Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over oplaadpalen en opladen op openbaar terrein (Beleidsregel oplaadpalen en opladen op openbaar terrein gemeente Zutphen 2024)

Geldend van 22-08-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over oplaadpalen en opladen op openbaar terrein (Beleidsregel oplaadpalen en opladen op openbaar terrein gemeente Zutphen 2024)

Ons kenmerk: 644007

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,

gelet op artikel(en) 160, eerste lid van de Gemeentewet en 2 Wegenverkeerswet 1994;

gelet op titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

b e s l u i t :

vast te stellen de

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over oplaadpalen en opladen op openbaar terrein (Beleidsregel oplaadpalen en opladen op openbaar terrein gemeente Zutphen 2024)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze beleidsregel verstaat onder:

  • a.

    bedrijf: een onderneming ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, een (semi-) overheidsinstelling of vrije beroepsbeoefenaar, die daadwerkelijk gevestigd is in de gemeente en ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

  • b.

    centrum: het gebied van de stadskern Zutphen dat ligt binnen en wordt begrensd door de volgende straten: Stationsplein, Nieuwstad, Burgemeester Dijckmeesterweg, Coehoornsingel, Graaf Ottosingel, Tadamastraat, Houtwal, Martinetsingel, Vispoortplein en IJsselkade;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • d.

    data gedreven laadpaal: een extra laadpaal die geplaatst wordt naast of in de directe omgeving van een bestaande laadpaal waarvan het verbruik minimaal 4.500 kWh per jaar is;

  • e.

    elektrisch voertuig: een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c. van de Wegenverkeerwet 1994 dat bij de RDW staat geregistreerd als auto en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor de elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een oplaadpunt;

  • f.

    exploitant: eigenaar en beheerder van een laadpaal;

  • g.

    gemeente: gemeente Zutphen;

  • h.

    houder van een motorvoertuig: degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt:

    • i.

      degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven, of

    • ii.

      degene die een leasecontract heeft met een autoverhuurbedrijf dan wel in dienst is van een bedrijf op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven en die in het bezit is van dat motorvoertuig of een leasecontract heeft met een autoverhuurbedrijf, of

    • iii.

      degene die een overeenkomst heeft voor een voertuig op afroep met een autoverhuurbedrijf op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven en die in het bezit is van dat motorvoertuig;

  • i.

    inwoner: degene die blijkens een inschrijving in de gemeentelijke basisregistratie personen (BRP) in de gemeente woont dan wel daadwerkelijk woonachtig is in de gemeente;

  • j.

    laadarm: een al dan niet beweegbare uitklapbare paal met een weggewerkte laadkabel waar voetgangers onderdoor kunnen lopen;

  • k.

    laadpaal: voorziening met twee oplaadpunten die openbaar toegankelijk is op gemeentegrond, inclusief alle daarbij behorende en achterliggende installaties, en waarmee de houder van een elektrisch voertuig deze van stroom kan voorzien en/ of terug kan leveren aan het net (V2G);

  • l.

    oplaadpunt: een op de laadpaal aanwezige voorziening waarmee de houder van een elektrisch voertuig deze van stroom kan voorzien;

  • m.

    opladen: een elektrisch voertuig bij een laadpaal van stroom voorzien tijdens een aaneengesloten periode;

  • n.

    overeenkomst: de overeenkomst voor het plaatsen en onderhouden van laadpalen voor elektrisch vervoer op openbaar terrein;

  • o.

    plankaart: een digitale kaart waarop bestaande en nog te plaatsen laadpalen zijn opgenomen. Op de plankaart zijn tevens locaties opgenomen die geschikt zijn voor het plaatsen van een laadpaal;

  • p.

    proactieve laadpaal: een laadpaal die op basis van prognoses voor de vraag uit wordt geplaatst;

  • q.

    snelladen: een elektrisch voertuig met een vermogen hoger dan 22kWh bij een laadpaal van stroom voorzien tijdens een aaneengesloten periode;

  • r.

    verkeersbesluit: besluit waarbij een parkeerplaats wordt aangewezen als plaats bestemd voor het opladen van een elektrisch voertuig;

  • s.

    verzoek: het verzoek om toestemming tot het plaatsen van een laadpaal op grond die in eigendom is van de gemeente en het nemen van een verkeersbesluit;

  • t.

    verzoeker: een inwoner, de gemeente, een bedrijf of beheerder/ exploitant van de laadpaal die bij het college verzoekt om toestemming voor het plaatsen van een laadpaal en het nemen van een verkeersbesluit als bedoeld in artikel 1, onder r en s..

