Verordening Rekenkamer Voorne aan Zee 2024

Geldend van 11-07-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening Rekenkamer Voorne aan Zee 2024

De raad van de gemeente Voorne aan Zee besluit:

Gelet op het bijbehorende raadsvoorstel;

Gelet op: de artikelen 81k en 149 van de Gemeentewet

Besluit:

de Verordening Rekenkamer Voorne aan Zee 2024 vast te stellen.

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    rekenkamer: gemeentelijke rekenkamer als bedoeld in artikel 81a van de Gemeentewet.

Artikel 2. Rekenkamer

  • 1. Er is een rekenkamer.

  • 2. De rekenkamer bestaat uit één lid, de directeur. De raad benoemt ook een plaatsvervangend lid, de plaatsvervangend directeur.

Artikel 3. Adviescommissie rekenkamer

  • 1. Er is een klankbordgroep voor de rekenkamer, genaamd adviescommissie rekenkamer.

  • 2. De adviescommissie bestaat uit 6 leden, die worden benoemd door de raad.

  • 3. De commissie heeft de volgende taken:

    • a.

      het aanbevelen van de kandidaten voor het lidmaatschap en plaatsvervangend lidmaatschap van de rekenkamer;

    • b.

      het adviseren van de raad over de rapporten van de rekenkamer;

    • c.

      het onderhouden van de contacten van de raad met de rekenkamer;

  • 4. De commissie vergadert in beslotenheid.

Artikel 4. Herbenoeming

Het lid van de rekenkamer kan maximaal één keer voor een periode van zes jaar worden herbenoemd.

Artikel 5. Budget

Het lid van de rekenkamer is bevoegd binnen zijn budget uitgaven te doen voor de uitvoering van de werkzaamheden van de rekenkamer. De gemeenteraad stelt jaarlijks het budget vast.

Artikel 6. Vergoeding

De vergoeding voor het lid van de rekenkamer maakt onderdeel uit van het budget, zoals genoemd in artikel 5.

Artikel 7. Monitoring aanbevelingen

De griffie verstrekt de raad jaarlijks voor 1 april een overzicht van de aan de raad gedane voorstellen van de rekenkamer welke door de raad zijn overgenomen en door de raad zelf moeten worden uitgevoerd, vergezeld van de wijze waarop aan de voorstellen vervolg is gegeven.

Artikel 8. Overleg

Er is tenminste één maal per jaar overleg tussen de adviescommissie en de rekenkamer over het functioneren van de rekenkamer.

Artikel 9. Slotbepalingen

  • 1. De Verordening op de rekenkamer Voorne aan Zee 2023 wordt ingetrokken.

  • 2. Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie.

  • 3. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening gemeentelijke rekenkamer Voorne aan Zee 2024

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Voorne aan Zee van dinsdag 2 juli 2024

de griffier,

drs. A. (Ariette) Goslings

de voorzitter,

dr. J.P. (Peter) Rehwinkel

Toelichting

Algemeen

Deze verordening is een aanvulling op hetgeen in de Gemeentewet is opgenomen over de gemeentelijke rekenkamer. Zie de tekst van de Gemeentewet, zoals op 1 januari 2023 gewijzigd door de Wet versterking decentrale rekenkamers, hoofdstukken IVa (De rekenkamer) en XIa (De bevoegdheid van de rekenkamer).

De raad moet een onafhankelijke rekenkamer instellen. Zie artikel 81a van de Gemeentewet. Deze verplichting geldt vanaf 1 januari 2023, met een overgangstermijn van een jaar, dus uiterlijk 1 januari 2024 moet de raad een rekenkamer hebben ingesteld.

Daarnaast moet de raad op grond van artikel 81k van de Gemeentewet een verordening opstellen voor een vergoeding voor de werkzaamheden van de leden van de rekenkamer en een tegemoetkoming in hun kosten. Voorts mag de raad op grond van artikel 149 van de Gemeentewet aanvullende regels stellen in het belang van de gemeente en met inachtneming van de wet.

De rekenkamer moet een reglement van orde voor haar werkzaamheden vaststellen (artikel 81i van de Gemeentewet).

Artikelsgewijs

Enkel die bepalingen die verdere toelichting behoeven, worden hieronder nader toegelicht.

Artikel 2. Rekenkamer

In het eerste lid stelt de raad de rekenkamer in. Dit is een wettelijke verplichting (artikel 81a van de Gemeentewet).

Artikel 3. Klankbordgroep

Rekenkamers hebben in de praktijk soms behoefte om informatie in te winnen bij een afvaardiging van de raad. Voor vragen als wat leeft er binnen de raad en hoe is de organisatie van de raad geregeld. Ook bestaat soms behoefte om organisatorische wijzigingen binnen de rekenkamer of veranderingen in het rekenkamerbudget te bespreken. De raad kan een klankbordgroep (of andere benaming) instellen die fungeert als het aanspreekpunt voor de rekenkamer.

Artikel 4 Herbenoeming

De leden van de rekenkamer worden door de raad benoemd en kunnen door de raad ook worden herbenoemd (artikel 81c, eerste en vierde lid, van de Gemeentewet). De benoemingstermijn is wettelijk op zes jaar vastgesteld. Een te korte benoemingsperiode kan de onafhankelijkheid in gevaar brengen, omdat de vraag ‘word ik wel herbenoemd’ dan al te snel weer wordt gevoeld. Voordeel van deze termijn is ook dat over benoeming en herbenoeming in het gewone geval steeds door twee verschillend samengestelde raden wordt beslist. Voorts draagt het feit dat benoeming plaatsvindt na overleg met de rekenkamer ertoe bij dat de leden primair op grond van deskundigheid worden benoemd (artikel 81c, vijfde lid).

Artikel 5. Budget

De raad moet de rekenkamer de nodige middelen ter beschikking stellen voor een goede uitoefening van haar werkzaamheden (artikel 81j van de Gemeentewet). Dit omvat de totale kosten van de rekenkamer en alle overige kosten voor de uitvoering van de taken.

Artikel 6. Vergoeding

De vergoeding voor het lid van de rekenkamer maakt onderdeel uit van het budget, zoals dat genoemd wordt in artikel 5.

Artikel 7. Monitoring aanbevelingen

Volgens artikel 185a van de Gemeentewet moet het college jaarlijks aan de raad een overzicht sturen van de aan het college gedane voorstellen van de rekenkamer, vergezeld van zijn standpunt daaromtrent en van de wijze waarop aan de voorstellen vervolg is gegeven. Niet alle voorstellen, of meestal aanbevelingen genoemd, zijn voor wat betreft de uitvoering de verantwoordelijkheid van het college. Er zijn ook aanbevelingen die de raad zelf moet uitvoeren. Om een zo compleet mogelijk beeld te krijgen van de status van alle aanbevelingen uit de rekenkamerrapporten, kan de raad ervoor kiezen om de griffie jaarlijks ook een overzicht op te laten stellen met de status van de aanbevelingen die aan de raad zijn gericht, door de raad zijn overgenomen en door de raad zelf moeten worden uitgevoerd. Dit kan de raad helpen om een overzicht te behouden van de overgenomen aanbevelingen en de status hiervan.

Artikel 8. Overleg

Door jaarlijks tenminste één keer per jaar met de adviescommissie over het functioneren van de rekenkamer te spreken wordt het contact tussen raad en rekenkamer gegarandeerd.