Subsidieregeling groot onderhoud en restauratie rijksmonumenten provincie Groningen 2024

Geldend van 04-10-2024 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling groot onderhoud en restauratie rijksmonumenten provincie Groningen 2024

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN

Overwegende dat:

  • de provincies met ingang van 2012 de taak hebben gekregen om de rijksmiddelen voor restauratie van rijksmonumenten te verdelen, en Rijk en IPO in februari 2012 afspraken hebben gemaakt over de decentralisatie van deskundigede rijksmiddelen voor restauratie van rijksmonumenten van rijk naar de provincies, welke in 2015 zijn geactualiseerd;

  • er ten aanzien van de rijksmonumenten in de provincie Groningen sprake is van een opgave onderhoud, versterking en schadeherstel;

  • de taak behoort bij de verantwoordelijkheid die het ministerie van OCW, de Nationaal Coördinator Groningen, de aardbevingsgemeenten en de provincie Groningen in het Erfgoedprogramma en coalitieakkoord Veur Mekoar zijn overeengekomen om budget beschikbaar te stellen voor restauratie en onderhoud van rijksmonumenten gelegen in de provincie Groningen. Dit vanuit de gedachte dat goed onderhoud de eerste stap naar behoud en versterking is;

  • het algemeen bestuur van Nationaal Programma Groningen (NPG) op 13 juni 2023 heeft ingestemd met het geactualiseerde Erfgoedprogramma 2020 - 2025;

  • er vanuit de kabinetsreactie 'Nij Begun' middelen beschikbaar zijn gesteld om het Erfgoedprogramma te verlengen tot en met 2028;

  • rijksmonumenten worden aangewezen in het algemeen belang en de kosten van instandhouding, in het bijzonder het onderhoud en de restauratie, van rijksmonumenten hoger kunnen zijn dan de kosten voor instandhouding van niet-monumentale gebouwen, vanwege de hogere eisen aan architectonische uitwerking, materiaalgebruik en detaillering;

  • de provincie Groningen het van belang vindt een regierol te vervullen voor het gebiedsgerichte monumentenbeleid;

  • de Subsidieregeling GRRG ziet op het groot onderhoud en restauratie van Rijksmonumenten in de provincie Groningen.

Gelet op:

  • Groningen Erfgoedprogramma 2020-2025;

  • Meerjarenprogramma Aardbevingsbestendig en Kansrijk Groningen 2017-2021;

  • Titel 4.2 Algemene wet bestuursrecht;

  • Artikel 3, derde lid, van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017;

  • Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;

  • Erfgoedwet;

  • Besluit ruimtelijke ordening;

  • Omgevingsverordening provincie Groningen 2016;

  • Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten;

  • AGVV: Verordening EU Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 187/1 van 26 juni 2014;

  • LVV: Verordening (EU) 2022/2472 van de Commissie van 14 december 2022 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 327/1 van 21 december 2022;

  • Uitvoeringsprogramma Cultuur Provincie Groningen 2021-2024;

  • de bestuurlijke afspraken tussen IPO en Rijk met betrekking tot de restauratie van rijksmonumenten en het ruimtelijk beleid voor erfgoed uit 2012, alsmede de aanvulling daarop uit 2015.

Besluiten:

Vast te stellen hetgeen volgt:

Subsidieregeling groot onderhoud en restauratie rijksmonumenten provincie Groningen 2024

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvullend ecologisch onderzoek: onderzoek dat nodig is indien uit de quickscan blijkt dat er in of rond het plangebied waar u de activiteit uitvoert geschikt leefgebied is voor beschermde soorten en de activiteit(en) mogelijk een effect heeft op beschermde soorten. Dit aanvullend onderzoek is altijd soortgericht en toont ofwel de aanwezigheid ofwel de afwezigheid van een soort aan;

  • b.

    activiteitenverslag: een verslag waarin het verloop van het totale uitvoeringsproces is beschreven, of en welke afwijkingen zijn opgetreden, meer- en minderwerk, proces verbaal van oplevering, alle bouwverslagen en foto's van voor, tijdens en na de uitvoering van alle gesubsidieerde activiteiten;

  • c.

    AGVV: Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Europese Commissie van 17 juni 2014, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 187/1 van 26 juni 2014, laatstelijk gewijzigd bij Verordening EU 2023/1315 van de Europese Commissie van 23 juni 2023, PbEU L 167/1 van 30 juni 2023;

  • d.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • e.

    bouwhistorisch onderzoek: een onderzoek naar het complex van rijksmonumenten of het rijksmonument conform URL 2007 van de ERM (variant bouwhistorische opname);

  • f.

    comfortverbetering of verfraaiing: werkzaamheden met betrekking tot het wooncomfort, decoratie en de leefbaarheid zoals het binnenklimaat of het verbeteren of uitbreiden van functionaliteit;

  • g.

    complex: Een complex is een verzameling monumenten (gebouwd en/of groen) waarvan de onderlinge samenhang een zekere cultuurhistorische waarde bezit. Een complex is met een nummer, naam en beschrijving opgenomen in het rijksmonumentenregister en omvat een aantal monumenten die niet alleen beschermd zijn vanwege de eigen monumentale waarde, maar ook vanwege een waardevolle samenhang met de andere in het complex opgenomen beschermde monumenten;

  • h.

    deskundige: onafhankelijk deskundige, zoals benoemd in de Leidraad, die op grond van opleiding en relevante aantoonbare ervaring gekwalificeerd is om de aangevraagde activiteiten te begeleiden dan wel uit te voeren overeenkomstig de Leidraad;

  • i.

    DUMO: Duurzaam Monumenten advies voor het complex, het rijksmonument of het zelfstandig onderdeel conform URL 2001 niveau 2 of 3 van de ERM;

  • j.

    ecologisch deskundige: een persoon die voor de situatie en soorten ten aanzien van waarvan hij of zij gevraagd is te adviseren en/of te begeleiden, aantoonbare ervaring en kennis heeft op het gebied van soortspecifieke ecologie;

  • k.

    ecologische quickscan: een ecologische inventarisatie door een ecologisch deskundige, waarbij er een inschatting uitgevoerd wordt welke (juridisch beschermde) diersoorten zich mogelijk in het plangebied kunnen bevinden en potentieel schadelijke effecten kunnen ondervinden van de uitgevoerde activiteit(en);

  • l.

    eigenaar: natuurlijke persoon of rechtspersoon die het eigendomsrecht heeft op het rijksmonument;

  • m.

    energiebesparende maatregelen: bouwkundige maatregelen ter isolatie van de thermische schil van het rijksmonument;

  • n.

    ERM: Stichting Erkende Restauratiekwaliteit Monumentenzorg;

  • o.

    gebouwd rijksmonument: een gebouw of zelfstandig bouwkundige eenheid daarvan, of een anderszins vervaardigde onroerende zaak, die om zijn nationale cultuurhistorische waarde door de Rijksoverheid is aangewezen als beschermd monument en met eigen monumentnummer is opgenomen in het rijksmonumentenregister;

  • p.

    gespecificeerde offerte/factuur: een kostenraming of nota opgemaakt door een ter zake deskundige waarbij voor alle verschillende uit te voeren/uitgevoerde werkzaamheden kosten voor uren, materialen en hoeveelheden gesplitst zijn;

  • q.

    groen rijksmonument: rijksmonument of zelfstandig onderdeel daarvan, zijnde een aanleg die geheel of gedeeltelijk bestaat uit beplanting, zoals een park- of tuinaanleg, en die met een monumentnummer is opgenomen in het rijksmonumentenregister zoals bedoeld in artikel 3.3 van de Erfgoedwet;

  • r.

    groot onderhoud: sober, doelmatige en technisch noodzakelijke onderhoudswerkzaamheden, maatregelen en voorzieningen aan een rijksmonument die gericht zijn op de instandhouding van het monument en zijn monumentale waarde en die als zodanig zijn aangemerkt en gespecificeerd in de Leidraad;

  • s.

    herbestemming: sober, doelmatig en technisch bouwkundige noodzakelijke werkzaamheden die nodig zijn om een nieuwe of gewijzigde gebruiksfunctie te geven aan een gebouwd rijksmonument of een deel daarvan, zijnde geen uitbreiding van een al in het gebouw aanwezige functie, waarbij de werkzaamheden bijdragen aan het toekomstig gebruik van het monument; dit voor zover de herbestemmingswerkzaamheden het monument en zijn monumentale waarden niet schaden;

  • t.

    instandhouding: het sober en doelmatig behouden of herstellen van het rijksmonument, waarmee verval van het monument kan worden voorkomen of het monument wordt hersteld. De begrippen normaal onderhoud en restauratie zijn complementair en vormen samen vormen ze het begrip instandhouding. Bij restauratie gaat het om werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het herstel van een (deels) in matige of slechte staat verkerend monument. Binnen deze regeling vallen uitsluitend werkzaamheden voor groot onderhoud, restauratie en vervangende dakbedekking onder instandhouding;

  • u.

    Inspectierapport: een bouwkundig opnamerapport van het complex van rijksmonumenten of het gehele rijksmonument dat voldoet aan de URL 2005 en opgesteld is conform type A (inclusief de niet monumentale onderdelen) en is voorzien van voldoende overzichtsfoto's van de gevels, daken en overige elementen en bevat tevens voldoende detailfoto's van alle elementen en in het bijzonder die onderhoud dan wel restauratie behoeven. Het rapport is op het moment van indiening van de subsidieaanvraag niet ouder dan 30 maanden;

  • v.

    kleurhistorisch onderzoek: een onderzoek naar het complex van rijksmonumenten of het rijksmonument conform URL 2004 type 2 van de ERM;

  • w.

    Leidraad: de Leidraad subsidiabele instandhoudingskosten van de rijkssubsidieregeling Subsidieregeling instandhouding monumenten, die beschrijft welke kosten van werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen aan een rijksmonument subsidiabel zijn, inclusief het daarbij behorende begrotingsmodel volgens STABU;

  • x.

    LVV: Landbouwvrijstellingsverordening. Verordening (EU) 2022/2472 van de Commissie van 14 december 2022 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, PbEU L 327/1 van 21 december 2022;

  • y.

    niet monumentale dakbedekking: dakbedekking die op grond van de Leidraad niet subsidiabel is (bijvoorbeeld golfplaten over een rietbedekking) maar waarvan de vervanging wel technisch noodzakelijk is en waarbij er geen mogelijkheid is om de monumentale dakbedekking te restaureren zoals opgenomen in de Leidraad;

  • z.

    natuurlijk persoon: een persoon niet zijnde een rechtspersoon die geen onderneming is in de zin van artikel 107, lid 1, van het Verdrag VWEU;

  • aa.

    omgevingsvergunning flora- en fauna activiteit: Vergunning die benodigd is om bepaalde activiteiten voor flora- en fauna uit te voeren. Dit is bijvoorbeeld het geval als u door deze activiteiten jaarrond beschermde nesten of verblijfplaatsen van beschermde dieren vernielt of als u beschermde dieren doodt, vangt of opzettelijk verstoort. Ook voor het plukken van beschermde planten of het vernielen van groeiplaatsen van beschermde planten heeft u een omgevingsvergunning nodig. Met een omgevingsvergunning flora- en fauna-activiteit heeft u toestemming van het bevoegd gezag om verboden handelingen uit te voeren onder bepaalde strikte voorschriften en onder ecologische begeleiding;

  • bb.

    onroerende zaken: onroerend zijn de grond, de met de grond verenigde beplantingen, alsmede de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd, hetzij rechtstreeks, hetzij door vereniging met andere gebouwen of werken;

  • cc.

    procedureregeling: Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;

  • dd.

    project: het geheel aan activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, inhoudende restauratie, groot onderhoud, herbestemming, energiebesparende maatregelen en niet-monumentale dakbedekking;

  • ee.

    restauratie: sober, doelmatige en technisch noodzakelijke werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen die het normale, reguliere en groot onderhoud te boven gaan en gericht zijn op het herstel en instandhouding van het monument en zijn monumentale waarden en die als zodanig zijn aangemerkt en gespecificeerd in de Leidraad;

  • ff.

    restauratieplan: een plan naar het complex van rijksmonumenten of het gebouwde rijksmonument conform URL 1001 van de ERM dan wel in het geval van een groen rijksmonument de vertaling van een bouw- en/of tuinhistorisch onderzoek naar visie op toekomst van het monument waarbij de keuzes over ingrepen daaraan gerelateerd zijn;

  • gg.

    rijksmonument: een gebouw of ander object dat door cultuurhistorische waarde en schoonheid van nationaal belang is. De Rijksoverheid beschermt rijksmonumenten met als doel de monumentale waarde ervan te behouden. Rijksmonumenten vallen onder de Erfgoedwet en zijn met een eigen monumentnummer opgenomen in het rijksmonumentenregister. Met voornoemde begripsbepaling worden in deze Subsidieregeling verstaan gebouwde rijksmonumenten, groene rijksmonumenten en rijksmonumentale complexen;

  • hh.

    tekeningen: door een ter zake deskundige opgestelde aanzichten, plattegronden, doorsnedes, details op schaal getekend en alles voorzien van maatvoering;

  • ii.

    tuinhistorisch onderzoek: een onderzoek naar het complex van rijksmonumenten of het rijksmonument conform URL 6001 van de ERM;

  • jj.

    tussentijdse rapportage: Een door een deskundige opgestelde rapportage die het restauratieproces, de voortgang, meer- en minderwerk beschrijft van de tot dan toe uitgevoerde gesubsidieerde activiteiten en die tevens is voorzien van foto's van alle activiteiten en alle bouwverslagen indien deze niet eerder verzonden zijn. Daarnaast dient de financiële stand van de uitgevoerde activiteiten op het voortgangsbegrotingsformat verwerkt te worden en te worden voorzien van percentages en eventuele factuur- dan wel notanummers;

  • kk.

    URL: uitvoeringsrichtlijn van de ERM;

  • ll.

    werkzaamheden: de activiteiten, zoals in de Procedureregeling opgenomen, die noodzakelijk zijn voor restauratie, (groot) onderhoud, herbestemming, energiebesparende maatregelen en vervangende dakbedekking;

  • mm.

    zelfstandig bouwkundige eenheid: bouwwerk dat in zowel constructief als functioneel opzicht te onderscheiden is van de naastgelegen bouwwerken. Dat wil zeggen dat het geheel bouwkundig gescheiden moet zijn van aangrenzende bebouwing, een eigen toegang moet hebben en afzonderlijk te gebruiken moet zijn. Bij boerderijen gelden schuur, stal en woonhuis altijd als zelfstandige onderdelen, zelfs als ze aan elkaar zijn vast gebouwd;

  • nn.

    zelfstandig onderdeel groen rijksmonument: één of meer delen van een groen rijksmonument, zijnde een aanleg die geheel of gedeeltelijk bestaat uit beplanting, zoals een park- of tuinaanleg, die aan één eigenaar behoren, en niet het gehele rijksmonument omvat;

  • oo.

    zelfwerkzaamheid: werkzaamheden die door de eigenaar zelf worden uitgevoerd.

Artikel 2 Doel

Het hoofddoel van deze regeling is om eigenaren van rijksmonumenten in de provincie in staat te stellen groot onderhoud en restauratie aan het rijksmonument uit te voeren, welke is gericht op de instandhouding van het monument en zijn monumentale waarden. Tevens heeft de regeling als doel om eigenaren te stimuleren om, in combinatie met groot onderhoud en restauratie, maatregelen te treffen voor werkzaamheden die zien op herbestemming, energiebesparing en het verwijderen van asbesthoudende dakbedekking.

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door:

  • a.

    de eigenaar van een rijksmonument;

  • b.

    de natuurlijke of rechtspersoon die in opdracht van de eigenaar of eigenaren verantwoordelijk is voor de instandhouding van het rijksmonument, als bedoeld onder a;

  • c.

    de toekomstige eigenaar van een rijksmonument, als bedoeld onder a mits de subsidieaanvraag vergezeld gaat van een door beide partijen ondertekende koopovereenkomst voor het betreffende rijksmonument.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Subsidie wordt verstrekt voor de restauratie van een rijksmonument, eventueel in combinatie met:

  • a.

    de herbestemming van het rijksmonument;

  • b.

    de energiebesparende maatregelen van een rijksmonument;

  • c.

    de vervanging van de niet monumentale dakbedekking van een rijkmonument, waarbij in afwijking van de Leidraad het verwijderen van asbesthoudende dakplaten ook subsidiabel is.

Artikel 5 Subsidievorm

Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze regeling subsidies in de vorm van een geldbedrag.

Artikel 6 Weigeringsgronden

Naast de weigeringsgronden uit de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 Awb en de artikelen 2.5 en 2.6 van de Procedureregeling wordt de subsidie geweigerd indien:

  • a.

    er voor dezelfde activiteiten als die waarvoor op grond van deze Subsidieregeling een lopende aanvraag is waarop nog niet is besloten dan wel subsidie is ontvangen door het Rijk of de provincie Groningen;

  • b.

    er voor de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd een lopende aanvraag voor een lening is dan wel een lening is verstrekt door het Nationaal Restauratiefonds of een andere geldverstrekker en de dekking van de lening in combinatie met de subsidieaanvraag het totaal van de subsidiabele kosten overstijgt;

  • c.

    de aanvraag betrekking heeft op activiteiten die vergunningplichtig zijn bij of krachtens de Omgevingswet of een gemeentelijke monumentenverordening en waar op het moment van indiening van de subsidieaanvraag geen vergunning voor is aangevraagd of verleend;

  • d.

    de kosten waarvoor subsidie is aangevraagd schade betreft die reeds door een verzekering worden gedekt.;

  • e.

    de omvang van de subsidiabele kosten voor instandhouding binnen de totale projectkosten minder dan € 15.000,- bedraagt;

  • f.

    de aanvrager een onderneming is die in financiële moeilijkheden verkeert als bedoeld in artikel 2, lid 18, van de AGVV;

  • g.

    de aanvrager een onderneming is tegen wie een bevel tot terugvordering uitstaat als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onder a, van de AGVV;

  • h.

    het rijksmonument in het bezit is van de overheid met uitzondering van de Zelfstandige

  • a.

    Bestuursorganen, dit tenzij er sprake is van indiening van een aanvraag door een toekomstige eigenaar als bedoeld in artikel 3, onder c en deze toekomstige eigenaar geen overheidsorganisatie is;

  • i.

    er geen sluitende begroting en/of geen dekkingsplan is waaruit blijkt dat alle subsidiabele kosten van het project voor instandhouding, vervangende dakbedekking, herbestemming en energiebesparende maatregelen kunnen worden gefinancierd, waarbij geldt dat een subsidie die is verstrekt door het Rijk of provincie voor een ander project dat ziet op de instandhouding van het rijksmonument niet kan worden opgenomen als cofinanciering;

  • j.

    er alleen subsidie wordt aangevraagd voor herbestemming, het nemen van energiebesparende maatregelen en/of het vervangen van niet monumentale dakbedekking, zonder de combinatie met een aanvraag voor groot onderhoud en restauratie;

  • k.

    er voor de datum waarop de subsidieaanvraag is ingediend, is gestart met het project waarvoor subsidie is aangevraagd, met uitzondering van kosten gemaakt ter voorbereiding van de subsidieaanvraag, bestaande uit aanbestedingskosten, leges, en indien subsidieverstrekking tot gevolg zou hebben dat, gelet op artikel 8 van de AGVV en LVV, één of meer van de in artikel 4, eerste lid, van de AGVV en LVV genoemde aanmeldingsdrempels of de op grond van de AGVV en LVV toepasselijke maximum steunintensiteit zou worden overschreden.

  • l.

    niet is voldaan aan de bepalingen, verplichtingen en vereisten zoals die zijn gesteld in deze regeling.

Artikel 7 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de werkzaamheden waarvoor subsidie wordt aangevraagd worden uitgevoerd onder leiding van een architect of deskundige met voldoende ervaring met groot onderhoud dan wel restauratie;

  • b.

    indien sprake is van het vervangen van niet monumentale dakbedekking als bedoeld in artikel 8 onder e, moet het materiaal waarmee de bestaande dakbedekking wordt vervangen in materiaal, vorm, detaillering uitvoering, afwerking en kwaliteit zoveel mogelijk overeen komen met de afkomende onderdelen en aansluiten bij de monumentale waarde van het rijksmonument;

Artikel 8 Subsidiabele kosten

Subsidiabele kosten zijn:

  • a.

    kosten in het kader van het groot onderhoud en de restauratie van een gebouwd rijksmonument. Subsidiabel zijn de kosten van werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen die als zodanig zijn aangemerkt en gespecificeerd in de Leidraad met uitzondering van indexering.

  • b.

    kosten in het kader van de restauratie van een groen rijksmonument. Subsidiabel zijn de kosten van werkzaamheden, maatregelen en voorzieningen die als zodanig zijn aangemerkt en gespecificeerd in de Leidraad met uitzondering van indexering;

  • c.

    kosten voor de herbestemming van het gebouwd rijksmonument;

  • d.

    kosten voor energiebesparende maatregelen in het gebouwd rijksmonument;

  • e.

    kosten voor niet monumentale dakbedekking van het gebouwd rijksmonument;

  • f.

    kosten van het verwijderen van asbesthoudende dakbedekking;

  • g.

    materiaalkosten bij zelfwerkzaamheid indien de eigenaar deskundige is en dat dit is aangetoond bij de aanvraag;

  • h.

    in afwijking van artikel 2.5, eerste lid , onder e, van de Procedureregeling zijn de kosten die in de periode tussen 1 juni 2024 en 1 november 2024 voor indiening van de subsidieaanvraag zijn gemaakt wel subsidiabel;

  • i.

    in afwijking van artikel 2.5, eerste lid , onder e, van de Procedureregeling zijn de kosten die voor indiening van de subsidieaanvraag zijn gemaakt in het kader van een aanbesteding, leges, inspectie, onderzoek, planvorming of rapporten wel subsidiabel.

Artikel 9 Niet-subsidiabele kosten

Naast het bepaalde in artikel 1.5 van de Procedureregeling komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    uurloonkosten bij zelfwerkzaamheid en deze uurloonkosten niet zijn gemaakt in het kader van een door de eigenaar gedreven onderneming waarbij achteraf kan worden aangetoond dat de kosten binnen het kader van deze onderneming zijn gemaakt voor subsidiabele werkzaamheden;

  • b.

    kosten die door niet ter zake deskundigen worden gemaakt;

  • c.

    kosten voor het uitvoeren van herstelwerkzaamheden als gevolg van schade veroorzaakt door een derde of de eigenaar van het rijksmonument;

  • d.

    kosten voor werkzaamheden gericht op reconstructie, tenzij deze in uitzonderlijke gevallen naar het oordeel van Gedeputeerde Staten, ter versterking van de monumentale waarden gewenst zijn;

  • e.

    kosten voor werkzaamheden die zijn gericht op comfortverbetering of verfraaiing.

Artikel 10 Openstelling

  • 1. Gedeputeerde staten stellen voor deze regeling één of meerdere openstellingsbesluiten vast.

  • 2. Een openstellingsbesluit bevat een aanvraagperiode en een subsidieplafond met deelplafonds.

Artikel 11 Subsidiehoogte

  • 1. De subsidie die wordt aangevraagd door natuurlijke personen voor groot onderhoud en restauratie aan gebouwde rijksmonumenten inclusief eventuele kosten voor vervangende dakbedekking, herbestemming, energiebesparende maatregelen en asbestverwijdering bedraagt 80% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 600.000;

  • 2. De subsidie die wordt aangevraagd door aanvragers, niet zijnde natuurlijke personen, voor groot onderhoud en restauratie aan gebouwde rijksmonumenten inclusief eventuele kosten voor vervangende dakbedekking, herbestemming, energiebesparende maatregelen en asbestverwijdering bedraagt 70% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 600.000;

  • 3. De subsidie voor restauratie van groene rijksmonumenten bedraagt 70% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 500.000;

  • 4. De subsidiehoogte voor herbestemming en/of energiebesparende maatregelen bedraagt tezamen maximaal 35% van het totaal aan subsidiabele kosten, met een maximum van € 50.000 waarbij dit bedrag kan bestaan uit een subsidie voor energiebesparende maatregelen, voor maatregelen herbestemming, of voor een combinatie van beide maatregelen;

  • 5. De subsidie voor het verwijderen van asbesthoudende dakbedekking bedraagt € 6 per m2 dak dat gesaneerd wordt exclusief btw;

  • 6. De subsidie voor vervangende dakbedekking bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten;

  • 7. Onverminderd het bepaalde in de voorgaande leden wordt, indien ter zake van de te subsidiëren activiteiten reeds door een ander bestuursorgaan of door de Europese Commissie steun is aangevraagd zonder dat deze subsidieaanvraag is geweigerd, de hoogte van de subsidie zodanig berekend dat het totale bedrag aan subsidies niet meer bedraagt dan 80% van het totaal van de voor subsidie in aanmerking komende kosten met een maximum van € 2.200.000,-;

  • 8. Indien de eigenaar van het rijksmonument, rijksmonumentale complex of het zelfstandig onderdeel waarvoor de subsidieaanvraag is ingediend een natuurlijke persoon is, wordt de hoogte van de subsidie zodanig berekend dat het totale bedrag aan subsidies niet meer bedraagt dan 100% van het totaal van de voor subsidie in aanmerking komende kosten met een maximum van € 2.200.000,-.

Artikel 12 Staatssteun

  • 1. Indien de subsidie voor groot onderhoud, restauratie, niet-monumentale dakbedekking, herbestemming, energiebesparende maatregelen en verwijdering van asbest staatssteun vormt als omschreven in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, wordt de subsidie verleend onder de voorwaarden van de AGVV. In dat geval wordt toepassing gegeven aan artikel 53 van de AGVV.

  • 2. Indien de subsidie voor groot onderhoud, restauratie, vervangende dakbedekking en herbestemming staatssteun vormt als omschreven in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en de subsidieontvanger een bedrijf in de sector van primaire landbouwproductie betreft, wordt de subsidie verleend onder de voorwaarden van de LVV. In dat ge val wordt toepassing gegeven aan artikel 36 van de LVV .

Artikel 13 Subsidieaanvraag Gebouwde Monumenten

  • 1. Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend door middel van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2. In aanvulling op artikel 2.1 van de Procedureregeling bevat een subsidieaanvraag:

    • a.

      Een totaalplan bestaande uit de volgende stukken voor zover deze geen onderdeel uitmaken van de verleende omgevingsvergunning zoals benoemd onder b:

      • i.

        een restauratieplan;

      • ii.

        inspectierapport;

      • iii.

        tekeningen van de bestaande toestand;

      • iv.

        Indien van toepassing slooptekeningen;

      • v.

        tekeningen van de nieuwe situatie;

      • vi.

        tekeningen met daarop aangegeven alle aangevraagde activiteiten en waar deze plaatsvinden;

      • vii.

        bestek en werkomschrijving van de activiteiten uit het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

      • viii.

        indien van toepassing een kleurhistorisch onderzoek;

      • ix.

        indien van toepassing een bouwhistorisch onderzoek;

      • x.

        constructieberekeningen en – tekeningen indien de activiteiten van invloed zijn op de constructie(s);

      • xi.

        indien van toepassing een bouwfysisch onderzoek;

      • xii.

        wanneer de energiebesparende maatregelen een omgevingsplanactiviteit betreffen een DuMo advies;

      • xiii.

        indien er sprake is van mijnbouwschade een kopie van het IMG-rapport en een afschrift van het besluit;

      • xiv.

        indien van toepassing een bewijsstuk dat het complex van rijksmonumenten of het rijksmonument is opgenomen in het versterkingsprogramma van de Nationaal Coördinator Groningen;

    • b.

      een afschrift van het definitieve besluit omgevingsvergunning en alle daarbij behorende gewaarmerkte stukken dan wel een schriftelijke verklaring van het bevoegd gezag dat betreffende vergunning of vergunningen voor de in het project opgenomen werkzaamheden niet vereist zijn;

    • c.

      Een afschrift van een omgevingsvergunning flora- en fauna activiteit tenzij door middel van een ecologische quickscan wordt aangetoond dat een omgevingsvergunning flora en fauna activiteit niet is vereist;

    • d.

      indien het gaat om een aanvraag van een rijksmonument opgenomen in het versterkingsprogramma voor rijksmonumenten van de Nationaal Coördinator Groningen, in afwijking van voorgaand lid 2 onder c een door eigenaar en Nationaal Coördinator Groningen ondertekende overeenkomst aanhaken generieke ontheffing NCG;

    • e.

      een begroting van het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd en die is opgemaakt in het door Gedeputeerde Staten vastgestelde format;

    • f.

      een tijdsplanning van de activiteiten uit het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • g.

      een dekkingsplan waaruit blijkt met welke financiële middelen het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd gedekt wordt, inclusief bewijsstukken waaruit blijkt dat de in het dekkingsplan opgenomen financiële middelen reeds toegezegd dan wel beschikbaar zijn;

    • h.

      indien er sprake is van het vervangen van een niet monumentale asbesthoudende dakbedekking de volgende stukken voor zover deze geen onderdeel uitmaken van de verleende omgevingsvergunning zoals benoemd onder b:

      • i.

        Gespecificeerde ondertekende offerte asbestverwijdering;

      • ii.

        Een asbestinventarisatierapport uitgevoerd conform richtlijn SC 540;

      • iii.

        Vergunningen of meldingen die benodigd zijn voor de asbestverwijdering;

    • i.

      indien de aanvraag wordt ingediend door de natuurlijke of rechtspersoon die belast is met de instandhouding van het rijksmonument, niet zijnde de eigenaar, stukken waaruit blijkt dat de aanvrager volledig verantwoordelijk is voor de instandhouding en dat deze natuurlijke of rechtspersoon hiervoor is aangewezen door de eigenaar;

    • j.

      bij een aanvraag van een vereniging van eigenaren: een uitdraai van de Kamer van Koophandel van de vereniging en een splitsingsakte;

    • k.

      bij een gezamenlijke aanvraag van meerdere eigenaren: een splitsingsakte.

Artikel 14 Subsidieaanvraag Groene Monumenten

  • 1. Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend door middel van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2. In aanvulling op artikel 2.1 van de Procedureregeling bevat een subsidieaanvraag:

    • a.

      een totaalplan bestaande uit de volgende stukken voor zover deze geen onderdeel uitmaken van de verleende omgevingsvergunning zoals benoemd onder b:

      • i.

        een tuinhistorisch onderzoek conform URL 6001;

      • ii.

        een restauratieplan;

      • iii.

        inspectierapport;

      • iv.

        tekeningen, liefst ingemeten, met daarop aangegeven alle aangevraagde activiteiten en waar deze plaatsvinden;

      • v.

        foto's van de huidige situatie;

      • vi.

        bestek en werkomschrijving met constructies en materialen inclusief beplanting van de activiteiten uit het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • b.

      een afschrift van het definitieve besluit omgevingsvergunning en alle daarbij behorende gewaarmerkte stukken dan wel een schriftelijke verklaring van het bevoegd gezag dat betreffende vergunning of vergunningen voor de in het project opgenomen werkzaamheden niet vereist zijn;

    • c.

      een afschrift van een omgevingsvergunning flora- en fauna activiteit tenzij door middel van een ecologische quickscan wordt aangetoond dat een omgevingsvergunning flora en fauna activiteit niet is vereist;

    • d.

      een begroting van het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd en die is opgemaakt in het door Gedeputeerde Staten vastgestelde format;

    • e.

      een tijdsplanning van de activiteiten uit het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd;

    • f.

      een dekkingsplan waaruit blijkt met welke financiële middelen het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd gedekt wordt, inclusief bewijsstukken waaruit blijkt dat de in het dekkingsplan opgenomen financiële middelen reeds toegezegd dan wel beschikbaar zijn;

    • g.

      indien de aanvraag wordt ingediend door de natuurlijke of rechtspersoon die belast is met de instandhouding van het rijksmonument, niet zijnde de eigenaar, stukken waaruit blijkt dat de aanvrager volledig verantwoordelijk is voor de instandhouding en dat deze natuurlijke of rechtspersoon hiervoor is aangewezen door de eigenaar;

    • h.

      bij een aanvraag van een vereniging van eigenaren: een uitdraai van de Kamer van Koophandel van de vereniging en een splitsingsakte;

    • i.

      bij een gezamenlijke aanvraag van meerdere eigenaren: een splitsingsakte.

Artikel 15 Verdeelsystematiek

  • 1. De subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen;

  • 2. Als een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst;

  • 3. Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen, reeds eerder ingediende maar op die dag volledig geworden aanvragen daaronder begrepen, plaats door middel van loting.

Artikel 16 Beslistermijn

Een beschikking tot subsidieverlening wordt gegeven binnen 16 weken na ontvangst van de subsidieaanvraag, waarbij de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is geldt als datum van ontvangst.

Artikel 17 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1. Het project wordt uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in de beschikking tot subsidieverlening;

  • 2. Wijzigingen in het project of projectplan of in de wijze van begeleiding die het detailniveau overstijgen worden direct schriftelijk ter goedkeuring aan Gedeputeerde Staten voorgelegd. Gedeputeerde Staten kunnen hiervoor nadere instructies geven.

  • 3. Bij de uitvoering van de werkzaamheden dient te worden voldaan aan de geldende wet- en regelgeving;

  • 4. Zodra de werkzaamheden starten, dient dit te worden gemeld aan Gedeputeerde Staten;

  • 5. Zodra de werkzaamheden starten dient er een getekende begeleidingsovereenkomst met een deskundige te worden meegestuurd;

  • 6. Met de werkzaamheden voor gebouwde rijksmonumenten wordt gestart binnen zes maanden na de datum van de subsidieverlening, met de werkzaamheden voor groene rijksmonumenten binnen één jaar na de datum van de subsidieverlening;

  • 7. Wanneer er een omgevingsvergunning flora- en fauna activiteit is verleend of gewerkt moet worden conform een ecologisch werkprotocol, dient er eveneens een ecologisch deskundige de werkzaamheden te begeleiden bij de restauratie van het monument;

  • 8. Bij de uitvoering van de werkzaamheden dienen de uitvoeringsrichtlijnen vastgesteld door de ERM te worden gevolgd;

  • 9. Gedeputeerde Staten kunnen toestemming verlenen af te wijken van het zevende lid indien naar hun oordeel blijkt dat het groot onderhoud onder begeleiding van een organisatie plaatsvindt, waarvan de deskundigheid op dit terrein genoegzaam is gebleken;

  • 10. Voor gebouwde rijksmonumenten dienen de werkzaamheden te zijn voltooid binnen twee jaar na de datum van de start, voor groene rijksmonumenten binnen drie jaar na de datum van de start.

  • 11. Verlenging van de termijnen, bedoeld in het zesde en elfde lid, is alleen mogelijk indien vóór het aflopen van de termijn een schriftelijk verzoek hiertoe bij Gedeputeerde Staten wordt ingediend. Dit verzoek bevat een toelichting op de reden van de vertraging of de voortgang van de activiteit, en de verwachte duur van de vertraging. Deze verlenging is eenmalig en bedraagt maximaal één jaar;

  • 12. Gedeputeerde Staten kunnen in afwijking van het twaalfde lid instemmen met verlenging van de termijnen als de vertraging van het project het gevolg is van overmacht of indien er sprake is van aardbevingsschade aan het rijksmonument;

  • 13. In afwijking van artikel 2.11, tweede lid, van de Procedureregeling levert de subsidieontvanger bij subsidies van boven de € 25.000,- op het moment dat de gesubsidieerde werkzaamheden voor 50% zijn uitgevoerd, een tussenrapportage aan;

  • 14. Indien sprake is van verstrekking van opdrachten voor werken, leveringen of diensten, wordt voldaan aan de wet- en regelgeving voor aanbesteden, waarbij de geldende drempels en procedures van de Aanbestedingswet 2012 in acht worden genomen;

  • 15. Wanneer de subsidieaanvraag wordt ingediend door de toekomstige eigenaar zoals bedoeld in artikel 3 onder c, moet binnen zes weken na subsidieverlening de levering van het rijksmonument hebben plaatsgevonden en Gedeputeerde Staten daarvan op de hoogte zijn gesteld.

Artikel 18 Hardheidsclausule

Gedeputeerde Staten kunnen in bijzondere gevallen, gelet op het belang van een doelgerichte of evenwichtige subsidieverstrekking, bepalingen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing naar hun oordeel leidt tot onbillijke of onevenredige gevolgen.

Artikel 19 Vaststelling subsidies tot € 25.000

  • 1. Subsidies tot € 25.000 die niet zijn verstrekt met toepassing van de AGVV en LVV als bedoeld in artikel 12 worden direct vastgesteld.

  • 2. Een aanvraag tot subsidievaststelling van subsidies tot € 25.000 die zijn verstrekt met toepassing van de AGVV en LVV als bedoeld in artikel 12, wordt ingediend uiterlijk 13 weken na voltooiing van de werkzaamheden waarvoor de subsidie is verleend.

  • 3. Bij de aanvraag tot vaststelling van subsidies tot € 25.000 die zijn verstrekt met toepassing van de AGVV en LVV als bedoeld in artikel 12 is een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten vereist. Indien er sprake is van het gecombineerd uitvoeren van restauratie/groot onderhoud en aardbevingsschade herstel wordt bij een aanvraag tot vaststelling een document bijgevoegd waaruit blijkt welke schade erkend is als bevingsschade.

  • 4. In de verklaring als bedoeld in het vorige lid geeft de subsidieontvanger aan:

    • a.

      dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend zijn verricht, voorzien van een korte toelichting;

    • b.

      dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

    • c.

      het totale bedrag van alle gerealiseerde subsidiabele kosten;

    • d.

      in voorkomend geval, de stand van de egalisatiereserve;

    • e.

      het totale bedrag van de gerealiseerde opbrengsten, inclusief bijdragen van derden, en;

    • f.

      het totale bedrag van de gerealiseerde eigen bijdrage.

Artikel 20 Vaststelling subsidies van € 25.000 tot € 125.000

  • 1. Een aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend uiterlijk 13 weken na voltooiing van de werkzaamheden waarvoor de subsidie is verleend.

  • 2. Bij een subsidie van € 25.000 tot € 125.000 wordt bij de aanvraag tot vaststelling een activiteitenverslag overgelegd, waaruit genoegzaam blijkt dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend, overeenkomstig het besluit tot subsidieverlening zijn verricht en aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

  • 3. Bij een subsidie van € 25.000 tot € 125.000 wordt bij de aanvraag tot vaststelling een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten overgelegd als bedoeld in artikel 19, vierde lid.

  • 4. Indien er sprake is van het gecombineerd uitvoeren van restauratie, groot onderhoud en aardbevingsschade herstel wordt bij de aanvraag tot vaststelling het rapport bijgevoegd waaruit blijkt welke schade erkend is als bevingsschade.

Artikel 21 Vaststelling subsidies van € 125.000 of meer

  • 1. Een aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend uiterlijk 13 weken na voltooiing van de werkzaamheden waarvoor de subsidie is verleend.

  • 2. Subsidies van € 125.000 of meer worden vastgesteld op basis van de werkelijke uitgaven en inkomsten van de activiteiten waarvoor zij zijn verleend, tenzij in de subsidieverleningsbeschikking anders is bepaald.

  • 3. Bij een subsidie van € 125.000 of meer wordt bij de aanvraag tot vaststelling overlegd:

    • a.

      een activiteitenverslag waaruit blijkt dat het project, waarvoor subsidie is verstrekt, overeenkomstig het besluit tot subsidieverlening is verricht en aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

    • b.

      een financieel verslag, waarin in ieder geval is opgenomen:

      een opgave van het bedrag van de werkelijke subsidiabele kosten, een opgave van het bedrag van de gerealiseerde opbrengsten, met inbegrip van bijdragen van derden, en een opgave van het bedrag van de gerealiseerde eigen bijdrage en waarbij in de werkelijke kosten van de acvtiviteiten in het format voor de eindverantwoordings zijn verwerkt;

    • c.

      een controleverklaring van een accountant over het financieel verslag, conform het door Gedeputeerde Staten vastgestelde controleprotocol.

  • 4. Indien er sprake is van het gecombineerd uitvoeren van restauratie/groot onderhoud en aardbevingsschade herstel wordt bij de aanvraag tot vaststelling het rapport bijgevoegd waaruit blijkt welke schade erkend is als bevingsschade.

Artikel 22 Inwerkingtreding

Deze regeling wordt bekendgemaakt in het Provinciaal Blad en treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad.

Artikel 23 Intrekking en Overgangsrecht

De subsidieregeling GRRG 2021 wordt met ingang van de dag dat de GRRG 2024 in werking treedt ingetrokken met dien verstande dat de subsidieregeling GRRG 2021 van toepassing blijft op subsidies die voor de datum van inwerkingtreding van deze regeling zijn aangevraagd of verleend, en op daarop betrekking hebbende bezwaar- of beroepschriften.

Artikel 24 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling GRRG 2024.

Ondertekening

Groningen, (24 september 2024)

Gedeputeerde Staten voornoemd:

F.J. (René) Paas, voorzitter

J. (Hans) Schrikkema, secretaris