SUBSIDIEREGELING sociaal domein gemeente Dordrecht

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-08-2024

Intitulé

SUBSIDIEREGELING sociaal domein gemeente Dordrecht

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT;

gezien het voorstel inzake Vaststellen subsidieregeling "sociaal domein gemeente Dordrecht",

overwegende dat de gemeenteraad de Visie sociaal domein Dordrecht 2030 heeft vastgesteld;

gelet op de bepalingen in titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 4 van de Algemene subsidieverordening Dordrecht.

B E S L U I T :

vast te stellen de navolgende SUBSIDIEREGELING sociaal domein gemeente Dordrecht;

Hoofdstuk 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a.

    Activiteitensubsidie: een subsidie voor scoutingverenigingen en Speeltuinen voor activiteiten die aansluiten bij of passen bij de Visie sociaal domein Dordrecht 2030;

  • b.

    Afmeergelegenheden: voor waterscouting noodzakelijke voorzieningen om boten te kunnen afmeren;

  • c.

    Algemene voorzieningen: voorzieningen die voor iedereen toegankelijk zijn en waarbij inwoners terecht kunnen met een hulpvraag, voor Ontmoeting en voor vrijetijdsbesteding.

  • d.

    Asv: de Algemene subsidieverordening Dordrecht;

  • e.

    College: het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Dordrecht

  • f.

    Bestaanszekerheid: het hebben van voldoende en voorspelbaar inkomen, het kunnen meedoen in de samenleving en het hebben van een betaalbare woning, alsmede het hebben van toegang tot hulp en zorg;

  • g.

    Eenmalige subsidie: een subsidie, niet zijnde een kalenderjaarsubsidie, voor eenzelfde activiteiten die maximaal twee keer kan worden aangevraagd;

  • h.

    Exploitatiesubsidie: een subsidie die gegeven wordt als bijdrage in de exploitatie van een scoutingvereniging of Speeltuin;

  • i.

    Gezinsabonnement Speeltuin: een betaald abonnement voor het hele gezin rechtgevend op toegang tot de Speeltuin gedurende het hele openingsseizoen;

  • j.

    Groot onderhoud: onderhoud waarvan de kosten meer dan € 2.500,- per keer bedragen;

  • k.

    Inclusieve samenleving: een samenleving waarin iedereen tot zijn recht kan komen, gelijke kansen heeft en erbij hoort, ongeacht godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, gender, handicap, seksuele gerichtheid of welke grond dan ook;

  • l.

    Investeringssubsidie: een subsidie voor de kosten van investeringen voor aanschaf, dan wel vervanging van Werkmaterialen, Speeltoestellen en Afmeergelegenheden, alsmede de kosten van Groot onderhoud aan en nieuwbouw van gebouwen;

  • m.

    Jeugdigen: iedereen tot 18 jaar;

  • n.

    Jeugdlid: lid van een vereniging niet ouder dan 23 jaar;

  • o.

    Jeugdvakantiewerk: activiteiten tijdens de zomervakantie met een minimale duur van 2 maal 5 dagen, gericht op recreatie en Ontmoeting voor Jeugdigen vanaf 5 jaar;

  • p.

    Kalenderjaarsubsidie: een subsidie die kan worden aangevraagd voor activiteiten die gedurende een of meer kalenderja(a)r(en) worden uitgevoerd;

  • q.

    Mantelzorg: onbetaalde en vaak langdurige zorg voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende persoon door iemand uit diens omgeving. De hulp kan intensief maar ook minder intensief zijn. Mantelzorg is geen keuze.

  • r.

    Normalisering: Een maatschappelijke opgave waarbij we ‘afwijkend’ gedrag vaker en langer als normaal accepteren en niet als hulpvraag beschouwen.

  • s.

    Ontmoeting: verbinding tussen inwoners van de gemeente Dordrecht door bij elkaar te komen met het doel eenzaamheid tegen te gaan en Sociale cohesie te versterken;

  • t.

    Preventie: het bevorderen van het normale leven en ‘de positieve ontwikkeling van’ de mens door belemmerende of risicovolle factoren te voorkomen, signaleren, verkleinen en waar nodig te bestrijden;

  • u.

    Sociale cohesie: de samenhang in de maatschappij en de wil en het vermogen van inwoners om samen te leven en werken. We kijken hiernaar vanuit verschillende dimensies: 1. Gelijkheid, 2. Veiligheid, 3. Sociale contacten, 4. Leefomgeving en 5. Betrokkenheid/vertrouwen. Dimensies die samenhangen en elkaar beïnvloeden.

