Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Noord 2025

Geldend van 05-10-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2024

Intitulé

Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Noord 2025

Het dagelijks bestuur van stadsdeel Noord van de gemeente Amsterdam,

gelet op onderdeel W.4 van het Bevoegdhedenregister behorende bij de verordening op het lokaal bestuur in Amsterdam en artikel 5 van de Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten 2025-2028,

besluit vast te stellen de volgende regeling:

Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Noord 2025

Hoofdstuk I

Artikel 1 Doel regeling

In dit Uitwerkingsbesluit is vastgelegd hoe de subsidieregeling ‘gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten’ wordt toegepast in relatie tot de Hoofdlijnen Kunstenplan 2025-2028 en de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen. Het dagelijks bestuur bepaalt, met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in bovengenoemde subsidieregeling, per soort activiteit de wijze waarop de subsidie wordt verleend (onderdeel IV).

Artikel 2 Kunst- en cultuurprofiel

Amsterdam-Noord ontwikkelt in een rap tempo. In die ontwikkeling is het belang van kunst en cultuur groot. De flinke groei van het aantal inwoners van Noord in de komende jaren vraagt om meer podia, tentoonstellingsruimtes, broedplaatsen, debatpodia en andere culturele en creatieve plekken. Maar ook in de bestaande wijken, waar relatief weinig culturele voorzieningen zijn, is uitbreiding gewenst. Amsterdam-N00rd wil een stadsdeel zijn waar culturele organisaties, kunstenaars en creatieve ondernemers zich graag vestigen en waar een cultureel aanbod divers en van artistiek hoogwaardige kwaliteit is.

Grote delen van de noordelijke IJ-oever zijn prachtig geworden en bieden ruimte aan belangrijke cultuurvoorzieningen met groot bereik, maar voor nieuwe initiatieven is de oever onbereikbaar en onbetaalbaar. Het ’kapitaal’ van Noord − postindustriële hallen, kleine loodsen en grote lege kavels − is nagenoeg op. De ambitieuze bouwopgave en gebiedsontwikkeling dreigen te leiden tot een omgekeerde ontwikkeling: gebieden met pionierende culturele bedrijvigheid worden getransformeerd tot woon- en werkgebieden. Na ruim 15 jaar groei dreigt krimp voor de cultuursector door ruimteverlies en verdringing.

Daarnaast is het cultuuraanbod en voorzieningenniveau in de buurten en woonwijken vooralsnog erg achtergebleven. De toevoeging van nieuwe wijken brengt een nieuwe dynamiek met zich mee: wie Noord zegt, zegt gentrificatie. Dit leidt bij veel oorspronkelijke noorderlingen tot gevoelens van uitsluiting. Nieuwe culturele ontwikkelingen lijken niet voor hen bedoeld. De groei van stadsdeel Noord betekent ook groei van de kloof tussen kansrijk en kansarm.

De ambities van Stadsdeel Noord voor kunst en cultuur zijn de volgende:

  • Kunst en cultuur toegankelijk voor iedereen; dus ook aanbod en infrastructuur in wijken en buurten.

  • Behoud en versterking van stedelijke partijen in het stadsdeel: meer

  • Kunstenplaninstellingen naar Noord, meer Noordse instellingen in het Kunstenplan.

  • Meerkernige stad: CAN-gebied (Centrum Amsterdam Noord) als nieuw stadshart. Het

  • Buikslotermeerplein moet een cultuurplein worden.

  • Behoud en verfraaiing van de openbare ruimte; inzet op meer buitenkunst.

Aan bovengenoemde ambities wordt hard gewerkt, maar ze zijn pas ten dele gerealiseerd. Om meer te kunnen realiseren vraagt Noord aandacht en inzet voor de volgende onderwerpen:

Van tijdelijk naar blijvend

‘Tijdelijkheid is een aanvulling, geen basis. De culturele infrastructuur in stadsdelen kan niet leunen op tijdelijkheid, daar gaan instellingen aan ten onder.’ (Amsterdamse Kunstraad, Verkenning 2022). Te veel cultuurinstellingen, zowel aan de IJ-oever als in de woonwijken, hebben tijdelijke huurcontracten met de bijbehorende onzekerheid. Om de huidige keten te beschermen en nieuwe instellingen te verwelkomen, moeten we streven naar ombuiging van tijdelijke naar permanente huisvesting.

