Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR724266
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR724266/1
Beleidsregel toepassing Wet Bibob gemeente Wassenaar 2024
Geldend van 10-09-2024 t/m heden
Intitulé
Beleidsregel toepassing Wet Bibob gemeente Wassenaar 2024Het college van burgemeester en wethouders van Wassenaar en de burgemeester van Wassenaar, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft,
Overwegende:
- -
dat de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen bestuursorganen de door het openbaar bestuur (Wet Bibob) hen beleidsruimte verschaft bij de besluitvorming omtrent het toepassen van hun, uit deze wet voortvloeiende bevoegdheden,
Gelet op:
- -
De Wet Bevordering Integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur;
- -
Artikel 4:81 van de Algemene Wet Bestuursrecht;
Besluiten vast te stellen:
Beleidsregel Toepassing Wet Bibob gemeente Wassenaar 2024.
Hoofdstuk 1 Algemeen
Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen
-
1. De definities in artikel 1, eerste lid van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (hierna: Wet Bibob) zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregel.
-
2. In deze beleidsregel wordt verstaan onder:
Term
Definitie
Aanvraag
Een aanvraag zoals bedoeld in artikel 1:3, derde lid, van de Algemene Wet Bestuursrecht (hierna: Awb)
APV
De Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Wassenaar
Bestuursorgaan
De burgemeester onderscheidenlijk het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad van Wassenaar, ieder voor zover het hun publiek- als privaatrechtelijke bevoegdheden betreft. Indien het gaat om (het aangaan van) vastgoedtransacties en het al dan niet verlenen van overheidsopdrachten wordt onder bestuursorgaan mede verstaan rechtspersoon met een overheidstaak
Bibob-onderzoek
Een onderzoek uitgevoerd krachtens de Wet Bibob. Een Bibob-onderzoek begint altijd met een eigen onderzoek
Bibob-vragenformulier
Het formulier dat is vastgesteld krachtens artikel 7a, vijfde lid, van de Wet Bibob.
Bureau
Het Landelijk Bureau Bibob (hierna: LBB) als bedoeld in artikel 8 en verder van de Wet Bibob.
Eigen Bibob-onderzoek
Het onderzoek als bedoeld in artikel 7a van de Wet Bibob.
Overheidsopdracht
Een opdracht als bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012.
RIEC
Het Regionaal Informatie- en Expertisecentrum.
Vastgoedtransactie
Een transactie zoals bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet Bibob.
Verbonden partij
Een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente Wassenaar een bestuurlijk en een financieel belang heeft
Artikel 1.2 Toepassingsbereik van deze beleidsregel
-
1. Deze beleidsregel is van toepassing op Bibob-onderzoek en beslissingen van het bestuursorgaan in verband met:
- a.
een beschikking
- b.
ene overheidsopdracht
- c.
een vastgoedtransactie.
- a.
-
2. Deze beleidsregel zal in beginsel niet worden toegepast als een betrokkene:
- a.
een krachtens publiekrecht ingestelde rechtspersoon is of een orgaan is van een krachtens publiekrechtelijk ingestelde rechtspersoon.
- b.
een persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed, is;
- c.
een publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan is;
- d.
een rechtspersoon met een wettelijke taak of een rechtspersoon met een overheidstaak is;
- e.
een verbonden partij is, of;
- f.
een toegelaten woning(bouw)corporatie is.
- a.
Artikel 1.3 Toepassing van de wet
-
1. Uit het bepaalde in deze beleidsregel kan blijken wanneer het bestuursorgaan een Bibob-onderzoek zal uitvoeren en wanneer een Bibob-onderzoek kan worden uitgevoerd.
-
2. Het bepaalde in lid 1 laat onverlet dat al dan niet in afwijking van de beleidsregel tot uitvoering van een Bibob-onderzoek kan worden besloten, indien de omstandigheden van het geval daartoe aanleiding geven.
-
3. Het bestuursorgaan kan in ieder geval een Bibob-onderzoek uitvoeren wanneer er duidelijke aanwijzingen zijn die het vermoeden rechtvaardigen dat sprake is van een mindere mate van gevaar of een ernstig gevaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob, op grond van:
- a.
informatie die bij het bestuursorgaan bekend is;
- b.
informatie verkregen van het Bureau, zoals een tip als bedoeld in artikel 11 van de Wet Bibob.
- c.
Informatie afkomstig van een van de partners uit het samenwerkingsverband RIEC;
- d.
Informatie verkregen op grond van artikel 26 van de Wet Bibob;
- e.
informatie van andere bestuursorganen;
- f.
informatie uit open bronnen, of;
- g.
overige signalen en/of vragen die ontstaan of bestaan over de betrokkene en/of zijn potentiële, huidige of voormalige Bibob-relaties als bedoeld in artikel 3, vierde lid, van de Wet Bibob.
- a.
Hoofdstuk 2 Beschikkingen
Artikel 2.1 Toepassing van de wet bij nieuwe beschikkingen voor horeca, seksinrichtingen, speelautomaten en speelautomaathallen
-
1. Het bestuursorgaan zal een Bibob-onderzoek uitvoeren in geval van een aanvraag voor een beschikking als bedoeld in:
- -
Artikel 3 van de Alcoholwet, zijnde de vergunning voor het uitoefenen van het horecabedrijf of slijtersbedrijf;
- -
Artikel 2:28 APV, zijnde de exploitatievergunning;
- -
Artikel 2:39a APV Wassenaar, zijnde de exploitatievergunning voor een speelautomatenhal, en de daartoe vastgestelde Verordening Speelautomatenhallen Wassenaar;
- -
Hoofdstuk 3 van de APV, zijnde de vergunning voor een seksbedrijf, seksinrichting of escortbedrijf. Indien sprake is van een vestiging van een nieuw bedrijf, de overname van een bestaand bedrijf, wijziging van exploitanten van een bestaand bedrijf, wijziging van rechtsvorm van de overneming of het wijzigen of bijschrijven van beheerder.
- -
-
2. Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren in gevallen van een aanvraag voor een beschikking als bedoeld in:
- -
Artikel 30b van de Wet op de Kansspelen, zijnde de aanwezigheidsvergunning voor speelautomaten
- -
Artikel 30a van de Alcoholwet, zijnde het bijschrijven van leidinggevende(n) op een Alcoholwetvergunning
- -
In de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
- -
Artikel 2.2 Toepassing van de Wet Bibob bij omgevingsvergunningen voor bouw- en/of omgevingsplanactiviteiten
Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren bij aanvragen voor een beschikking als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet (een omgevingsplanactiviteit) en 5.1, tweede lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet (een bouwactiviteit), in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Artikel 2.3 Toepassing van de Wet Bibob voor milieubelastende activiteiten
Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren in geval van (een aanvraag voor) een vergunning, of bij een reeds verleende vergunning, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid aanhef en onder b van de Omgevingswet (een milieubelastende activiteit), en in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Artikel 2.4 Toepassing van de Wet Bibob bij beschikkingen voor gebouw, gebieds- en branchegebonden vergunningen
Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren voor een aangevraagde vergunning op grond van de APV Wassenaar, alsmede bij op die gronden verleende beschikkingen, in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Artikel 2.5 Toepassing van de Wet Bibob bij subsidies
Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren bij een subsidieaanvraag in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Artikel 2.6 Toepassing van de Wet Bibob bij evenementenvergunningen
-
1. Het bestuursorgaan zal een Bibob-onderzoek uitvoeren met betrekking tot aanvragen voor een vergunning of wijziging van een vergunning zoals vermeld in artikel 2:25 APV Wassenaar indien sprake is van een vechtsportevenement, vechtsportgala of een evenement van en/of voor motorclubs.
-
2. Bij andere dan de in het eerste lid bedoelde aanvragen voor een vergunning, voor wijziging van een vergunning of bij een verleende vergunning zoals vermeld in artikel 2:25 APV Wassenaar (de evenementenvergunning) kan het bestuursorgaan een Bibob-onderzoek uitvoeren in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Artikel 2.7 Toepassing van de Wet Bibob op grond van de Huisvestingsverordening
In het geval van een aanvraag voor een vergunning zoals bedoeld in de artikelen 8, eerste lid, 21 en 22 van de Huisvestingswet 2014, kan, indien op grondslag daarvan in de geldende Huisvestingsverordening een vergunningsstelsel is opgenomen, het bestuursorgaan een Bibob-onderzoek uitvoeren in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Artikel 2.8 Toepassing van de Wet Bibob bij verleende beschikkingen
Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren bij verleende beschikkingen die vallen onder het toepassingsbereik van hoofdstuk 2 van deze beleidsregel in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
Hoofdstuk 3 Privaatrechtelijke transacties
Artikel 3.1 Toepassing van de Wet Bibob bij overheidsopdrachten
-
1. Het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren, in de gevallen als bedoeld in artikel 1.3, derde lid van deze beleidsregel.
-
2. In de aanbestedingsstukken:
- a.
wordt de mogelijkheid van onderzoek vermeld, in welk geval de betrokkene gehouden is om een Bibob-vragenformulier in te vullen als daarom wordt verzocht en om eventuele nadere vragen te beantwoorden;
- b.
worden, in verband met de toepassing van de Wet Bibob en de gevolgen daarvan, alle ter zake doende uitsluitingsgronden en geschiktheidseisen opgenomen;
- c.
wordt, in verband met toepassing van de Wet Bibob, opgenomen dat een onderzoek zich erop richt of een van de situaties als bedoeld in artikel 9, tweede lid van de Wet Bibob zich voordoet en worden, indien aan de orde, de gevolgen daarvan omschreven, en;
- d.
wordt als voorwaarde gesteld dat een onderaannemer niet zonder toestemming wordt gecontracteerd en wordt in het kader van die voorwaarde het recht voorbehouden om een eigen onderzoek te doen en aan het Bureau een advies te vragen.
- a.
-
3. In de tekst van de overeenkomst, of de daarop van toepassing zijnde algemene voorwaarden, die wordt aangegaan bij een procedure tot gunning van een overheidsopdracht:
- a.
worden voorwaarden opgenomen op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding van de overeenkomst, indien zich een van de situaties als bedoeld in artikel 9, tweede lid van de Wet Bibob voordoet;
- b.
wordt een voorwaarde opgenomen op basis waarvan een onderaannemer met het oog op diens acceptatie, niet zonder toestemming kan worden gecontracteerd;
- c.
wordt een voorwaarde opgenomen op grond waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding van de overeenkomst indien door de betrokkene niet of niet volledig wordt voldaan aan het bepaalde in artikel 7a, tweede en derde lid, respectievelijk artikel 12, derde lid van de Wet Bibob.
- a.
-
4. Indien een Bibob-onderzoek wordt gestart naar aanleiding van een procedure tot gunning van een overheidsopdracht, komt er geen gunningsbeslissing of daarmee beoogde overeenkomst tot stand zolang het onderzoek niet of niet volledig is afgerond.
Artikel 3.2 Toepassing van de Wet Bibob bij vastgoed
-
1. het bestuursorgaan kan een Bibob-onderzoek uitvoeren bij (voorgenomen) vastgoedtransacties waarbij de gemeente partij is.
-
2. Bij de start van onderhandelingen voor een vastgoedtransactie, zal het bestuursorgaan de wederpartij ervan in kennis stellen dat een Bibob-onderzoek deel kan uitmaken van de procedure.
-
3. Indien het Bibob-onderzoek is gestart en niet is afgerond voor het sluiten van de overeenkomst, dan wordt hieromtrent een opschortende of ontbindende voorwaarde opgenomen in de overeenkomst.
-
4. In de overeenkomst wordt een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst.
Hoofdstuk 4 Beoordeling en uitvoering
Artikel 4.1 Eigen onderzoek
-
1. Het Bibob-onderzoek start met een eigen Bibob-onderzoek door het bestuursorgaan.
-
2. Het eigen Bibob-onderzoek naar het zich voordoen van de mate van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de wet bestaat uit:
- a.
het beoordelen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking, dan wel het beoordelen van een reeds verleende beschikking of een (voorgenomen) vastgoedtransactie, of (gunning van) een overheidsopdracht en de daarbij overgelegde gegevens, mede aan de hand van de bij het bestuursorgaan bekende feiten en omstandigheden, en;
- b.
het verzamelen, bewerken en analyseren van informatie die, al dan niet door middel van de gegevens zoals vermeld in het Bibob-vragenformulier en bijbehorende bijlagen, is verstrekt door de betrokkene, alsmede van gegevens die zijn verkregen uit informatiebronnen van partners van het RIEC en andere bronnen die het bestuursorgaan, mede op basis de Wet Bibob, kan raadplegen.
- a.
-
3. Bij het eigen onderzoek kan in alle gevallen waarin volgens deze beleidsregel een Bibob-onderzoek zal of kan worden uitgevoerd, ingevolge artikel 11a, eerste lid van de Wet Bibob, informatie worden betrokken van het Bureau over door het Bureau in de afgelopen vijf jaar door het Bureau en/of andere bestuursorganen genomen relevante gevaarsconclusies.
Daarbij wordt informatie verstrekt over zowel de betrokkene als relaties van betrokkene:
- -
De direct of indirect leidinggevende van betrokkene;
- -
De direct of indirect zeggenschaphebbende van betrokkene;
- -
De direct of indirect vermogensverschaffer van betrokkene;
- -
Degene die op (de aanvraag om) de beschikking is of zal worden vermeld als leidinggevende, beheerder, bedrijfsleider of vervoersmanager;
- -
Degene die redelijkerwijs met betrokkene gelijk kan worden gesteld op grond van zijn feitelijke invloed op de betrokkene.
- -
-
4. Indien het eigen Bibob-onderzoek onvoldoende uitsluitsel heeft over de mate van gevaar, zoals vermeld in artikel 3 van de Wet Bibob, kan ingevolge artikel 9 van de Wet Bibob advies worden ingewonnen bij het Bureau.
Artikel 4.2 Informatieverstrekking
-
1. In geval van een aanvraag voor een beschikking als bedoeld in hoofdstuk 2 van deze beleidsregel, dient betrokkene naast de gebruikelijke aanvraagformulieren, tevens het door het bestuursorgaan beschikbaar gestelde Bibob-vragenformulier volledig in te vullen en, voorzien van de benodigde bijlagen, bij het bestuursorgaan in te dienen.
-
2. In het kader van de beoordeling door het bestuursorgaan van een reeds verleende beschikking als bedoeld in hoofdstuk 2 van deze beleidsregel, dient betrokkene het door het bestuursorgaan beschikbaar gestelde Bibob-vragenformulier volledig in te vullen en, voorzien van de benodigde bijlagen, bij het bestuursorgaan in te dienen.
-
3. Bij toepassing van een Bibob-onderzoek bij een overheidsopdracht en/of vastgoedtransactie als bedoeld in hoofdstuk 3 van deze beleidsregel dient betrokkene het door het bestuursorgaan beschikbaar gestelde Bibob-vragenformulier volledig in te vullen en, voorzien van de benodigde bijlagen, bij het bestuursorgaan in te dienen.
-
4. In het geval dat het ingevulde Bibob-vragenformulier onvoldoende informatie bevat voor het eigen onderzoek kan de betrokkene worden verzocht om nadere gegevens over onder andere:
- a.
De vertegenwoordigingsbevoegdheid van degene die het formulier heeft ingevuld;
- b.
de identiteit en vertegenwoordigingsbevoegdheid van personen die direct of indirect leiding geven;
- c.
de identiteit van personen die direct of indirect zeggenschap uitoefenen;
- d.
de identiteit van personen die direct of indirect vermogen verschaffen;
- e.
de wijze van financiering;
- f.
feiten en omstandigheden die van belang zijn om te beoordelen tot welke personen de betrokkene in een zakelijk samenwerkingsverband staat.
- a.
Artikel 4.3 Informatieplicht
-
1. het bestuursorgaan informeert de betrokkene schriftelijk over een adviesaanvraag aan het Bureau. Betrokkene wordt daarbij gewezen op de opschorting van de beslistermijn als bedoeld in artikel 15, tweede lid van de Wet Bibob.
-
2. In geval een advies van het Bureau leidt tot het voornemen om een gevraagde beschikking te weigeren, een eerder verleende beschikking in te trekken, om aan een aangevraagde of reeds verstrekte beschikking aanvullende voorschriften te verbinden, niet mee te werken aan een vastgoedtransactie, deze te ontbinden, of hier voorwaarden aan te verbinden, of een gegadigde van een overheidsopdracht uit te sluiten, de overeenkomst te ontbinden of hieraan voorwaarden te verbinden, wordt aan de betrokkene de mogelijkheid geboden om over een kopie van het adviesrapport te beschikken.
-
3. In aanvulling op het tweede lid wordt de betrokkene door de gemeente gewezen op zijn geheimhoudingsplicht als bedoeld in artikel 28 van de Wet Bibob. Betrokkene dient voor de ontvangst van een kopie van het adviesrapport een geheimhoudingsverklaring te ondertekenen.
-
4. In het geval een derde wordt genoemd in het advies, dan wordt deze derde de mogelijkheid geboden om over een kopie van het onderdeel van het adviesrapport te beschikken, voor zover dit betrekking heeft op deze derde.
