Registratie- en aanbodsysteem woonwagenstandplaatsen Beuningen 2024

Artikel 1 Begripsbepaling

In dit registratie- en aanbodsysteem wordt verstaan onder:

• 1. (Woonwagen)standplaats: Een standplaats (of woonwagenstandplaats) is een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

• 2. Woonwagen: Een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.

• 3. Woonwagenbewoners: Woonwagenbewoners zijn mensen die zich van generatie op generatie als zodanig manifesteren en die zich beschouwen als een bevolkingsgroep met een van andere bevolkingsgroepen te onderscheiden cultuur.

• 4. Woonwagenlocatie: Clustering van kavels die gekenmerkt zijn als standplaats ten behoeve van het plaatsen van een woonwagen.

• 5. Spijtoptanten: Voormalige woonwagenbewoners die tijdelijk in een reguliere woning hebben gewoond met de intentie terug te keren naar het woonwagenleven.

• 6. Afstammingsbeginsel: Bepaling uit de Woonwagenwet: het beginsel dat een standplaats of woonwagen die vrijkomt enkel weer beschikbaar komt voor mensen die afstammen van oude woonwagenbewoners.

• 7. Aanverwantschap: Relatie tussen een persoon en de bloedverwanten van de echtgeno(o)t(e) of geregistreerde partner. Voor een onderscheid in eerstegraads, tweedegraads enz. wordt de definitie van de Rijksoverheid gehanteerd (zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/curatele-bewind-en-mentorschap/vraag-en-antwoord/wat-is-aanverwantschap).

• 8. Bloedverwantschap: Relatie tussen twee personen van wie de één van de ander afstamt of tussen twee personen die niet van elkaar afstammen, maar wel een gemeenschappelijke voorouder hebben. Voor een onderscheid in eerstegraads, tweedegraads enz. wordt de definitie van de Rijksoverheid gehanteerd (zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/curatele-bewind-en-mentorschap/vraag-en-antwoord/bloedverwantschap).

• 9. Sociale binding: De relatie of band tussen mensen en groepen op sociaal gebied. Deze band is van belang, omdat hiermee steun en hulp wordt gevonden en de sociale cohesie bevorderd wordt. Het wordt gekenmerkt door emoties als affectie en vertrouwen. Er is sprake van sociale binding als:

• a. één van de gezinsleden (eerstegraads bloed- en aanverwanten) op dit moment in de gemeente Beuningen woont;

• b. één van de gezinsleden (eerstegraads bloed- en aanverwanten) in het verleden in de gemeente Beuningen heeft gewoond.

Artikel 3 Registratie

• 1 Standplaatszoekenden moeten zich inschrijven bij de gemeente Beuningen op de daartoe aangewezen manier.

• 2 De gemeente houdt een wachtlijst bij en zal de vrijkomende standplaatsen verdelen.

• 3 De inschrijver dient de volgende zaken aan te geven:

  • a

    Met welke personen hij of zij zich gezamenlijk inschrijft voor één standplaats (beschrijving van zijn of haar huishouden);

  • b

    Of er sprake is van bloed- of aanverwantschap in relatie tot bewoners van een woonwagenlocatie. Indien hier sprake van is, dient de inschrijver aan te geven welke locatie het betreft en dient aangetoond te worden van welk type bloed- of aanverwantschap sprake is;

  • c

    Of er sprake is van bloed- of aanverwantschap in relatie tot andere ingeschrevenen;

  • d

    Of hij of zij op dit moment op een standplaats, in een (sociale) huurwoning of in een koopwoning woonachtig is in de gemeente Beuningen;

  • e

    Of hij of zij sociale binding heeft met de gemeente en op welke manier hier sprake van is;

  • f

    Voor welke woonwagenlocatie de standplaatszoekende een voorkeur heeft;

• 4 Door de inschrijver moet een kopie van een geldig identiteitsbewijs overlegd worden.

• 5 Indien lid 1 onderdeel e. van toepassing is en de belangstellende op dit moment buiten de gemeente Beuningen woonachtig is, dient hij of zij een uittreksel BRP met adreshistorie te overleggen aan de gemeente Beuningen.

• 6 Inschrijving is mogelijk vanaf 18 jaar.

• 7 Bij inschrijving vindt eenmalig een puntentoekenning plaats op basis van de woonsituatie per 12 juli 20181:

  • a

    100 punten als inschrijver vanaf de geboorte onafgebroken woont bij de (groot)ouders op een standplaats en mensen hier blijven wonen nadat de inschrijver een standplaats krijgt toegewezen (starter).

  • b

    80 punten als inschrijver woonwagenbewoner is, woont op een standplaats, de hoofdbewoner is en de huidige standplaats vrij komt (doorstromer).

  • c

    70 punten als inschrijver woonwagenbewoner is en woont in een reguliere woning (= spijtoptant).

  • d

    60 punten als inschrijver woonwagenbewoner is en (aantoonbaar) minimaal 3 jaar op een standplaats woont en geen hoofdbewoner is; de standplaats komt niet vrij. (=inwonende van een woonwagen).

  • e

    1 punt voor elke maand dat men staat ingeschreven op de wachtlijst.

• 8 De inschrijver krijgt een bevestiging dat men ingeschreven staat. De inschrijver krijgt geen informatie over de rangorde per locatie. Deze kan met nieuwe inschrijvingen later ook wijzigen.

Artikel 4 Aanbieding

• 1. Vrijkomende standplaatsen worden te koop aangeboden.

• 2. De standplaatszoekende kan reageren op een aangeboden standplaats.

• 3. Na sluiting van de reactietermijn zal de standplaatszoekende die volgens de artikel 6 geldende volgordebepaling als eerste in aanmerking komt, op de hoogte gesteld worden en als eerste de gelegenheid krijgen op de aanbieding in te gaan.

• 4. Bij afwijzing van de aanbieding door een standplaatszoekende zal de standplaats aangeboden worden aan de eerstvolgende op de lijst voor standplaatszoekende volgens de in artikel 6 bepaalde volgordebepaling.

Artikel 5 Kandidaten

Voor een standplaats komen in aanmerking:

• 1. Personen die meerderjarig zijn en de Nederlandse nationaliteit bezitten of op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander worden behandeld, dan wel vreemdeling zijn en rechtmatig verblijf in Nederland hebben als bedoeld in artikel 8, onderdelen a tot en met e en l, van de Vreemdelingenwet 2000, en

• 2. die tijdig hebben gereageerd op de aanbieding als bedoeld in artikel 4 en de in artikel 3 gevraagde gegevens hebben overlegd.

Artikel 6 Volgorde bij aanbieding

• 1 Aanbieding van standplaatsen vindt plaats aan de hand van de volgende voorrangsregels en volgorde waarbij het afstammingsbeginsel centraal staat:

  • a

    Kinderen of kleinkinderen die sinds hun geboorte als kind altijd op deze locatie hebben gewoond. Zij wonen dus nog bij hun ouders of grootouders in.

  • b

    Kinderen of ouders van bewoners van deze locatie die nu in een woning of op een andere woonwagenlocatie wonen.

  • c

    Een woonwagenbewoner die al meer dan drie jaar inwoont bij iemand anders op deze locatie.

  • d

    Een woonwagenbewoner die in deze gemeente woont waar de standplaats vrijkomt.

  • e

    Overige familieleden van de bewoners op deze woonwagenlocatie.

  • f

    Een woonwagenbewoner die in een van de andere gemeenten woont waar deze regels gelden binnen Gelderland.

  • g

    Overige woonwagenbewoners die een standplaats zoeken.

  • h

    Overige standplaatszoekenden die niet voldoen aan het afstammingsbeginsel

• 2 Binnen de voorrangsgroep bepaalt het puntenaantal de volgorde.

• 3 Wanneer in een voorrangscategorie standplaatszoekenden een gelijk aantal punten hebben vindt een loting plaats.

• 4 Als er meerdere standplaatsen op één locatie tegelijkertijd beschikbaar zijn, zal de standplaatszoekende die als eerste in aanmerking komt als eerste de gelegenheid krijgen om te kiezen.

• 5 Voordat definitief tot een aanbieding van een standplaats overgegaan wordt, zal altijd in overleg getreden worden met de huidige bewoners van de betreffende woonwagenlocatie. De sociaal-maatschappelijke verhoudingen op de betreffende woonwagenlocatie kunnen aanleiding zijn om af te wijken van de in artikel 6 beschreven volgorde.

Artikel 7 Recht van aankoop huurstandplaats

• 1. Gemeente kan besluiten om een huurstandplaats te koop aan te bieden aan de huurder van deze standplaats.

• 2. Huurders van een huurstandplaats kunnen een verzoek bij de gemeente indienen voor het kopen van de standplaats. Bij het besluit tot het al dan niet instemmen met het verzoek neemt de gemeente de volgorde bij aanbieding, zoals opgenomen in artikel 6, als ook de redenen om af te zien van een aanbieding, zoals opgenomen in artikel 8, in de overwegingen mee.

Artikel 8 Afzien van aanbieding

Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van deze beleidsregel besluiten om een vrijgekomen standplaats niet aan te bieden indien:

• 1. Aanbieding niet wenselijk is in verband met sociaal-maatschappelijke verhoudingen op de desbetreffende woonwagenlocatie.

• 2. De kandidaat op de wachtlijst een gerechtelijk vonnis van de rechtbank ten aanzien van een (andere) standplaats van de gemeente Beuningen niet is nagekomen. In een dergelijke situatie kan de gemeente na het onherroepelijk worden van het vonnis ook overgaan tot verwijdering van de kandidaat van de wachtlijst. De kandidaat kan zich dan opnieuw inschrijven op de wachtlijst.

• 3. Een standplaatszoekende die met een financiële vergoeding (= niet zijnde de wettelijke verhuiskostenvergoeding) van een voormalige standplaats is vertrokken, komt de eerste tien jaar na in werking treden van de nieuwe regels niet in aanmerking voor toekenning van een standplaats.

• 4. Een standplaatszoekende die wegens ongeoorloofd gedrag (denk aan bijvoorbeeld hennepteelt, huurachterstanden, agressie, e.d.) van een standplaats is verwijderd of als zodanig bekend staat bij politie of de afdeling Veiligheid, komt minimaal 3 jaar niet in aanmerking voor toekenning van een standplaats in de regio (te rekenen vanaf het moment dat het gedrag heeft plaatsgevonden).