Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR721134
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR721134/1
Beleidsregels toepassing preventieve bestuurlijke maatregelen overlast en openbare orde gemeente Woudenberg
Geldend van 20-06-2024 t/m heden
Intitulé
Beleidsregels toepassing preventieve bestuurlijke maatregelen overlast en openbare orde gemeente WoudenbergDe burgemeester van de gemeente Woudenberg,
Overwegende dat
- •
de burgemeester verantwoordelijk is voor de openbare orde en veiligheid in zijn gemeente;
- •
de burgemeester de openbare orde en veiligheid in zijn gemeente wenst veilig te stellen;
- •
de burgemeester, met het oog op de openbare orde en veiligheid, bevoegd is overtredingen van wettelijke voorschriften te beletten;
- •
de burgemeester met het oog op een juiste, afgewogen en consequente toepassing van zijn bevoegdheden beleidsregels wil vaststellen.
Gelet op
- •
de Algemene Plaatselijke Verordening Woudenberg 2023;
- •
de Gemeentewet, in het bijzonder artikelen 172, 172a en 172b;
- •
de Algemene wet bestuursrecht;
- •
de Wet Politiegegevens, in het bijzonder artikel 16, eerst lid onder b, sub 2.
Besluit
- •
vast te stellen de ‘Beleidsregels toepassing preventieve bestuurlijke maatregelen overlast en openbare orde gemeente Woudenberg’
Artikel 1 Begripsbepalingen
- a)
Overlastgevend gedrag: feitelijk gedrag, in strijd met een wettelijk voorschrift, waarmee de openbare orde en veiligheid wordt verstoord of in gevaar wordt gebracht. Dit ‘overlastgedrag’ wordt nader aangeduid in bijlage 1 van deze beleidsregel.
- b)
Overlastgever: een natuurlijk persoon, al dan niet ingezetene van de gemeente Woudenberg, die op het grondgebied van de gemeente Woudenberg overlast gevend gedrag vertoont.
- c)
APV: Algemene Plaatselijke Verordening Woudenberg 2023.
- d)
Handhavingsmatrix: de handhavingsmatrix opgenomen in bijlage 3 van deze beleidsregel.
- e)
Gebiedsontzegging: het bevel van de burgemeester aan een persoon waarbij deze een verbod krijgt zich in een bepaald gebied op te houden gedurende een bepaalde periode, zoals bedoeld in de APV, artikel 2:78, eerste lid en zoals vastgesteld in ‘Beleidsregels gebiedsontzeggingen gemeente Woudenberg’.
- f)
Gebiedsverbod: het bevel bedoeld in Gemeentewet, artikel 172a, eerste lid, onderdeel a.
- g)
Groepsverbod: het bevel bedoeld in Gemeentewet, artikel 172a, eerste lid, onderdeel b.
- h)
Meldplicht: het bevel bedoeld in Gemeentewet, artikel 172a, eerste lid, onderdeel c.
- i)
Begeleidingsplicht: het bevel bedoeld in Gemeentewet, artikel 172b, eerste lid.
- j)
Dwangsom: de last onder dwangsom bedoeld in Algemene Wet Bestuursrecht, afdeling 5:3:2.
- k)
Gedragsaanwijzing: de maatregel bedoeld in Wetboek van Strafvordering, artikel 509hh, tweede lid, onder a.
Artikel 2 Preventiemaatregelen
-
1. Indien ernstige vrees voor verstoring van de openbare orde en veiligheid bestaat, kan de burgemeester preventiemaatregelen opleggen aan een overlastgever. Deze maatregelen zijn:
- a)
een last onder dwangsom, ter bekrachtiging van de in bijlage 1 genoemde verbodsbepalingen;
- b)
een groepsverbod;
- c)
een meldplicht;
- d)
een begeleidingsplicht (voor een minderjarig persoon beneden 12 jaar);
- e)
een gebiedsontzegging c.q. -verbod zoals beschreven in ‘Beleidsregels gebiedsontzeggingen gemeente Woudenberg.
- a)
-
2. De preventiemaatregelen, genoemd in het eerste lid, kunnen zowel afzonderlijk als in combinatie worden toegepast. De handhavingsmatrix, vermeld in bijlage 3, is uitgangspunt voor de toepassing van de preventiemaatregelen.
-
3. De burgemeester legt in beginsel geen preventiemaatregelen op die in strijd zijn met een van kracht zijnde gedragsaanwijzing opgelegd door de officier van justitie.
-
4. De preventiemaatregelen zoals genoemd in lid 1 zijn niet limitatief.
Artikel 3 Overlastgevend gedrag, herhaling en ernstige vrees voor de openbare orde
-
1. Overlastgevend gedrag wordt geacht tot stand te zijn gekomen, als uit een proces-verbaal of andere schriftelijke verklaring van een bevoegde opsporingsambtenaar blijkt dat een overlastgever verantwoordelijk is voor een overtreding genoemd in bijlage 1 van deze beleidsregel.
-
2. Overlastgevend gedrag wordt geacht herhaald te zijn, indien de betreffende overlastgever in de afgelopen twee jaar tenminste tweemaal, waarvan éénmaal in het afgelopen jaar, overlastgevend gedrag heeft vertoond.
-
3. Ernstige vrees voor de openbare orde en veiligheid wordt geacht te bestaan in geval van een overtreding genoemd in bijlage 1 van deze beleidsregel, gelet op het effect dat dit kan hebben op de openbare orde, op de veiligheid van personen en goederen, op het maatschappelijk verloop, op de rust en veiligheid, op het welbevinden van anderen, op de veiligheidsbeleving, of op de leefbaarheid.
Artikel 4 De (preventieve) dwangsom
-
1. De hoogte van de (preventieve) dwangsom en de duur van de last (looptijd) wordt bepaald door het schema in bijlage 2 van deze beleidsregel.
-
2. Indien de overlastgever minderjarig of onbekwaam is, kan de burgemeester de (preventieve) dwangsom opleggen aan degene die het gezag over de overlastgever heeft.
Artikel 5 Groepsverbod
-
1. Indien een overlastgever in enig groepsverband overlastgevend gedrag vertoont, kan de burgemeester ter voorkoming van overlastgevend gedrag deze overlastgever verbieden zich in enig groepsverband te begeven op een voor het publiek toegankelijke plaats met meer dan drie, ongeacht wie, andere personen.
-
2. Bij zijn besluit een groepsverbod op te leggen, wijst de burgemeester de gebieden aan waarbinnen het groepsverbod geldt. Indien het overlastgevend gedrag in groepsverband van de betrokkene niet tot één locatie is beperkt, zich verplaatst of anderszins niet locatiegebonden is, kan de burgemeester met het oog op preventie en risicobeperking meerdere locaties of het gehele grondgebied van de gemeente Woudenberg aanwijzen. Dit groepsverbod geldt alleen voor niet-ingezetenen van de gemeente Woudenberg.
Artikel 6 Meldplicht
-
1. Bij zijn besluit een meldplicht op te leggen, bepaalt de burgemeester de tijdstippen en de plaats van de melding.
-
2. Een meldplicht voor een overlastgever die geen ingezetene van de gemeente Woudenberg is, wordt zo mogelijk opgelegd in de gemeente waar de overlastgever woont. Indien de burgemeester van de gemeente waar de overlastgever woont daar niet mee instemt, dan vindt de meldplicht plaats in de gemeente Woudenberg.
-
3. Indien de meldplicht niet wordt nagekomen door de overlastgever dan wordt daarvan melding gemaakt bij de burgemeester, die vervolgens een andere preventieve maatregel zal opleggen.
Artikel 7 Begeleidingsplicht overlastgevers, jonger dan 12 jaar
-
1. Indien een overlastgever jonger dan 12 jaar is, en in het afgelopen jaar minstens tweemaal overlastgevend gedrag in een groepsverband vertoonde, kan de burgemeester ter voorkoming van overlastgedrag een begeleidingsplicht opleggen aan degene die het gezag heeft over deze minderjarige.
-
2. De begeleidingsplicht houdt in dat degene die het gezag over de overlastgever heeft, ervoor moet zorgen dat de overlastgever zich tussen 20:00 uur en 06:00 uur niet bevindt op een voor het publiek toegankelijke plaats tenzij deze wordt begeleid door de persoon die het gezag over de overlastgever heeft en/of door een andere in het besluit van de burgemeester aangewezen persoon.
Artikel 8 Ingaan, duur en uitbreiden van preventiemaatregelen
-
1. Bij zijn besluit een preventiemaatregel op te leggen, bepaalt de burgemeester een ingangsdatum. Indien feiten en omstandigheden aanleiding geven (bijvoorbeeld wanneer het overlastgevend gedrag verband houdt met seizoensevenementen) kan de burgemeester een ingangsdatum tot één jaar na zijn besluit kiezen.
-
2. Een preventiemaatregel zoals bedoeld in de artikelen 5 en 6 wordt opgelegd voor de duur van ten hoogste drie maanden en kan maximaal drie keer worden verlengd, telkens voor ten hoogste drie maanden.
-
3. De begeleidingsplicht zoals bedoeld in artikel 7 wordt opgelegd voor een duur van ten hoogste drie maanden en kan niet worden verlengd.
-
4. Met inachtneming van artikel 9, lid 2 kan een preventiemaatregel worden uitgebreid ten nadele van de betrokkene indien feiten en omstandigheden daartoe aanleiding geven.
Artikel 9 Opheffen van en nieuwe preventiemaatregelen
-
1. De burgemeester kan een preventiemaatregel geheel of gedeeltelijk opheffen:
- a.
Wanneer feiten en omstandigheden daartoe aanleiding geven, en er naar de overtuiging van de burgemeester voldoende garantie is dat de overlastgever zich van overlastgevend gedrag zal onthouden;
- b.
Wanneer de teamleider van de politie basisteam en/of de officier van justitie dit verzoekt met het oog op een belang van strafrechtpleging ten aanzien van de overlastgever.
- a.
-
2. Indien ten aanzien van een overlastgever een gedragsaanwijzing van kracht wordt, heft de burgemeester opgelegde preventiemaatregel op voor zover deze met de gedragsaanwijzing samenvallen.
-
3. Onverminderd het bepaalde in artikel 8, lid 2 kan de burgemeester, wanneer de termijn is verstreken gedurende welke de preventiemaatregel is opgelegd, opnieuw tot preventiemaatregelen besluiten als overlastgevend gedrag van de betrokkene daartoe aanleiding geeft.
Artikel 10 Samenloop van feiten
Wanneer een inbreuk op de openbare orde en veiligheid, bestaande uit één handeling of uit een voortgezette reeks van handelingen, valt in meer dan één van de bepalingen genoemd in de bijlage 1 van deze beleidsregel, dan wordt deze inbreuk gezien als één uiting van overlastgevend gedrag en wordt het zwaarstwegende feit in overweging genomen.
Artikel 11 Politie en Openbaar Ministerie
-
1. De burgemeester informeert de teamchef van het politie basisteam en de officier van justitie als een preventiemaatregel wordt opgelegd of opgeheven.
-
2. De politie neemt relevante gegevens van de betrokkenen overlastgever in de politieregistratie-systemen op (bijvoorbeeld in de vorm van een “afspraak op persoon” of een “afspraak op locatie”).
-
3. Indien de politie constateert dat een persoon aan wie een preventiemaatregel is opgelegd overlastgevend gedrag vertoont, maakt zij daarvan proces-verbaal op, en informeert zij de burgemeester.
-
4. De politie kan de burgemeester adviseren preventiemaatregelen op te leggen. In dat geval informeert de politie de burgemeester over alle haar bekende relevante feiten en omstandigheden betreffende de overlastgever en dienst overlastgevend gedrag.
-
5. Op verzoek van de teamleider van het politie basisteam en/of de officier van justitie ziet de burgemeester, indien een belang van strafrechtpleging dit noodzaakt, af van het opleggen van een preventiemaatregel.
Artikel 12 Hardheidsclausule
-
1. Bij de toepassing van preventiemaatregelen kan de burgemeester afwijken van de handhavingsmatrix indien die maatregelen wegens feiten en bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met deze beleidsregels te dienen doelen. Bij het nemen van het besluit tot het opleggen van preventiemaatregelen, betrekt de burgemeester eventuele bijzondere omstandigheden van de overlastgever bij zijn overwegingen.
-
2. Onder de in de tweede zin van het eerste lid bedoelde bijzondere omstandigheden wordt in elk geval verstaan:
- a)
het enkele feit dat een preventiemaatregel voor de overlastgever nadelig of ongewenst is;
- b)
het feit dat een preventiemaatregel consequenties heeft voor de normale maatschappelijke en economische verplichtingen van de overlastgever;
- c)
omstandigheden die door schuld, door verwijtbaarheid of door keuze voor rekening en risico van de overlastgever komen of onder zijn verantwoordelijkheid tot stand kwamen en voor de overlastgever voorzienbaar waren of voorzienbaar hadden kunnen zijn.
- a)
Artikel 13 Bekendmaking, inwerkingtreding, citeertitel
Deze beleidsregel wordt bekendgemaakt in het Gemeenteblad en treedt in werking op de dag na die van bekendmaking. Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels toepassing (preventieve) bestuurlijke maatregelen overlast en openbare orde gemeente Woudenberg’.
Ondertekening
Aldus vastgesteld te Woudenberg op 11 juni 2024
De burgemeester van de gemeente Woudenberg,
M. Jansen-van Harten
Bijlage I – Overlastgevend gedrag
Onder ‘overlastgevend gedrag’ wordt verstaan:
Tabel 1: lichte feiten
Art. 2:41 APV |
Betreden gesloten woning of lokaal |
Art. 2:42 APV |
Plakken en kladden |
Art. 2:47 APV |
Hinderlijk gedrag op openbare plaatsen |
Art. 2:48 APV |
Verboden drankgebruik |
Art. 2:49 APV |
Verboden gedrag bij of in gebouwen |
Art. 2:50 APV |
Hinderlijk gedrag in voor het publiek toegankelijke ruimten |
Art. 4:8 APV |
Natuurlijke behoefte doen |
Art. 2:73 APV |
Gebruiken van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling |
Art. 424 Sr |
Straatschenderij |
Art. 453 Sr |
Openbare dronkenschap |
Art. 461 Sr |
Verboden toegang onbevoegden |
Tabel 2: zware feiten
Art. 2:1:2c APV |
Bevel politie weg te vervolgen of zich te verwijderen |
Art. 2:44 APV |
Vervoeren inbrekerswerktuigen en geprepareerde voorwerpen |
Art. 141 Sr |
Openlijke geweldpleging tegen personen of goederen |
Art. 180 Sr |
Wederspannigheid tegen ambtenaar |
Art. 267 Sr |
Belediging ambtenaar in functie |
Art. 285 Sr |
Bedreiging |
Art. 300 Sr |
Mishandeling |
Art. 310 Sr |
Eenvoudige diefstal |
Art. 312 Sr |
Diefstal door middel van geweld |
Art. 350 Sr |
Vernieling |
Art. 416 Sr |
Opzetheling |
Art. 426 Sr |
Overtredingen betreffende algemene veiligheid |
Art. 2 Opw |
Verkopen enz. van harddrugs |
Art. 3 Opw |
Verkopen enz. van softdrugs |
Art. 10 Opw |
Voorbereidingshandelingen verkoop harddrugs |
Art. 13 WWM |
Dragen verboden wapens categorie I |
Art. 26 WWM |
Dragen verboden wapens categorie II |
Art. 27 WWM |
Dragen verboden wapens categorieën II, III en IV |
Bijlage II – Last onder dwangsom
Artikel 1 Bedragen, looptijd, minderjarigheid en indexering
- 1.
De hoogte van de dwangsommen bedraagt, tenzij de burgemeester met het oog op feiten en omstandigheden van de overlastgever en dienst overlastgevend gedrag anders besluit:
- a.
voor overlastgevend gedrag genoemd in tabel 1 van bijlage 1 (lichte feiten)
- -
Voor de eerste overtreding: €300,-
- -
Voor iedere afzonderlijke overtreding, volgens op de eerste overtreding: €500,-
- -
- b.
voor overlastgevend gedrag, genoemd in tabel 2 van bijlage 1 (zware feiten)
- -
voor de eerste overtreding: €3.000,-
- -
voor iedere afzonderlijke overtreding, volgend op de eerste overtreding: €5.000,
- -
- a.
- 2.
De dwangsommen worden, tot de duur van de last (looptijd) is verstreken, opgelegd tot een maximum van €5.000,- in de gevallen onder 1, sub a en b en €12.500,-- in de gevallen onder 1, sub b is bereikt.
- 3.
De looptijd bedraagt 2 jaar tenzij de burgemeester, met het oog op feiten en omstandigheden van de overlastgever en dienst overlastgevend gedrag, tot een andere looptijd van ten hoogste 5 jaar besluit. De dwangsom is uitgewerkt wanneer het maximumbedrag verbeurd is; ook wanneer de looptijd nog niet is verstreken.
- 4.
Indien de dwangsom door een minderjarige overlastgever wordt verbeurd, worden de onder 1. genoemde bedragen met 50% verminderd. Minderjarigheid is van toepassing wanneer de betrokkene op het moment dat hij overlastgevend bedrag begaat, de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt.
- 5.
De onder 1. genoemde bedragen voor de preventieve dwangsom gelden per 1 december 2020. De bedragen worden niet aangepast met het consumentenprijsindexcijfer dat het Centraal Bureau voor de Statistiek voor het voorgaande kalenderjaar heeft vastgesteld.
Artikel 2 Preventieve dwangsom
Als ernstige vrees voor de openbare orde en veiligheid bestaat, kan de burgemeester besluiten een preventieve dwangsom op te leggen, ter voorkoming van overtredingen die de openbare orde en veiligheid op zeer ernstige en/of onomkeerbare wijze zullen schaden.
De opgelegde last en hoogte van de dwangsom worden dan door de burgemeester besloten aan de hand van de omstandigheden van het geval. De aanduiding van ‘overlastgevend gedrag’ in de bijlage 1 is hierbij niet van toepassing; de opgelegde last kan ook omvatten het beletten van andere overtredingen.
Bijlage III – Handhavingsmatrix
Tabel 3: overlast in wijken
Fase |
Context |
Maatregelen |
Eerste stap |
Constatering van overlast |
Versturen bestuurlijke waarschuwing + introductie preventiemaatregelen |
Tweede stap |
Aanhoudende overlast |
Aankondiging preventiemaatregelen |
Derde stap |
Aanhoudende overlast, na aankondiging preventiemaatregelen |
Opleggen preventiemaatregelen of (preventieve) dwangsom |
Vierde stap |
Aanhoudende overlast, na opleggen preventiemaatregelen |
Invorderingsbesluit (preventieve) last onder dwangsom Aangifte art. 184 WvSr. |
Tabel 4: recidivisten overlastgevers en veelplegers (daders High Impact Crimes of geweldsdelicten)
Fase |
Context |
Maatregelen |
Eerste stap |
Constatering van overlast |
Opleggen (preventieve) dwangsom |
Tweede stap |
Aanhoudende overlast, na opgelegde dwangsom |
(Preventieve) dwangsom invorderen Beoordeling noodzaak overige maatregelen |
Derde stap |
Aanhoudende overlast, na opgelegde maatregelen |
Invorderingsbesluit (preventieve) dwangsom Aangifte art. 184 WvSr. |
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl