Subsidieregeling Cultuurhistorisch initiatief Oldenzaal

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 02-07-2024

Intitulé

Subsidieregeling Cultuurhistorisch initiatief Oldenzaal

Het college van burgemeester en wethouders van Oldenzaal;

gelet op titel 4.2 subsidies van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2 van de

Algemene Subsidieverordening Oldenzaal 2017;

b e s l u i t :

vast te stellen de Subsidieregeling Cultuurhistorisch initiatief Oldenzaal;

Artikel 1 Doelstelling

Doel van de subsidieregeling is Oldenzaal te versterken als een gastvrije, culturele en historische stad, zowel de binnenstad als daarbuiten. De unieke en rijke cultuur en historie van Oldenzaal dienen op een eigentijdse manier meer zichtbaar en beleefbaar gemaakt te worden voor een breed publiek. Dit draagt bij aan de versterking van de Oldenzaalse identiteit en levendigheid in de stad.

Op basis van deze subsidieregeling kan eenmalige subsidie worden verleend aan lokale projecten en activiteiten die hieraan een bijdrage leveren. Daarbij gelden de volgende speerpunten:

  • versterken van het culturele DNA (identiteit) van Oldenzaal;

  • cultuur en/of historie (erfgoed) een op eigentijdse manier toegankelijk, zichtbaar en beleefbaar maken;

  • cultuur en/of historie (erfgoed) verbinden met de vrijetijdseconomie;

  • levendigheid in een gastvrije binnenstad;

  • culturele en historische evenementen verbinden met (binnenstads)ondernemers en vrijetijds-economie;

  • bevorderen van cultureel ondernemerschap;

  • ondersteuning van cofinanciering voor het verkrijgen van andere subsidies/fondsen;

  • meerwaarde voor (vrijetijds)economie, sociaal-maatschappelijke doelstellingen, ruimtelijke opgaven, samenwerking in de (eu)regio −met name Noordoost-Twente.

Artikel 2 Begripsomschrijving

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • 1.

    College: het college van burgemeester en wethouders;

  • 2.

    Awb: De algemene wet bestuursrecht

  • 3.

    Organisatie: een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid

  • 4.

    Cultuurhistorie: geschiedenis van alles wat door mensen is gemaakt;

  • 5.

    Erfgoed (conform definitie Erfgoedwet): uit het verleden geërfde materiële en immateriële bronnen, in de loop van de tijd tot stand gebracht door de mens of ontstaan uit de wisselwerking tussen mens en omgeving, die mensen, onafhankelijk van het bezit ervan, identificeren als een weerspiegeling en uitdrukking van zich voortdurend ontwikkelende waarden, overtuigingen, kennis en tradities, en die aan hen en toekomstige generaties een referentiekader bieden.

  • 6.

    Religieus erfgoed: omvat alle verschijningsvormen van religieuze uitingen (materieel en immaterieel, roerend en onroerend) die gericht zijn op een breed publiek ongeacht of men zelf te kerke gaat of niet. Binnen de regeling gaat het om uitingen en activiteiten die bijdragen aan het profiel van Oldenzaal als historische stad met een rijk verleden van religie en recht.

  • 7.

    Godsdienstig: heeft betrekking op activiteiten die bijdragen aan de beleving en verering van een geloof of levensovertuiging. Aangelegenheden die het geloof zelf betreffen.

Artikel 3 Reikwijdte

Tenzij in deze subsidieregeling anders is bepaald, laat deze subsidieregeling onverlet de in de wet en in andere wettelijke voorschriften met betrekking tot subsidies opgenomen bevoegdheden en verplichtingen.

Artikel 4 Subsidieplafond

Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond vast.

Artikel 5 Criteria

  • 1. Het project draagt daadwerkelijk bij aan het op een eigentijdse manier zichtbaar en beleefbaar maken van de cultuur en/of historie (erfgoed) van Oldenzaal.

  • 2. Het project versterkt de samenwerking tussen lokale partners onder andere op het gebied van educatie, cultuur en commercieel.

  • 3. Het project is vernieuwend en draagt bij aan de toekomstbestendigheid van cultuur en erfgoed in Oldenzaal.

  • 4. Het project maakt cultuur en/of historie (erfgoed) toegankelijk voor een breed publiek.

  • 5. Het project wordt uitgevoerd in Oldenzaal en zal ruimschoots onder de aandacht worden gebracht bij een breed publiek.

  • 6. Voor de dekking van de projectkosten zorgt de initiatiefnemer ook voor andere middelen via bijvoorbeeld sponsoring, andere subsidies en fondsen.

  • 7. De organisatie moet op het moment waarop de subsidieaanvraag wordt ingediend, ingeschreven staan in het register van de Kamer van Koophandel

Daarnaast wordt gelet op samenwerking met lokale partners en of het initiatief een meerwaarde heeft voor (vrijetijds)economie, sociaal-maatschappelijke doelstellingen, ruimtelijke opgaven en samenwerking in de (eu)regio, met name Noordoost Twente.

Artikel 6 Grondslagen en verdeling

  • 1. De activiteit dient een aanvullende bijdrage te zijn in de kosten, die eenmalig wordt verleend. De hoogte van de subsidie wordt per aanvraag bepaald.

  • 2. Subsidiabele kosten zijn kosten die direct betrekking hebben op de totstandkoming van het project, de activiteit of uitvoering. Niet-subsidiabele kosten zijn onder andere reis- en verblijfkosten, geschenken, representatiekosten en consumpties.

  • 3. De activiteit mag niet uitsluitend of in overwegende mate afhankelijk zijn van het krijgen van een gemeentelijke subsidie.

  • 4. Subsidies tot € 25.000 worden geaccordeerd door de portefeuillehouders cultuur en erfgoed. Bij hogere bedragen wordt dit voorgelegd aan het college van B en W.

Artikel 7 Weigeringsgronden

Een subsidie kan door het college worden geweigerd indien:

  • 1.

    de activiteit ten tijde van de indiening van de aanvraag reeds geheel of gedeeltelijk is uitgevoerd.

  • 2.

    de activiteit onvoldoende aansluit bij het doel van de regeling.

  • 3.

    de activiteit in grote mate een partijpolitieke, godsdienstige of levensbeschouwelijk karakter heeft

  • 4.

    de activiteit een commercieel doel heeft

  • 5.

    de activiteit in strijd is met andere gemeentelijke doelen

  • 6.

    de activiteit gericht is en/of plaats vindt in andere gemeenten.

Artikel 9 Aanvraag

  • 1. De aanvraag wordt in ieder geval 8 weken, voorafgaand aan het plaatsvinden van de activiteit waar subsidie voor wordt gevraagd, ingediend.

  • 2. Een aanvraag bestaat uit ten minste een volledig en correct ingevuld aanvraagformulier, een project- of activiteitenplan waarvoor de subsidie wordt aangevraagd en een begroting inclusief dekkingsplan.

Artikel 10 De subsidieverleningen en -vaststelling

Voor de verlening en vaststelling van de subsidie gelden de regels van de Algemene subsidieverorde-ning Oldenzaal 2017.

Artikel 11 Verplichtingen

  • 1. De aanvrager moet voldoen aan de uitvoeringstermijn en prestatieafspraken zoals vastgelegd in de toekenningsbeschikking.

  • 2. Bij de uitvoering van de activiteit of project wordt vermeld dat het mede mogelijk is gemaakt door een bijdrage van de gemeente Oldenzaal

Artikel 12 Afwijkingsmogelijkheid

  • 1. Het college kan afwijken van een of meerdere bepalingen in deze subsidieregeling;

  • 2. In gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking 1 dag na bekendmaking in het gemeenteblad 2024

Artikel 14 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Cultuurhistorisch initiatief Oldenzaal.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van 24 juni 2024

Het college van burgemeester en wethouders

de secretaris

de burgemeester