Programma Circulaire Economie 2014 - 2028

Geldend van 06-09-2024 t/m heden

Intitulé

Programma Circulaire Economie 2014 - 2028

Samen richting een circulaire gemeente

Gemeente Uithoorn juni 2024

VOORWOORD

Voor u ligt het programma ‘Circulaire economie 2024-2028’ van de gemeente Uithoorn. Hierin staat beschreven hoe de gemeente toewerkt naar een circulaire economie. Dit programma levert een bijdrage aan het doel van de gemeente Uithoorn om een duurzame, gezonde en veilige omgeving te creëren waarin het prettig wonen, werken, verplaatsen en verblijven is.

De grondstoffen worden namelijk steeds schaarser en daardoor meer kostbaar, wat effect heeft op mens, dier en milieu. De opgave is hier om het gebruik van grondstoffen te verminderen en hergebruik van materialen te stimuleren. Dit kan worden beïnvloed door zowel inwoners, als ondernemers, als door onze eigen gemeentelijke organisatie.

Ook landelijk en regionaal wordt steeds meer aandacht gegeven aan het onderwerp circulaire economie. Dit is ook hard nodig, want als gemeente alleen is de opgave ontzettend groot. Samenwerkingsverbanden kunnen ervoor zorgen dat deze transitie wordt versneld.

Dit is het eerste programma op het gebied van circulaire economie in de gemeente Uithoorn. Daarom zijn in dit programma voor het eerst ambities gesteld, die deels aansluiten op al bestaande landelijke of regionale ambities en deels zijn afgestemd op haalbaarheid binnen onze gemeente. Om deze ambities te halen, zijn er in dit programma maatregelen opgenomen tot en met 2028. Om de haalbaarheid van deze ambities en maatregelen te toetsen, hebben verschillende werksessies plaatsgevonden met inwoners, ondernemers en collega’s binnen de gemeente en DUO+.

Het zwaartepunt van de maatregelen in dit programma ligt voornamelijk bij stimuleren van gedragsverandering, door bijvoorbeeld meer bewustzijn te creëren over de impact van afval. Het interessante is dat er ook weer meer aandacht komt voor manieren van doen die vroeger hartstikke normaal waren: toen ging je bijvoorbeeld met je eigen pan Chinees afhaaleten halen in plaats van in wegwerpbakjes. De kleine dingen kunnen bij elkaar opgeteld een wezenlijk verschil maken.

Belangrijk is dat we dit samen doen, want dat biedt veel meer mogelijkheden dan alleen en is ook veel leuker!

Ferry Hoekstra

Wethouder gemeente Uithoorn

1. INLEIDING

De gemeente Uithoorn heeft in het college-uitvoeringsprogramma 2022-2026 opgenomen om drie thematische programma’s op te stellen voor de onderwerpen energietransitie, klimaatadaptatie en circulaire economie. In 2023 zijn de eerste twee programma’s opgesteld. In dit document geven we invulling aan het derde thema, circulaire economie. Dit programma heeft een looptijd van 2024 tot en met 2028.

De transitie van een lineaire naar een circulaire economie bevordert het efficiënt gebruik van grondstoffen, minimaliseert de hoeveelheid afval en vermindert druk op het milieu. De Rijksoverheid heeft dan ook als doel gesteld om in 2050 volledig circulair te zijn.1 Als gemeente Uithoorn sluiten we ons hierbij aan, niet als harde doelstelling maar wel als onze ambitie, en willen we de komende jaren stappen zetten richting een circulaire gemeente. Wel constateren we dat Uithoorn voor het bereiken van deze ambitie afhankelijk is van landelijk beleid. Als gemeente streven we daarom naar een circulaire gemeente in 2050. In dit programma zetten we uiteen wat we gaan doen om deze transitie vooruit te brengen in onze gemeente. We bespreken onze visie en ambities, en vervolgens de gerichte maatregelen die we gaan nemen richting een circulaire gemeente in 2050.

Afbakening

Dit programma circulaire economie richt zich alleen op de grondstoffen als onderdeel van de circulaire economie. De onderwerpen energie en water worden soms gezien als onderdeel van deze transitie omdat je ook hier circulair mee kan omgaan. In Uithoorn zijn er aparte programma’s opgesteld waar deze opgaven aan bod komen, namelijk het Programma Energietransitie voor energie in de gebouwde omgeving en het Programma Klimaatadaptatie voor water.

1.1. Transitie naar een circulaire samenleving

Wat zijn een lineaire en een circulaire economie?

Onze huidige economie is grotendeels lineair. Een lineaire economie houdt kort gezegd in dat grondstoffen worden gewonnen om producten te maken. De producten worden vervolgens gebruikt en aan het ‘einde’ van de levenscyclus wordt het product als afval weggegooid, waarbij hoogstens een klein deel van de grondstoffen wordt teruggewonnen en hergebruikt. Dit systeem leidt ertoe dat grondstoffen worden uitgeput waardoor bepaalde producten op den duur schaars worden of helemaal niet meer verkrijgbaar zijn.

In een circulaire economie hebben onze spullen en grondstoffen niet langer een einde. We gaan zorgvuldig en efficiënt om met wat we hebben door keuzes af te wegen, producten aan te passen zodat ze langer meegaan, spullen te hergebruiken en repareren en door te recyclen waar dit niet anders kan. Dit zijn enkele strategieën uit de R-ladder, zoals weergeven in figuur 1.

afbeelding binnen de regeling

Figuur 1. De R-ladder, verschillende strategieën voor een circulaire economie.

Wat is het belang van deze transitie?

Een transitie naar een circulaire economie kan bijdragen aan verschillende maatschappelijke opgaven, zoals het tegengaan van klimaatverandering, biodiversiteitsverlies, en milieuvervuiling. Maar ook aan sociaaleconomische aspecten, zoals het bijdragen aan leveringszekerheid en het creëren van werkgelegenheid.2

In Nederland zijn we voor de levering van bepaalde producten en grondstoffen sterk afhankelijk van andere landen. De leveringszekerheid van bepaalde grondstoffen neemt steeds meer af, waardoor hergebruik van grondstoffen steeds belangrijker wordt. Door spullen vaker te repareren of te refurbishen (gebruikte apparaten controleren, eventueel repareren en klaarmaken voor hergebruik) wordt niet alleen de levensduur van producten verlengd, maar wordt er ook werkgelegenheid gecreëerd.

In het huidige systeem krijgen andere landen ook te maken met de negatieve gevolgen van ons consumptiepatroon, bijvoorbeeld door het winnen van bepaalde grondstoffen onder slechte arbeidsomstandigheden en met een plaatselijke negatieve milieu impact. Door minder grondstoffen te gebruiken en efficiënter om te gaan met grondstoffen kunnen we de negatieve impact verminderen.

Het programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

In de Gemeentelijke Omgevingsvisie Uithoorn 2040 (GOVI) is de lange termijn ambitie gesteld om toe te werken naar een circulaire economie in 2050.3 Het programma circulaire economie draagt bij aan de pijlers “Groen-blauw en duurzaam omarmen” en “Toekomstbestendig wonen en verplaatsen”. Maar ook wordt er indirect een bijdrage geleverd aan de pijler ‘Gezond en veilig leven’. Doordat duurzamer gebruik van grondstoffen leidt tot bevordering van biodiversiteit en natuur. Ook de pijler ‘Veerkrachtig ondernemen’ komt terug in het programma doordat er wordt gekeken naar hoe ondernemers en bedrijven op den duur circulariteit kunnen integreren in hun bedrijfsmodel om zo toekomstbestendig te worden. Aan de pijler ‘Sociaal en cultureel verbinden’ wordt in mindere mate bijgedragen, maar is nog wel terug te zien bij bijvoorbeeld het Repair Café. Dit heeft naast een duurzame functie ook een sociale functie: het samenbrengen van inwoners.

In dit programma werken we concreet uit wat we de in de periode 2024 tot en met 2028 gaan doen om invulling te geven aan deze ambitie. Het programma geeft tevens invulling aan de opgave uit het college uitvoeringsprogramma 2022-2026 om een programma circulaire economie op te stellen.

