Ontheffingenbeleid milieuzone Amsterdam 2025

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-01-2025

Intitulé

Ontheffingenbeleid milieuzone Amsterdam 2025

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,

gelet op:

  • -

    artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 149 van de Wegenverkeerswet 1994; en

  • -

    de artikelen 86c, 86d en 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

overwegende, dat het college bij verkeersbesluit van 18 juni 2024 per 1 januari 2025 de bestaande milieuzone voor dieselpersonenauto- en bedrijfsauto’s heeft aangescherpt naar emissieklasse 5 of hoger, en die voor dieselautobussen en dieselvrachtauto’s met emissieklasse 6 heeft beperkt tot het gebied tussen de Ring A10 en S100, door middel van het plaatsen van een geslotenverklaring voor deze motorvoertuigen en daarin heeft opgenomen dat beleidsregels worden vastgesteld voor een aantal categorieën ontheffingsmogelijkheden;

besluit:

Algemene bepalingen:

Artikel 1 Definities:

In dit ontheffingenbeleid wordt verstaan onder:

  • -

    amsterdamse museumbus: autobus met emissieklasse 3 of lager die deel heeft uitgemaakt van het openbaar stads- of streekvervoer van, naar of in de stad Amsterdam en die thans alleen museaal en niet bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd of ingezet voor commercieel vervoer

  • -

    autobus: voertuig dat is geclassificeerd als M2 of M3 en een voertuig dat blijkens het kentekenregister een bus is

  • -

    besloten busvervoer: personenvervoer per bus, niet zijnde openbaar vervoer.

  • -

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam

  • -

    datum van eerste toelating (DET): datum waarop het voertuig voor het eerst in gebruik is genomen, zoals voor in Nederland geregistreerde voertuigen is vastgelegd in het kentekenregister van de RDW;

  • -

    datum tenaamstelling: datum waarop het voertuig op naam is gesteld zoals voor in Nederland geregistreerde voertuigen is vastgelegd in het kentekenregister van de RDW;

  • -

    eigenaar: natuurlijke persoon of rechtspersoon op wiens naam het kenteken bij de RDW geregistreerd staat;

  • -

    emissieloos voertuig: voertuig zonder uitlaatemissie van broeikasgassen, verontreinigende gassen en deeltjes (emissieklasse Z)

  • -

    lease: zowel operationele als financiële lease waaraan een rechtsgeldige leaseovereenkomst ten grondslag ligt;

  • -

    milieuzone: ruimtelijk begrensd gebied dat is gelegen in het binnenstedelijk gebied van de gemeente Amsterdam waar, om reden van leefbaarheid, in het bijzonder milieuhinder met betrekking tot lucht, een selectief toelatingsbeleid voor personenauto’s, bedrijfsauto’s, vrachtauto’s en autobussen wordt gehanteerd en dat is ingesteld bij verkeersbesluit met de zonaal uitgevoerde verkeersborden C22a met onderborden als bedoeld in artikel 86d, vierde lid van het RVV 1990;

  • -

    museaal legervoertuig: voertuig van dertig jaar of ouder dat voor het leger is geproduceerd of in het verleden door het leger is ingezet en thans alleen museaal en niet bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd of ingezet voor commercieel personenvervoer;

  • -

    RDW: Dienst Wegverkeer;

  • -

    toegang: recht op verblijf in de milieuzone op de datum of gedurende de periode waarvoor vrijstelling of ontheffing verleend is;

  • -

    verhuisauto: vrachtauto als bedoeld in artikel 86c van het RVV 1990.

§ 1 – Langdurige ontheffingen

Artikel 2 – Ontheffing in verband met de levertijd van een vervangend emissieloos voertuig

  • 1. Het college verleent op aanvraag voor een dieselpersonenauto of dieselautobus een ontheffing op kenteken, indien dit voertuig aantoonbaar vervangen wordt door een emissieloos voertuig dat nog niet geleverd is en in het geval van een leasevoertuig de leaseperiode langer is dan een jaar gerekend vanaf het moment van levering van het leasevoertuig.

  • 2. Bij de aanvraag in verband met de vervanging van een voertuig door een aangekocht emissieloos voertuig wordt ten minste een aankoopbewijs in de vorm van een opdrachtbevestiging, met de verwachte levertijd van het voertuig inclusief eventuele opbouw overgelegd.

