Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR725029
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR725029/1
Fietsstructuurvisie
Geldend van 04-10-2024 t/m heden
Intitulé
FietsstructuurvisieVoorwoord
Maassluis streeft in de mobiliteitsvisie 2020-2040 naar een robuust netwerk voor alle modaliteit. Wij willen dat mensen en goederen binnen een acceptabele tijd van A naar B kunnen komen. Maar Maassluis groeit, de verstedelijking neemt toe. Het gevolg hiervan is een intensiever gebruik van onze openbare ruimte. Dit zorgt voor uitdagingen op het gebied van mobiliteit en leefbaarheid.
De auto heeft een grote en dominante rol in ons straatbeeld. Als andere manieren van vervoer onvoldoende voorradig, aantrekkelijk of gewenst zijn, dan zal de vraag naar mobiliteit voor een groot deel worden beantwoord door het gebruik van de auto. Dit gaat ten koste van leefbaarheid, verkeersveiligheid en het milieu.
Daarom werken wij met het STOP-principe, zodat langzaam verkeer de aandacht krijgt die het verdient. Bij het STOP-principe krijgen voetgangers (Stappers) de hoogste prioriteit, opgevolgd door fietsers (Trappers), het Openbaar vervoer en als laatste de Personenauto. Dit principe leidt ertoe dat verschillende modaliteiten de juiste plek en voorzieningen in de openbare ruimte toebedeeld krijgen.
Wij streven dus naar een robuust en veerkrachtig mobiliteitssysteem, met prioriteit voor voetgangers en fietsers, dat staat voor hoge kwaliteit netwerken, betrouwbaarheid, voorspelbare reistijden en een goede bereikbaarheid van voorzieningen. Om dit te bereiken is het van belang om op systeemniveau te optimaliseren.
In 2022 hebben wij daarom voor het gemotoriseerd verkeer een wegenstructuurvisie opgesteld. Deze visie heeft als doel de doorstroming van het (gemotoriseerd) verkeer te verbeteren, vertragingen te minimaliseren en het autonetwerk toekomstbestendig te maken. In navolging op deze visie hebben wij in ons coalitieakkoord opgenomen een structuurvisie voor de fiets te maken. Deze visie heeft als doel een kader te bieden voor toekomstige (weg)reconstructies en ruimtelijke plannen en is een aanvulling op het vigerend mobiliteits- en fietsbeleid.
1. Visie en aanpak
1.1 Onze visie
De fietsstructuurvisie luidt:
“Maassluis heeft een optimaal fietsklimaat. Het fietsnetwerk is veilig, comfortabel en aaneengesloten. Veilig omdat ongevalsrisico’s geminimaliseerd zijn. Comfortabel en aaneengesloten omdat het fietsnetwerk de fiets, als hoogwaardig alternatief voor de auto, faciliteert met aaneengesloten routes binnen en buiten de gemeentegrenzen. Mede hiermee maken we de sprong van autocultuur in 2020, naar fietscultuur in 2040”
1.2 Onze aanpak
De visie willen we bereiken door de inzet op drie van de vijf speerpunten vanuit de Fiets Beleidsnota Maassluis 2020:
Figuur 1 Doel en vijf speerpunten Fiets Beleidsnota Maassluis 2020
In de Fietsstructuurvisie richten we ons specifiek op de eerste 3 speerpunten: het verbeteren van de verbindingen met de regio, het realiseren van een helder fietsnetwerk en aandacht voor de veiligheid op het fietspad. Ons beeld hierbij is dat, wanneer ingezet wordt op deze speerpunten, wij positieve (rand)voorwaarden kunnen realiseren voor de andere 2 speerpunten. Deze 2 speerpunten vragen op dit moment niet om een specifieke visie of plan, zo bleek uit de verkenning die gedaan is in de Fiets Beleidsnota.
De fietsstructuurvisie sluit aan op de uitgangspunten vanuit het planologische begrip ’15minutenstad’, welke als bouwsteen voor de omgevingsvisie wordt gebruikt.