-
5. In aanvulling op het vierde lid wordt de betreffende derde door de gemeente gewezen op zijn geheimhoudingsplicht als bedoeld in artikel 28 van de Wet Bibob. De derde dient voor de ontvangst van een kopie van het onderdeel van het adviesrapport dat op hem betrekking heeft een geheimhoudingsverklaring te ondertekenen.
Artikel 4.4 Bewaartermijn Bibob-onderzoek
Het bestuursorgaan sluit aan bij de wettelijke bewaartermijn van het onderzoek van het Bureau zoals bedoeld in artikel 19 van de Wet Bibob.
Hoofdstuk 5 gevolgen Bibob-onderzoek
Artikel 5.1 Gevolgen bij beschikkingen
-
1. Indien uit onderzoek blijkt dat sprake is van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet Bibob, verbindt het bestuursorgaan daaraan in beginsel de gevolgen die het geconstateerde gevaar tegengaan voor zover dit evenredig is met de mate van het gevaar en de ernst van de strafbare feiten.
-
2. Het bestuursorgaan weigert in beginsel een aangevraagde beschikking te geven bij ernstig gevaar.
-
3. Het bestuursorgaan trekt in beginsel een gegeven beschikking in bij ernstig gevaar.
-
4. Het bestuursorgaan verbindt in beginsel voorschriften aan een aangevraagde of een gegeven beschikking bij ten minste een mindere mate van gevaar. Deze voorschriften zijn gericht op het wegnemen of beperken van het geconstateerde gevaar.
-
5. Als een situatie als bedoeld in artikel 3, derde lid, van de Wet Bibob zich voordoet, kan het bestuursorgaan die bepaling ten grindslag aan de beslissing leggen. In een dergelijk geval weigert het bestuursorgaan in beginsel een aangevraagde beschikking te geven dan wel trekt het in beginsel een gegeven beschikking in.
Artikel 5.2 Gevolgen bij overheidsopdrachten
-
1. Indien uit onderzoek blijkt dat zich een van de situaties, als bedoeld in artikel 9, tweede lid van de Wet Bibob voordoet:
- -
beslist het bestuursorgaan in beginsel tot niet verder gaan met een gegadigde, het niet gunnen van een overheidsopdracht, het niet sluiten van een met een gunningsbeslissing beoogde overeenkomst of het niet accepteren van een onderaannemer;
- -
beslist het bestuursorgaan in beginsel de overeenkomst te ontbinden, een onderaannemer niet te accepteren dan wel de acceptatie te herzien, mits daarin bij overeenkomst is voorzien, zonder dat het bestuursorgaan gehouden is tot vergoeding van eventuele schade en zonder dat daarbij een termijn in acht genomen hoeft te worden,
voor zover dit evenredig is met de mate van gevaar en de ernst van de strafbare feiten.
- -
-
2. In de gevolgen van een onderzoek dat niet of niet volledig is afgerond op het moment van het gunnen van een overheidsopdracht, wordt bij overeenkomst voorzien.
-
3. Aan een overeenkomst kunnen nadere voorwaarden worden verbonden die het gevaar als bedoeld in de Wet Bibob wegnemen. Als niet wordt voldaan aan een dergelijke voorwaarde, beslist het bestuursorgaan in beginsel de overeenkomst te ontbinden, een onderaannemer niet te accepteren dan wel de acceptatie te herzien. Bij nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden kan het bestuursorgaan de voorwaarden intrekken of wijzigen.
Artikel 5.3 Gevolgen bij vastgoedtransacties
-
1. Indien uit onderzoek blijkt dat zich een van de situaties, als bedoeld in artikel 9, derde lid van de Wet Bibob voordoet:
- a.
breekt het bestuursorgaan de onderhandelingen of besprekingen af;
- b.
beslist het bestuursorgaan de overeenkomst op te schorten of te ontbinden mits daarbij bij overeenkomst is voorzien, zonder dat het bestuursorgaan gehouden is tot vergoeding van eventuele schade en zonder dat daarbij een termijn in acht genomen hoeft te worden,
voor zover dit evenredig is met de mate van het gevaar en de ernst van de strafbare feiten.
- a.
-
2. In de gevolgen van een onderzoek dat niet of niet volledig is afgerond op het moment van het aangaan van de vastgoedtransactie, wordt bij overeenkomst voorzien.
Artikel 5.4 Gevolgen bij nalaten informatieverschaffing
Indien door de betrokkene niet voldaan wordt aan de verplichtingen als bedoeld in artikel 4.3, eerste tot en met derde lid van deze beleidsregel:
- a.
kan het bestuursorgaan in beginsel beslissen een aanvraag om beschikking met toepassing van artikel 4:5 van de Awb buiten behandeling stellen;
- b.
weigert het bestuursorgaan een aangevraagde beschikking;
- c.
trekt het bestuursorgaan een gegeven beschikking in;
- d.
besluit het bestuursorgaan met een gegadigde niet verder te gaan, een overheidsopdracht niet te gunnen, een met een gunningsbeslissing beoogde overeenkomst niet te sluiten of een onderaannemer niet te accepteren.
- e.
zal het bestuursorgaan de overeenkomst behorende bij een overheidsopdracht te ontbinden, indien daarin bij overeenkomst is voorzien;
- f.
breekt het bestuursorgaan de onderhandelingen of besprekingen omtrent het aangaan van een vastgoedtransactie af, en;
- g.
gaat het bestuursorgaan er toe over de overeenkomst behorende bij een vastgoedtransactie op te schorten of te ontbinden, indien daarin bij overeenkomst is voorzien,
voor zover dit evenredig is met de mate van gevaar en de ernst van de strafbare feiten.
Hoofdstuk 6 Overige bepalingen
Artikel 6.1 Intrekking
De beleidslijn 2012 voor de toepassing van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door de gemeente Wassenaar wordt ingetrokken met ingang van het moment waarop deze beleidsregel in werking treedt.
Artikel 6.2 Inwerkingtreding
Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking hiervan in het digitale Gemeenteblad.
Artikel 6.3 Citeertitel
Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel toepassing Wet Bibob gemeente Wassenaar 2024.
Ondertekening
Aldus vastgesteld door de burgemeester op: 27 augustus 2024
Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van Wassenaar,
gehouden op: 27 augustus 2024
het college van burgemeester en wethouders,
drs. K.D. Handstede,
gemeentesecretaris
drs. L.A. de Lange,
burgemeester
Bijlage 1 Risicocategorieën
Vanuit het samenwerkingsverband RIEC zijn vanuit praktijkervaringen en inzichten in criminele fenomenen een lijst met branches en bedrijfsmatige activiteiten samengesteld waarin sprake is van een verhoogd risico op strafbare feiten (b-grond Wet Bibob), dan wel dat die activiteit wordt gebruikt om onrechtmatig verkregen voordelen te benutten (a-grond Wet Bibob).
Deze lijst van branches en bedrijfsmatige activiteiten is niet bedoeld om deze aan te wijzen voor een vergunningsplicht of dat deze branches en bedrijfsmatige activiteiten altijd worden getoetst op grond van de Wet Bibob. Deze lijst kan in de praktijk een handvat bieden om een voortoets op toe te passen.
- a.
Hotels
- b.
Kamerverhuurbedrijven (alsmede omgevingsvergunningen voor kamerverhuur- en/ of logiespanden waarbij sprake is van vijf of meer kamers)
- c.
Pensions
- d.
Horecabedrijven
- e.
Coffeeshops
- f.
Shisha lounges
- g.
Prostitutiebedrijven
- h.
Darkrooms
- i.
Seksbioscopen
- j.
Sekswinkels
- k.
Erotische massagesalons
- l.
Smartshops
- m.
Headshops
- n.
Speelautomatenhallen
- o.
Gamecenters
- p.
Afvalbewerkings- en -verwerkingsbedrijven
- q.
Afvalrecyclingbedrijven
- r.
Inrichtingen voor het reinigen van drukhouders, insluitsystemen, ketels, vaten, mobiele tanks, tankauto's, tank- of bulkcontainers
- s.
Autohandel (verkoop en verhuur)
- t.
Sloopbedrijven
- u.
Autodemontagebedrijven
- v.
Vuurwerkbranche
- w.
Wellnesscentra
- x.
Fitnessbedrijven
- y.
Sporthallen/complexen
- z.
Religieuze instellingen
- aa.
Scholen
- bb.
Oud IJzerhandel(aren)
- cc.
Energiemaatschappijen / producenten (w.o. vergisters, windmolens etc.)
- dd.
Zonneparken
- ee.
Zorgbureaus
- ff.
Kavelverkoop
- gg.
Verkoop (voormalige) overheidsgebouwen
- hh.
Transformatie kantoorpanden
Bovenstaande opsomming van risicocategorieën is niet-limitatief. Deze opsomming kan aangepast worden, indien ontwikkelingen hiertoe aanleiding geven.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl