Beleidsregel over van toepassing verklaren uitgebreide procedure op aanvraag omgevingsvergunning buitenplanse omgevingsplanactiviteit (artikel 16.65, lid 4, Omgevingswet)

Toelichting bij beleidsregel

In deze nota wordt ingegaan op de mogelijkheid in de Omgevingswet (Ow) voor het college van burgemeester en wethouders om de uitgebreide procedure (uov) van toepassing te verklaren op een vergunningaanvraag voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (bopa).

Bij bopa’s is standaard de reguliere procedure van toepassing. Dat wil zeggen een uiterste proceduretermijn van acht weken met een mogelijkheid van een eenmalig verlenging met 6 weken. Er zijn enkele gevallen waarbij de termijn kan worden verlengd door de uov van toepassing te verklaren. Dat kan onder meer op verzoek van de aanvrager of als het bevoegd gezag dat beslist vanwege aanzienlijke gevolgen voor de omgeving en mogelijke bedenkingen van belanghebbenden.

In de meeste gevallen zal het doorlopen van de procedure voor een bopa in 8 weken mogelijk zijn. Voor de meer ingewikkelde aanvragen is er de mogelijkheid om de termijn met 6 weken te verlengen en daarmee zal ook voor die gevallen de behandeling binnen de wettelijke termijn goed mogelijk zijn.

De gemeenteraad heeft op 22 december 2021 een lijst vastgesteld van bopa’s die alleen vergund kunnen worden na bindend advies door de gemeenteraad. Indien een advies van de gemeenteraad noodzakelijk is alvorens een omgevingsvergunning kan worden verleend, dan lukt vergunningverlening niet binnen de wettelijke termijn van reguliere vergunningverlening.

Het ligt voor de hand dat het college die gevallen aanwijst als gevallen waarvoor de uov van toepassing zal zijn. Het bevoegd gezag mag echter niet van tevoren beslissen op welke gevallen zij afdeling 3.4 Awb van toepassing zal verklaren. Die beslissing moet zij per aanvraag nemen.

Het bevoegd gezag kan wel beleidsregels opstellen over hoe zij de wettelijke criteria van artikel 16.65 lid 4, onder a en b, Ow uitlegt. In de beleidsregel kan het bevoegd gezag activiteiten benoemen die in ieder geval aanzienlijke gevolgen hebben of kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving en waartegen naar verwachting verschillende belanghebbenden bedenkingen zullen hebben.

In deze beleidsregel wordt een koppeling gelegd tussen de door de gemeenteraad vastgestelde lijst en de mogelijkheid om de uitgebreide procedure van toepassing te verklaren door het college. De categorieën op de lijst van de gemeenteraad worden benoemd als gevallen met aanzienlijke gevolgen voor de omgeving en mogelijke bedenkingen van belanghebbenden. Deze beleidsregel vormt op die manier de motivering of grondslag om vervolgens te besluiten om de uitgebreide procedure toe te passen.

De categorieën van gevallen op lijst vallen in het vervolg in principe onder de uov. Als bij een specifieke aanvraag blijkt dat het toch niet wenselijk of noodzakelijk is om de uov te doorlopen dan kan met een beroep op artikel 4:84 van de Algemeen wet bestuursrecht gemotiveerd van de beleidsregel worden afgeweken en toch gebruik gemaakt kunnen worden van de reguliere procedure. Omgekeerd is het ook mogelijk om de uov van toepassing te verklaren voor een ingewikkelde aanvraag die niet voor bindend advies langs de gemeenteraad hoeft. Naar verwachting komen dit soort afwijkingen van de hoofdregel niet vaak voor.

Om te voorkomen dat per aanvraag een besluit moet worden genomen door het college over de procedure die zal worden doorlopen wordt de besluitvorming hierover gedelegeerd aan de ambtelijke organisatie.