Regeling vervalt per 31-12-2027

Subsidieregeling Regio Deal Zuid-Limburg 2024

Geldend van 10-09-2024 t/m 30-12-2027

Intitulé

Subsidieregeling Regio Deal Zuid-Limburg 2024

Partijen streven naar een innovatieve, circulaire en duurzame grens overstijgende kennisregio, met brede welvaart voor alle inwoners, sterke steden en kernen in een toekomstbestendig klimaat adaptief en aantrekkelijk landschap.

Met de Regio Deal Zuid-Limburg werken wij aan deze ambitie waarbij de inzet moet leiden tot:

  • -

    Versnelling naar een gezonde, veilige en sociale leefomgeving in kwetsbare wijken en kernen;

  • -

    Versnelling naar een circulaire economie en samenleving;

  • -

    Perspectief voor en versterking van ons unieke landschap;

  • -

    Grensoverstijgende kenniseconomie en internationale arbeidsmarkt.

Het college van burgemeester en wethouders van Gemeente Maastricht; overwegende dat het gemeentebestuur Maastricht met de Regio Deal Zuid-Limburg inzet op bovenstaande ambitie door het verstrekken van subsidies voor activiteiten die daaraan bijdragen; gelet op de Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht; besluit vast te stellen de Subsidieregeling Regio Deal Zuid-Limburg 2024.

Overwegingen:

  • -

    In november 2023 hebben Rijk en de 10 gemeenten in Zuid-Limburg, te weten Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Vaals, Meerssen, Beek, Stein, Beekdaelen, Valkenburg a/d Geul, Sittard-Geleen en Maastricht, het convenant Regio Deal Zuid-Limburg getekend;

  • -

    Het Rijk stelt in dit verband 20 miljoen euro inclusief eventueel verschuldigde BTW ter beschikking;

  • -

    De 10 gemeenten en andere (private) partners matchen deze 20 miljoen euro en stellen ook minstens 20 miljoen euro ter beschikking;

  • -

    Als gevolg investeren het Rijk, de gemeenten en private partijen de komende 4 jaar samen 40 miljoen euro in de leefbaarheid en welvaart in Zuid-Limburg;

  • -

    Ter uitvoering van de regio deal is de gemeente Maastricht aangewezen als ontvangende partij voor de middelen van het Rijk en zal als regiokassier functioneren. Daarmee is zij ook degene die formeel voor het organiseren van een doelmatige en doeltreffende besteding van deze middelen, in de vorm van het verstrekken van subsidies zorg draagt, waarbij de voorwaarde geldt dat er in voldoende mate sprake moet zijn van cofinanciering door andere overheden, daaronder de provincie en door andere partners;

  • -

    Bij beschikking d.d. 8 december 2023 heeft het Rijk de beschikking tot verlening van een eenmalige specifieke uitkering Regio Deal Zuid-Limburg op grond van de Regeling specifieke uitkering Regio Deals vierde tranche aan de gemeente Maastricht in haar rol van regiokassier, afgegeven;

  • -

    Tot medio eind 2024 zal de tijdelijk in het leven geroepen programma organisatie en governance structuur operationeel zijn. Voorstellen tot besluitvorming worden voorbereidt langs de lijn van het kernteam, directeurenoverleg en bestuurlijke regiegroep regiodeal Zuid-Limburg. De bestuurlijke regiegroep voert haar taken uit binnen de vastgestelde kaders van het convenant Regiodeal en de Subsidieregeling Regio Deal Zuid-Limburg 2024. In onderstaande definities is hiermee rekening gehouden.

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    Aanvrager: De partij die een aanvraag om een subsidie indient op grond van deze subsidieregeling;

  • -

    Algemene groepsvrijstellingsverordening: verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 187);

  • -

    Ambtelijk opdrachtgever: ambtelijk eindverantwoordelijk persoon voor de Regio Deal, en voorzitter van het directeuren overleg;

  • -

    Asv: Algemene subsidieverordening 2020 Maastricht;

  • -

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    Besteding: besteding is de geleverde prestatie. Bij een subsidie op grond van de onderhavige subsidieregeling wordt met prestatie bedoeld op de verrichte uitvoeringsactiviteiten. Dit zijn activiteiten in het kader van de ambitie, het doel, de aanpak of de beoogde resultaten zoals opgenomen in de Regio Deal (Integrale tabel programma Regio Deal Zuid-Limburg), waarvoor één of meer regiopartners financiële verplichtingen aangaan, middelen beschikbaar stellen of waarvoor een of meerdere regiopartners uitvoeringskosten maken.