  • v.

    Speeltoestellen: toestellen in Speeltuinen bedoeld voor jeugdigen om mee te spelen;

  • w.

    Speeltuin: Een door de gemeente erkende Speeltuin die bestaat uit een omheind hek met Speeltoestellen en die wordt beheerd door vrijwilligers

  • x.

    Vervangingsfonds: een fonds dat wordt beheerd door de gemeente. Jaarlijks stort elke Speeltuin hier € 2.500,- in, wat door de gemeente wordt verdubbeld.

  • y.

    Vrijwillige inzet: Inzet dat in enig georganiseerd verband onverplicht en onbetaald wordt verricht ten behoeve van inwoners van de gemeente Dordrecht of de samenleving;

  • z.

    Vroegsignalering: Risicogroepen of groepen in kwetsbare situaties proactief in beeld krijgen zodat er in een vroeg stadium waar nodig (lichte) zorg en ondersteuning geboden kan worden, waardoor zwaardere problemen voorkomen, opgelost of uitgesteld worden.

  • aa.

    Weekkamp: een activiteit met een minimale duur van 5 dagen voor Jeugdigen vanaf 5 jaar;

  • ab.

    Werkmateriaal: voor de uitoefening van scoutingactiviteiten noodzakelijke materialen, zoals tenten en boten;

  • ac.

    Wmo: wet maatschappelijke ondersteuning 2015.

Artikel 2 Doel subsidieregeling

Deze subsidieregeling maakt het mogelijk om subsidie te verstrekken voor activiteiten die bijdragen aan een van de volgende doelen:

  • a.

    Het versterken van Bestaanszekerheid;

  • b.

    Het stimuleren en ondersteunen van Sociale Cohesie, Vrijwillige inzet, en Mantelzorg;

  • c.

    Het bevorderen van voldoende kwalitatief aanbod van Algemene voorzieningen.

Artikel 3 Subsidiabele activiteiten Het college kan op aanvraag een subsidie verstrekken voor activiteiten in de gemeente Dordrecht die:

  • a.

    bijdragen aan een inclusief Dordrecht, waaraan iedereen mee kan doen;

  • b.

    bijdragen aan Vroegsignalering en Preventie van en laagdrempelige hulp bij armoede en schulden;

  • c.

    bijdragen aan het vergroten van de sociale betrokkenheid van inwoners;

  • d.

    bijdragen aan het vergroten van Vrijwillige inzet en versterken van Mantelzorg;

  • e.

    bijdragen aan het bevorderen van de (mentale) gezondheid en vitaliteit van Dordtenaren (op laagdrempelige manier);

Hoofdstuk 2: AANVRAAG SUBSIDIE

Artikel 4 Aanvraag

De aanvraag van een subsidie wordt ingediend met het door het college beschikbaar gestelde aanvraagformulier. Bij de aanvraag wordt minimaal vermeld:

  • -

    de te subsidiëren activiteit,

  • -

    het te verwachten bereik van de activiteit

  • -

    het te verwachten maatschappelijk effect van de activiteit.

Hoofdstuk 3: Sociaal domein

Artikel 5 Vorm subsidie

Het college verstrekt op grond van dit hoofdstuk een subsidie in de vorm:

  • a.

    Kalenderjaarsubsidie;

  • b.

    Eenmalige subsidie.

Artikel 6 Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1.

    Het college stelt jaarlijks voor 1 augustus voorafgaand aan het betreffende kalender-/uitvoeringsjaar een subsidieplafond vast.

  • 2.

    Honorering van de aanvragen op basis van dit hoofdstuk vindt plaats op volgorde van binnenkomst van de complete aanvraag.

Artikel 7 Aanvullende weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 11, lid 1van de Asv Dordrecht wordt de subsidie in ieder geval geweigerd, indien:

    • a.

      de aanvraag niet aan één van de beoordelingscriteria van artikel 8 voldoet;

    • b.

      de activiteit bedoeld is voor één individu;

    • c.

      niet wordt voldaan aan het bepaalde in deze regeling;

    • d.

      aannemelijk is dat de activiteiten ook zonder subsidie worden uitgevoerd;

    • e.

      geen samenwerking wordt gezocht met andere partijen in de stad;

    • f.

      de activiteiten onder de Dordtse onderwijsvisie voor primair- en voortgezet onderwijs vallen, zoals voor- en vroegschoolse educatie en schakelklassen.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 11 van de Algemene subsidieverordening Dordrecht kan de subsidie in ieder worden geval geweigerd, indien:

    • a.

      het een Eenmalige subsidieaanvraag als bedoeld in artikel 5 sub b betreft en voor eenzelfde activiteiten reeds voor twee achtereenvolgende jaren en subsidie is verstrekt;

Artikel 8 Beoordelingscriteria

  • 1.