Ruimtegebrek en verdringing

Door gebiedsontwikkeling komen kleine maar belangrijke culturele ondernemingen met tijdelijke huurcontracten in de problemen waardoor ze dreigen te verdwijnen. Dit speelt met name in de muziekwereld: oefenstudio’s en onafhankelijke podia, die sowieso nagenoeg verdwenen zijn uit Amsterdam. Maar het geldt ook voor enkele Kunstenplaninstellingen. Daarnaast staan vrije ruimtes, plaatsen voor nachtcultuur en rafelranden, zo typerend voor Noord, onder druk. De ruimteproblematiek is het grootste knelpunt bij het behouden en stimuleren van een bij Noord passende culturele infrastructuur.

Inhalen achterstanden

In het Kunstenplan 2025-2028 is de inhaalslag in cultuuraanbod en culturele infrastructuur in Noord een sterke ambitie. Maar vooral de infrastructurele inhaalslag is nog verre van voltooid.

Van onderop: met Noord en de noorderlingen

De groei van Noord moet gelijke tred houden met de groei van het cultuuraanbod en van de culturele voorzieningen (referentienorm), en onderdeel zijn van het Strategisch Huisvestingsplan Kunst en Cultuur. De wensen van oude en nieuwe noorderlingen en hun actieve betrokkenheid vanaf het eerste begin moeten in deze ontwikkelingen goed geborgd worden. Kunst en cultuur hebben naast artistieke waarde ook een belangrijke maatschappelijke waarde.

Hoofdstuk II

Artikel 3

Subsidieplafond (totaal)

€ 241.047 voor eenmalige en periodieke subsidies 2025. Dit onder voorbehoud van de vaststelling van de begroting 2025

Artikel 4

Subsidiabele activiteiten

Gebiedsgebonden kunst en cultuur in Noord

Kunst- en cultuurinitiatieven die ontstaan in de buurt zijn van grote waarde voor het lokale culturele klimaat. De activiteiten vinden plaats in stadsdeel Noord en zijn openbaar toegankelijk of hebben een openbaar toegankelijk karakter en zijn aantoonbaar gericht zijn op de bewoners van Noord.

Eenmalige (tijdelijke) kunstactiviteiten in stadsdeel Noord

Het hierbij om gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten van hoge artistieke kwaliteit (aantoonbaar vakmanschap, zeggingskracht en oorspronkelijkheid) met een eenmalig karakter of een reeks van vergelijkbare/overeenkomstige activiteiten (b.v. de organisatie van één of meerdere tentoonstellingen, optreden(s) of theatervoorstellingen) die door professionele kunstenaars of cultuurinstellingen worden georganiseerd. De activiteiten zijn niet doorlopend, er worden geen langlopende verplichtingen aangegaan en de activiteiten worden uitgevoerd binnen de periode 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025. Er wordt ingespeeld op actuele onderwerpen die in Noord spelen. De aanvragen sluiten goed aan bij de vraag, wens en behoefte uit de gebieden en hebben raakvlakken met de vastgestelde gebiedsopgaven van Noord of raken de thema’s van Aanpak Noord.

Aanvragen worden beoordeeld op de volgende criteria:

  • a)

    de mate waarin de activiteit bijdraagt aan het bevorderen van de kwaliteit van de leefomgeving in buurten en gebieden in het stadsdeel;

  • b)

    de mate waarin de activiteit gericht is op het in stand houden, verbreden en vernieuwen van aanbod van gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten waaraan door bewoners actief en/of passief kan worden deelgenomen;

  • c)

    de mate waarin de activiteit zich onderscheidt door de artistiek-inhoudelijke kwaliteit;

  • d)

    de mate waarin de activiteit past binnen het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur van het stadsdeel;

  • e)

    de mate waarin de activiteit een positieve bijdrage levert aan het kunstklimaat in een of meer gebieden;

  • f)

    de zakelijke kwaliteit van de aanvrager.

B. Periodieke (boekjaar) kunstinitiatieven in stadsdeel Noord

Het verlenen van boekjaarsubsidies beperkt zich sinds de invoering d.d. 5 juli 2016 van de Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten tot de lokale culturele instellingen die gericht zijn op het beheer en in stand houden van het cultureel erfgoed van Amsterdam-Noord. Deze instellingen vallen onder het begrip “erfgoedinstellingen”.

Artikel 5

ACTIVITEIT

A. Eenmalige (tijdelijke) kunstactiviteiten in stadsdeel Noord

  • 1.

    doelgroep (publiek)

Bewoners (en bezoekers) van stadsdeel Noord

  • 2.

    soort subsidie

Eenmalige subsidie

  • 3.

    maximaal te subsidiëren bedrag per aanvraag

€ 5.000 (maximale subsidie per aanvraag)

  • 4.

    deelplafond(s)

€ 171.047 voor eenmalige (tijdelijke) kunstactiviteiten in 2025.

  • 5.

    samenwerking vereist met een of meer partners bij uitvoering activiteiten

Samenwerking met andere (maatschappelijke en culturele) organisaties en/of met bewonersgroepen is nadrukkelijk gewenst en de mate van samenwerking weegt mee bij de beoordeling.

  • 6.

    eigen inkomsten en / of bijdragen van derden vereist

Minimaal 20% van de kosten van de activiteit dient de aanvrager uit eigen inkomsten en/of bijdragen van derden te verwerven. Hierbij gaat het om alle daadwerkelijke inkomsten die voortvloeien uit private bronnen zoals publieksinkomsten, sponsor- en horeca inkomsten, eigen bijdragen en financiële bijdragen uit private fondsen, dan wel subsidies van andere bestuursorganen.

  • 7.

    behandeling op volgorde van binnenkomst of toepassing verdeelsleutel (artikel 7)

Subsidieaanvragen worden in behandeling genomen in de volgorde van ontvangst daarvan. Als tijdstip van indiening geldt daarbij het moment waarop de aanvraag compleet is (artikel 7, lid 1 ASA)

  • 8.

    instelling adviescommissie

N.v.t.

  • 9.

    beoordelingscriteria uit artikel 7 lid 3 waarop minimaal 3 punten gescoord moet worden

N.v.t.

  • 10.

    indieningstermijnen eenmalige subsidies van toepassing

Doorlopend gedurende het jaar tot subsidieplafond bereikt is

  • 11.

    natuurlijke personen mogen aanvragen voor deze regeling (naast rechtspersonen)

Ja, als de natuurlijke persoon geregistreerd is als professioneel kunstenaar en/of aantoonbaar een creatief beroep beoefent

ACTIVITEIT

B. Periodieke (boekjaar) kunstinitiatieven in stadsdeel Noord

  • 1.

    doelgroep (publiek)

Bewoners (en bezoekers) van Noord

  • 2.

    soort subsidie

Boekjaarsubsidie (maximaal een jaar)

  • 3.

    maximaal te subsidiëren bedrag per aanvraag

€ 20.000 (maximale subsidie per aanvraag)

  • 4.

    deelplafond(s)

€ 70.000 voor periodieke kunst- en cultuurprojecten in 2025 één aanvraagtermijn.

  • 5.

    samenwerking vereist met een of meer partners bij uitvoering activiteiten

N.v.t

  • 6.

    eigen inkomsten en / of bijdragen van derden vereist

Minimaal 20% van de kosten van de activiteit dient de aanvrager uit eigen inkomsten en/of bijdragen van derden te verwerven. Hierbij gaat het om alle daadwerkelijke inkomsten die voortvloeien uit private bronnen zoals publieksinkomsten, sponsor- en horeca inkomsten, eigen bijdragen en financiële bijdragen uit private fondsen, dan wel subsidies van andere bestuursorganen.

  • 7.

    behandeling op volgorde van binnenkomst of toepassing verdeelsleutel (artikel 7)

Volgorde van binnenkomst

  • 8.

    instelling adviescommissie

N.v.t.

  • 9.

    beoordelingscriteria uit artikel 7 lid 3 waarop minimaal 3 punten gescoord moet worden

N.v.t.

  • 10.

    indieningstermijnen periodieke subsidies van toepassing

Aanvraagtermijn boekjaarsubsidie conform artikel 7 van de ASA 2023.

  • 11.

    natuurlijke personen mogen aanvragen voor deze regeling (naast rechtspersonen)

Nee

Hoofdstuk III

Artikel 6 Vervallen uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Noord 2024

Het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur 2024 zoals vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur stadsdeel Noord d.d. 13 juni 2023 vervalt van rechtswege nadat de laatste subsidie die op basis van deze regeling is verleend, maar in ieder geval op 31 december 2024.

Artikel 7 Inwerkingtreding en looptijd regeling

Deze regeling treedt in werking na publicatie in het gemeenteblad en werkt terug tot 1 juli 2024. Deze regeling vervalt van rechtswege nadat de laatste subsidie die op basis van deze regeling is verleend, maar in ieder geval op 31 december 2025.

Artikel 8

Dit besluit wordt aangehaald als Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Noord 2025.

TOELICHTING

Het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur dient op grond van artikel 5, eerste lid van de subsidieregeling Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten, voor 1 juli van elk jaar te worden vastgesteld door het dagelijks bestuur. Dit betekent dat voor elk stadsdeel een apart Uitwerkingsbesluit geldt. Een aantal variabele componenten van de stedelijke regeling Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten wordt per stadsdeel ingevuld of gedefinieerd.

In artikel 2 van het Uitwerkingsbesluit wordt een korte beschrijving opgenomen van het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel gerelateerd aan de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen en binnen het kader van de Hoofdlijnen kunst en cultuur 2025-2028.

In artikel 3 neemt het dagelijks bestuur het subsidieplafond op. Het gaat daarbij om het bedrag dat in totaal beschikbaar is voor de uitvoering van deze subsidieregeling. Het subsidieplafond kan eventueel opgedeeld worden in deelplafonds. Hiermee krijgt het dagelijks bestuur instrumenten om per activiteit, soort subsidie of gebied een subsidie te weigeren, waardoor het beschikbare budget beter verdeeld kan worden over de gebieden en de activiteiten in het stadsdeel.

Gebaseerd op het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel, volgt in artikel 4 een opsomming van de subsidiabele activiteiten (bijvoorbeeld (kleinschalige) festivals gericht op kunst en cultuur, atelierroutes, tijdelijk kunstproject, etc.). Een accurate omschrijving van de soort activiteiten geeft het stadsdeel handvatten om aanvragen die buiten de omschrijving vallen te weigeren op grond van de ASA 2023.

Van elke soort activiteit die voor subsidie in aanmerking komt, bepaalt het dagelijks bestuur in onderdeel IV van het Uitwerkingsbesluit de kaders waarbinnen de subsidie wordt verleend. De onderdelen van de kaders die het dagelijks bestuur zelfstandig kan invullen dan wel definiëren zijn vastgelegd in artikel 5 lid 3 van de regeling. In het Uitwerkingsbesluit is ruimte voor een uitgebreide toelichting.

Eenmalige en boekjaarsubsidies

Eenmalige subsidies worden afgegeven voor activiteiten die van bepaalde duur zijn en niet per se in één kalenderjaar gerealiseerd hoeven te worden. Boekjaar subsidies worden afgegeven voor activiteiten van in beginsel onbepaalde duur, die per boekjaar of voor een aantal boekjaren aan een aanvrager worden verstrekt met een maximum van vier jaar.