  • -

    Cofinanciering: voor de uitvoeringsactiviteiten beschikbaar gestelde financiële bijdragen door een regiopartner of een ander bestuursorgaan of een andere publieke rechtspersoon, voor zover de regiopartner daarover kan beschikken, niet zijnde de bijdrage van het Rijk voor die uitvoeringsactiviteiten en de op basis van deze regeling aangevraagde subsidie;

  • -

    College: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht;

  • -

    Dealmakersfase: de fase tussen toekennen aanvraag en sluiten convenant waarin regio en rijk samen de propositie verder uitwerken tot het definitieve convenant;

  • -

    De-minimisverordening: verordening (EU) nr. 2023/2831 van de Commissie van 13 december 2023 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun;

  • -

    De-minimisverklaring: een verklaring zoals bedoeld in de de-minimisverordening;

  • -

    DB: bestuurlijke regiegroep (besluitvorming) van de Regio Deal Zuid-Limburg en de in te stellen stuurgroep Regiodeal waarin zitting hebben de 10 gemeenten als adviseur in de zin van artikel 3:7 van de Awb;

  • -

    Overige cofinanciering: voor de uitvoeringsactiviteiten beschikbaar gestelde financiële bijdragen door andere (privaatrechtelijke) (rechts-)personen dan een regiopartner, een ander bestuursorgaan of een andere publieke rechtspersoon, voor zover de regiopartner daarover kan beschikken en eveneens niet zijn de bijdrage van het Rijk voor die uitvoeringsactiviteiten en de op basis van deze regeling aangevraagde subsidie;

  • -

    Programma-manager/dealmaker: heeft tot taak te sturen op een voortvarende en samenhangende aanpak en uitvoering van de Regio Deal en adviseur van de Ambtelijk opdrachtgever (directeurenoverleg Regiodeal Zuid-Limburg) en het Dagelijks Bestuur (bestuurlijke regiegroep);

  • -

    Projectfiche: het format zoals beschikbaar gesteld bij het digitale aanvraagformulier;

  • -

    Regio Deal Zuid-Limburg: de afspraken van november 2023 tussen – kortweg- het Rijk, de Regio Zuid-Limburg en de daarin samenwerkende 10 gemeenten. Met een substantiële bijdrage als cofinanciering geeft de regio samen met het Rijk een stevige impuls aan de leefbaarheid, transitie naar duurzame innovatieve en circulaire grens overstijgende kenniseconomie en een toekomstbestendig landschap als groene long voor Zuid-Limburg. Dit gebeurt met hulp van 4 programmalijnen en een 14-tal projecten;

  • -

    Regiokassier: partij bedoeld in artikel 6 van de Regio Deal Zuid-Limburg, die in het kader van de uitvoeringsactiviteiten van de Regio Deal, de in de Regio Deal opgenomen financiële bijdrage van het Rijk door middel van subsidie ontvangt en als subsidient, onder verantwoordelijkheid van de Regio Zuid-Limburg, in samenspraak met de programmamanager en de ambtelijk opdrachtgever, zorg draagt voor doorlegging van deelbedragen aan aanvragers, hier de gemeente Maastricht;

  • -

    Uitvoeringskosten: kosten voor voorbereiding, administratie en toezicht (VAT-kosten), in de praktijk bijkomende kosten voor de uitvoering van programma’s en projecten in de Regio Deal.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten/project.

Artikel 3. Activiteiten

  • 1. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan een innovatieve, circulaire en duurzame grens overstijgende kennisregio, met brede welvaart voor alle inwoners, sterke steden en kernen in een toekomstbestendig klimaat adaptief en aantrekkelijk landschap.

  • 2. Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      Het project moet bijdragen aan de in artikel 7 genoemde maatregelen zoals opgenomen in de Regio Deal Zuid-Limburg tussen het Rijk en de regio.

    • b.

      De begroting van het project moet, naast de in artikel 7 van de Regio Deal vermelde subsidiebedragen, bestaan uit een cofinanciering (zowel publieke als overige) zoals aangeduid op het projectfiche behorend bij de aanvraag. Per project wordt de hoogte van de cofinanciering gespecificeerd in de beschikking tot subsidieverlening.