Artikel 2 Elektrisch voertuig

  • 1.

    Het elektrisch voertuig mag niet met inbegrip van de lading een lengte hebben van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2.40 meter, en mag geen woonwagen, aanhangwagen, keetwagen of ander dergelijk voertuig zijn dat voor de recreatie dan wel anderszins uitsluitend of mede voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebezigd.

  • 2.

    Het elektrisch voertuig mag niet voorzien zijn van een handelaarskenteken (groene kentekenplaat).

Artikel 3 Eisen voor de aanvraag van een laadpaal in de openbare ruimte

Het college geeft de verzoeker geen toestemming als deze:

  • a.

    over een privéparkeergelegenheid op het woonadres of op eigen terrein kan beschikken. Aan het beschikken over een privéparkeergelegenheid wordt gelijkgesteld de situatie dat men woont in gebouwen die gerealiseerd zijn inclusief een parkeergelegenheid in het gebouw of in de nabije omgeving van dat gebouw, waar parkeerruimte gehuurd, geleased of gekocht kan worden of anders gebruikt kan worden door de verzoeker, of

  • b.

    feitelijk niet op het opgegeven woonadres woont en als zodanig ook niet als inwoner is geregistreerd, of

  • c.

    over een parkeergelegenheid op eigen terrein van zijn bedrijf beschikt, of

  • d.

    feitelijk niet op het in het register van de Kamer van Koophandel opgegeven adres is geregistreerd.

Artikel 4 Laadpaal op eigen terrein

  • 1.

    Als de laadpaal zich op eigen terrein bevindt en het voertuig in de openbare ruimte wordt opgeladen, verbindt het college hieraan in ieder geval de volgende voorschriften en beperkingen:

    • a.

      de openbare parkeerplaats moet direct grenzen aan het trottoir of eigen perceel;

    • b.

      de openbare parkeerplaats kan niet geclaimd worden en blijft altijd beschikbaar als openbare parkeerplaats;

    • c.

      de elektrische kabel om het elektrische voertuig stroom te geven moet in goede staat zijn;

    • d.

      er mag geen elektrische kabel over de openbare weg (rijbaan/ fietspad) gelegd worden;

    • e.

      de elektrische kabel mag maximaal 10 meter over het trottoir liggen, waarbij de afstand wordt gerekend vanaf de grens van het eigen terrein tot aan het elektrische voertuig;

    • f.

      de elektrische kabel moet zoveel mogelijk langs het trottoir liggen;

    • g.

      de elektrische kabel moet op een deugdelijke wijze afgedekt zijn met een kabelmat om hinder en/ of mogelijke ongevallen te voorkomen voor andere gebruikers van het trottoir;

    • h.

      het is niet toegestaan dat een kabelgoot in het trottoir wordt aangelegd of dat oplaadkabels op een andere manier dan onder e. tot en met g. vermeld, worden geleid naar het voertuig in de openbare ruimte.

  • 2.

    Het college kan andere voorschriften en beperkingen aan een laadpaal op eigen terrein verbinden.

Artikel 5 Locatiebepaling

  • 1.

    Voor de locatiebepaling van de nog te plaatsen laadpalen geldt dat de plankaart als basis wordt gebruikt. Op deze plankaart zijn locaties opgenomen die geschikt zijn voor het plaatsen van een laadpaal. Als op 250 meter loopafstand van het adres van de verzoeker geen laadpaal is opgenomen op de plankaart, wordt een geschikte locatie gezocht en toegevoegd aan de plankaart.

  • 2.

    Als een laadpaal meer dan 4.500 kWh per jaar verbruikt, kan de exploitant een extra laadpaal (data gedreven laadpaal) naast of in de directe omgeving van de bestaande laadpaal plaatsen.

  • 3.

    Bij parkeerplaatsen die bestemd zijn voor het opladen van elektrische voertuigen en waar een parkeerduurbeperking is ingesteld (aangegeven door middel van bord E10 van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990) of die gelegen zijn in een blauwe zone gebied, vervalt de parkeerduurbeperking op de aangewezen oplaadplaats.

