Uitvoeringsregels participatie Gelderland

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 28-08-2024

Intitulé

Uitvoeringsregels participatie Gelderland

Gedeputeerde Staten van Gelderland

Gelet op artikel 2.6 van de Participatieverordening Gelderland 2024

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Uitvoeringsregels participatie Gelderland

Artikel 1 Informatiebronnen voor de evaluatie

Gedeputeerde Staten verzamelen voor de evaluatie, bedoeld in artikel 5.1 van de Participatieverordening Gelderland, informatie uit:

  • a.

    de verslagen van de participatieprocessen die de provincie heeft gevoerd; en

  • b.

    de werking van de vormen van participatie uit hoofdstuk 1 van de Participatieverordening Gelderland.

Artikel 2 Verzoek over het uitdaagrecht

In een verzoek over tot het uitdaagrecht geeft de inwoner in ieder geval aan:

  • a.

    welke taak de inwoner van de provincie wil overnemen;

  • b.

    hoe de inwoner denkt deze taak beter en goedkoper te kunnen uitvoeren;

  • c.

    wat de kennis en ervaring van de inwoner zijn;

  • d.

    welke andere personen willen meedoen aan het overnemen van de taak;

  • e.

    wat het resultaat is van het participatieproces met andere inwoners, zoals omwonenden;

  • f.

    hoe hoog de inwoner denkt dat de kosten van de uitvoering van de taak zullen zijn;

  • g.

    hoe de inwoner met de provincie wil samenwerken of welke hulp hij nodig heeft; en

  • h.

    hoe de inwoner de kwaliteit en de uitvoering van de taak op de langere termijn wil verzekeren.

Artikel 3 Ondersteuning van de inwoner

  • 1. Als de provincie een verzoek heeft ontvangen, wijst zij een medewerker aan die de inwoner ondersteunt totdat een beslissing over het verzoek is genomen.

  • 2. Als de provincie besluit de taak aan de inwoner over te dragen, wijst zij een medewerker aan die de inwoner kan ondersteunen bij het uitvoeren van de taak.

Artikel 4 Beoordelen van het verzoek

  • 1. De provincie vraagt de inwoner binnen vier weken om het verzoek toe te lichten.

  • 2. De provincie kan de inwoner vragen om het verzoek aan te vullen.

  • 3. De provincie geeft de inwoner binnen twee maanden schriftelijk aan welke voorwaarden bij de uitvoering gaan gelden.

  • 4. Als de inwoner aan de voorwaarden kan voldoen legt de provincie dat vast in een contract.

  • 5. De inwoner en de provincie ondertekenen het contract.

  • 6. Als de inwoner en de provincie het niet eens kunnen worden over de voorwaarden voor het uitvoeren, legt de provincie dit vast in een rapport en geeft het rapport aan de inwoner.

Artikel 5 Contract over het uitvoeren van de taak

  • 1. De provincie legt in het besluit in ieder geval de afspraken vast over:

    • a.

      op welk moment en hoe de inwoner de taak kan overnemen;

    • b.

      hoe de inwoner de taak gaat uitvoeren;

    • c.

      hoe lang de inwoner de taak gaat uitvoeren;

    • d.

      welk bedrag de inwoners mogelijk jaarlijks ontvangt om de taak uit te voeren;

    • e.

      hoe de inwoner de provincie kan laten weten hoe het gaat met de uitvoering van de taak; en

    • f.

      hoe de provincie wil meedoen bij het uitvoeren van de taak.

  • 2. De provincie maakt het besluit op een geschikte wijze openbaar.

Artikel 6 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregels participatie Gelderland.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de Participatieverordening Gelderland in werking treedt.

Ondertekening

Gedeputeerde Staten van Gelderland

Henri Lenferink

Commissaris van de Koning Secretaris

Frederik van Ardenne

Commissaris van de Koning Secretaris

Toelichting

In artikel 4.1 van de Participatieverordening Gelderland is aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid gedelegeerd om uitvoeringsregels vast te stellen over onderwerpen die in de participatieverordening zijn geregeld. Van die bevoegdheid is gebruik gemaakt om uitvoeringsregels vast te stellen voor:

  • -

    de tweejaarlijkse evaluatie: een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van de participatieverordening in de praktijk (artikel 5.1 van de participatieverordening); en

  • -

    het uitdaagrecht (hoofdstuk 3 van de participatieverordening).

In deze uitvoeringsregels gelden de begripsbepalingen uit artikel 1 van de participatieverordening. Concreet gaat het dan om de volgende begrippen:

  • -

    initiatief: een voornemen van een inwoner om veranderingen aan te brengen in zijn fysieke leefomgeving;

  • -

    inwoner: een natuurlijk persoon, een rechtspersoon, een onderneming of een andere maatschappelijke entiteit die mee wil doen aan een participatieproces;

  • -

    provincie: bestuursorganen van de provincie Gelderland; en

  • -

    uitdaagrecht: recht van inwoners om een verzoek bij de provincie in te dienen om de feitelijke uitvoering van een provinciale taak over te nemen.