    • c.

      Partijen streven per programmalijn de doelen na zoals opgenomen in artikel 3 van de Regio Deal.

    • d.

      Er dient sprake te zijn van cofinanciering (50% rijksbijdrage en 50% regionale bijdrage) zoals opgenomen in artikel 13 van deze regeling.

    • e.

      Het project dient te starten binnen 3 maanden gerekend vanaf de dag na de subsidieverleningsbeschikking.

Artikel 4. Doelgroep

Subsidie op grond van deze regeling kan uitsluitend worden aangevraagd door partijen die uitvoering geven aan de programmalijnen zoals opgenomen in artikel 7 van deze regeling.

Artikel 5. Subsidieplafond

  • 1. Voor subsidiabele activiteiten zoals bedoeld in artikel 3 bedraagt het subsidieplafond in totaal € 20.000.000,-.

  • 2. Indien projecten niet uiterlijk 3 maanden na de beschikking starten en dientengevolge voorschotten niet kunnen worden uitbetaald of eenmaal betaalde (voorschotten op de verleende) subsidie wordt teruggevorderd, kan het DB/ de bestuurlijke regiegroep op basis van een advies van de gemeente Maastricht in haar rol als Regiokassier, de Programma-manager en na sondering van het Algemeen Bestuur (gevormd door de 10 gemeenten in het convenant Regiodeal Zuid-Limburg), besluiten over de wijze waarop resterende middelen worden besteed, waarna het college dienovereenkomstig beschikt met inachtneming van het bepaalde in de beschikking van het Rijk d.d. 8 december 2023 op basis van de Regio Deal Zuid-Limburg d.d. 1 november 2023.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. Voor subsidie komen de daadwerkelijk gemaakte en betaalde kosten in aanmerking die aantoonbaar zijn voor de activiteit waarvoor de subsidie is verleend.

  • 2. Kosten zijn alleen subsidiabel voor zover zij betrekking hebben op bestedingen in de periode 02 november 2023 tot en met 31 december 2027.

  • 3. De volgende kosten zijn subsidiabel:

    • a.

      Loonkosten: De volgende opties worden gehanteerd:

      • Vast uurtarief van € 80,- all-in voor de loonkosten;

      • Loonkosten met een maximum van € 100,- plus vaste-opslag-systematiek van 50%.

      • Voor personen van wie directe loonkosten niet duidelijk bepaald kunnen worden, geldt een minimum uurtarief van € 40;

      • Integrale Kostensystematiek (IKS) indien reeds van toepassing

      • De systematiek (al dan niet op basis van vereenvoudigde kostenopties) van toepassing in regionale, nationale en Europese programma’s indien een project hieruit cofinanciering ontvangt.

    • b.

      Aankoop en/of gebruik (via huur of leasing) van grond en gebouwen indien deze in de administratie te onderscheiden zijn;

    • c.

      Aankoop en/of gebruik van apparatuur indien deze in de administratie te onderscheiden zijn;

    • d.

      Aankoop en/of verbruikte materialen en hulpmiddelen indien deze in de administratie te onderscheiden zijn;

    • e.

      De aan derden betaalde kosten, aantoonbaar op factuur.

  • 3. De inzet van ambtenaren in loondienst van een overheidspartij komen in beginsel niet in aanmerking voor een subsidie. Dit is anders als sprake is van kosten voor de inzet van ambtenaren die vrijgemaakt worden voor de uitvoering van enig project van de Regio Deal, en dit niet als regulier werk doen. Dit moet dan zichtbaar gemaakt worden door een urenstaat.

  • 4. Verrekenbare BTW op grond van de Wet op de Omzetbelasting en/of op het BTW-compensatiefonds betreft geen subsidiabele kosten.

Artikel 7. Wijze van verdeling

  • 1. Verdeling van subsidie vindt plaats conform de afspraken die zijn gemaakt bij het sluiten van het convenant Regio Deal Zuid-Limburg.

  • 2. Het beschikbare budget wordt verdeeld onder de volgende projecten (per programmalijn):

Programmalijn 1 Versnelling naar een Gezonde, Veilige en Sociale Leefomgeving:

  • a.

    Sportpark Glanerbrook & Burg. Damenpark, Sittard-Geleen

  • b.

    Aan de Noot, Vaals

  • c.