  • 3. Bij de aanvraag in verband met de vervanging van een voertuig door een emissieloos leasevoertuig, wordt ten minste een leasecontract met de verwachte levertijd van het te leasen voertuig overgelegd.

  • 4. Bij de aanvraag in verband met de vervanging van een voertuig door een emissieloos voertuig waarvoor een aanbestedingsprocedure gaande is, wordt ten minste een bewijs van start van de aanbesteding met daarin de gevraagde levertijd overgelegd.

  • 5. Een ontheffing zoals bedoeld in het eerste lid wordt verleend voor de duur van de levertijd zoals aangegeven op het aankoopbewijs, leasecontract of de in de aanbesteding opgenomen levertijd van het voertuig, inclusief eventuele opbouw, plus dertig dagen.

  • 6. Het te vervangen voertuig komt niet opnieuw in aanmerking voor een ontheffing op grond van dit artikel.

Artikel 3 - Ontheffing voor personenauto’s en autobussen die vanwege een handicap zijn aangepast

  • 1. Het college verleent op aanvraag ontheffing op kenteken voor een personenauto met emissieklasse 4 of lager of een autobus met emissieklasse 5 of lager, indien dit voertuig aantoonbaar in verband met een handicap van de voertuigeigenaar, de bestuurder van het voertuig, van een gezinslid van de eigenaar dan wel de bestuurder of van een persoon aan wie de eigenaar of bestuurder mantelzorg verleent, is aangepast voor een bedrag van ten minste €500.

  • 2. De aanvrager overlegt bij de aanvraag ten minste:

    • a.

      een betaalbewijs van een onderneming die aantoonbaar gespecialiseerd is in voertuigaanpassingen voor gehandicapten en waaruit de aanpassing blijkt, of;

    • b.

      een foto van het voertuig waarop de aanpassing in of aan het voertuig zichtbaar is en een foto waarop het voertuig en het kenteken zichtbaar zijn; en

    • c.

      een kopie van de gehandicaptenparkeerkaart van de voertuigeigenaar, de bestuurder van het voertuig, van een gezinslid van de eigenaar dan wel de bestuurder of van een persoon aan wie de eigenaar of bestuurder mantelzorg verleent.

§ 2 - DAGONTHEFFINGEN

Artikel 4 - Dagontheffing voor besloten busvervoer

  • 1. Voor een autobus met emissieklasse 5 die wordt ingezet voor besloten busvervoer kan maximaal twaalfmaal per kalenderjaar een dagontheffing worden aangevraagd

  • 2. De dagontheffing wordt per kenteken verleend, telkens voor de duur van één kalenderdag, die begint om 00.00 uur en eindigt om 06:00 uur de volgende dag.

Artikel 5 - Dagontheffing Amsterdamse museumbus

  • 1. Voor een Amsterdamse museumbus kan maximaal twaalfmaal per kalenderjaar een dagontheffing worden aangevraagd.

  • 2. De dagontheffing wordt per kenteken verleend, telkens voor de duur van één kalenderdag, die begint om 00:00 en eindigt om 06:00 uur de volgende dag.

Artikel 6 – Dagontheffing museaal legervoertuig

  • 1. Voor een museaal legervoertuig kan incidenteel een dagontheffing worden aangevraagd, ten behoeve van de aanwezigheid bij een evenement in de milieuzone als sprake is van een zekere relatie tussen de inzet van het legervoertuig en de aard van het evenement.

  • 2. De dagontheffing wordt per kenteken verleend, telkens voor de duur van één kalenderdag, die begint om 00:00 en eindigt om 6:00 uur de volgende dag.

Artikel 7 - Ontheffing voor kampeerwagen ten behoeve van verblijf op een camping

Voor voertuigen met carrosseriecode SA en met voertuigclassificatie M met emissieklasse 4 of lager, of met voertuigclassificatie N met emissieklasse 5 of lager, en die aantoonbaar ten behoeve van een verblijf van de kentekenhouder naar een camping in de milieuzone moeten rijden, kan het college op aanvraag op kenteken een in- en uitrijdontheffing ten behoeve van de aankomst- en vertrekdatum verlenen.

§ 3 – BIJZONDERE ONTHEFFINGEN

Artikel 8 – Ontheffing in verband met bedrijfseconomische omstandigheden

  • 1. Het college verleent op aanvraag ontheffing op kenteken voor een voertuig indien wordt aangetoond dat de bedrijfseconomische omstandigheden van het bedrijf in verband met aanschafkosten van een vervangend voertuig dit noodzakelijk maken.

  • 2. Het college verleent de ontheffing indien de aanvrager aantoont dat:

    • a.

      voor de onderneming geen alternatieve vervoeroplossing voorhanden zijn om de milieuzone te betreden;

    • b.

      met het voertuig vaker dan het maximaal aantal te verkrijgen dagontheffingen in de milieuzone wordt gereden;

    • c.

      sprake is van afhankelijkheid van de milieuzone voor zijn omzet; en

    • d.

      mits de onderneming in verband met de aanschafkosten van een vervangend voertuig in zodanige bedrijfseconomische omstandigheden dreigt te komen, dat een ontheffing noodzakelijk is.

  • 3. Bij de aanvraag worden de volgende documenten overgelegd:

    • a.

      jaarrekeningen van de afgelopen drie jaar;

    • b.

      Btw-aangiften van het huidige jaar;

    • c.

      overzicht van het voertuigenpark van de onderneming van de aanvrager;

    • d.

      rittenstaten en facturen waaruit de behaalde omzet in de milieuzone met het betreffende voertuig blijkt;

    • e.

      contracten waaruit blijkt dat de onderneming werkzaamheden in de milieuzone verricht;

    • f.

      kenteken van het betreffende voertuig;

    • g.

      voor zover aanwezig, een offerte van de leverancier van een voor de milieuzone geschikt(e) voertuig(en) inclusief de eventueel noodzakelijke aanpassingen; en

    • h.

      indien aanwezig, een standplaatsvergunning of marktvergunning.

  • 4. Een ontheffing op basis van dit artikel kan per voertuig met bijbehorend kenteken worden verleend voor telkens maximaal één jaar.

Artikel 9 – Afwijkingsbevoegdheid

  • 1. Het college kan overeenkomstig artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht op aanvraag op kenteken ten gunste van een aanvrager een ontheffing verlenen wegens bijzondere omstandigheden die bij het opstellen van dit beleid niet zijn voorzien of als toepassing ervan gevolgen heeft voor de aanvrager, die onevenredig zijn in verhouding tot de met deze beleidsregel te dienen doelen.

  • 2. De aanvrager dient in ieder geval een document met toelichting op de aanvraag aan te leveren.

  • 3. Bij de afweging tot het verlenen van een ontheffing op grond van dit artikel neemt het college in ieder geval mee:

    • a.

      de noodzaak om in de milieuzone te rijden met het betreffende voertuig en de voorhanden zijnde alternatieven;

    • b.

      de te verwachten frequentie van het aantal ritten in de milieuzone.

§ 4 – OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 10 – Algemene overige bepalingen

  • 1. De aanvraag van een ontheffing wordt in beginsel digitaal op het daartoe bestemde aanvraagformulier via het daartoe bestemde digitale portaal van de gemeentelijke website ingediend.

  • 2. Aan een ontheffing kunnen door het college voorschriften of beperkingen worden verbonden in het belang van de handhaving, de openbare veiligheid, de verkeersveiligheid of het milieu.

  • 3. De aanvrager van een ontheffing kan om aanvullende bewijsstukken gevraagd worden, indien dit voor de beoordeling noodzakelijk is.

  • 4. Aan een ontheffing wordt in ieder geval het voorschrift verbonden dat de bestuurder van een voertuig dat zich bevindt in de milieuzone de ontheffing, of een kopie daarvan, op verzoek van de handhaver toont. Aan een kopie van de ontheffing wordt gelijkgesteld een afbeelding daarvan op een smartphone, laptop, tablet of ander mobiel device, apparaat of toestel.

Artikel 11 Weigerings- en intrekkingsgronden langdurige ontheffing

  • 1. Het college:

    • a.

      kan een aanvraag afwijzen wanneer een ontheffing als bedoeld in de artikelen 2, 8 en 9 wordt aangevraagd voor een personenauto of autobus die geen toegang heeft tot de milieuzone door een ondernemer of eigenaar die zich na 31 december 2024 in het gebied van de milieuzone vestigt;

    • b.

      wijst een aanvraag af wanneer een ontheffing als bedoeld in de artikelen 2, 8 en 9 wordt aangevraagd voor een personenauto of autobus die geen toegang heeft tot de milieuzone met een datum tenaamstelling na 31 december 2024, en

    • c.

      kan een aanvraag afwijzen wanneer een ontheffing als bedoeld in de artikelen 2, 8 en 9 wordt aangevraagd door een ondernemer of eigenaar die werk heeft aangenomen in de milieuzone na 31 december 2024 met een voertuig die niet voldoet aan de eisen van de milieuzone.

  • 2. Het college trekt een verleende ontheffing in:

    • a.

      indien ter verkrijging daarvan aantoonbaar onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      indien gewijzigd beleid dit noodzakelijk maakt;

    • c.

      veranderde wet- en regelgeving dit noodzakelijk maakt;

    • d.

      op verzoek van de ontheffinghouder;

    • e.

      als geconstateerd wordt dat niet meer wordt voldaan aan de voorschriften, voorwaarden dan wel beperkingen die aan de ontheffing zijn verbonden en waaronder de ontheffing is verleend;

    • f.

      als de tenaamstelling van een voertuig waarvoor op grond van paragraaf 1 en 3 ontheffing is verleend, is gewijzigd.

  • 3. Bij verkoop van het voertuig, vervreemding of overdracht van het kenteken naar een andere kentekenhouder vervalt de op het kenteken verkregen ontheffing van rechtswege.

Artikel 12 - Ontheffing voor vrijgestelde voertuigen

Voor voorrangsvoertuigen die op grond van het RVV of voertuigen die op grond van artikel 147 van de Wegenverkeerswet voor bord C22a zijn vrijgesteld wordt op aanmelding ontheffing verleend.

Artikel 13 – Intrekking Ontheffingenbeleid milieuzone Amsterdam 2020 en overgangsrecht

  • 1. Het Ontheffingenbeleid milieuzone Amsterdam 2020 zoals dat is gewijzigd bij het Wijzigingsbesluit ontheffingenbeleid milieuzone Amsterdam 2020 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2025.

  • 2. Ontheffingen verleend op grond van het ontheffingenbeleid bedoeld in het eerste lid van dit artikel en het Ontheffingenbeleid nul-emissiezone voor bedrijfs- en vrachtauto’s Amsterdam 2025 gelden ook voor de bij verkeersbesluit van 18 juni 2024, met ingang van 1 januari 2025 gewijzigde milieuzone voor personen- en bedrijfsauto’s en de milieuzone voor vrachtauto’s en autobussen, zolang de in de ontheffing opgenomen geldigheidsduur niet is verstreken.

  • 3. Vracht- en bedrijfsauto’s die niet voldoen aan de eisen van de milieuzone Amsterdam kunnen een ontheffing aanvragen bij het Centraal Loket voor de verlening van ontheffingen voor nul-emissiezones.

Artikel 14 – Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Artikel 15 – Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Ontheffingenbeleid milieuzone Amsterdam 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 18 juni 2024

De voorzitter

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting

Algemeen deel De gemeente Amsterdam scherpt per 1 januari 2025 de milieuzone voor personen- en bedrijfsauto’s binnen de Ring A10 aan en voert een nul-emissiezone binnen de Ring S100 in.

Dat betekent dat

  • -

    binnen de gehele Ring A10 een milieuzone voor autobussen (emissieklasse 6 en hoger) en personenauto’s (emissieklasse 5 en hoger heeft toegang) geldt;

  • -

    tussen de Ring A10 en de S100 (met inbegrip van de S100 zelf) een milieuzone voor bedrijfsauto’s (emissieklasse 5 en hoger heeft toegang) en vrachtauto’s (emissieklasse 6 en hoger heeft toegang) geldt;

  • -

    in het gebied binnen de s100 een nul-emissiezone voor bedrijfs- en vrachtauto’s geldt.

In dit ontheffingenbeleid zijn de ontheffingsmogelijkheden voor personen- en autobussen opgenomen. Voor ontheffingsmogelijkheden voor bedrijfs- en vrachtauto’s wordt verwezen naar de het ontheffingenbeleid nul-emissiezone bedrijfs- en vrachtauto’s Amsterdam 2025, op grond waarvan ontheffingen worden verleend die ook gelden in de milieuzone Amsterdam 2025.

Voor het in behandeling nemen van aanvragen van ontheffingen zijn leges verschuldigd.

Dit ontheffingenbeleid geldt zowel voor Nederlandse als buitenlandse kentekens. Ook voor buitenlandse kentekens kunnen ontheffingen worden aangevraagd.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Definities

In dit artikel zijn de definities opgenomen. Emissieklasse en emissieloos voertuig zijn gedefinieerd in het RVV ’90. Kampeerwagen is gedefinieerd in artikel 1.1 van de Regeling voertuigen.

Paragraaf 1 Langdurige ontheffingen

Artikel 2 Ontheffing in verband met de levertijd van een vervangend emissieloos voertuig

In afwachting van de levering van een vervangend voertuig verleent het college ontheffing onder de voorwaarden zoals genoemd in dit artikel. In veel gevallen dient na levering van het chassis nog een motor of een op maat gemaakte opbouw gerealiseerd te worden. Ook deze tijd wordt tot de levertijd gerekend. Aanbestedende partijen hebben vaak meer tijd nodig dan een individuele ondernemer (zie vierde lid). Als een voertuig ontheffing heeft gekregen vanwege de bestelling van een emissieloos voertuig, komt hetzelfde (fossiel aangedreven) voertuig niet nogmaals in aanmerking voor een langdurige ontheffing voor het voertuig met het opgegeven kenteken. Er kan immers vanuit gegaan worden dat het uitstootvrije voertuig is geleverd (lid 6) en het vervuilende voertuig vervangt in de zone.

Artikel 3 Ontheffing voor personenauto’s en autobussen die vanwege een handicap zijn aangepast

Op basis van dit artikel wordt ontheffing verleend voor een personenauto of autobus die geen toegang heeft tot de milieuzone, indien deze is aangepast voor een bedrag van minimaal € 500,- (zegge: vijfhonderd euro). De aanpassing is gedaan vanwege de handicap van de voertuigeigenaar of bestuurder, een gezinslid of een persoon voor wie de eigenaar of bestuurder mantelzorger is.

Ter onderbouwing van de ontheffingsaanvraag dient een aantal bewijsstukken te worden overgelegd, deze zijn nader omschreven in het tweede lid van artikel 3.

Paragraaf 2 Dagontheffingen

Artikel 4 - Dagontheffing voor besloten busvervoer

Voor autobussen die worden ingezet voor besloten busvervoer met een emissieklasse 5 waarmee slechts incidenteel in de milieuzone wordt gereden, kan door ondernemers per kenteken maximaal 12 keer per jaar een dagontheffing worden aangevraagd. Dit voorkomt dat een bedrijf voor incidentele bezoeken aan de milieuzone moet gaan investeren in een nieuw voertuig.

Artikel 5 Amsterdamse museumbus

Deze ontheffingsmogelijkheid is een voortzetting van al bestaand ontheffingenbeleid. Amsterdamse museumbussen behoren tot het mobiele erfgoed van Amsterdam en dat maakt specifiek deze groep voertuigen beschermingswaardig. Met de behoudsorganisatie voor Amsterdamse museumbussen is een lijst opgesteld met kentekens van voertuigen die aan de definitie van Amsterdamse museumbussen voldoen en in aanmerking komen voor een ontheffing. Deze kentekenlijst is zo zorgvuldig mogelijk vastgesteld, maar mogelijk niet volledig. Eenieder die van mening is dat zij of haar autobus ook onder de in dit beleid gehanteerde definitie valt, kan zich bij de gemeente melden. Er zal dan worden beoordeeld of inderdaad sprake is van een Amsterdamse museumbus en of het voertuig aan de lijst moet worden toegevoegd. Bij iedere aanvraag dient te worden verklaard dat het voertuig alleen museaal en niet bedrijfsmatig of commercieel wordt ingezet. Mocht het vermoeden ontstaan dat het voertuig toch commercieel of bedrijfsmatig wordt ingezet, kan de ontheffing worden ingetrokken en kunnen toekomstige ontheffingsaanvragen worden geweigerd.

Artikel 6 – Dagontheffing museaal legervoertuig

Deze ontheffingsmogelijkheid is een voortzetting van al bestaand ontheffingenbeleid. Ontheffingen zullen uitsluitend op incidentele basis in het kader van een evenement in de milieuzone worden verstrekt, bijvoorbeeld Bevrijdingsdag. Op Bevrijdingsdag vloeit de aanwezigheid van een legervoertuig in de milieuzone immers logisch voort uit de aard van het evenement. De relatie tussen het legervoertuig en de aard van het evenement dient altijd te worden aangetoond. Ook bij deze aanvraag dient te worden verklaard dat het voertuig alleen museaal en niet bedrijfsmatig of commercieel wordt ingezet. Mocht het vermoeden ontstaan dat het voertuig toch commercieel of bedrijfsmatig wordt ingezet, kan de ontheffing worden ingetrokken en kunnen toekomstige ontheffingsaanvragen worden geweigerd. Overigens is deze ontheffingsmogelijkheid alleen nog relevant voor voertuigen tussen de dertig en veertig jaar oud. Legervoertuigen ouder dan veertig jaar zijn op grond van de Landelijke harmonisatieregeling vrijgesteld en hoeven dus geen ontheffing meer aan te vragen.

Artikel 7 – Ontheffing voor kampeerwagens

In de milieuzone Amsterdam 2025 liggen de campings Vliegenbos en Zeeburg. Deze campings ontvangen jaarlijks veel bezoekers met kampeervoertuigen. Een belangrijk deel van deze kampeerwagens voldoet aan de eisen in de milieuzone. Om problemen in de bedrijfsvoering van deze campings te voorkomen is er een in- en uitrijdontheffing voor kampeervoertuigen in het leven geroepen. Kampeerwagens zijn voor het overgrote deel in particulier bezit en komen ook in aanmerking voor deze ontheffing. Voor kampeerwagens in bedrijfsbezit kunnen andere ontheffingsmogelijkheden van toepassing zijn.

Paragraaf 3 Bijzondere ontheffingen

Artikel 8 – Bedrijfseconomische omstandigheden

Het college verleent op aanvraag ontheffing op kenteken voor een autobus of personenauto, indien wordt aangetoond dat de bedrijfseconomische omstandigheden van het bedrijf in verband met aanschafkosten van een vervangend voertuig dit noodzakelijk maken.

De beoordeling geschiedt overeenkomstig de beoordeling als bedoeld in de toelichting artikel 12 van het Ontheffingenbeleid nul-emissiezone bedrijfs- en vrachtauto’s Amsterdam 2025.

Artikel 9 –Afwijkingsmogelijkheid

De afwijkingsmogelijkheid, ook wel hardheidsclausule genoemd, geeft het college mogelijkheden voor maatwerk bij het beoordelen van bijzondere gevallen die bij het opstellen van dit beleid niet zijn voorzien, of die bij toepassing van het beleid gevolgen heeft voor de aanvrager die onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.

Paragraaf 4 Overige bepalingen

Artikel 10 – Algemene overige bepalingen

Het college stelt een digitaal formulier via de gemeentelijke website ter beschikking voor het doen van een aanvraag. Dit digitale formulier is via een link op de gemeentelijke website te benaderen. Er zijn leges verschuldigd voor het in behandeling nemen van de aanvraag. Het college kan voorschriften of beperkingen verbinden aan een verleende ontheffing in het belang van de handhaving, de openbare veiligheid, de verkeersveiligheid of het milieu. Bijvoorbeeld het voorschrift dat de voertuigbestuurder die zich bevindt in de milieuzone op verzoek van de handhaver de ontheffing of een papieren- of digitale kopie daarvan laat zien.

Artikel 11 – Weigerings- en intrekkingsgronden langdurige ontheffing

Aanvragen voor een langdurige ontheffing met een datum tenaamstelling na 31 december 2024, of wanneer de aanvrager zich na 31 december 2024 in de milieuzone vestigt, of wanneer de aanvrager het voertuig wil inzetten voor werk in de milieuzone dat de aanvrage na 31 december 2024 heeft aangenomen, (kunnen) worden geweigerd. Kentekenhouders dienen het van de hand doen van hun voertuig te melden. De tenaamstelling van deze categorie voertuigen zal worden gecontroleerd.