1.2.1 Verbindingen met de regio verbeteren
Een voorwaarde om het fietsgebruik van en naar Maassluis te stimuleren, zijn degelijke en comfortabele fietsroutes die de gemeentegrenzen overschrijden. Door de groeiende populariteit van de elektrische fiets groeit de gemiddelde fietsafstand. Waar traditioneel ritten tot 7,5 km geschikt waren voor de fiets is dat met een elektrische fiets opgerekt tot 15 km. Binnen deze zone moeten de regionale verbindingen op orde zijn, en is de samenwerking met de provincie ZuidHolland, de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) en de buurgemeenten van groot belang.
Figuur 2: Regionaal basisnetwerk fiets MRDH maart 2023
In de Fietsstructuurvisie houden we rekening met deze grensoverstijgende verbindingen, door het Regionaal basisnetwerk fiets en de beoogde Metropolitane fietsroute (MFR) als onderlegger te gebruiken voor het gemeentelijk fietsnetwerk. De MFR moet nog worden vastgesteld door de gemeenteraad.
1.2.2 Realiseren van een helder fietsnetwerk
Om te komen tot een veilig en aantrekkelijk fietsnetwerk voor alle gebruikers, wordt er ingezet op een logische(re) categorisering van fietsverkeer en fietsroutes. In de Fiets Beleidsnota Maassluis 2020 onderscheiden we 3 typen routes: regionale fietsroutes (basisnetwerk MRDH), regionale recreatieve fietsroutes (ook basisnetwerk MRDH) en lokale fietsroutes. Door het op intuïtieve wijze scheiden van deze routes en typen fietsers kan de (ervaren) veiligheid en comfort op de fietspaden worden vergroot.
De categorieën regionale fietsroutes en regionale recreatieve routes faciliteren het regionale verkeer, wat zoveel als mogelijk gescheiden wordt van het lokale verkeer door deze routes geen onderdeel uit te laten maken van de centrale lokale fiets-as (Figuur 3). Deze routes worden geleid via de bestaande fietsinfrastructuur op of langs doorgaande hoofdwegen
Met de categorie lokale fietsroute faciliteren we de fietser met een groene en autoluwe centrale as dwars door Maassluis, die met name bedoeld is voor het lokale fietsverkeer van de wijken naar Koningshoek en de binnenstad. De centrale fietsroute sluit ruimtelijk aan op de gewenste schaduwrijke en groene (bomen en planten) as vanuit het groenbeleid, en kan in realisatie gecombineerd worden met andere beleidsterreinen (werk met werk).
In de fietsstructuurvisie houden we rekening met de 3 typen routes door deze expliciet op te nemen in het fietsnetwerk.
Figuur 3: in het groen de beoogde centrale lokale fiets-as uit de Fiets Beleidsnota Maassluis 2020
Voor de gewenste centrale fietsenstalling in het stadshart is in hoofdstuk 4 een maatregel opgenomen. Daarnaast is in de gebiedsvisie Station West de realisatie van een fietsenstalling opgenomen. De realisatie van fiets-oplaadinfrastructuur is niet opgenomen, omdat wij dit niet zien als publieke taak.
1.2.3 Veiligheid op het fietspad
Het speerpunt veiligheid op het fietspad richt zich op het minimaliseren van ongevalsrisico’s tussen verschillende fietsers op het fietspad. De landelijke groei van e-bike-gebruik zorgt ervoor dat snelheidsverschillen op het fietspad tussen fietsers groter worden. Wij zetten ons daarom actief in voor de veiligheid op onze fietspaden. Dit doen wij onder andere door de infrastructuur waar nodig te optimaliseren.
Met veiligheid bedoelen we ook dat de infrastructuur zelf niet leidt tot gevaarlijke verkeerssituaties en dat de infrastructuur ‘vergevingsgezind’ is. Dat wil zeggen dat de infrastructuur de impact van een ongeval zoveel mogelijk beperkt. Als basis hiervoor gelden de landelijke principes van Duurzaam Veilig. In de fietsstructuurvisie richten we ons tot een optimalisatie van de infrastructuur om deze vergevingsgezind en duurzaam veilig in te richten.