    Veerkrachtige Wijkenaanpak Pottenberg/ Nazareth, Maastricht

  • d.

    Makerspace Innovatie & vitaliteits incubator, Maastricht Health Campus

Programmalijn 2 Versnelling naar een circulaire economie & samenleving:

  • a.

    Chemelot Circulair: Omgevingsmanagement Haven Stein/ multi modale corridor, R&D autonome zero emissie vrachtvervoer, grondstoffenprogramma Chemelot, Ontwikkeling Circular Mile

  • b.

    Circulaire werkplaatsen Geleen en Textiel/ Maastricht

Programmalijn 3 Perspectief voor en versterking van ons unieke landschap:

  • a.

    Gebiedsontwikkeling Corio Glana

  • b.

    Gebiedsontwikkeling Poort van Heuvelland

  • c.

    Grenzeloos Bocagelandschap

  • d.

    Van Geuldal tot Geleenbeek tot Roodenbach

  • e.

    Eerste opschaling in het gebied o.a. richting Meerssen en Beek

Programmalijn 4 grensoverstijgende kenniseconomie en internationale arbeidsmarkt:

  • a.

    Aansluiting rijksprogramma TalentCoalition

  • b.

    Portal Welcome to Maastricht Region

  • c.

    Sectortafels; gericht recruitment

  • d.

    Samenwerking onderwijsinstellingen en regionale bedrijfsleven; boeien en binden talent

  • 3. De aanvraag wordt getoetst aan de criteria en voorwaarden zoals bepaald in artikel 3.

  • 4. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen.

  • 5. De aanvraag wordt niet in behandeling genomen indien op het moment van ontvangst van de aanvraag het subsidieplafond voor het jaar waarvoor de aanvraag wordt ingediend reeds is bereikt.

Artikel 8. Hoogte van de subsidie

  • 1. Per programmalijn zijn de bedragen zoals in onderstaande tabel beschikbaar:

Uitvoeringsactiviteiten

Bedrag (in euro’s)

Programmalijn 1

Versnelling naar een gezonde, veilige en sociale leefomgeving in kwetsbare wijken en kernen

8.500.000,00

Programmalijn 2

Versnelling naar een circulaire economie & samenleving

5.100.000,00

Programmalijn 3

Perspectief voor en versterking van ons unieke landschap

4.800.000,00

Programmalijn 4

Werken aan een grens overstijgende kenniseconomie en internationale arbeidsmarkt

1.000.000,00

Uitvoeringskosten (VAT)

600.000,00

  • 2. Een subsidie (incl. btw) bedraagt maximaal per project het bedrag zoals opgenomen in de volgende tabel:

Programmalijn/project

Max. bedrag (in miljoen euro)

Programmalijn I

 

Veerkrachtige wijkenaanpak:

  • a)

    Pottenberg/Nazareth (Maastricht)

  • b)

    Glanerbrook (Sittard-Geleen)

  • c)

    Aan de Noot (Vaals)

2,5

2,5

1

Project makerspace/

Vitaliteitsincubator (Maastricht Health Campus)

2,5

 

Programmalijn II

 

Chemelot Circulair grondstoffenprogramma

0,7

Chemelot Circulair

Circular Mile (Geleen)

0,7

Chemelot Circulair

Haven Stein: handelingskader omgevingskwaliteit en leefbaarheid

0,4

Chemelot Circulair

R&D zero emissie autonoom vrachtvervoer Multi Modale Corridor Stein-Chemelot

1,5

Chemelot Circulair

Platform Rijk-Regio

0,25

Werkplaatsen Circulair

  • -

    Werkplaats circulair Geleen (1mio)

  • -

    Werkplaats circulair Textiel (0,550 mio)

1,55

 

Programmalijn III

 

Gebieds-ontwikkelingen:

  • a)

    Corio Glana

  • b)

    Poort van Heuvelland (stad-landzone Maastricht/ E-M

Gebiedsprocessen:

  • c.

    Grenzeloos Bocagelandschap (Vaals, G-W, E-M)

  • d.

    Van Geuldal tot Geleenbeek tot Roodebach

  • e.

    Eerste opschaling in gebied vanuit regiodeal:

o.a. richting Meerssen en Beek

0,44

0,35

2,0

1,5

0,51

 

Programmalijn IV

 

Programmatische aanpak internationale en grensoverschrijdende aanpak

0,665

Internationale arbeidsmarktaanpak verbinden aan bestaande ecosystemen van kennisinstellingen en Brightlands campussen (talent binden en boeien)

0,335

 

Uitvoeringskosten

0,6

 

Totaal

20

Artikel 9. Aanvraag

  • 1. De aanvraag wordt ingediend via het daarvoor beschikbare digitale aanvraagformulier (via de website van de gemeente Maastricht).

  • 2. Bij de aanvraag legt de aanvrager in ieder geval de volgende gegevens over:

  • 3. Als de aanvrager een onderneming is legt deze tevens over:

    • -

      een opgave van subsidies, vergoedingen of tegemoetkomingen in welke vorm ook met staatsmiddelen bekostigd, die al zijn of zullen worden ontvangen voor de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

    • -

      een verklaring als bedoeld in de verordening met betrekking tot de-minimissteun (de-minimisverklaring);

  • 4. Een rechtspersoon die voor de eerste keer subsidie aanvraagt, legt tevens over: een exemplaar van de oprichtingsakte of de statuten, alsmede van het jaarverslag, de jaarrekening of de balans van het voorgaande jaar.

  • 5. De aanvrager dient zich te conformeren aan het gestelde in de Regio Deal en de in dat kader overeengekomen uitgangspunten.

  • 6. De aanvrager dient, indien hierom gevraagd wordt, alle gewenste informatie te verschaffen aan de Regiegroep Regiodeal Zuid-Limburg en dient mee te werken aan eventuele controles daarvan.

Artikel 10. Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie dient uiterlijk op 1 januari 2025 te zijn ingediend.

Artikel 11. Beoordeling aanvraag

  • 1. Het college beslist op de aanvragen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag dan wel nadat deze regeling is bekendgemaakt.

  • 2. Als datum van ontvangst geldt de datum waarop alle gegevens als bedoeld in artikel 9 zijn ontvangen door het college en de aanvraag volledig is.

  • 3. Het college beslist op de aanvragen met inachtneming van de adviezen van het DB/ Bestuurlijke regiegroep Regio Deal Zuid-Limburg en de in artikel 9 bedoelde gegevens, zoals die zijn aangeleverd door de aanvrager.

Artikel 12. Documentatie in verband met mogelijke staatsteun

Het college legt de rechtvaardiging van staatssteun en de gronden waarop de rechtvaardiging berust neer in een document dat zij in haar administratie bewaart.

Dit document dient beschikbaar en raadpleegbaar te zijn indien een subsidieverstrekking staatssteun kan opleveren en deze kan worden gerechtvaardigd door:

  • a.

    de de-minimisverordening; of

  • b.

    de artikelen 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 20bis, 21, 22, 24, 25, 25bis, 25quater, 26, 26bis, 27, 28, 29, 31, 32, 33, 34, 35, 36, 36bis, 36ter, 38, 38bis, 38ter, 41, 42, 43, 45, 46, 47, 48, 49, 52, 52bis, 52ter, 52quinquies, 53, 55, 56, 56quater, 56quinquies, 56sexies en 56septies van de Algemene groepsvrijstellingsverordening.

Artikel 13. Voorwaarden Cofinanciering

  • 1. De cofinanciering moet direct verband houden met het betreffende pijler waarbinnen of project waaraan de subsidie wordt verleend.

  • 2. De verhouding Rijksbijdrage- publieke cofinanciering moet door middel van daadwerkelijk ontvangst van de middelen/bijdragen en/of onvoorwaardelijke toezeggingen voor publieke cofinanciering onderbouwd zijn.

  • 3. De cofinanciering kan bestaan uit een ‘in cash’ dan wel ‘in kind’ bijdrage, waarbij wordt uitgegaan van (door de aanvrager onderbouwd bij de vaststelling dan wel in de rapportage(s)) reële economische waarde van producten/diensten/goederen.

  • 4. Indien de subsidie valt onder de algemene groepsvrijstellingsverordening worden in aanmerking komende kosten berekend en gestaafd met bewijsstukken overeenkomstig artikel 7, eerste lid, van de algemene groepsvrijstellingsverordening.

  • 5. Projecten worden afgesloten met een controleverklaring van een accountant voor ‘cash bijdragen’ en voor ‘in kind bijdragen’. Het moet voor de accountant vaststaan dat de cofinancieringsbijdrage is geleverd.