    De te subsidiëren activiteit levert een bijdrage aan het doel van deze regeling, zoals genoemd in artikel 2, middels een of meerdere activiteiten zoals omschreven in artikel 3 van deze regeling en wordt beoordeeld op basis van de volgende criteria:

    • a.

      de activiteit draagt bij aan Preventie of Vroegsignalering en leidt tot een afname van dure gespecialiseerde zorg;

    • b.

      de activiteit draagt bij aan Normalisering van een situatie of problematiek;

    • c.

      het aantal te bereiken personen in verhouding tot de impact die de activiteit maakt en de kosten van de activiteit;

    • d.

      de activiteit wordt medegefinancierd uit andere inkomstenbronnen, zoals fondsen of deelnemersbijdragen;

    • e.

      de activiteit wordt benaderd vanuit meerdere invalshoeken (integraal);

    • f.

      de activiteit sluit aan bij de behoefte vanuit de wijk, het gebied of de (lokale) maatschappelijke vraagstukken.

    • g.

      de activiteit draagt bij aan het stimuleren van een Inclusieve samenleving

    • h.

      bij het uitvoeren van de activiteit werken partijen (formeel en informeel) samen

  • 2.

    Aanvragen voor een Eenmalige subsidie op basis van artikel 5 sub b van deze regeling worden beoordeeld op de volgende criteria, waarbij per criterium een maximum aantal punten te verdelen valt die samen moeten optellen tot minimaal 80 punten:

    • a.

      de activiteit is vernieuwend ten opzichte van bestaande activiteiten, bijvoorbeeld doordat het domein overstijgend is of door een onderbouwde aanpak (40 punten);

    • b.

      de activiteit draagt bij aan Preventie of Vroegsignalering en leidt tot een afname van dure gespecialiseerde zorg (30 punten);

    • c.

      de activiteit draagt bij aan Normalisering van een situatie of problematiek (30 punten);

    • d.

      het aantal bereikte personen in verhouding tot de impact die de activiteit maakt en de kosten van de activiteit (15 punten);

    • e.

      de activiteit wordt medegefinancierd uit andere inkomstenbronnen, zoals fondsen of deelnemersbijdragen (15 punten);

    • f.

      de activiteit wordt benaderd vanuit meerdere invalshoeken (integraal) (15 punten);

    • g.

      in de uitvoering wordt rekening gehouden met verschillende doelgroepen en wijken (15 punten).

Hoofdstuk 4: SPEELTUINEN, SCOUTING EN JEUGDVAKANTIEWERK

Artikel 9 Hoogte en vorm subsidie

  • 1.

    Het college verstrekt op grond van dit hoofdstuk voor Speeltuinen en scouting een:

    • a.

      Exploitatiesubsidie;

    • b.

      Investeringssubsidie; en/of

    • c.

      activiteitensubsidie.

  • 2.

    Het college verstrekt op grond van dit hoofdstuk voor Jeugdvakantiewerk en/of een Weekkamp een Kalenderjaarsubsidie.

  • 3.

    De hoogte van de Exploitatiesubsidie als bedoeld in lid 1 sub a van dit artikel wordt als volgt berekend:

    • a.

      voor Speeltuinen: een basisbedrag per Speeltuin van maximaal € 9.360,- en een bedrag van maximaal € 23,- per Gezinsabonnement, gebaseerd op de actuele ledensituatie op de peildatum 1 juli van het aanvraagjaar;

    • b.

      voor landscouting: een basisbedrag per vereniging van maximaal € 2.925,- en een bedrag van maximaal € 88,- per Jeugdlid, gebaseerd op de actuele ledensituatie op de peildatum 1 juli van het aanvraagjaar;

    • c.

      voor waterscouting: een basisbedrag per vereniging van maximaal € 4.095,- en een bedrag van maximaal € 146,- per Jeugdlid, gebaseerd op de actuele ledensituatie op de peildatum 1 juli van het aanvraagjaar.

  • 4.

