Subsidieregeling Schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 18-07-2024

Intitulé

Subsidieregeling Schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel;

gelet op de Algemene subsidieverordening Capelle aan den IJssel 2017 (ASV);

overwegende dat:

  • -

    het college op basis van artikel 3 van de ASV bij subsidieregeling vaststelt welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie;

  • -

    het college op basis van artikel 3 van de ASV bij subsidieregeling tevens kan bepalen welke doelgroepen in aanmerking komen voor subsidie;

  • -

    de ASV op het verstrekken van subsidies van toepassing is, voor zover daarvan niet bij subsidieregeling wordt afgeweken;

  • -

    de ASV op onderdelen bij subsidieregeling kan worden aangevuld.

b e s l u i t :

vast te stellen de subsidieregeling Schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024.

Artikel 1. Begripsomschrijving

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

Schoolmaatschappelijk werk: de inzet van een professioneel schoolmaatschappelijk werker die op school kortdurende hulpverlening biedt aan kinderen met ontwikkelings- en opgroeiproblemen en die tevens ondersteuning biedt aan leerkrachten en docenten.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is alleen van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten.

Artikel 3. Activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor schoolmaatschappelijk werk gericht op leerlingen van scholen voor speciaal basisonderwijs en voortgezet onderwijs in de gemeente Capelle aan den IJssel.

Artikel 4. Prestatieafspraken

Met subsidieontvangers worden in de subsidiebeschikking afzonderlijke afspraken gemaakt over de specifiek te verrichten activiteiten en de in dat kader te leveren prestaties.

Artikel 5. Subsidieontvangers

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan de besturen van scholen voor speciaal basisonderwijs en voor voortgezet onderwijs in de gemeente Capelle aan den IJssel.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1. De subsidie voor schoolmaatschappelijk werk op scholen voor speciaal basisonderwijs bedraagt maximaal 75% van de redelijkerwijs te maken kosten die direct verbonden zijn met het aantal geboden uren schoolmaatschappelijk werk. Het betrokken schoolbestuur levert een bijdrage van minimaal 25% in de kosten.

  • 2. De subsidie voor schoolmaatschappelijk werk op scholen voor voortgezet onderwijs bedraagt maximaal 50% van de redelijkerwijs te maken kosten die direct verbonden zijn met het aantal geboden uren schoolmaatschappelijk werk. Het betrokken schoolbestuur levert een bijdrage van minimaal 50% in de kosten.

Artikel 7. Aanvraagtermijn

  • 1. Een aanvraag om een subsidie die per kalenderjaar wordt verstrekt, wordt, in afwijking van artikel 7, eerste lid van de ASV, ingediend vóór 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het gemeentelijke begrotingsjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

  • 2. Een aanvraag om een subsidie die niet per kalenderjaar wordt verstrekt wordt, in afwijking van artikel 7, tweede lid van de ASV, ingediend vanaf 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het gemeentelijke begrotingsjaar waarop de aanvraag betrekking heeft tot uiterlijk 10 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteit waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

  • 3. Aanvragen ingediend voor of na de termijn genoemd in het eerste en tweede lid worden niet in behandeling genomen.

Artikel 8. Beslistermijn

  • 1. In afwijking van artikel 8, eerste lid, van de ASV, beslist het college op een aanvraag om een subsidie die per kalenderjaar wordt verstrekt, binnen acht weken nadat de uiterste aanvraagdatum, te weten 1 oktober, is verstreken.

  • 2. Het college kan de termijn genoemd in het eerste lid eenmaal met ten hoogste 8 weken verdagen.

Artikel 9. Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1. Jaarlijks wordt door de gemeenteraad de programmabegroting vastgesteld met daarin een verdeling van de beschikbare middelen per subsidieregeling. De aldus in de programmabegroting opgenomen middelen gelden voor deze subsidieregeling als subsidieplafond in de zin van artikel 4:22 van de Awb.

  • 2. De verdeling van het subsidieplafond voor subsidies die per kalenderjaar worden verstrekt en die conform artikel 7, eerste lid, zijn aangevraagd voor 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft, vindt plaats op basis van een verdeling naar rato over de subsidieaanvragen die voor toewijzing in aanmerking zouden komen als hierdoor het subsidieplafond niet zou worden overschreden. De subsidieaanvragen die voor de voorgeschreven aanvraagdatum zijn ontvangen en die voldoen aan de eisen van artikel 6 van de ASV, worden eerst getoetst aan de overige artikelen van de ASV. Als de beoordeling op grond van de ASV geen aanleiding geeft om de aanvraag af te wijzen, wordt de aanvraag getoetst aan deze subsidieregeling. Indien het totaalbedrag van de aanvragen die na deze toetsing voor toewijzing in aanmerking komen het subsidieplafond overschrijdt, worden de beschikbare middelen naar rato over de aanvragen verdeeld, tot het maximum van het subsidieplafond.

  • 3. De verdeling van het subsidieplafond voor andere aanvragen om subsidie, vindt plaats op basis van de volgorde van binnenkomst van de aanvragen die voldoen aan de eisen van de ASV en deze subsidieregeling. Indien op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt meer dan één aanvraag wordt ontvangen, wordt de onderlinge rangschikking van de aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 10. Verplichtingen

  • 1. Subsidieontvangers die activiteiten ontplooien met of voor kinderen dienen een beleid te voeren, gericht op het waarborgen van een veilige omgeving voor kinderen.

  • 2. Bij de subsidieverlening kunnen aan de subsidieontvanger nog andere verplichtingen dan de in het eerste lid vermelde verplichting worden opgelegd.

Artikel 11. Slotbepalingen

  • 1. Besluiten inzake de subsidiëring van schoolmaatschappelijk werk die zijn genomen krachtens de Subsidieregeling onderwijskansen 2020 gelden als te zijn genomen krachtens deze subsidieregeling.

  • 2. Deze subsidieregeling treedt in werking met ingang van de dag volgende op de dag van haar bekendmaking.

  • 3. Deze subsidieregeling wordt aangehaald als Subsidieregeling schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024.

Ondertekening

Capelle aan den IJssel, 2 juli 2024.

Het college van burgemeester en wethouders voornoemd,

de secretaris,

A.L. Duijmaer van Twist

de burgemeester,

C.H.J. Lamers

TOELICHTING

Algemene toelichting

Tot de inwerkingtreding van deze Subsidieregeling schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024 werd het schoolmaatschappelijk werk gesubsidieerd op grond van de Subsidieregeling onderwijskansen 2020. Laatgenoemde subsidieregeling is ingetrokken waarbij een nieuwe subsidieregeling is vastgesteld voor het schoolmaatschappelijk werk. Wat betreft de inhoud wijkt de Subsidieregeling schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024 niet af van hetgeen voor de subsidiëring van het schoolmaatschappelijk werk was bepaald in de Subsidieregeling onderwijskansen 2020.

Artikelsgewijze toelichting

Deze regeling bevat op onderdelen specifieke aanvullingen of wijzigingen op de ASV.

Artikel 1. Begripsomschrijving

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 2. Toepassingsbereik

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 3. Activiteiten

Schoolmaatschappelijk werk is een laagdrempelige voorziening om sociaal-emotionele problemen van jeugdigen (en hun opvoeders) zo vroeg mogelijk te signaleren, de jeugdigen en opvoeders van adequate informatie en advies te voorzien en zo nodig te interveniëren c.q. toe te leiden naar passende hulpverlening. Via preventieve en hulpverlenende activiteiten stimuleert de schoolmaatschappelijk werker de sociaal-emotionele ontwikkeling en het zelfstandig functioneren van leerlingen en ondersteunt hij leerkrachten bij het omgaan met sociaal-emotionele problemen van jeugdigen.

Reguliere basisscholen krijgen deze vorm van ondersteuning van een jeugd- en gezinscoach van het Centrum voor Jeugd en Gezin. De gemeente geeft daartoe een opdracht aan het CJG. Hiervoor kan geen subsidie worden aangevraagd.

Artikel 4. Prestatieafspraken

In de subsidiebeschikking kunnen de te verrichten activiteiten nader worden gespecificeerd. Hierbij kan worden gedacht aan het maken van afspraken over te bereiken aantallen en de wijze van tussentijdse verantwoording.

Artikel 5. Subsidieontvangers

Op grond van artikel 3 van de ASV bepaalt het college voor zover van toepassing in een subsidieregeling tevens wie voor subsidie in aanmerking komt. In dit artikel wordt voor de Subsidieregeling schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024 vastgelegd aan welke partijen een subsidie kan worden verstrekt.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Subsidie voor schoolmaatschappelijk werk is bestemd voor de ureninzet van een professioneel schoolmaatschappelijk werker. De subsidie is nadrukkelijk niet bedoeld voor eventuele kosten die een subsidieontvanger maakt in zijn rol als opdrachtgever van deze schoolmaatschappelijk werker, zoals kosten voor de inrichting van een werkplek of overleguren.

Omdat schoolmaatschappelijk werk zich beweegt op het snijvlak van onderwijs en jeugdhulp, zijn de kwaliteit en de financiering van deze werksoort een gezamenlijk belang en een gezamenlijke verantwoordelijkheid van schoolbesturen en gemeente.

Aangezien op scholen voor speciaal basisonderwijs verhoudingsgewijs veel meer Capelse kinderen zitten dan op scholen voor voortgezet onderwijs, is een grotere gemeentelijke bijdrage voor schoolmaatschappelijk werk in het speciaal basisonderwijs op zijn plaats. Dit verklaart het verschil in de eigen bijdrage bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel.

Artikel 7.Aanvraagtermijn

In de ASV en in deze subsidieregeling worden twee soorten subsidies onderscheiden: subsidie voor de duur van een kalenderjaar en subsidie die niet per kalenderjaar wordt verstrekt (aangeduid als 'andere aanvragen om subsidie' of 'andere subsidies').

Subsidies die voor de duur van een kalenderjaar worden verstrekt, dienen te worden aangevraagd vóór 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

In het tweede lid van dit artikel is bepaald dat subsidies die niet per kalenderjaar worden verstrekt, het gehele jaar door kunnen worden aangevraagd, maar niet eerder dan 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft en niet later dan 10 weken voordat de aanvrager wil beginnen met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

Artikel 8. Beslistermijn

Het eerste lid van dit artikel bevat een afwijking van artikel 8, eerste lid van de ASV. Deze afwijking houdt in dat het college pas beslist op een aanvraag om een subsidie voor de duur van een kalenderjaar, binnen 8 weken na 1 oktober, in plaats van binnen 8 weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

Het tweede lid houdt in dat bovenstaande beslistermijn eenmaal met maximaal 8 weken kan worden verlengd.

De besluitvorming over andere aanvragen om subsidie (die dus niet per kalenderjaar worden verstrekt) vindt plaats conform de ASV, dus binnen 8 weken nadat de volledige aanvraag is ingediend. Ook deze termijn kan eenmaal met maximaal 8 weken worden verlengd.

Artikel 9. Subsidieplafond en wijze van verdeling

De Raad stelt met het vaststellen van een subsidieplafond een maximum aan het bedrag dat voor bepaalde subsidies beschikbaar is. Als het totaal van de aanvragen die voor toewijzing in aanmerking komen het subsidieplafond overschrijdt, wordt ten aanzien van subsidies die per kalenderjaar worden verstrekt dit bedrag naar rato verdeeld.

Om te bepalen of een aanvraag voor toewijzing in aanmerking komt, wordt eerst onderzocht of de aanvragen op tijd zijn ingediend en compleet zijn, alsmede of zij voldoen aan de overige eisen die in de ASV worden gesteld. In dit kader wordt ook afgewogen of er een reden is om de aanvraag af te wijzen op grond van een van de afwijzingsgronden van artikel 9 van de ASV. Vervolgens worden de aanvragen getoetst aan deze subsidieregeling. Daarbij wordt onder meer beoordeeld of de aanvraag activiteiten betreft die op grond van de subsidieregeling in principe kunnen worden gesubsidieerd en of de aanvrager behoort tot de doelgroep van de subsidieregeling. Als het totaalbedrag van de aanvragen die na deze procedure zouden kunnen worden toegewezen het bedrag van het subsidieplafond overschrijdt, wordt dit bedrag naar rato verdeeld.

Voor de andere aanvragen om subsidie wordt het subsidieplafond verdeeld op basis van de volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Als een aanvraag niet compleet is, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld om zijn aanvraag aan te vullen. In dat geval geldt de datum waarop de aanvraag compleet is als ontvangstdatum.

Artikel 10. Verplichtingen

Een belangrijk aspect van het creëren van een veilige omgeving voor kinderen is het voorkomen van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag. Bij de invulling van het beleid, dat erop gericht is om een veilige omgeving voor kinderen te waarborgen, kan gedacht worden aan het vragen van een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) van medewerkers die met kinderen werken.

Artikel 11. Slotbepalingen

Zoals vermeld in de algemene toelichting komt deze subsidieregeling in de plaats van het onderdeel schoolmaatschappelijk werk in de Subsidieregeling onderwijskansen 2020. Het eerste lid van artikel 11 zorgt ervoor dat na het intrekken van de Subsidieregeling onderwijskansen 2020 de betreffende beschikkingen worden geacht nu te zijn gebaseerd op de Subsidieregeling schoolmaatschappelijk werk Capelle aan den IJssel 2024. Deze subsidieregeling heeft onmiddellijke werking en is daarmee ook van toepassing op de besluiten die in het verleden genomen zijn.