  • 6. Bij de vaststelling dient de cofinanciering onderbouwd te worden aangeleverd.

Artikel 14. Bevoorschotting

  • 1. Bij de subsidieverlening en de bevoorschotting wordt rekening gehouden met de door het Rijk gehanteerde uitkering van gelden.

  • 2. De wijze van bevoorschotting en bijbehorende bedragen worden opgenomen in de verleningsbeschikking.

  • 3. Bij de wijze van bevoorschotting wordt rekening gehouden met de specifieke omstandigheden in het concrete geval.

Artikel 15. Aanvullende weigeringsgronden

Overeenkomstig artikel 9, derde lid, aanhef en onder f, van de ASV, kan subsidieverlening worden geweigerd als:

  • a.

    Het project is niet uiterlijk drie maanden na de beschikking van start gegaan;

  • b.

    Subsidieverlening zou leiden tot strijd met artikel 107 van het Verdrag van de Werking van de Europese Unie (verbod op staatssteun) en deze steun niet vrijgesteld is op grond van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening van de Europese Commissie of een andere verordening, richtlijn of besluit van de Europese Commissie;

  • c.

    De aanvrager in financiële moeilijkheden verkeert volgens artikel 2 van verordening (EU) 651/2014;

  • d.

    Tegen de aanvrager een bevel is uitgevaardigd tot terugvordering van overheidssteun omdat deze uit eerder besluit van de Europese Commissie onrechtmatig en onverenigbaar met de interne markt is verklaard;

  • e.

    Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de bijdrage is aangevraagd;

  • f.

    Een gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de continuïteit van de activiteiten van de aanvrager niet voldoende is gewaarborgd.

Artikel 16. Verplichtingen

De subsidieontvanger moet voldoen aan de volgende verplichtingen:

  • a.

    Voor 15 mei 2025 en daarna jaarlijks voor 15 mei wordt een voortgangsrapportage verstrekt met informatie over de verrichte werkzaamheden en de bijbehorende resultaten en daarvoor ingezette middelen. De indicatoren van deze resultaten zijn genoemd in artikel 3 van de Regio Deal en worden per project gespecificeerd in de beschikking tot subsidieverlening.

  • b.

    De subsidieontvanger informeert het college zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet volledig zullen worden verricht.

  • c.

    Het college kan in de verleningsbeschikking specifieke verplichtingen opleggen.

Artikel 17. Verantwoording

  • 1. De aanvrager dient een verzoek tot vaststelling van de subsidie in bij het college binnen 6 maanden na afronding van de activiteiten van het project waarvoor subsidie is verleend.

  • 2. De aanvraag tot vaststelling bevat:

    • a.

      een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan;

    • b.

      een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening);

    • c.

      een balans van het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting daarop; en

    • d.

      een controleverklaring, opgesteld door een onafhankelijk registeraccountant;

    • e.

      onderbouwing van de cofinanciering.

Artikel 18. Subsidievaststelling

  • 1. Het college stelt een subsidie vast binnen 13 weken na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling, tenzij bij subsidieregeling anders is bepaald.

  • 2. Het college informeert het DB/Bestuurlijke Regiegroep Regio Deal Zuid-Limburg over de beschikking tot subsidievaststelling.

Artikel 19. Hardheidsclausule

  • 1. In gevallen, de uitvoering van deze subsidieregeling betreffend, waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college in afstemming met het DB/ Bestuurlijke Regiegroep Regio Deal Zuid-Limburg.

  • 2. Het college kan afwijken van de bepalingen in deze subsidieregeling, indien toepassing van deze subsidieregeling gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 20. Slotbepalingen

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na de wettelijke bekendmaking.

  • 2. Deze subsidieregeling vervalt zodra de regiodeal is afgerond.

  • 3. De looptijd van deze regeling kan, met inachtneming van het bepaalde in de Regio Deal worden aangepast, indien partijen bij de Regio Deal zulks besluiten en dienovereenkomstig door het Rijk wordt beschikt.

  • 4. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Regio Deal Zuid-Limburg 2024.

Ondertekening

Aldus besloten door het College van Burgemeester en Wethouders van Maastricht d.d. 20 augustus 2024.

De Secretaris,

G.J.C. Kusters

De Burgemeester,

W.A.G. Hillenaar