1.2. Totstandkoming

Voor de totstandkoming van het programma ‘Circulaire economie 2024-2028’ zijn verschillende fasen doorlopen, namelijk de voorbereiding, verkenning, verdieping, en uitwerking. Er is gestart met voorbereidende werkzaamheden zoals het verzamelen van relevante documenten en het plannen van de eerste gesprekken met betrokkenen. Vervolgens zijn in de verkennende fase het huidige beleid en afspraken op basis van de documenten bestudeerd, gevolgd door een werksessie om tot ambities te komen. Ook is met de wethouder over de aandachtspunten en wensen gesproken. Op basis van deze stappen is een voorlopige structuur van het programma opgesteld met een groslijst van mogelijke maatregelen. In de verdiepende fase zijn de ambities en mogelijke maatregelen uit de voorlopige structuur van het programma besproken en verdiept in verschillende werksessies en gesprekken met intern en extern betrokkenen, zoals experts, ondernemers en inwoners uit de groep duurzame meedenkers. Dit is een groep inwoners die vrijwillig meedenken over duurzame vraagstukken die hen vanuit de gemeente worden voorgelegd. Op basis van de voorgaande stappen is het programma uitgewerkt voor bestuurlijke vaststelling.

1.3. Beleidscontext

De gemeente Uithoorn staat er niet alleen voor. De gemeente heeft te maken met andere overheidslagen en samenwerkingsverbanden met beleid op het gebied van circulariteit. De belangrijkste beleidscontext is in deze paragraaf opgenomen. In bijlage IV vatten we de volledige beleidscontext samen.

Circulaire economie op Europees niveau

Europees beleid legt de richtlijnen vast voor het afvalbeleid in de landen van de Europese Unie, met als doel het bevorderen van een circulaire economie (bijvoorbeeld de Kaderrichtlijn afvalstoffen). Deze Europese beleidsrichtlijnen worden geïntegreerd in het nationale afvalbeleid en vervolgens door lokale overheden overgenomen in hun eigen afvalbeheersplannen. Daarnaast is er andere relevante wet- en regelgeving voor bedrijven, zoals de Single Use Plastics (SUP) Directive4 en de Corporate Sustainability Reporting Directive5 die de komende jaren ook tot aanvullende verplichtingen voor bedrijven zullen leiden. Ook is er de Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid (UPV). Dit is een set regels die producenten ook verantwoordelijk maakt voor het afval dat ontstaat uit hun producten. Deze regelgeving is bijvoorbeeld van toepassing op Single Use Plastics en sinds juli 2023 ook voor textiel.

Circulaire economie op nationaal niveau

Nederland heeft het ‘Nationaal Programma Circulaire Economie 2023 – 2030’ (NPCE) vastgesteld.6 Hierin is de ambitie opgenomen om in 2050 volledig circulair te zijn. Dit is concreet gemaakt met doelstellingen voor vermindering van grondstofgebruik, levensduurverlening en afvalscheiding en recycling. Onderdeel van het nationaal programma is het programma ‘Van Afval Naar Grondstof’ (VANG) waarmee gemeenten worden geholpen deze doelen te behalen.

Verder krijgen de Europese beleidsrichtlijnen vorm in de Nederlandse wetgeving in de Wet milieubeheer (Wm) en het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP). De Wet milieubeheer verplicht gemeenten om voor huishoudens afvalinzameling en -verwijdering te regelen. Het LAP bepaalt het afvalbeheer voor Nederland. LAP3, de derde editie van het LAP, loopt van 2017 tot 2029.

Circulaire economie op regionaal niveau

In het samenwerkingsverband ‘Metropool Regio Amsterdam’ (MRA) wordt ook samengewerkt aan opgaven op het gebied van circulaire economie. Er wordt ingezet op drie programmalijnen: circulaire inkoop, grondstoffenstromen en interventies. Uithoorn maakt onderdeel uit van de MRA en volgt de ontwikkelingen.

Circulaire economie in bestaand gemeentelijk beleid

Tot slot heeft de gemeente Uithoorn zelf in bestaand beleid aandacht voor circulaire economie. Zo wordt in de GOVI de ambitie uitgesproken om in 2050 circulair te zijn en heeft de gemeente reeds het Grondstoffenbeleid. Hierin staan maatregelen om afval van inwoners meer te scheiden en recyclen.7 Voor 2025 streeft het Grondstoffenbeleid naar 80% afvalscheiding en 75 kg restafval per inwoner. Hiervoor worden onder andere maatregelen als gescheiden inzameling gft en tariefdifferentiatie genomen.

2. RICHTING CIRCULAIR UITHOORN

2.1. Circulair Uithoorn 2050

Overkoepelende ambitie

Als gemeente hebben we de ambitie om, in lijn met de landelijke doelstelling uit het NPCE, toe te werken naar een volledig circulaire economie in 2050. We zijn ons ervan bewust dat dit een ambitieuze opgave is, maar we zien het als een stip op de horizon die ons helpt na te denken over de stappen die we vandaag kunnen nemen om deze werkelijkheid dichterbij te brengen. Daarbij de kanttekening dat we het als gemeente niet alleen kunnen. Dit doen we samen, zowel binnen als buiten de gemeente. De transitie naar een circulaire economie is minder ver gevorderd dan sommige andere duurzaamheidstransities. Dit wordt ook onderschreven in de position paper van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) over circulaire economie.8 Hieruit blijkt dat gemeenten weinig vertrouwen hebben in de haalbaarheid van het doel om in 2050 volledig circulair te zijn. Gesteld wordt dat vanuit het Rijk meer inzet nodig is op normering, wetgeving, financiële prikkels, kennisdeling en coördinatie. Ook het PBL onderschrijft deze noodzaak.9

afbeelding binnen de regeling

Uithoorn werkt toe naar een volledig circulaire gemeente in 2050

Doelgroepen

Inwoners en bedrijven zijn belangrijke groepen die bij kunnen dragen aan het behalen van deze doelstelling. Daarbij ligt er voor de gemeente zelf een grote taak om circulariteit beter te borgen in de organisatie, in de openbare ruimte en bij maatschappelijke organisaties zoals scholen en verenigingen. We bekijken de opgaven vanuit deze drie verschillende perspectieven.

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Inwoners

Bedrijven

Gemeente en maatschappelijk

Opgaven en ambities

De hoofdambitie van het programma is opgesplitst in drie opgaven, die samen nodig zijn om de overkoepelende ambitie te behalen. Dit betreffen: afval verminderen, afval scheiden en recyclen, en circulaire bouw en Grond-, Weg- en Waterbouw (GWW). Deze opgaven zijn gekozen naar aanleiding van gesprekken die zijn gevoerd in de verkennende fase tijdens het opstellen van dit programma en vervolgens getoetst in de verdiepende fase. Om te bepalen wat nodig is om vooruitgang te boeken op de opgaven stellen we ambities per doelgroep voor iedere opgave. In het volgende hoofdstuk werken we de opgaven en ambities verder uit en formuleren we maatregelen om deze ambities te halen.

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Afval verminderen

Afval scheiden en recyclen

Circulaire Bouw & GWW

2.2. Visie transitie naar circulair

Om een transitie op gang te brengen moet er aan bepaalde voorwaarden worden voldaan. Zo moet er kennis zijn over hoe het probleem kan worden opgelost, er moet een verdienmodel zijn, er is voldoende draagvlak nodig en regelgeving dient niet te belemmeren of kan eventueel stimulerend werken. Per opgave formuleren we maatregelen. Als kennis bijvoorbeeld een belemmering vormt om afval te scheiden door inwoners dan liggen maatregelen op het gebied van informatievoorziening voor de hand. In het volgende hoofdstuk zijn de maatregelen per opgave opgenomen. Een overzicht van alle maatregelen is te vinden in bijlage II.

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

afbeelding binnen de regeling

Kennis

Verdienmodel

Draagvlak

Wet- en regelgeving

3. OPGAVEN EN MAATREGELEN

In dit hoofdstuk werken we de opgaven zoals geformuleerd in hoofdstuk 2 verder uit. Eerst formuleren we een algemene ambitie per opgave. Vervolgens bekijken we per opgave de volgende vragen: wat verstaan we onder de opgave, wat is de huidige situatie en wat gebeurt er al op dit vlak? Voor iedere opgave bespreken we de benodigde inzet van inwoners, bedrijven en de gemeente zelf en bespreken we maatregelen.

3.1. Ambitie per opgave

Om de ambitie van een circulaire gemeente in 2050 concreter te maken, formuleren we een ambitie per opgave voor 2030 en 2050. Uitzondering vormt het afval scheiden en recyclen, omdat we daarvoor aansluiten bij het Grondstoffenbeleid waarin een ambitie voor 2025 is opgenomen. De ambities helpen ons om de maatregelen te formuleren binnen de periode van dit programma en in een later stadium meetbaar te maken of we met deze maatregelen de goede richting op gaan. In figuur 2 zijn de ambities opgenomen. Ter toelichting:

  • Afval verminderen: door te voorkomen dat afval ontstaat verminderen we de totale hoeveelheid afval. Ambitie is om de totale hoeveelheid afval in 2030 met 20% te laten afnemen en in 2050 met 50%. Voor inwoners hebben we cijfers over de situatie in 2022, dus geldt de 20% ten opzichte van 2022. Voor het gemeentelijk afval hebben we cijfers over de situatie in 2023. Voor gemeentelijk afval meten we daarom vanaf 2023. Voor het bedrijfsleven zijn geen cijfers over afvalstromen binnen de gemeente beschikbaar. De komende periode werken we aan het inzichtelijk maken van deze hoeveelheden van bedrijfsafval.

  • Afval scheiden en recyclen: de resterende hoeveelheid afval dient zoveel mogelijk gescheiden te worden aangeleverd. Voor de korte termijn sluiten we hieraan bij de ambities uit het Grondstoffenbeleid. Voor 2050 is de hoofdambitie om volledig circulair te zijn. Om dat te bereiken dient al het resterende afval gescheiden te worden aangeleverd en te kunnen worden recyclet.

  • Circulaire bouw en GWW: de eerste stap is om in alle projecten hergebruik te onderzoeken en waar mogelijk toe te passen. Daarbij registreren we al het materiaalgebruik voor bouwprojecten. Om in 2050 de ambitie van een volledig circulair Uithoorn te behalen, dienen alle vrijgekomen materialen in de bouw en GWW-projecten op dat moment te worden hergebruikt. Dit kan dus nog wel betekenen dat er óók nieuwe materialen worden gebruikt, indien vrijgekomen materialen onvoldoende beschikbaar zijn.

afbeelding binnen de regeling

Afval verminderen

2030:

20% minder afval in Uithoorn

2050:

Halvering van de totale hoeveelheid afval in Uithoorn

afbeelding binnen de regeling

Afval scheiden en recyclen

2025:

We sluiten aan bij de ambitie uit het Grondstoffenbeleid

2050:

Resterende afval wordt volledig gescheiden aangeleverd en gerecycled

afbeelding binnen de regeling

Circulaire Bouw & GWW

2030:

In alle bouw en GWW-projecten wordt hergebruik onderzocht en toegepast waar mogelijk

2050:

Alle materialen die vrijkomen in de bouw en GWW worden hergebruikt

Figuur 2. Ambities gemeente Uithoorn per opgave.

3.2. Afval verminderen

Het verminderen van de hoeveelheid afval die we produceren begint bij het minder en efficiënter gebruiken van grondstoffen en producten. Met afval verminderen bedoelen we:

  • Vermindering van grondstoffen gebruik: bijvoorbeeld door kritisch na te denken of de aanschaf van een product echt nodig is, door producten te delen of voor meerdere functies te gebruiken, of door producten te kiezen waarin minder grondstoffen of materialen zijn verwerkt en die efficiënter zijn.

  • Levensduurverlenging: door de levensduur van producten te verlengen hoeven we dit ook minder nieuw aan te schaffen. Bijvoorbeeld door producten te hergebruiken die een ander heeft gebruikt, repareren als iets kapot is, oude spullen op te knappen, of te herfabriceren of herbestemmen.

Onder afval verminderen verstaan we in dit programma alle activiteiten die we kunnen ondernemen om de totale hoeveelheid afval in de gemeente Uithoorn te reduceren, zowel onder inwoners, bedrijven, als binnen de gemeentelijke organisatie zelf. Er ligt ook een rol voor producenten van producten om deze zo te ontwerpen dat ze langer meegaan. Hier hebben we als gemeente geen directe invloed op. We bespreken per doelgroep de huidige situatie, wat er al wordt gedaan de benodigde inzet per doelgroep en maatregelen.

3.2.1. Inwoners

Huidige situatie

Gemeenten hebben volgens de Wet milieubeheer de taak om de uitvoering van afvalinzameling voor inwoners te organiseren. Hierdoor hebben we inzicht in de totale hoeveelheid afval per inwoner. De totale hoeveelheid huishoudelijk afval in 2022 bedroeg 448,5 kg per inwoner. 10

afbeelding binnen de regeling

Figuur 3. Ontwikkeling totale hoeveelheid huishoudelijk afval in kg per inwoner in Uithoorn tussen 2018 en 2022.11

Wat gebeurt er al?

Op het gebied van afval verminderen wordt vooral ingezet op communicatiemaatregelen. Er worden communicatiemaatregelen genomen om draagvlak en bewustzijn te creëren onder inwoners, bijvoorbeeld via campagnes en deelname aan (landelijke) acties. Zie tabel hierna voor een overzicht.

Naam

Beschrijving

Campagnes

Incidenteel, bijvoorbeeld informeren Repair Café

Verspillingsvrije week

Bewustwording voedselverspilling

Voedselverspilling kerst

Voedselverspilling tegengaan rond kerst

Week zonder afval

Uitdaging om zo min mogelijk afval weg te gooien

Social media

Promotie van acties en campagnes

Tabel 1. Overzicht communicatiemaatregelen gemeente Uithoorn gericht op inwoners die al worden uitgevoerd.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Om de opgave van afval verminderen te verkleinen is het nodig dat inwoners minder grondstoffen gebruiken, bijvoorbeeld door in eerste instantie minder nieuwe producten te kopen en wanneer er dan toch iets nodig is producten te lenen bij anderen of tweedehands aan te schaffen. Ook kan afvalvermindering bereikt worden wanneer inwoners langer doen met de spullen die ze hebben door ze te laten repareren of op te knappen. De gemeente heeft geen directe invloed op de hoeveelheid nieuwe spullen die bewoners aanschaffen en de manier hoe ze hiermee omgaan. Wel kunnen we het makkelijker maken voor inwoners of meer bewustzijn proberen te creëren over dit onderwerp. Daarom is de volgende inzet opgesteld:

afbeelding binnen de regeling

Inwoners

Vergroten bewustzijn tegengaan verspilling en verlengen levensduur producten

Wat gaan we doen?

De komende periode blijven we het Repair Café, waar kapotte huishoudelijke apparaten hersteld kunnen worden dankzij vrijwilligers, ondersteunen. We voeren de ja-ja sticker in, waarbij inwoners moeten aangeven wanneer zij reclamefolders en huis-aan-huisbladen willen ontvangen.12 Ook zetten we in op het creëren van bewustzijn onder inwoners over de mogelijkheden om de levensduur van kleding en spullen te verlengen door middel van een campagne.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 2. Overzicht maatregelen opgave afval verminderen gericht op inwoners.

3.2.2. Bedrijven

Huidige situatie

Bedrijfsafval is geen wettelijke taak van de gemeente en wordt op dit moment dan ook aan de markt overgelaten. Deze gegevens zijn niet inzichtelijk op gemeentelijk niveau. Wel zijn er sommige, vooral grotere, bedrijven die zelf beschikken over data over hun eigen afvalstromen.

Wat gebeurt er al?

De glastuinbouw is een belangrijke sector in Uithoorn. Greenport Aalsmeer is een netwerk waaraan ondernemers uit deze sector, overheden, en onderwijsinstellingen deelnemen. Greenport Aalsmeer werkt aan verschillende uitdagingen voor de glastuinbouw, waaronder de versnelling van de circulaire economie. Binnen het programma van Greenport Aalsmeer is afvalvermindering een onderdeel door bijvoorbeeld gezamenlijk te onderzoeken hoe efficiënter kan worden gewerkt en beter kan worden omgegaan met grondstoffenstromen. Daarbij organiseert de Greenport workshops op het gebied van circulariteit voor haar deelnemers. Deze activiteiten zouden als voorbeeld kunnen dienen voor andere ondernemersverenigingen.

Naast de communicatiemaatregelen gericht op inwoners is er ook een actie gericht op ondernemers en bedrijven. Uithoorn doet mee aan ‘De week van de Circulaire Economie’. Dit is een landelijk inspiratie- en netwerkevenement gericht op deze doelgroep.

Naam

Beschrijving

Week van de circulaire economie

Landelijk inspiratie- en netwerk evenement voor ondernemers

Tabel 3. Overzicht communicatiemaatregelen gemeente Uithoorn gericht op bedrijven die al worden uitgevoerd.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Op gemeentelijk niveau hebben we geen inzicht in de hoeveelheid afval die bedrijven produceren. Daarbij kunnen we vooral indirect invloed uitoefenen op bedrijven. Daarom is de volgende inzet geformuleerd:

afbeelding binnen de regeling

Bedrijven

Ruimte bieden voor- en stimuleren van circulaire bedrijfsactiviteiten

Wat gaan we doen?

We gaan als gemeente een kenniskring circulaire economie voor ondernemers opzetten en ondersteunen. Doel is om kansen en knelpunten op te halen en te bespreken. Denk bijvoorbeeld aan kansen voor circulaire pop-up activiteiten in de winkelstraat, het identificeren van knellende wet- en regelgeving, of ondersteuning bij het identificeren van eigen afvalstromen bijvoorbeeld door middel van het geven van workshops. Tot slot heeft circulaire bedrijvigheid vaak specifieke eisen qua ruimtebeslag, denk bijvoorbeeld aan een hoge milieu categorie (HMC). We gaan daarom komende periode onderzoeken welke randvoorwaarden circulaire bedrijven nodig hebben en welk ruimtebeslag dit geeft. Daarvoor zoeken we ook de afstemming met buurgemeenten zodat regionaal evenwichtige beschikbaarheid aan ruimte voor circulaire bedrijvigheid ontstaat.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 4. Overzicht maatregelen opgave afval verminderen gericht op bedrijven.

3.2.3. Gemeente en maatschappelijk

Huidige situatie

De gemeente houdt ook cijfers bij van de hoeveelheden en soorten afval die binnen de eigen organisatie worden opgehaald. Wegens een vernieuwd contract hebben we alleen inzicht in de afvalhoeveelheden van het gemeentehuis in 2023. Daarbij wordt de hoeveelheid afval bijgehouden in volume in plaats van in gewicht. De totale hoeveelheid afval in 2023 had een volume van 251,6 m3. Op dit moment kunnen we hiermee geen trend weergeven, maar over de looptijd van het programma kan de trend worden gemonitord.

Bij het materiaalgebruik van de gemeente speelt de inkoop een belangrijke rol. Het beleid voor inkoop wordt vastgelegd in het Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopenbeleid (MVOI). Door deze benadering te gebruiken kan je als gemeente bepaalde eisen stellen bij inkoop en aanbesteding en zo impact maken op verschillende gebieden, waaronder circulariteit.

Wat gebeurt er al?

Op dit moment wordt gewerkt aan het implementeren van MVOI in de eigen organisatie. Enkele maatregelen worden al genomen, zie Tabel 6. Circulariteit is ook onderdeel van het ‘Integraal Beleidsplan Openbare Ruimte 2020-2030' (IBOR). Het gewenste algemene effect van het IBOR op het gebied van circulaire economie is dat de openbare ruimte zo min mogelijk beslag legt op nieuwe grondstoffen en inzet op bestaande grondstoffen. Voor dit thema zijn enkele speerpunten opgenomen, zoals het hergebruik of duurzaam verwerken van groenafval, het gebruik van recyclebare materialen of het meegeven van circulaire doelen bij aanbestedingen. In Tabel 5 staan voorbeelden van maatregelen die al worden genomen in de gemeentelijke organisatie en de openbare ruimte.

Thema

Actie

Catering

Per 2024 geen wegwerpbekers meer

Minder losse componenten door toevoeging suiker melk in machine

Sturen op vermindering delving

Voedsel in de kantine wordt op bestelling klaar gemaakt om verspilling te voorkomen

Overgebleven producten in de kantine worden gebruikt voor nieuwe producten

Refurbished koffiemachines

Meubilair

Duurzame keuzes, afgeschreven werkplekken niet vervangen tenzij noodzakelijk

Meubilair in de kantine van gerecyclede materialen, kantinestoelen van petflessen

Losse verlichting van gerecyclede materialen

Hergebruik van meubilair, inruil en verkoop waar mogelijk

Inzet van tweedehands meubilair op sommige plekken

Sanitair

Dubbele spoelknoppen toilet

Hergebruik van doekjes en dweilen

Circulaire handdoekjes, toiletpapier, zeep

Overig

Veel tweedehands materiaal via inzameling en hergebruik van meubels en inventaris onderdak vluchtelingen

Meeneem kast voor medewerkers

IBOR

Prullenbakken en minicontainers deels van gerecycled plastic

Verkeersborden bij vervanging van kunststof

Speeltoestellen van gerecyclede en/of natuurlijke materialen

Kleding duurzaam inkopen en terug inzamelen

Duurzame materialen bij verharden va wegen

Hergebruik verkeersborden door nieuwe stickers op te plakken

Hergebruik grafstenen (bijvoorbeeld als stapelmuur)

Tabel 5. Maatregelen op het gebied van afval verminderen in de gemeentelijke organisatie en openbare ruimte die al worden uitgevoerd.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Het verminderen van afval kan aan de gemeentelijke kant voornamelijk gerealiseerd worden door bijvoorbeeld bij inkoop rekening mee te houden. Daarom zetten we hierop in.

afbeelding binnen de regeling

Gemeente en maatschappelijk

Circulariteit weegt mee in alle relevante inkooptrajecten

Wat gaan we doen?

De gemeentelijke organisatie zelf zal het goede voorbeeld geven door circulaire inkooppraktijken en aanbestedingen te verankeren in beleid en dit te monitoren, en door voedselverspilling tegen te gaan, zowel binnen de organisatie als bij scholen en verenigingen.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 6. Overzicht maatregelen opgave afval verminderen gemeente en maatschappelijke organisaties.

3.3. Afval scheiden en recyclen

Het afval dat over blijft na het verminderen dient zo goed mogelijk te worden gescheiden, omdat bepaalde afvalstromen recyclebaar zijn en op die manier weer terug in de kringloop kunnen worden gebracht. De opgave is dan ook tweeledig:

  • 1.

    Afval scheiden: verschillende soorten materiaal worden gescheiden. Dit proces kan vóór of juist na inzameling plaatsvinden. Door afval te scheiden is het vervolgens makkelijker om materialen te recyclen.

  • 2.

    Afval recyclen: materialen zoals papier, glas, plastic en metalen kunnen onder andere worden gerecycled, waardoor de levenscyclus van deze grondstoffen wordt verlengd.

3.3.1. Inwoners

Huidige situatie

In Uithoorn werd in 2022 per inwoner gemiddeld 448,2 kilo huishoudelijk afval ingezameld. Ongeveer 52% hiervan werd gescheiden ingezameld (zie Figuur 4 voor de samenstelling), iets onder het landelijk gemiddelde van 60% en nog niet in de buurt van de VANG doelstelling 2020 van 75%.13 Van het afval dat gescheiden wordt ingezameld, wordt niet alles ook daadwerkelijk gerecycled. Het huidige totale recycle percentage van huishoudelijk afval in Uithoorn is volgens de VANG Recycletool (benchmarkafval.nl) 43.9%.

afbeelding binnen de regeling

Figuur 4. Compositie totaal huishoudelijk afval per inwoner in de gemeente Uithoorn.14

Wat gebeurt er al?

De gemeente heeft het Grondstoffenbeleid opgesteld om de hoeveelheid huishoudelijk restafval te verminderen en het beter te scheiden van restafval. In het voorgaande beleid uit de periode 2014 tot 2020 zijn de volgende maatregelen uitgevoerd:

  • Plastic, Metaal en Drankkartons (PMD): er zijn minicontainers voor de laagbouw en ondergrondse containers voor de hoogbouw geplaatst.

  • Oud papier en Karton (OPK): er zijn eveneens minicontainers voor de laagbouw, en ondergrondse of bovengrondse containers voor hoogbouw geplaatst.

  • Textiel: Het aantal brenglocaties voor textiel is uitgebreid, van 5 tot 12 in 2015, ook is in 2024 meegedaan aan de Textielrace die voor scholen wordt georganiseerd.

  • Tuinafval: Het aantal tuindepots voor het aanbieden van grof tuinafval is uitgebreid van 6 naar 15 locaties. Ook wordt er tweemaal per jaar een gratis inzamelronde aan huis georganiseerd.

  • GFT/restafval: worden samen ingezameld middels ‘omgekeerd inzamelen’, ofwel inwoners brengen het gft/restafval zelf naar ondergrondse containers verspreid over de gemeente. Papier en karton, en plastic- en metalen verpakkingen en drankenkartons worden wel opgehaald.

Het Grondstoffenbeleid 2020-2025 bestaat uit twee fasen:

  • Fase 1: De invoering van gescheiden gft-inzameling aan huis

  • Fase 2: De invoering van tariefdifferentiatie (diftar)

Ook op het gebied van afvalscheiding en recyclen zijn er communicatiemaatregelen gericht op inwoners. Zie tabel 7 voor een overzicht.

Naam

Beschrijving

Afvalkrant

Informeren over veranderingen afvalinzameling (GFT en Diftar)

Campagnes

Incidenteel, bijvoorbeeld video’s Afval angels over afval scheiden

Landelijke opschoondag

Gezamenlijk zwerfafval opruimen

Social media

Promotie voor acties en campagnes

Week van de Afvalhelden

Medewerkers afval/buitendienst in het zonnetje zetten

Tabel 7. Overzicht communicatiemaatregelen opgave afvalscheiding en recyclen gericht op inwoners die al worden uitgevoerd.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Op het gebied van afval scheiden en recyclen heeft de gemeente het Grondstoffenbeleid vastgesteld voor de periode 2020-2025.15 Hier sluit dit programma bij aan. Daarbij willen we inzetten op een verbeterd recyclepercentage. Een deel van het afval dat gescheiden wordt ingezameld kan namelijk niet worden gerecycled en verdwijnt alsnog in de verbrandingsoven, bijvoorbeeld omdat de deelstroom vervuild is. Een verbeterd recyclepercentage is in lijn met de nieuwe VANG-doelstelling:

afbeelding binnen de regeling

Inwoners

Inzetten op maatregelen Grondstoffenbeleid

+

Bevorderen recycling en gebruik gerecyclede materialen

Wat gaan we doen?

De maatregelen voor afvalscheiding en -recycling voor inwoners zijn hoofdzakelijk vastgelegd in het Grondstoffenbeleid voor de periode 2020-2025. Na de implementatie van gescheiden GFT-inzameling wordt de komende twee jaar gewerkt aan de invoering van tariefdifferentiatie.

Aanvullend op het Grondstoffenbeleid zetten we in op communicatie over afvalscheiding. Dit kan bijvoorbeeld door een informatieve campagne op te zetten om inwoners bewust te maken van afvalscheiding, inclusief GFT en textiel, en om de keuze voor circulaire materialen te bevorderen.

Naast de stromen die al gescheiden worden, vormen luiers en incontinentiemateriaal een relatief grote fractie van het restafval. Het is lastig om hier als gemeente Uithoorn zelfstandig iets op te organiseren omdat gescheiden verwerking een grotere schaal nodig heeft. We volgen daarom de ontwikkelingen in de Metropoolregio Amsterdam (MRA) met betrekking tot babyluiers en incontinentiemateriaal. Een tweede spoor is inzetten op wasbare luiers en zindelijkheidstraining. Binnen het huidige programma zijn hier geen financiële middelen voor.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 8. Overzicht maatregelen opgave afvalscheiding en recyclen gericht op bedrijven.

3.3.2. Bedrijven

Huidige situatie

Bedrijfsafval is geen wettelijke taak van de gemeente en wordt op dit moment dan ook aan de markt overgelaten. Ook wegens de gevoeligheid van de informatie hebben veel gemeenten geen inzicht in de scheidingsstromen van bedrijven.

Wat gebeurt er al?

Uit de gesprekken is gebleken dat verschillende ondernemers en bedrijven zich al direct of indirect bezig houden met het onderwerp circulaire economie. Bijvoorbeeld door actief bezig te gaan met efficiënt grondstoffen gebruik of door hun eigen afvalstromen beter te scheiden of hergebruik te onderzoeken.

Zoals eerder genoemd zet de Greenport Aalsmeer in op de versnelling van circulaire initiatieven. In Uithoorn zijn er nog verscheidene andere ondernemers- en winkeliersverenigingen. Deze platforms hebben de mogelijkheid om circulariteit onder de aandacht te brengen onder de leden. Ook is er het ondernemersfonds Uithoorn dat financiële ondersteuning biedt aan initiatieven die een collectief belang dienen. Dit fonds zou kunnen worden ingezet voor circulaire initiatieven vanuit ondernemers.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Komende periode zetten we erop in om inzicht te verkrijgen in de afvalstromen bij bedrijven. In de tussentijd zetten we in op het stimuleren van afvalscheiding waar we weten dat er kansen liggen.

afbeelding binnen de regeling

Bedrijven

Inzicht verkrijgen in bedrijfsafval en stapsgewijs stimuleren afvalscheiding bij bedrijven

Wat gaan we doen?

In de komende jaren zullen we actief onderzoeken hoe we een diepgaander inzicht kunnen verkrijgen in de afvalstromen van bedrijven binnen onze gemeente. We wachten niet totdat we dit inzicht volledig verkregen hebben, maar zetten de komende periode alvast in op gerichte bewustwordingscampagnes om het scheiden van bedrijfsafval te bevorderen bij doelgroepen waar de kansen het grootst zijn. Denk bijvoorbeeld aan het scheiden van afval bij horeca- en detailhandelsbedrijven in het centrum. Hoewel deze bedrijven over het algemeen papier en glas goed scheiden, blijven fracties zoals GFT en PMD vaak achter. Hier valt dus nog winst te behalen.

afbeelding binnen de regeling

https://www.afvalcirculair.nl/zwerfafval-microplastics/wegwerpplastic/betekenen-nieuwe-regels-gebiedsbeheerder/SUP

Tabel 9. Overzicht maatregelen opgave afvalscheiding en recyclen gericht op bedrijven.

3.3.3. Gemeente en maatschappelijk

Huidige situatie

Het totale volume afval van de gemeentelijke organisatie in 2023 bedroeg 251,6 m3. Het grootste gedeelte hiervan bestond uit papier en karton (inclusief archiefpapier, ook van de gemeentewerf). Het scheidingspercentage is 77%. Bouw en sloop afval zijn hierin niet meegenomen. Wegwerp koffiebekers worden vanaf 2024 niet meer ingezameld, omdat de gemeente is overgestapt op het gebruik van herbruikbare bekers.

afbeelding binnen de regeling

Figuur 5. Afvalcijfers gemeente Uithoorn 2023 in volume (m3). Swill betreft keukenafval.

Wat gebeurt er al?

De regels voor afvalscheiding zoals die gelden voor inwoners gelden ook op de gemeentelijke kantoren. Ook worden flesjes en blikjes waar statiegeld op zit ingezameld. Van bepaalde afvalstromen zijn manieren gevonden om deze niet op de afvalhoop te laten eindigen. Zie tabel 10 voor een overzicht.

Thema

Actie

Catering

Frituurvet bedrijfsrestaurant opgehaald voor hergebruik door verwerker

Groenbeheer

Ophalen bermmaaisel en composteren

Overig

Afvalscheiding geldt voor kantoren

Overig

Statiegeld flesjes en blikjes inzamelen

Tabel 10. Maatregelen op het gebied van afval scheiden en recyclen in de gemeentelijke organisatie en openbare ruimte die al worden uitgevoerd.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Inzet voor de komende periode is om de uitgangspunten uit het grondstoffenbeleid ook toe te passen in de eigen organisatie, door afval te scheiden en waar mogelijk te recyclen.

afbeelding binnen de regeling

Gemeente en maatschappelijk

Toepassen Grondstoffenbeleid in eigen organisatie

Wat gaan we doen?

Binnen de gemeentelijke organisatie volgen we de maatregelen uit het grondstoffenbeleid op, voor zover van toepassing. Zo scheiden we verschillende afval stromen voor optimale recycling.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 11. Overzicht maatregelen opgave afvalscheiding en recyclen gericht op gemeente en maatschappelijke organisaties.

3.4. Circulaire bouw en GWW

De bouwsector is één van de vijf grondstoffenketens die in het Nationaal programma circulaire economie zijn aangemerkt als kansrijk focusgebied. Er zijn dan ook veel stappen die genomen kunnen worden op het gebied van circulair bouwen, zowel voor gebouwen als voor Grond-, Weg en Waterbouw (GWW). Onder de opgave verstaan we:

  • 1.

    Inzicht verkrijgen in materiaal: er is in algemene zin onvoldoende informatie beschikbaar over bestaande materialen in gebouwen en constructies. Dit maakt hergebruik en terugwinnen van materialen bij demontage of sloop lastig.

  • 2.

    Circulaire bouw en sloop: het toepassen van circulaire principes in het bouwen, maar ook slopen van gebouwen en GWW. Voorbeelden zijn het terugwinnen van grondstoffen, hergebruiken van materialen en het gebruik van biobased materialen zoals hout. Maar ook het anders ontwerpen van gebouwen, op zo’n manier dat materialen na gebruik makkelijk te scheiden en recyclen zijn.

3.4.1. Inwoners en bedrijven

Huidige situatie

Als gemeente hebben we beperkt invloed op de wijze waarop inwoners en bedrijven verbouwen, slopen of nieuw bouwen. De regelgeving op dit gebied is nationaal georiënteerd en bijvoorbeeld vastgelegd in het bouwbesluit. Wel wordt vanuit de overheid gestimuleerd om meer biobased te bouwen.

Wat gebeurt er al?

In de GOVI is bij de herstructurering bedrijventerrein Uithoorn vastgesteld dat circulair bouwen wordt gestimuleerd.16 Daarmee wordt bedoeld dat de bouw uitstootvrij is en dat de gebruikte materialen CO2-neutraal geproduceerd zijn en hergebruikt kunnen worden.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

Als gemeente hebben we minder invloed op particuliere bouwwerkzaamheden. Wel onderzoeken we hoe we de gemeentelijke instrumenten kunnen benutten.

afbeelding binnen de regeling

Inwoners en bedrijven

Via instrumenten die de gemeente heeft inzetten op hergebruik van materialen bij (ver)bouw

Wat gaan we doen?

Als gemeente hebben we in mindere mate invloed op wat inwoners en bedrijven doen. Als gemeente kunnen we via de vergunningen wel invloed uitoefenen op mate waarin circulariteit bij sloop en (ver)bouwactiviteiten meeweegt. We gaan onderzoeken hoe we circulariteit het beste kunnen laten meewegen in vergunningsvoorwaarden en/of de welstandscriteria.17

afbeelding binnen de regeling

Tabel 12. Overzicht maatregelen opgave circulaire bouw en GWW gericht op inwonersbedrijven.

3.4.2. Gemeente en maatschappelijk

Huidige situatie

Er is in een aantal projecten rekening gehouden met hergebruik, maar er is nog geen duidelijk inzicht in hoeveel projecten dit betreft en het aandeel van deze projecten in het totaal.

Wat gebeurt er al?

Bij nieuwbouw of herstructurering van gebouwen of gebieden in de gemeente Uithoorn wordt circulariteit steeds meer in overweging genomen. Een voorbeeld hiervan is de multifunctionele accommodatie de Scheg in Zijdelwaard, een project waarbij een bestaand gebouw werd gesloopt om plaats te maken voor een gebouw met meerdere functies zoals een sportaccommodatie. Bij de bouw werden materialen uit het oorspronkelijke gebouw hergebruikt, zoals de sportvloer. Een probleem wat zich voordeed was het ontbreken van een materialenpaspoort van het oude gebouw. Dit bemoeilijkte het bepalen van de geschiktheid van bepaalde materialen voor hergebruik. Inmiddels heeft de gemeente net als een aantal andere deelnemers van de MRA meegedaan aan een pilot waarbij een materialenpaspoort is opgesteld voor een gemeentelijk vastgoed gebouw. Op het gebied van GWW gebeurt er ook het één en ander. Zo worden materialen als asfalt en beton vaak hergebruikt, ook omdat hier een duidelijk economisch voordeel aan zit.

Inzet programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

De komende periode is de inzet om de pilots die reeds worden uitgevoerd te verankeren in structureel beleid.

afbeelding binnen de regeling

Gemeente en maatschappelijk

Van pilot naar beleid: structureel circulariteit meenemen en registreren bij maatschappelijk vastgoed

Wat gaan we doen?

In de bouwsector liggen tal van mogelijkheden om circulariteit te bevorderen. Als gemeente hebben we met name invloed op ons eigen vastgoed en wat er in de openbare ruimte gebeurt. Daarom gaan we als gemeente in eerste plaats zelf aan de slag met een aantal maatregelen.

Zo heeft Uithoorn in het verleden meegedaan aan een pilot voor het opstellen van een materialenpaspoort. Graag bouwen we voort op de opgedane ervaring door het inrichten van een databank voor materiaalgebruik van maatschappelijk vastgoed. Bij nieuwbouw en renovatie van maatschappelijk vastgoed zijn we van plan materiaalgebruik standaard te registreren in een materialenpaspoort. Bij al opgeleverde gebouwen willen we met terugwerkende kracht kijken of het mogelijk is om hier ook materiaalgebruik te registreren in een materialenpaspoort. Daarbij willen we circulaire afwegingen een plek geven in de Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR), bijvoorbeeld door het meenemen van materiaal- of prestatie eisen.18 Op deze manier wordt iedereen die zich bezighoudt met de inrichting van de openbare ruimte hierop gewezen.

afbeelding binnen de regeling

Tabel 13. Overzicht maatregelen opgave circulaire bouw en GWW gericht op gemeente en maatschappelijke organisaties.

4. MONITORING, EVALUATIE EN FINANCIËN

Dit programma is het eerste programma circulaire economie van de gemeente Uithoorn en heeft een looptijd van 2024 tot en met 2028. Het is daarom van belang om te monitoren of de genomen maatregelen de gewenste effecten bereiken, of dat de beoogde effecten niet bereikt worden en er andere maatregelen nodig zijn. Goed inzicht hierin kan waardevolle input opleveren voor volgende programma’s.

Wat gaan we monitoren?

Op een aantal vlakken beschikken we over data om de vooruitgang van de circulaire economie te monitoren. Er zijn echter ook een aantal witte vlekken, ofwel data waarover we niet beschikken. Die witte vlekken brengen we de komende periode in beeld. Concreet gaan we de volgende indicatoren monitoren:

Afval verminderen:

Voor 2030 hebben we de ambitie om 20% minder afval te hebben in Uithoorn. We monitoren dus de totale hoeveelheid afval per doelgroep per jaar. Dit doen we door:

  • Voor inwoners nemen we 2022 als nulmeting omdat dit de meest recente cijfers zijn op het moment dat het programma is opgesteld. In 2022 hebben inwoners gemiddeld 448,5 kg huishoudelijk afval (zie paragraaf 3.2.1). Om dit te monitoren wordt gebruik gemaakt van de cijfers die jaarlijks worden ontvangen bij DUO+ van de verschillende afvalinzamelaars.

  • Voor bedrijven is momenteel geen data beschikbaar over de hoeveelheid afval. Dat is omdat bedrijven en ondernemers zelf hiervoor verantwoordelijk zijn. Grotere bedrijven monitoren dit soms zelf. Vooral voor kleinere bedrijven is het lastig om hier inzicht in te verkrijgen. Het is de bedoeling dit in de programmaperiode inzichtelijk te maken. Dit inzichtelijk maken voor bedrijven is overigens een landelijke uitdaging waar ook op andere schalen naar oplossingen kan worden gezocht. De Europese directive voor Corperate Sustainability Reporting (CSDR) biedt mogelijk uitkomst om beter zicht te krijgen op afvalhoeveelheden en samenstelling. Eén van de activiteiten in het programma is te onderzoeken hoe we zicht kunnen krijgen op de hoeveelheid en samenstelling van bedrijfsafval. Zodra een nulpunt voor bedrijven in Uithoorn gemeten kan worden, is het streven om ook de afvalstroom in 2030 met 20% verminderd te hebben. Hierbij rekenen we ook op innovaties die de komende jaren dit proces kunnen versnellen.

  • Voor de gemeentelijke organisatie is de meest recente meting uit 2023, dit is daarom voor het programma de nulmeting voor wat betreft de afvalstromen in de gemeentelijke organisatie. In 2023 is het totale volume afval van de gemeente 251,6 m3. Om deze cijfers te monitoren wordt tevens gebruik gemaakt van data van DUO+.

Afval scheiden en recyclen

  • Voor inwoners en de gemeentelijke organisatie sluiten we aan bij de doelstellingen van het Grondstoffenbeleid. Daarvoor wordt aangesloten bij de monitoring die daaruit volgt.

  • Voor bedrijven geldt hetzelfde als bij afval verminderen: de komende vier jaar wordt gestreefd om de nulmeting inzichtelijk te maken om zo toe te werken naar de ambitie van 2050.

Circulaire bouw en GWW

De ambitie voor 2030 is om in alle bouw en GWW-projecten hergebruik te onderzoeken en toe te passen waar mogelijk. Dit monitoren we op de volgende wijze:

  • Voor inwoners en bedrijven is het vooralsnog niet mogelijk om bij te houden in hoeverre hergebruik wordt toegepast. Zodra meer duidelijkheid is over maatregelen s en t kan ook bekeken worden of en hoe monitoring ingericht wordt. Wel zullen we gedurende de uitvoering van dit programma goede voorbeelden van hergebruik in beeld brengen (best practices).