Artikel 6 Duur toestemming

  • 1.

    De gemeente en de exploitant leggen de toestemming voor het realiseren van een laadpaal op grond in eigendom van de gemeente en de bedingen waaronder de toestemming wordt gegeven in een overeenkomst vast.

  • 2.

    De toestemming geldt voor tien jaar en gaat in op de dag dat de overeenkomst door de gemeente en de exploitant is ondertekend. De overeenkomst eindigt zonder dat nadere schriftelijke opzegging of een andere handeling nodig is. Stilzwijgende verlenging van de overeenkomst is uitgesloten. De overeenkomst kan eenmalig met twee jaar worden verlengd.

Artikel 7 Realisatie laadpaal op oplaadlocatie

  • 1.

    Het college geeft de verzoeker slechts toestemming als een laadpaal op de oplaadlocatie daadwerkelijk gerealiseerd kan worden.

  • 2.

    Het college beoordeelt de geschiktheid van de locatie.

  • 3.

    Het college wijst in het centrum per oplaadlocatie twee parkeerplaatsen aan uitsluitend bestemd voor het opladen van elektrische voertuigen.

  • 4.

    Het college wijst buiten het centrum per oplaadlocatie één parkeerplaats aan bestemd voor het opladen van elektrische voertuigen.

  • 5.

    Het college kan op verzoek besluiten een tweede parkeervak bij een oplaadlocatie buiten het centrum aan te wijzen voor het opladen van een elektrische auto als de exploitant van de laadpaal kan aantonen dat minimaal 1.750 kWh stroom per laadpaal per jaar wordt afgenomen.

  • 6.

    Het college kan een schriftelijk verzoek, als bedoeld in het vijfde lid, inwilligen, mits het verzoek wordt voorzien van naam, adres en woonplaats van de verzoeker.

Artikel 8 Kosten plaatsen, inrichting, onderhoud, beheer en aansprakelijkheid als gevolg van schade door laadpaal

  • 1.

    Alle kosten voor het leveren, plaatsen, aansluiten, onderhouden, beheren, inrichten en dergelijke van de laadpaal en de oplaadlocatie komen voor rekening van de exploitant.

  • 2.

    De exploitant plaatst de laadpaal volgens de elektrotechnische eisen die zijn gesteld voor veiligheid in de NEN 1010, NEN 3140 en AVOI/ UNOG, dan wel de laatst geldende eisen.

  • 3.

    De exploitant levert en plaatst de bebording op zijn kosten. Dit zijn in ieder geval het bord E8C van bijlage 1 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 en onderbord met verwijspijlen. Bij het plaatsen en verwijderen van de laadpaal en bijbehorende bebording door de exploitant moet het straatwerk conform de daaraan te stellen eisen opgeleverd worden.

  • 4.

    Het college geeft de verzoeker alleen toestemming als in een overeenkomst, regels of voorschriften is vastgelegd dat alle aansprakelijkheid waaronder voor het gebruik, onderhoud, inrichting en verwijdering van de laadpaal, oplaadlocatie, bebording en eventuele schade hierdoor voor rekening van de exploitant komen.

  • 5.

    De gemeente aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor eventuele kosten, schade of andere gevolgen die kunnen ontstaan door of vanwege het gebruik van de elektrische kabel.

Artikel 9 Intrekking oude regeling

De Beleidsregel beoordeling verzoeken oplaadpalen op openbaar terrein gemeente Zutphen 2022, vastgesteld bij besluit van 27 september 2022, wordt ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking.

Artikel 11 Overgangsrecht

Alle op het tijdstip van het in werking treden van deze beleidsregel bestaande rechtsgeldige aanspraken en rechten, die voor het in werking treden van deze beleidsregel zijn verkregen, blijven onverkort van kracht.

Artikel 12 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel oplaadpalen en opladen op openbaar terrein gemeente Zutphen 2024.

Ondertekening

Aldus besloten op 2 juli 2024.

Het college van burgemeester en wethouders,

De burgemeester, de secretaris,

Toelichting

Algemene toelichting

De techniek en de behoefte aan laadpalen is in de afgelopen twee jaar toegenomen.