1.3 Opzet Fietsstructuurvisie
De fietsstructuurvisie is opgebouwd op basis van de 3 speerpunten: het verbeteren van de verbindingen met de regio, het realiseren van een helder fietsnetwerk en aandacht voor de veiligheid op het fietspad. Al deze speerpunten komen in Hoofdstuk 2 samen op kaart en bepalen daarmee het gemeentelijk fietsnetwerk. In Hoofdstuk 3 volgen de kwaliteitscriteria die wij beogen voor ons fietsnetwerk. Hoofdstuk 4 geeft een eerste voorzet voor maatregelen die genomen moeten worden om te komen tot dit fietsnetwerk. Dit samen maakt onze fietsstructuurvisie.
De fietsstructuurvisie is nadrukkelijk geen uitvoeringsprogramma. Ook worden er geen middelen in geld en capaciteit gereserveerd voor de uitvoering van de in hoofdstuk 4 genoemde maatregelen. Waar mogelijk worden deze binnen bestaande budgetten en capaciteit uitgevoerd. Deze visie is een aanvulling op het vigerend mobiliteits- en fietsbeleid en dient als kader voor toekomstige (weg)reconstructies en ruimtelijke plannen.
2. Fietsnetwerk
Ons fietsnetwerk is veilig, comfortabel en aaneengesloten en draagt hiermee bij aan een optimaal fietsklimaat in Maassluis. Het netwerk faciliteert 3 typen routes: regionale fietsroutes, regionale recreatieve fietsroutes en lokale fietsroutes. De lokale fietsroutes zijn gebaseerd op de centrale lokale fiets-as uit het Fiets Beleidsplan en het uitgangspunt hierin om het lokale fietsverkeer uit de wijken te verbinden met Koningshoek en het centrum. Ook zijn sport- en onderwijslocaties verbonden met het netwerk. Onderstaande netwerkkaart brengt deze routes samen in 1 gemeentelijk fietsnetwerk.
2.1 Fietsnetwerk Maasluis
Hieronder is het fietsnetwerk Maassluis verbeeld:
Figuur 4: Fietsnetwerk Maassluis
2.2 Metropolitane fietsroute
Binnen de MRDH is beleid geformuleerd om met Metropolitane fietsroutes het gebruik van de fiets te stimuleren en woongebieden met werklocaties te verbinden. Om tot uitvoering van dit beleid te komen wordt door de MRDH samen met gemeenten gewerkt aan uitvoering van het programma: ‘Metropolitane Fietsroutes”. In dit programma worden voor verschillende routes door betrokken wegbeheerders met de MRDH afspraken gemaakt over het tracé, de realisatie daarvan en de daarvoor te verkrijgen subsidie. Wij hebben binnen dat kader eerder besloten om een samenwerkingsovereenkomst te ondertekenen, met als doel een MFR tussen Westland (Naaldwijk) en Rotterdam te realiseren.
Met de aanleg van de MFR door Maassluis wordt ook het lokale fietsnetwerk verbeterd; in die zin dat het comfort en de veiligheid op de fietspaden van het MFR-tracé hoger komt te liggen dan op de “gewone” fietspaden. De beoogde route loopt vanuit Maasdijk via de Maasdijk, Westlandseweg, Mozartlaan, Industrieweg, Koepaardbrug, Deltaweg, Taanschuurkade via de Vlaardingsedijk naar Vlaardingen.
3. Kwaliteitscriteria
Een veilig en comfortabel fietsnetwerk willen we laten voldoen aan bepaalde kwaliteitscriteria. Omdat deze visie mede dient als kader voor toekomstige (weg)reconstructies en ruimtelijke plannen, is het van belang de kwaliteitscriteria in beeld te hebben om deze te kunnen toetsen. De criteria zijn tot stand gekomen op basis van CROW-publicaties. Het uitgangspunt bij het vaststellen van de kwaliteitscriteria zijn de vijf hoofdeisen voor fietsvriendelijke infrastructuur.