  • Voor de gemeentelijk organisatie werd voor dit programma hergebruik bij bouw en GWW-projecten op pilot basis toegepast. Het streven binnen dit programma is om van pilot naar beleid te gaan, zoals genoemd bij maatregelen u, v en w. In de monitor zullen we rapporteren over de voortgang van de implementatie van deze maatregelen en vervolgens over het effect hiervan.

Hoe gaan we het monitoren?

Inzichten in bovenstaande gebruiken we om jaarlijks een voortgangsmonitor op te stellen en inzichtelijk te maken hoe ver we op weg zijn om de ambitie van 2030 en uiteindelijk de ambitie van 2050 te halen. Deze monitor komt terug in de Planning en Control (P&C) cyclus aan de hand van indicatoren die worden gekozen op basis van sturingsmogelijkheid, bijvoorbeeld het meten van de vermindering van gemeentelijk afval of de voortgang van de inzet van materialenpaspoorten. In de monitor zal aandacht zijn voor de data en voor de uitgevoerde activiteiten en voor de meest recente ontwikkelingen op landelijk niveau. Op basis van de monitor wordt bijgestuurd en is het bijvoorbeeld mogelijk om maatregelen uit de longlist (zie Bijlage III) toe te voegen indien de ambities voor 2030 uit beeld dreigen te raken. Tegen het einde van de looptijd van het programma (2027) zullen we een uitgebreidere evaluatie uitvoeren zodat lessen en inzichten in de uitvoering van dit eerste programma circulariteit kunnen worden meegenomen in toekomstige programma’s. Daarbij nemen we de resultaten uit de evaluatie van het Grondstoffenbeleid tevens mee.

Financiering

Voor de uitvoering van het programma is geen extra budget begroot. De maatregelen worden dus binnen bestaande middelen en capaciteit uitgevoerd. Dit is ook de reden dat er voornamelijk is ingezet op maatregelen die de eigen organisatie kan uitvoeren zoals communicatie en het organiseren van een kenniskring voor circulaire ondernemers. Bij maatregelen die in potentie tot meerkosten leiden, bijvoorbeeld het meewegen van circulariteit bij inkooptrajecten (maatregel f), is circulariteit een criterium dat meeweegt náást andere eisen zoals kosten. Per inkoop moet worden afgewogen of er financiële ruimte is om het criterium circulariteit mee te laten wegen en in welke mate.

Om de circulaire economie tot een succes te maken zullen op termijn ook aanvullende middelen nodig zijn. Dit heeft de VNG ook benoemd in het position paper over circulariteit.19 Het valt daarom niet uit te sluiten dat er vanuit het Rijk aanvullende middelen voor de uitvoering van de circulaire economie beschikbaar zullen worden gesteld. In de monitoring houden we daarom ook rekening met het volgen van deze landelijk ontwikkeling zodat we tijdig aanspraak kunnen maken op deze middelen en deze kunnen inzetten om uitvoering te versterken.

Ondertekening

BIJLAGE I. STRUCTUUR PROGRAMMA

afbeelding binnen de regeling

BIJLAGE II. OVERZICHT MAATREGELEN

De kleuren van de letters in de eerste kolom corresponderen met de voorwaarde waaraan de maatregel voornamelijk bijdraagt (rood = kennis, geel = verdienmodel, oranje = draagvlak, paars = wet- en regelgeving).

afbeelding binnen de regeling

Tabel 14. Maatregelen programma ‘Circulaire economie 2024-2028’

BIJLAGE III. LONGLIST MAATREGELEN

Tijdens het opstellen van dit eerste programma ‘Circulaire economie 2024-2028’ zijn verschillende maatregelen onderzocht en is uiteindelijk een selectie van maatregelen opgenomen die passen bij de ambitie en middelen van dit programma. De maatregelen die wel zijn langsgekomen maar niet zijn opgenomen vatten we samen in deze longlist, ter inspiratie voor eventuele bijsturing naar aanleiding van monitoring en toekomstige programma’s.

BIJLAGE IV. BELEIDSCONTEXT

De gemeente Uithoorn staat niet alleen en heeft te maken met verschillende andere overheidslagen en samenwerkingsverbanden met beleid op het gebied van circulariteit. In deze bijlage vatten we de beleidscontext samen.

Circulaire economie op Europees niveau

Het Europees beleid legt de richtlijnen vast voor het afvalbeleid in de landen van de Europese Unie, met als doel het bevorderen van een circulaire economie (bijvoorbeeld de Kaderrichtlijn afvalstoffen). Deze Europese beleidsrichtlijnen worden geïntegreerd in het nationale afvalbeleid en vervolgens door lokale overheden overgenomen in hun eigen afvalbeheersplannen.

Circulaire economie op nationaal niveau

In de Nederlandse wetgeving krijgen de Europese beleidsrichtlijnen vorm in de Wet Milieubeheer (Wm) en het Landelijk afvalbeheerplan (LAP3). De Wet milieubeheer verplicht gemeenten om voor huishoudens afvalinzameling en -verwijdering te regelen. Het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP) bepaalt het afvalbeheer voor Nederland. LAP3, de derde editie, loop van 2017 tot 2029.

Nationaal Programma Circulaire Economie

Daarnaast heeft Nederland het ‘Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030’. Dit is het uitvoeringsprogramma van het Rijk voor een volledig circulair Nederland in 2050.20 Deze publicatie bouwt voort op eerdere publicaties, zoals het programma Nederland Circulair 2050 uit 2016 en het Grondstoffen akkoord uit 2017.21 In deze eerdere publicatie heeft de Rijksoverheid het doel gesteld om in 2050 volledig circulair te zijn, en is het tussendoel geformuleerd om in 2030 50% minder gebruik te maken van primaire abiotische grondstoffen.

Inmiddels zijn deze doelen in het Nationaal Programma 2023-2030 geconcretiseerd, vanwege de realisatie dat de circulaire economie meer inhoudt dan slechts het reduceren van ons gebruik van primaire grondstoffen, en de behoefte om te verduidelijken waar we precies naar toewerken. Volgens het programma 2023-2030 betekent circulair op zijn minst “dat het grondstoffengebruik voor de Nederlandse productie en consumptie zodanig wordt teruggebracht dat het binnen de planetaire grenzen en de daaruit volgende ‘veilige operationele ruimte’ voor Nederland valt.” Verder zijn er vier circulariteitsdoelstellingen opgesteld aan de hand van zogenoemde ‘knoppen’ waaraan gedraaid kan worden om de effecten van ons grondstoffen gebruik terug te brengen, die zowel effect hebben op het verminderen van milieudruk als leveringszekerheid.

afbeelding binnen de regeling

Op basis van deze vier knoppen zijn vier doelen opgesteld. Voor enkele van deze doelen mist een kwantificatie. In 2023 is hier aanvullend onderzoek naar gedaan en in 2024 komt hier naar verwachting uitsluitsel over.

  • Vermindering grondstoffen: aansturen op reductie van grondstoffenvoetafdruk.

  • Vervangende grondstoffen: verhoging van percentage toegepaste hernieuwbare grondstoffen, zowel secundaire grondstoffen als duurzaam geproduceerde biogrondstoffen.

  • Levensduurverlening: streven naar maximale verlenging van levensduur van producten.

  • Hoogwaardige verwerking: 55% recycling van stedelijk afval in 2025 en 60% in 2030 (stedelijk afval betreft huishoudelijk afval plus het afval uit de kantoor-, winkel- en dienstensector).

Dan zijn er de effecten waar het draaien van de knoppen effect op heeft (zie figuur X):

  • Milieu-impact: het tegengaan van klimaatverandering, een schoner milieu en het herstel van biodiversiteit.

  • Leveringszekerheid: kwalitatief doel om te streven naar ‘voldoende leveringszekerheid’ met specifieke aandacht voor die grondstofstromen en halffabricaten en eindproducten die cruciaal zijn voor de Nederlandse economie en publieke belangen, zoals ook verwoord in de nationale grondstoffenstrategie.

Op basis van deze doelen zijn algemene beleidsmaatregelen opgesteld voor tot en met 2030. Daarnaast zijn er in het programma Nederland Circulair uit 2016 vijf grondstoffenketens geselecteerd om op te focussen in de aanpak. In het ‘Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030’ zijn concrete doelen geformuleerd en is specifiek beleid ontwikkeld voor de meest impactvolle productgroepen binnen deze ketens:

  • 1.

    Consumptiegoederen: elektrische en elektronische apparaten; meubels, verpakkingen en wegwerpproducten; textiel.

  • 2.

    Kunststoffen: plastic verpakkingen; plastic in de bouw; landbouwplastic.

  • 3.

    Bouw: woningen; kantoren en bedrijfshallen; betonnen viaducten en bruggen; wegverharding.

  • 4.

    Maakindustrie: Capital Equipment; windparken; zon-PV-systemen; klimaatinstallaties.

  • 5.

    Biomassa en voedsel: valt binnen transitie naar kringlooplandbouw.

Verder is er in de publicatie ook aandacht voor governance, monitoring en financiële middelen.

VANG – HHA

Het programma ‘Van Afval Naar Grondstof – Huishoudelijk Afval’ (VANG-HHA) is ontwikkeld om gemeenten te ondersteunen in de transitie naar een circulaire economie. Voor de periode 2015-2025 was in het programma de ambitie gesteld om in 2020 75% afvalscheiding en gemiddeld 100 kilo restafval per inwoner te bereiken.22 Deze ambitie is niet gehaald, maar gemeenten hebben wel stappen in de goede richting gezet. In 2022 is het programma herzien en is besloten dat in de periode 2021-2025 het programma zich blijft richten op het verbeteren van de kwaliteit van ingezamelde huishoudelijke afval stromen. Tijdens het opstellen van dit programma begin 2024 is de nieuwe VANG-HHA Recycle doelstelling bekend gemaakt. De vernieuwde focus is gericht op het verbeteren van het recycle percentage naar 65% in 2035.23

Position paper VNG Circulaire Economie

De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft in 2024 een position paper over de circulaire economie opgesteld.24 Hieruit blijkt dat gemeenten weinig vertrouwen hebben in de haalbaarheid van de ambitie om in 2050 volledig circulair te zijn. Gesteld wordt dat vanuit het Rijk meer inzet nodig is op normering, wetgeving, financiële prikkels, kennisdeling en coördinatie.

Circulaire economie op regionaal niveau

Uithoorn is onderdeel van de ‘Metropool Regio Amsterdam’ (MRA). In dit verband wordt regionaal samengewerkt aan de regionale koers voor de middellange en lange termijn. De circulaire economie is sinds 2018 onderdeel van deze regionale koers; toen publiceerde de MRA het Ontwikkelplan Circulaire Economie Metropoolregio Amsterdam.25 Inmiddels zijn ook het MRA Programma Circulaire Economie 2021-2026 en de Uitvoeringsagenda 2021-2022 gepubliceerd.

Er wordt vanuit drie programmalijnen toegewerkt naar een circulaire economie:

  • 1.

    Circulair inkopen en opdrachtgeverschap: met als doel klimaatneutrale en circulaire principes structureel mee te nemen in alle inkooptrajecten van fysieke producten binnen de MRA overheden.

  • 1.

    Grondstoffenstromen: met als doel het werken aan het sluiten van de kringloop van enkele materiaalstromen die kansrijk worden geacht. Dit zijn: afval en grondstoffen verwerking, luiers, kunststof, textiel, biogrondstoffen, en bedrijfsafval.

  • 2.

    Interventies: interventies die een circulaire economie dichterbij brengen. Bijvoorbeeld het wegnemen van belemmeringen voor bedrijfsleven. Bijvoorbeeld betere samenwerking op het gebied van bedrijfs- en gemeentelijk afval, of het vergemakkelijken van toegang tot data.

Ook zijn de eerste stappen gezet op het gebied van monitoring. Zo is er een onderzoek uitgevoerd naar de beschikbare data om circulaire groei te meten dat heeft geleid tot een nulmeting voor het MRA gebied.26 Echter ontbraken er op het moment van opstellen van dit onderzoek nog belangrijke gegevens die nog niet verzameld kunnen worden. Verder is er een meetinstrument ontwikkeld om het bereikte niveau van circulair inkopen en opdrachtgeverschap te kunnen meten en vergelijken.

Circulaire economie op gemeentelijk niveau

De gemeente Uithoorn werkt al op verschillende manieren aan de circulaire economie. Bijvoorbeeld door circulair in te kopen, via beleidstukken zoals het Grondstoffenbeleid of beleid voor inrichting van de openbare ruimte, door pilots uit te voeren, en met verschillende communicatie uitingen Ondanks dat er wel dingen gebeuren bestond er nog geen overkoepelend beleid voor het onderwerp Circulaire economie waar alles bij elkaar komt. Daar dient dit programma voor

Omgevingsvisie

Daarnaast zijn in de ‘Omgevingsvisie Gemeente Uithoorn 2040’ (GOVI)27 de ambities en opgaven voor de langere termijn vastgesteld door middel van vijf pijlers. Eén pijler is met name relevant voor dit programma, de pijler ‘Groen-blauw en duurzaam omarmen’ waarin uitgangspunten staan over de circulaire economie in zijn algemeenheid en over circulair bouwen:

“We werken ook toe naar een circulaire economie in 2050. Dit betekent dat in 2050 volledig circulair wordt ingekocht en gebouwd, en dat inwoners en bedrijven al hun afval scheiden”

“Uithoorn stimuleert circulair bouwen, wat wil zeggen dat de bouw uitstootvrij is en dat de gebruikte materialen CO2-neutraal geproduceerd zijn en te hergebruiken zijn. De gemeente sluit daarbij aan op landelijk beleid en regelgeving”

In de pijler ‘Veerkrachtig ondernemen’ is ook aandacht voor de circulaire economie:

“De economie van Uithoorn is in 2040 uitstootvrij en in 2050 circulair. De rol van Uithoorn in de regionale circulaire economie wordt nader onderzocht.”

“De glastuinbouw is internationaal een voorloper als het gaat over circulariteit, Uithoorn zet daarom in op het verder stimuleren van circulaire innovatie in het Kernglastuinbouwgebied. Bestaande en nieuwe bedrijvigheid elders binnen de gemeente is in 2050 ook volledig circulair.”

Grondstoffenbeleid

Als laatste heeft de gemeente Uithoorn in 2021 het Grondstoffenbeleid 2020-2025 vastgesteld.28 Het Grondstoffenbeleid is het beleidsstuk dat maatregelen bevat om het aanbod van restafval te verkleinen en afval beter te scheiden in grondstoffenstromen. Hierin zijn de volgende ambities vastgesteld:

  • Voor 2023 streven naar 75% afvalscheiding en 100 kg restafval per inwoner

  • Voor 2025 streven naar 80% afvalscheiding en 75 kg restafval per inwoner

De aanpak om deze doelen te behalen bestaat uit twee fases. Fase 1 betrof het gescheiden inzamelen van GFT. De gescheiden inzameling van GFT is in oktober 2021 van start gegaan en sinds juni 2022 voor de gehele gemeente operationeel. Fase 2 bestaat uit de invoering van tariefdifferentiatie (diftar), eerst in 2024 door het invoeren van toegangscontrole met bijbehorende afvalpas, gevolgd door de invoering van het recycletarief.


Noot
1

Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030, Rijksoverheid, februari 2023

Noot
2

Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030, Rijksoverheid, februari 2023

Noot
3

Omgevingsvisie Uithoorn 2040, Gemeente Uithoorn (2022).

Noot
7

Omgevingsvisie Uithoorn 2040, Gemeente Uithoorn (2022). Grondstoffenbeleid 2020-2025, Gemeente Uithoorn (2021).

Noot
9

Reflectie op het nationaal programma circulaire economie 2023-2030, PBL (2023).

Noot
13

Huishoudelijk afval scheiden en recyclen, Rijksoverheid z.d.

Noot
15

Grondstoffenbeleid 2020-2025, Gemeente Uithoorn (2021).

Noot
16

Omgevingsvisie Uithoorn 2040, Gemeente Uithoorn (2022).

Noot
17
Noot
20

Nationaal Programma Circulaire Economie 2023-2030, Rijksoverheid, februari 2023

Noot
21

Nederland Circulair in 2050, Rijksoverheid, september 2016

Noot
23

Nieuwe VANG recycledoelstelling, VANG (z.d.)

Noot
24

De circulaire economie (vng.nl), VNG (2024).

Noot
27

Omgevingsvisie Uithoorn 2040, Gemeente Uithoorn (2022).

Noot
28

Grondstoffenbeleid 2020-2025, Gemeente Uithoorn (2021).