    De Exploitatiesubsidie als bedoeld in lid 1 sub a van dit artikel:

    • a.

      bedraagt per Jeugdlid niet meer dan de contributie per lid;

    • b.

      kan in het geheel niet meer bedragen dan het exploitatietekort van de aanvrager.

  • 5.

    Een Investeringssubsidie als bedoeld in lid 1 sub b van dit artikel kan worden aangevraagd voor de aanschaf, reparatie of vervanging van Werkmateriaal, Speeltoestellen en Afmeergelegenheden, Groot onderhoud van en aanpassing aan gebouwen en vervangende nieuwbouw van een speeltuingebouw of clubgebouw van scouting;

  • 6.

    De hoogte van de Investeringssubsidie als bedoeld in lid 1 sub b van dit artikel bedraagt per aanvraag maximaal:

    • a.

      50% van de kosten van eerste aanschaf van groot Werkmateriaal, Speeltoestellen en Afmeergelegenheden met een maximum van € 15.000,-;

    • b.

      50% van de kosten van reparatie of vervanging van Werkmateriaal, Speeltoestellen en Afmeergelegenheden met een maximum van € 15.000,-. Werkmateriaal, Speeltoestellen en Afmeergelegenheden kunnen worden vervangen als blijkt dat vervanging noodzakelijk is.

    • c.

      30% van de kosten van Groot onderhoud aan gebouwen met een maximum van € 15.000,-;

    • d.

      30% van de kosten van aanpassing aan gebouwen, met een maximum van € 15.000,-;

    • e.

      100% van de kosten van de vervanging van Speeltoestellen bij Speeltuinen. Hiervoor wordt een beroep gedaan op het Vervangingsfonds, voor zover de per Speeltuin gelabelde middelen van dit fonds dit toelaten. Tevens wordt de levensvatbaarheid van de Speeltuin betrokken bij de beoordeling.

    • f.

      30% in de kosten van vervangende nieuwbouw van een speeltuingebouw of clubgebouw voor scouting met een maximum van € 30.000,--, indien vervangende nieuwbouw in het kader van de planontwikkeling in het gebied noodzakelijk is.

  • 7.

    De Activiteitensubsidie als bedoeld in lid 1 sub c van dit artikel bedraagt maximaal € 2.925,- per kalenderjaar.

  • 8.

    De hoogte van de subsidie als bedoeld in lid 2 van dit artikel bedraagt per aanvrager voor:

    • a.

      Jeugdvakantiewerk maximaal € 4.095,- per kalenderjaar;

    • b.

      voor een Weekkamp maximaal € 1.755,- per kalenderjaar.

  • 9.

    De bedragen zoals genoemd in artikel 9 lid 3, 7 en 8 gelden voor het kalenderjaar 2025 en worden vervolgens jaarlijks geïndexeerd met de indexatie die de gemeenteraad jaarlijks vaststelt en afgerond naar hele bedragen.

Artikel 10 Aanvrager

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie op grond van artikel 9 lid 1 van deze regeling kan worden ingediend door een vereniging, die is gevestigd in de gemeente Dordrecht met Dordtse Jeugdleden.

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie op grond van artikel 9 lid 2 van deze regeling kan worden ingediend door een rechtspersoon, die ten minste vijf jaar gevestigd is in de gemeente Dordrecht en die zich ten doel stelt om activiteiten te verrichten ten behoeve van Jeugdigen in de gemeente Dordrecht.

Artikel 11 Aanvraagtermijn

  • 1.

    Een aanvraag om een Exploitatiesubsidie en/of Activiteitensubsidie als bedoeld in artikel 9, lid 1 sub a en sub c van deze regeling, wordt uiterlijk 1 oktober voorafgaand aan het betreffende kalenderjaar ingediend.

  • 2.

    Een aanvraag om een Investeringssubsidie als bedoeld in artikel 9, lid 1 sub b van deze regeling, wordt voor een investering die plaatsvindt in het eerste halfjaar van het kalenderjaar ingediend, uiterlijk op 1 oktober van het daaraan voorafgaande kalenderjaar.

  • 3.

    Een aanvraag om een Investeringssubsidie als bedoeld in artikel 9, lid 1 sub b van deze regeling, wordt voor een investering die plaatsvindt in het tweede halfjaar van het kalenderjaar ingediend, uiterlijk op 1 april van het desbetreffende kalenderjaar.

  • 4.

    Een aanvraag om een subsidie als bedoeld in artikel 9, lid 2 van deze regeling wordt, uiterlijk 1 oktober voorafgaand aan het betreffende kalenderjaar ingediend.

Artikel 12 Subsidieplafond en wijze van verdeling voor exploitatie- en Investeringssubsidies

  • 1.

    Het college kan jaarlijks voor 1 augustus voorafgaand aan het betreffende kalenderjaar een subsidieplafond vaststellen voor Investeringssubsidies als bedoeld in artikel 9 lid 1 sub a en b van deze regeling.

  • 2.

    Indien een subsidieplafond dat is vastgesteld voor Investeringssubsidies die worden verstrekt op grond van dit hoofdstuk, wordt overschreden als gevolg van het aantal aanvragen dat op dezelfde dag wordt ontvangen, worden de aanvragen die op die dag ontvangen zijn, door middel van loting gerangschikt.

Artikel 13 Aanvullende weigerings-, intrekkings- en terugvorderingsgronden

  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 11, van de Asv Dordrecht wordt de subsidieverlening geweigerd als niet wordt voldaan aan het bepaalde in deze regeling.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 11, van de Algemene subsidieverordening Dordrecht kan de subsidieverlening worden geweigerd indien de kosten van de activiteit(en) waarvoor subsidie wordt aangevraagd, niet in redelijke verhouding staan tot het aantal te bereiken personen, waarbij rekening wordt gehouden met bijvoorbeeld het aantal bezoekers, openingstijden en het aantal leden.

Artikel 14 Aanvullende verplichtingen

Een aanvrager van subsidie ten behoeve van een scoutingvereniging of de exploitatie van een speeltuin dient te voldoen aan de landelijke regelgeving zoals genoemd in het ‘Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen 2023’.

Artikel 15 Beoordelingscriteria voor Activiteitensubsidie

Aanvragen voor Activiteitensubsidie als bedoeld in artikel 9 lid 1 sub c van deze regeling worden beoordeeld op basis van de volgende criteria:

  • a.

    de activiteit levert een bijdrage aan het in artikel 3 opgenomen doel;

  • b.

    bij realisatie van de activiteit wordt zoveel mogelijk samengewerkt met lokale organisaties, instellingen en andere maatschappelijke actoren bij de activiteit;

  • c.

    bij realisatie van de activiteit wordt zoveel mogelijk Vrijwillige inzet nagestreefd.

Hoofdstuk 5: VERANTWOORDING SUBSIDIE

Artikel 16 Aanvraag subsidievaststelling

De aanvraag voor subsidievaststelling wordt ingediend met behulp van het door het college beschikbaar gestelde verantwoordingsformulier en bevat, naast de in artikel 16 tot en met 18 van de Asv Dordrecht genoemde gegevens, tenminste de volgende informatie:

  • -

    de gesubsidieerde activiteit;

  • -

    het bereik van de activiteit;

  • -

    het maatschappelijk effect van de activiteit.

Artikel 17 Aanvraagtermijn subsidievaststelling

  • 1.

    Een aanvraag voor subsidievaststelling voor een Kalenderjaarsubsidie, Exploitatiesubsidie en/of Activiteitensubsidie, als bedoeld in artikel 5 sub a en artikel 9, lid 1 sub a en c van deze regeling, wordt vanaf € 20.000,-, uiterlijk 1 mei na afloop van het/de betreffende kalenderja(a)r(en) ingediend.

  • 2.

    Een aanvraag voor subsidievaststelling voor een Eenmalige subsidie als bedoeld in artikel 5, sub b of Investeringssubsidie als bedoeld in artikel 9, lid 1 sub b wordt uiterlijk 13 weken na afloop van de betreffende activiteit ingediend.

Hoofdstuk 6: HARDHEIDSCLAUSULE, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 18 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2 en 3, voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard. De reden voor het toepassen van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.

Artikel 19 Overgangs- en slotbepalingen

  • 1.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling sociaal domein gemeente Dordrecht.

  • 2.

    De Subsidieregeling Jeugd en Wmo gemeente Dordrecht wordt ingetrokken.

  • 3.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 augustus 2024.

  • 4.

    Op aanvragen voor subsidie die zijn ingediend voor 1 augustus 2024 blijven de bepalingen van de Subsidieregeling Jeugd en Wmo gemeente Dordrecht door het college vastgesteld op 14 juni 2020, van toepassing.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van juli 2024

Het college van Burgemeester en Wethouders

C. Post, A.W. Kolff

secretaris, burgemeester