Deze vijf hoofdeisen zijn:
- 1.
Samenhang: De fietsinfrastructuur vormt een samenhangend geheel en sluit aan op alle herkomsten en bestemmingen van fietsers.
- 2.
Directheid: De fietsinfrastructuur biedt de fietser steeds een zo direct mogelijke route (omrijden blijft tot het minimum beperkt) en wachttijden worden beperkt.
- 3.
Aantrekkelijkheid: De fietsinfrastructuur is zodanig vormgegeven en in de omgeving ingepast dat fietsen aantrekkelijk is.
- 4.
Veiligheid: De fietsinfrastructuur waarborgt de verkeersveiligheid en de gezondheid (minimale blootstelling aan schadelijke stoffen) van fietsers en overige weggebruikers.
- 5.
Comfort: De fietsinfrastructuur zorgt ervoor dat fietsers zo min mogelijk hinder (trillingen, extra inspanningen door hoogteverschillen, overlast van overig verkeer) en oponthoud (stoppen) ervaren.
De onderstaande lijst (par 3.1) omvat de kwaliteitscriteria afgeleid uit de CROW-Ontwerpwijzer Fietsverkeer publicatie 351. De kwaliteitscriteria gelden voor binnen- en buiten de bebouwde kom. Met deze criteria willen we een veilig en comfortabel fietsnetwerk bieden. Het zijn daarmee geen harde criteria, omdat het niet altijd mogelijk zal zijn om de criteria toe te passen door bijvoorbeeld een gebrek aan ruimte. Waar werk met werk inpasbaar is, passen we de criteria toe.
Daarnaast streven wij ernaar, vanwege de (fiets)veiligheid, om rotondes eenrichtingsverkeer te maken in plaats van twee-richtingen. Dit willen we toepassen bij toekomstige herstructureringen, waarmee we werk met werk maken.
Wij hebben ook de ambitie om te sturen op een klimaat-adaptieve inrichting van de infrastructuur via de eisen van het Convenant Bouwadaptief. Daarnaast streven we ernaar om de gebruikte middelen zo duurzaam mogelijk te laten zijn en duurzaam in te zetten. Denk hierbij aan duurzaam asfalt of het hergebruik van elementen, bijvoorbeeld door vrijgekomen tegels te gebruiken als puinfundering. Bovenstaande wordt meegenomen als criteria voor aanleg, reconstructie en beheer van het fietsnetwerk.
Metropolitane fietsroutes kennen eigen kwaliteitscriteria en zijn niet opgenomen in onderstaande lijst. Bij eventuele nieuw- of verbouw op of langs een Metropolitane fietsroute, dient met deze eigen kwaliteitscriteria rekening te worden gehouden.
3.1 Kwaliteitscriteria wegvakken
Criteria |
Fietsnetwerk |
Type fietsvoorziening 1 |
|
Breedte vrij liggend fietspad |
|
Breedte fietsstraat1 |
|
Breedte fietsstrook1 |
|
Markering |
|
Verhardingsrand |
|
Berm |
|
Obstakels op fietspad |
|
Obstakels in berm |
|
Verlichting |
|
Uitritten |
|
Gladheidsbestrijding |
|
Type verharding |
|
Kleur verharding |
|
Parkeerplaatsen |
|
Hellingen en trappen |
|
Bromfietsen |
|
Figuur 5 Voorbeeld dwarsdoorsnede gewenst wegprofiel
3.2 Kwaliteitscriteria kruispunten (waaronder rotondes)
|
Fietsnetwerk |
Kruispuntvorm |
|
Wachttijd bij verkeerslichten |
• Gemiddelde wachttijd eerstwachtende < 30 seconden |
Wachttijdvoorspeller bij verkeerslichten |
• Aanwezig |
Opstelruimte voor de stopstreep |
• > 2,0 meter |
Figuur 6 Voorbeeld varianten optimale fietsrotonde. Bron: CROW
4. Maatregelen
Op basis van de 3 speerpunten: het verbeteren van de verbindingen met de regio, het realiseren van een helder fietsnetwerk en aandacht voor de veiligheid op het fietspad, is een aantal maatregelen nodig om te komen tot het gewenste veilige, comfortabele en aaneengesloten fietsnetwerk. Waar mogelijk worden deze binnen bestaande budgetten en capaciteit uitgevoerd.
4.1 Maatregelen verbeteren verbindingen met de regio
Opgave |
Doel |
Maatregel |
Fietsverbindingen met de regio |
Fietsnetwerk versterken, verbeteren en verknopen met het regionale netwerk |
In beeld brengen kwaliteit van de fietsinfrastructuur aan de hand van de criteria |
Bestaande MRDH-meetnet van fietstelpunten verdichten voor beter inzicht in fietsstromen en fietsdoelgroepen |
||
Metropolitane fietsroute Naaldwijk-Rotterdam |
Woon-werkverkeer in de regio faciliteren met een directe, comfortabele en aaneengesloten verbinding |
Realisatie Metropolitane fietsroute |
Samenwerking buurgemeenten, regio en provincie |
Kwaliteit en continuïteit regionaal netwerk bewaken |
Deelnemen aan (fiets)programma’s vanuit de Metropoolregio |
4.2 Maatregelen realiseren van een helder fietsnetwerk
Opgave |
Doel |
Maatregel |
Realisatie groene band |
Lokaal fietsverkeer faciliteren via een groene en autoluwe centrale as, bedoeld voor het lokale verkeer van de wijken naar Koningshoek en de binnenstad. |
Onderzoek doen naar de locatie van de groene band, het type route en netwerk en hoe deze gerealiseerd kan worden, met hierbij speciale aandacht voor goede bewegwijzering, verlichting en kwaliteit van de oversteekmogelijkheden |
Verbinding Schenkeldijk met Doctor Albert Schweitzerdreef verbeteren en versterken |
||
Doortrekken fietspad naar het Vrijheidspark |
||
Stallen van fietsen |
Veilig stallen van fietsen in het stadhart van Maassluis |
Onderzoek doen naar de juiste locatie, hoe en de kosten van een bewaakte fietsenstalling in het centrum van Maassluis (omgeving Korte Boonestraat) en daartoe met een voorstel komen. |
4.3 Maatregelen aandacht voor de veiligheid op het fietspad
Opgave |
Doel |
Maatregel |
Aanpak fietsonveiligheid |
Onveilige locaties in beeld brengen |
In beeld brengen van onveilige locaties aan de hand van risico gestuurde SPV-methodiek |
Fietspaden obstakelvrij maken |
Vergevingsgezinde en duurzaam veilige fietspaden |
Fietsobstakels in beeld brengen |
Fietspaden verbreden en op drukke kruispunten voorzien van linksafvakken |
Vergevingsgezinde en duurzaam veilige fietspaden |
Moet blijken uit de maatregel: “In beeld brengen kwaliteit van de fietsinfrastructuur aan de hand van de criteria.” |
Richtlijnen voor stop- en oprijzicht voor fietsers toepassen |
||
Verkeersregelinstallaties conflictvrij regelen, met name bij rechts afslaand verkeer |
Conflicten tussen gemotoriseerd verkeer en (doorgaan) fietsverkeer voorkomen |
|
Weren van brom- en snorfietsen en speedpedelecs op het fietspad |
Snelheidsverschillen op het fietspad minimaliseren |
Onderzoek doen naar waar brom- en snorfietsen en speedpedelecs op de rijbaan kunnen |
Samenwerking Fietsersbond |
In beeld houden van (gevoelsmatig) verkeersonveilige situaties |
Opstarten structureel overleg Fietsersbond |
Ondertekening
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl