Subsidieregeling Groene schoolpleinen Heerde

a. Het ontwerpen van een groen schoolplein.

b. Het inrichten van een groen schoolplein.

c. Het doorontwikkelen van een groen schoolplein.

d. Het reserveren van een bedrag voor beheer en onderhoud van een openbaar schoolplein voor de duur van tenminste tien jaren.

a. De subsidie kan alleen worden aangevraagd door schoolbesturen van scholen.

b. De subsidie kan per subsidiabele activiteit, genoemd in artikel 2, worden aangevraagd of voor meerdere activiteiten tegelijk.

c. Als er sprake is van een gedeeld schoolplein, moet de aanvraag door de gezamenlijke gebruikers worden ingediend.

d. Voor de aanvraag wordt gebruikgemaakt van het aanvraagformulier Subsidie Groen schoolplein.

e. Bij de aanvraag wordt in ieder geval een projectplan ingediend, dat voldoet aan de voorwaarden genoemd in artikel 6, lid b, aangevuld met eventueel andere relevante gegevens.

f. Indien sprake is van een aanvraag als bedoeld in artikel 2 onder d. wordt een meerjaren beheer en onderhoudsplan voor Meerjaren beheer en onderhoud bijgevoegd.

a. Voor een openbaar toegankelijk schoolplein is maximaal € 20.000,- subsidie beschikbaar per schoolplein voor het totaal van de vier onderdelen, genoemd in artikel 2.

b. Voor het verlenen van de subsidie voor het vergroenen van een openbaar toegankelijk schoolplein worden de volgende berekeningen toegepast:

• 1.

  ontwerpen: voor het ontwerp van een groen schoolplein wordt 10% van de subsidiabele kosten genoemd in artikel 5, lid a vergoedt tot het maximum, genoemd in artikel 4, lid a;

• 2.

  inrichten: voor het inrichten van een groen schoolplein wordt 50% van de subsidiabele kosten genoemd in artikel 5, lid a tot en met g vergoedt tot het maximum, genoemd in artikel 4, lid a;

• 3.

  doorontwikkelen: voor het doorontwikkelen van een groen schoolplein wordt 50% van de subsidiabele kosten genoemd in artikel 5, lid a tot en met g vergoedt tot het maximum, genoemd in artikel 4, lid a.

• 4.

  Reserveren van financiële middelen voor ten minste 10 jaren voor de inrichting of doorontwikkeling van een openbaar schoolplein: maximaal € 10.000,- van de maximaal te verstrekken subsidie mag door de gezamenlijke aanvragers gereserveerd worden voor het meerjaren beheer en onderhoud. Als er minder subsidie wordt toegekend dan het maximaal beschikbare bedrag, zal het bedrag voor reservering evenredig naar beneden worden bijgesteld. Reserveren voor beheer en onderhoud kan alleen als een subsidie voor de activiteiten genoemd in artikel 2 b en c is toegekend.

c. Voor het ontwerpen, inrichten of doorontwikkelen van een niet-openbaar schoolplein is maximaal € 10.000,- subsidie beschikbaar per schoolplein voor het totaal van de drie onderdelen, genoemd in artikel 2, onder a, b en c.

d. Voor het verlenen van de subsidie voor het vergroenen van een niet-openbaar toegankelijk schoolplein worden de volgende berekeningen toegepast:

• 1.

  Ontwerpen: voor het ontwerp van een niet-openbaar groen schoolplein wordt 10% van de subsidiabele kosten genoemd in artikel 5, lid a vergoedt tot het maximum, genoemd in artikel 4, lid c.

• 2.

  inrichten: voor het inrichten van een groen schoolplein wordt 50% van de subsidiabele kosten genoemd in artikel 5, lid a tot en met g vergoedt tot het maximum, genoemd in artikel 4, lid c.

• 3.

  Doorontwikkelen: voor het doorontwikkelen van een groen schoolplein wordt 50% van de subsidiabele kosten genoemd in artikel 5, lid a tot en met g vergoedt tot het maximum, genoemd in artikel 4, lid c.

e. Een aanvraag kan gebundeld worden met andere aanvragen als er sprake is van een gedeeld schoolplein en daarmee een gedeeld ontwerp en gedeelde projectbeschrijving. Bij een gebundelde aanvraag kan de maximale hoogte van de subsidie als benoemd in artikel 4, lid a, b en c, vermenigvuldigd worden met het aantal aanvragers.

f. Per schoolplein wordt gedurende de looptijd van deze regeling één keer het maximaal beschikbare subsidiebedrag per schoolplein verstrekt, met inachtneming van het gestelde in artikel 4, lid e.

g. De subsidie wordt verleend op basis van begrote subsidiabele kosten en vastgesteld op basis van de werkelijke subsidiabele kosten, met inachtneming van de in artikel 4, lid a en c genoemde maximale subsidie.

h. Indien BTW kan worden verrekend, wordt deze niet gesubsidieerd.

a. Kosten van het ontwerp van het schoolplein.

b. Kosten van het aanschaffen en aanbrengen van beplanting.

c. Kosten van het aanschaffen en aanbrengen van een speelaanleiding.

d. Kosten van het aanschaffen en aanbrengen van schaduwelementen.

e. Materiaalkosten en kosten van het verwijderen van bestaande verharding.

f. Materiaalkosten en kosten aanbrengen vervangende materialen voor de ondergrond.

g. De uren van inzet van vrijwilligers. Deze mogen op geld gewaardeerd en berekend worden op basis van de door de belastingdienst voor het subsidiejaar vastgestelde normbedragen. Voor 2024 zijn deze als volgt: maximaal € 5,50 per uur, tot een maximum van € 210,- per maand en tot een maximum van € 2.100,- per jaar. Deze bedragen mogen niet daadwerkelijk aan de vrijwilligers worden uitgekeerd en komen ten gunste van de inrichting van het schoolplein.

a. Interne loonkosten van de school of het schoolbestuur.

b. Kosten voor speeltoestellen en valondergronden.

c. Onkosten van vrijwilligers.

d. Kosten voor beheer en onderhoud van een niet openbaar vergroend schoolplein.

e. Verzekeringskosten.

a. Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond vast voor de onder artikel 2 genoemde activiteiten.

b. In het BOOH wordt afgestemd welke aanvragers in aanmerking komen voor de beschikbare middelen per subsidiejaar.

a. De vergroening moet in ieder geval:

• 1.

  bestaan uit natuurlijke elementen en beplanting;

• 2.

  een waterdoorlatende ondergrond bevatten die een deel van de op het moment van aanvragen aanwezige verharding vervangt;

• 3.

  uitnodigen om te bewegen en te spelen;

• 4.

  schaduwrijke plekken opleveren;

• 5.

  voldoen aan de wettelijke eisen voor het inrichten van een schoolplein, te weten de EN-1177:2018 (Europese norm voor valveilige ondergronden) en EN-1176 (Europese norm voor veilige speeltoestellen).

b. In het projectplan komen in ieder geval de volgende aspecten aan de orde:

• 1.

  een ontwerp met een beplantingsplan;

• 2.

  een overzichtsfoto of terreintekening van het schoolplein op het moment van aanvragen, waaruit duidelijk blijkt waaruit het schoolplein is opgebouwd;

• 3.

  een haalbare termijnplanning;

• 4.

  een realistische begroting;

• 5.

  een separate begroting van de inzet van vrijwilligersuren;

• 6.

  een onderhouds- en onderhoudsbegrotingsplan voor ten minste 10 jaren;

• 7.

  een beschrijving van de wijze waarop de leerlingen, het team, de ouders, de buren etc. worden betrokken.

c. Aanvrager stemt het ontwerp af met de gemeente, voorafgaand aan de realisatie van het groene schoolplein.

d. Indien nodig, worden de nodige vergunningen voor de aanleg van het groene schoolplein aangevraagd.

e. Aanvrager zorgt minimaal voor 25% financiering van het totale project door een eigen bijdrage.

f. In geval van een gedeeld schoolplein stemmen scholen onderling af welk deel van de totale kosten van ontwerp tot realisatie van een groen schoolplein voor rekening van elk van de scholen komt.

g. In geval van meerdere aanvragers per schoolplein brengt elk van de aanvragers 25% financiering van het totale project door een eigen bijdrage in, waarbij de onder lid f afgesproken onderlinge verdeling van de kosten als uitgangspunt dient voor de berekening per school.

h. Het groene schoolplein is uiterlijk 12 maanden na bekendmaking van het besluit tot subsidieverlening gerealiseerd. Alleen met toestemming van het college kan hiervan worden afgeweken.

a. Het college weigert de subsidie als:

• 1.

  er voor de aanvraag gestart is met het (verder) vergroenen van het schoolplein;

• 2.

  uit de begroting blijkt dat de kosten voor het project buiten de eigen bijdrage volledig gefinancierd kunnen worden uit overige inkomsten specifiek ontvangen voor het betreffende project, waaronder sponsorbijdrage, subsidies van fondsen, etc.;

• 3.

  de vereiste privaatrechtelijke en/of publiekrechtelijke toestemming niet kan worden verkregen.

b. Het college kan de subsidie geheel of gedeeltelijk weigeren, intrekken en terugvorderen als:

• 1.

  het schoolplein waarop de aanvraag betrekking heeft binnen 3 jaren na de datum van aanvraag onderdeel is van sloop en/of vervangende nieuwbouw of het gebruik van het schoolplein in die 3 jaren onzeker is. Dit geldt niet voor die scholen waarvoor op de datum van publicatie van deze regeling en een businesscase wordt uitgevoerd of in ontwikkeling is voor nieuwbouw of renovatie van de school;

• 2.

  de activiteit gelijk of vergelijkbaar is met activiteiten waarvoor het college ook op grond van een andere subsidieregeling subsidie zou kunnen verlenen;

• 3.

  als de werkelijke kosten lager uitvallen dan in de bij de aanvraag ingediende begroting zijn genoemd.

a. De subsidie wordt vastgesteld op basis van de werkelijke subsidiabele kosten, met inachtneming van de in artikel 4, lid a en c genoemde maximale subsidie.

b. De aanvraag tot vaststelling van de subsidie moet uiterlijk 6 weken na afronding van de activiteiten worden ingediend.

c. De aanvraag tot vaststelling bevat de volgende aspecten:

• 1.

  een foto waaruit blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht;

• 2.

  een financieel verslag, ondertekend door de schoolbestuurder, inclusief facturen en betaalbewijzen;

• 3.

  een bewijs dat, in geval van aanwezige speeltoestellen en valondergronden, wordt voldaan aan de hiervoor gestelde wettelijke eisen, genoemd in artikel 8, lid 5.

a. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking van de regeling.

b. Deze regeling kan worden aangehaald als Subsidieregeling Groene schoolpleinen Heerde.

c. Deze regeling vervalt op 31 december 2026.