Het gemeentebestuur wil het elektrisch vervoer stimuleren. In oktober 2021 heeft het college de Integrale laadvisie en het plaatsingsbeleidsplan gemeente Zutphen 2021 vastgesteld.

Het gemeentebestuur kiest voor vraaggestuurde plaatsing, waarbij inwoners en ondernemers een aanvraag kunnen indienen voor een publieke laadpaal. De gemeente werkt daarbij samen met een exploitant die bereid is om op basis van aanvragen te investeren in laadinfrastructuur.

Er worden verschillende databronnen gebruikt om de behoefte aan laadpunten te voorspellen. Op basis daarvan worden er, naast de vraag gestuurde laadpalen, proactief (voor-de-vraag-uit) en op basis van verbruik, laadpalen geplaatst. Dit verkort de doorlooptijd, zodat gebruikers niet onnodig lang op laadmogelijkheden hoeven te wachten. De uitrol is hierdoor ook beter planbaar. Ook faciliteren we met proactief geplaatste laadpalen de gebruikers van elektrische voertuigen in onze gemeente.

Dit wordt gecombineerd met vraag gestuurde plaatsing/ strategische plaatsing. Welke locaties geschikt zijn voor laadpalen, wordt vastgelegd in een plankaart. Dit geeft zowel de gemeente als de netbeheerder houvast en versnelt het proces rond plaatsing.

Proactief of op basis van verbruik te plaatsen laadpalen kunnen op verzoek van de exploitant of de gemeente worden aangewezen. Bij proactieve laadpalen wordt gekeken naar de verwachte behoefte in wijken en spreiding over de hele grondgebied van de gemeente. Bij laadpalen op basis van verbruik is de afgenomen stroom (4.500 kWh) per laadpaal per jaar leidend om een extra laadpaal te plaatsen.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit artikel worden de in deze beleidsregel gehanteerde begrippen omschreven.

Artikel 2 Elektrisch voertuig

In dit artikel is beoogd een afbakening te maken voor de voertuigen die gebruik mogen maken van de voorzieningen die worden getroffen voor het elektrisch rijden. Niet meegenomen zijn snorfiets, scooter, bromfiets en andere tweewielige motorvoertuigen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van maximaal 45 km/ uur. Verondersteld wordt dat in de meeste gevallen deze voertuigen op eigen terrein kunnen worden opgeladen en er geen voorzieningen nodig zijn in de openbare ruimte. Alleen elektrische en hybride plug-in voertuigen mogen op een oplaadlocatie parkeren.

Artikel 3 Eisen voor de aanvraag van een laadpaal in de openbare ruimte

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 4 Laadpaal op eigen terrein

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting, anders dan dat hierin de voorschriften en beperkingen zijn vermeld, die aan het hebben van een laadpaal op eigen terrein worden verbonden, als het voertuig in de openbare ruimte wordt opgeladen. Het college kan op grond van het tweede lid andere voorschriften en beperkingen, dan die vermeld in het eerste lid, aan een laadpaal op eigen terrein verbinden.

Artikel 5 Locatiebepaling

De aangewezen locatie is slechts te gebruiken voor het opladen van een elektrisch voertuig. Het onnodig bezet houden van een elektrisch laadpunt door een elektrisch voertuig is niet gewenst. Een oplaadlocatie is geen parkeerplaats. Het voertuig moet na het opladen verplaatst worden. Andere gebruikers kunnen dan gebruik maken van de oplaadpaal.

Binnen een blauwe zone gebied geldt over het algemeen een parkeerduurbeperking van twee uur. Het opladen van een elektrische auto duurt meestal langer dan deze twee uur. Om die reden vervalt de parkeerduurbeperking voor de aangewezen plaats en wordt de blauwe doorgetrokken streep ter hoogte van de parkeerplaats ook verwijderd, zodat dit zichtbaar is.

Artikel 6 Duur toestemming

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 7 Realisatie laadpaal op oplaadlocatie

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 8 Kosten plaatsen, inrichting, onderhoud, beheer en aansprakelijkheid als gevolg van schade door laadpaal

De gemeente aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor het gebruik en eventuele schade door een laadpaal en de bebording, ook al staat deze op gemeentelijk grondgebied. Dat volgt uit deze bepaling.

Artikel 9 Intrekking oude regeling

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 11 Overgangsrecht

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 12 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.