrechten in hun productieketen (zoals kinderarbeid, dwangarbeid, discriminatie van werknemers, niet-betaling van leefbaar loon). Als er risico’s zijn, dan moeten ondernemers zich inspannen om deze risico’s te voorkomen of te verkleinen. Hiertoe kan de gemeente bij Inkopen en aanbestedingen de ISV van toepassing verklaren. In de offerteaanvraag kan de gemeente de ISV opnemen als uitvoeringseisen.

4.2.2 De gemeente wil dat inkopen ook een social return opleveren

Social return is het principe dat ondernemers naast het uitvoeren van de reguliere opdracht iets terugdoen voor de gemeente, op maatschappelijk of sociaal vlak. De gemeente wil dat haar inkopen ook een sociale opbrengst (return) opleveren voor de maatschappij.

Bij inkopen en aanbestedingen kan de gemeente kiezen voor sociale uitgangspunten en nadenken over de kansen die er zijn voor social return bij een specifieke werk, dienst en eventueel levering. De gemeente kan social return inzetten voor:

  • -

    het verbeteren van de participatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt;

  • -

    het stimuleren van sociaal ondernemen;

  • -

    het bereiken van andere doelen in het sociaal domein, zoals armoedebestrijding, onderwijs en zorg.

Bij de invulling van social return in een aanbestedingsprocedure wil de gemeente bij een aanbesteding van leveringen en diensten boven de € 100.000, -- exclusief BTW, en werken boven de € 200.000, -- een bedrag van 2% van de opdrachtwaarde of loonsom inzetten als social return. Bij werken boven de € 200.000 kunnen inschrijvers ook volstaan met een PSO-erkenning (minimaal trede 2) bij PSO-Nederland.

Het toepassen van social return blijft altijd maatwerk. Dit maatwerk heeft betrekking op:

  • -

    de manier waarop er invulling wordt gegeven aan de vorm van social return;

  • -

    de match tussen social return kandidaat en de opdracht/opdrachtgever;

  • -

    de zwaarte van de social return eisen ten opzichte van de omvang en aard van de opdracht.

De gemeente kan bedrijven uitnodigen en ondersteunen om creatief/innovatief invulling te geven aan social return. Social return is bij inkoop en aanbestedingstrajecten als uitvoeringsvoorwaarde met het bouwblokkenmodel toe te passen.

5. Economische uitgangspunten

5.1 Product- en marktanalyse

5.1.1 Inkopen vindt plaats op basis van een voorafgaande product- en marktanalyse, tenzij dit gelet op de waarde of de aard van de opdracht niet wordt gerechtvaardigd.

De gemeente vindt het belangrijk om de markt te kennen door – indien mogelijk – een product en/of markt analyse uit te voeren. Een productanalyse leidt tot inzicht in de aard van het ‘product’ en de relevante markt(vorm). Een marktanalyse leidt tot het inzicht in de relevante markt(vorm), de ondernemers die daarop opereren en hoe de markt en mogelijke machtsverhoudingen zijn (bijvoorbeeld: kopers- of verkopersmarkt). Door een product- en/of marktanalyse kan de gemeente daarnaast inventariseren welke duurzame en innovatieve oplossingen de markt biedt. Een marktconsultatie met ondernemers kan onderdeel uitmaken van de marktanalyse. De gemeente kan contact opnemen met MVO Nederland voor ondersteuning bij het zoeken naar duurzame oplossingen.

5.2 Onafhankelijkheid en keuze voor de ondernemersrelatie

5.2.1 De gemeente wil niet te afhankelijk zijn van ondernemers.

De gemeente wil, zowel tijdens als na de contractperiode, niet afhankelijk zijn van ondernemers (contractanten). In beginsel moet de gemeente vrij zijn bij het maken van keuzes bij haar inkopen (waaronder de keuze van ondernemer(s) en contractant(en). Dit is ook nodig vanwege de naleving van de (Europese) wet- en regelgeving.

5.2.2 De gemeente kiest voor de meest aangewezen ondernemersrelatie

Gedurende de contractperiode kan bij de contractant afhankelijkheid ontstaan van de gemeente door bijvoorbeeld de te behalen doelstellingen, resultaten, productontwikkelingen (innovatie) of het creëren van prikkels. De gemeente kiest in dat geval voor de meest aangewezen ondernemersrelatie. Onder andere de financiële waarde van de opdracht, switchkosten, mate van concurrentie in de sector (concentratiegraad) en beschikbaarheid van alternatieve ondernemers bepalen de mate van (on)afhankelijkheid in een ondernemersrelatie.

5.3 Lokale economie, MKB en sociale ondernemingen

5.3.1 De gemeente heeft oog voor de lokale economie, zonder dat dit tot enigerlei vorm van discriminatie van ondernemers leidt.

In gevallen waar een enkelvoudig onderhandse offerteaanvraag en/of een meervoudig onderhandse offerteaanvraag volgens de geldende wet- en regelgeving is toegestaan, kan de gemeente rekening houden met de lokale economie en lokale ondernemers. Discriminatie moet daarbij worden voorkomen en de gemeente moet niet onnodig regionale, nationale, Europese of mondiale kansen laten liggen. ‘Lokaal inkopen’ kan bijdragen aan de doelmatigheid van inkoop.

5.3.2 De gemeente heeft oog voor het midden- en kleinbedrijf (MKB) en zelfstandigen (ZZP).

Uitgangspunt is dat alle ondernemers gelijke kansen moeten krijgen. De gemeente houdt echter bij haar inkoop de mogelijkheden voor het midden- en kleinbedrijf in het oog. Dit kan de gemeente doen door gebruik te maken van percelen in aanbestedingen, het toestaan van het aangaan van combinaties en onder aanneming, het verminderen van de lasten en het voorkomen van het hanteren van onnodig zware selectie- en gunningscriteria.

5.3.3 De gemeente heeft oog voor sociale ondernemingen.

Bij inkopen kan de gemeente opdrachten voorbehouden aan sociale werkplaatsen of sociale ondernemingen die werk bieden aan kwetsbare doelgroepen. Door oog te hebben voor deze ondernemingen kan de gemeente aan alle onderdelen van Maatschappelijk Verantwoord Inkopen bijgedragen. Artikel 2.82 Aanbestedingswet biedt de mogelijkheid deelname aan aanbestedingsprocedures voor te behouden aan sociale werkplaatsen en sociale ondernemingen die de maatschappelijke en professionele integratie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt als belangrijkste doel hebben.

5.4 Innovatie

De gemeente kan haar Inkoop- en aanbestedingsbeleid gebruiken om innovatieve oplossingen te stimuleren voor maatschappelijke opgaven. De gemeente zal, waar mogelijk, ruimte laten om innovatieve oplossingen aan te bieden. Bijvoorbeeld door een opdracht functioneel te beschrijven. Ook roept de gemeente ondernemers op om hun creativiteit en innovatie aan te wenden voor deze uitdagingen. Denk hierbij aan het `recht tot uitdagen’ en inkopen bij sociale ondernemingen.

5.5 Samenwerkingsverbanden

De gemeente hanteert als uitgangspunt dat zij oog heeft voor samenwerking bij inkopen. Dit geldt zowel voor samenwerkingen binnen de eigen organisatie als voor samenwerkingen met andere gemeenten of aanbestedende diensten. Deze samenwerkingsverbanden kunnen betrekking hebben op regionale inkoop, milieuactiviteiten, werkvoorzieningsschappen, belastingen en sociale regelgeving.

De gemeente streeft naar regionale inkoop, indien de samenwerking voor de gemeente op enige wijze kwalitatieve en/of financiële voordelen brengt. Wanneer er een gezamenlijke regionale inkoop en/of aanbesteding wordt verricht, is het inkoopbeleid van Regio Rivierenland van toepassing op het inkoop- en aanbestedingstraject.

5.6 Bepalen van de inkoopprocedure

5.6.1 Inkoopprocedures

De gemeente heeft de vrijheid om zelf zorg te dragen voor haar taken (zelfvoorziening) of deze taken uit te besteden aan de markt.

Indien de gemeente kiest voor een bepaalde inkoopprocedure, hanteert zij (onder meer) het onderstaande uitgangspunt. Bij deze afweging is onder meer het type werk, dienst of levering en de markt van belang.

De gemeente hanteert − met inachtneming van de Gids Proportionaliteit − bij de onderstaande bedragen de volgende procedures , tenzij de gemeente gemotiveerd aangeeft waarom zij hiervan wil afwijken. Het is, gelet op de complexiteit en aard van een opdracht, te allen tijde mogelijk te kiezen voor een zwaardere procedure. Voorwaarde hierbij is wel dat de daarmee samenhangende transactiekosten voor de markt niet disproportioneel zijn in relatie tot de financiële waarde van de opdracht.

(Bedragen zijn exclusief BTW)

 

Werken

Leveringen

Diensten

Enkelvoudig

Tot € 150.000, -

Tot € 50.000, -*

Tot € 50.000, -*

Meervoudig

€ 150.000, -

€ 2.500.000.-

€ 50.000.-

Tot Europees drempelbedrag

€ 50.000.-

Tot Europees drempelbedrag

Nationaal

€ 2.500.000.-

Tot Europees drempelbedrag

n.v.t.

n.v.t.

Europees

Vanaf Europees drempelbedrag

Vanaf Europees drempelbedrag

Vanaf Europees drempelbedrag

*van € 50.000 tot 70.000,- kan met degelijke motivering middels een startformulier enkelvoudig onderhands aanbesteed worden, na goedkeuring van de inkoopadviseur.

ENKELVOUDIG ONDERHANDSE OFFERTEAANVRAAG

De gemeente vraagt aan één ondernemer een offerte.

MEERVOUDIG ONDERHANDSE OFFERTEAANVRAAG

De gemeente vraagt ten minste aan drie ondernemers en ten hoogste aan vijf ondernemers een offerte.

NATIONAAL AANBESTEDEN

Onder de (Europese) drempelbedragen zal de gemeente nationaal aanbesteden. De gemeente plaatst voorafgaand aan de opdrachtverlening een aankondiging .

EUROPEES AANBESTEDEN

Boven de (Europese) drempelbedragen zal de gemeente in beginsel Europees aanbesteden, tenzij dit in een bepaald geval niet nodig is op grond van de geldende wet- en regelgeving.

De voorgeschreven procedures zijn de meest gangbare procedures. In uitzonderingsgevallen kan de gemeente uitwijken naar minder gangbare, maar volgens de wettelijke richtlijnen geaccepteerde, procedures (bijvoorbeeld prijsvraag, concurrentiegerichte dialoog, prestatie-inkoop en de onderhandelingsprocedure).

Voor zogenoemde sociale en andere specifieke diensten geldt een vereenvoudigde procedure, gezien de beperkte grensoverschrijdende dimensie van deze diensten. Voor opdrachten met een waarde onder de € 750.000, -- kan de gemeente een eigen invulling geven aan de te volgen procedure. Bij het bepalen van de procedure houdt de gemeente in ieder geval rekening met de opdrachtwaarde en het aantal potentiële inschrijvers.

Voor opdrachten met een waarde van € 750.000,-- of meer geldt een Europese aanbestedingsplicht, waarbij er wel een verlicht regime kan worden toegepast. De regels omtrent communicatie en informatie-uitwisseling zijn van toepassing.

5.7 Raming en financiële budget

Het inkopen vindt plaats op basis van een deugdelijke en objectieve voorafgaande schriftelijke raming van de opdracht. De raming is ook van belang om de financiële haalbaarheid van de opdracht te bepalen. De gemeente wil immers niet het risico lopen dat zij verplichtingen aangaat die zij niet kan nakomen. Alleen budgetten die in de begroting zijn opgenomen zijn geautoriseerd. In de geldende Financiële Verordening Neder-Betuwe is het begrotingscriterium nader beschreven en de financiële verhouding tussen college en raad bepaald.

5.8 Eerlijke mededinging en commerciële belangen

Betrokken ondernemers moeten een eerlijke kans krijgen om de opdracht gegund te krijgen. De gemeente moedigt eerlijke mededinging aan door in principe objectief, transparant en non-discriminerend te handelen. Dit draagt bij aan het in standhouden van een gezonde marktwerking (ook op de lange termijn). Ondernemers die de mededinging vervalsen betrekt de gemeente niet in haar inkoopproces.

6. Organisatorische uitgangspunten

6.1 Inkopen in de organisatie

De gemeente organiseert de inkoop door middel van een gecoördineerde inkoopfunctie. Dit houdt in dat zij in bepaalde gevallen centraal inkoopt en in de andere gevallen decentraal. Wanneer samenwerking tussen de pijlers (afdelingen) strategisch zinvol is wordt centraal ingekocht. Decentrale onderdelen van de organisatie (afdelingen/teams) zetten de overige opdrachten zelfstandig in de markt.

6.2 Verantwoordelijken

Het ambtelijk apparaat voert het inkopen concreet uit. De portefeuillehouder Inkopen is verantwoordelijk voor inkopen. Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor de uitvoering van het Inkoop- en aanbestedingsbeleid. Voor een succesvolle toepassing van dit Inkoop- en aanbestedingsbeleid is betrokkenheid van bestuurder, budgethouder/opdrachtgever en inkoper essentieel.

Ondertekening