Beleidsregels samenscholingsverbod Landgraaf 2024

De burgemeester van L a n d g r a a f ;

Gelet op artikel 172 van de Gemeentewet, artikel 2:1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Landgraaf 2023 en artikel 4:81 van de Algemene Wet bestuursrecht,

b e s l u i t :

Vast te stellen de navolgende ‘Beleidsregels samenscholingsverbod Landgraaf 2024’:

Gelet op:

het bepaalde in artikel 172 van de Gemeentewet waarin aan de burgemeester de bevoegdheid is gegeven bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, de bevelen te geven die noodzakelijk te achten zijn voor de handhaving van de openbare orde;

het bepaalde in artikel 2:1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Landgraaf 2023 (hierna: APV 2023) op grond waarvan het verboden is op een openbare plaats deel te nemen aan een samenscholing, onnodig op te dringen of door uitdagend gedrag aanleiding te geven tot ongeregeldheden.

Overwegende:

dat de politie, de gemeente en de straatcoaches een explosieve toename en vooral een verharding van jeugdoverlast constateren in de volgende vier gebieden: het gebied ‘Op de Kamp’, het gebied ‘Achter de Haesen’, het gebied ‘Lichtenberg’ (en dan specifiek op en rondom het Koninginneplein) en het gebied ‘stationsgebied’;

dat er in de periode tussen 1 april 2024 en 4 september 2024 in de vier genoemde gebieden 58 registraties (21 registraties in de omgeving van het Haesenplein, 10 registraties in de omgeving van het treinstation, 27 registraties in de omgeving van het Koninginneplein) zijn aangemaakt waarbij de openbare orde (ernstig) is verstoord door bijv. bedreigingen van andere jeugdigen onderling of omwonenden, openlijk geweld, ruzies, het lossen van een schot, vechtpartijen, mishandelingen, straatroof, het gebruik van messen, diefstallen, intimidaties etc.

dat geografisch gezien het gebied “Achter de Haesen” (Prickenleenstraat, Prinssenstraat, Haesenplein, Sleinadastraat, Haessenstraat) aansluit bij het stationsgebied Landgraaf. De doorsteek van de ene locatie naar de andere is zo gemaakt, zeker door verplaatsing op een fatbike;

dat het winkelcentrum Op de Kamp kan worden gezien als een locatie van samenkomst. Een locatie waar veel winkelend publiek is, en jeugd rondhangt. Toch zijn van deze locatie weinig registraties terug te vinden in de politiesystemen aangaande de verstoring van de openbare orde. Dit kan mogelijk worden verklaard uit het feit dat de escalatielocatie wordt ingevoerd in de politiesystemen in plaats van de startlocatie van het incident. Geografisch gezien grenzen het Koninginneplein en het gebied rondom het winkelcentrum aan elkaar. In de politiesystemen zit hier zelfs een overlap in;

dat de jeugdigen ook binnen hun eigen groep onder druk worden gezet om feiten te plegen (interne druk);

dat de regio Parkstad last heeft van verschillende groepen jeugd die bezig zijn om hun territorium af te bakenen. Dit kan over en weer leiden tot hevige confrontaties tussen deze jeugdgroepen en dus ook over de gemeentegrenzen heen;

dat, gezien het bovenstaande, ernstige vrees voor verdere verstoring van de openbare orde bestaat;

dat in de voornoemde gebieden gelet op de geconstateerde jeugdoverlast reeds eerder verschillende minder ingrijpende maatregelen (o.a. extra inzet van politie, boa’s, straatcoaches, jeugd- en jongerenwerkers, undercoveracties, het voeren van stopgesprekken met de overlastveroorzakende jeugdigen, het opleggen van verwijderingsbevel en/of gebiedsontzegging) zijn ingezet teneinde de overlast te beperken dan wel te beëindigen;

dat in het belang van de handhaving van de openbare orde het samenscholingsverbod aanvullend wordt ingezet als een verzwarende maatregel op de reeds uitgevoerde- en uit te voeren maatregelen om de overlast door jeugdigen tegen te gaan en daarom ook wordt gezien als subsidiair en proportioneel;

dat de maat vol is voor inwoners, ondernemers, omwonenden, winkelend publiek, scholieren en reizigers in voornoemde gebieden;

dat het noodzakelijk is om ook richting de inwoners, ondernemers, omwonenden, winkelend publiek, scholieren en reizigers een duidelijk signaal af te geven dat de gemeente de overlast met alle mogelijke middelen (waaronder het instellen van een samenscholingsverbod) zal bestrijden teneinde de veiligheid en leefbaarheid te verhogen en de maatschappelijke rust te doen wederkeren in deze gebieden;

dat naast het bestrijden van de actuele overlast (het persoonsgericht aanpakken van overlast veroorzakende jeugdigen) ook in preventieve zin moet worden voorkomen dat er een (criminele) voedingsbodem ontstaat voor nieuwe leden (meelopers) om toe te treden tot bestaande overlast veroorzakende groepen;

dat het hanteren van het samenscholingsverbod in de periode tussen september 2022 en maart 2024 heeft aangetoond dat het een effectief en daadkrachtig instrument is waarmee de overlast kan worden aangepakt en waarmee de rust in een bepaald gebied kan worden hersteld. Sterker nog: er zijn zelfs omwonenden die per brief hebben verzocht om het samenscholingsverbod opnieuw in te stellen;

dat met een minder ingrijpende maatregel het doel niet te bereiken is en deze maatregel in verhouding staat tot het te bereiken doel;

dat de leden van de lokale driehoek op 4 september 2024 hebben afgestemd dan wel geadviseerd om een samenscholingsverbod in te stellen binnen de 4 vermelde gebieden;

besluit het samenscholingsverbod uit artikel 2:1 APV 2023 als volgt toe te passen: