Gemeente Heerlen - Regeling Briefadres gemeente Heerlen 2024

Geldend van 08-06-2024 t/m heden

Intitulé

Gemeente Heerlen - Regeling Briefadres gemeente Heerlen 2024

Het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Heerlen,

Gelet op:

  • de artikelen 1.1, 2.23, 2.38 tot en met 2.42, 2.45, 2.47, 2.52 van de Wet Basisregistratie Personen (Wet BRP),

  • artikel 29 van het Besluit Basisregistratie Personen (Besluit BRP),

  • de artikelen 17, 18 en 19 van de Regeling Basisregistratie Personen (Regeling BRP),

  • artikel 4:5, 4:81 en 4.84 van de Algemene wet bestuursrecht en de meest actuele versie van de circulaires BRP en briefadres van de minister van BZK en het Protocol voor ondersteuning door Burgerzaken aan achterblijvers in geval van vermissing (NVVB-2016);

Overwegende dat:

  • het noodzakelijk is om een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot de aangifte van een briefadres om het oneigenlijk gebruik van het briefadres tegen te gaan en om kwetsbare groepen zonder woonadres, te registreren op een briefadres;

  • dat het stappenplan inschrijven BRP op een briefadres van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties hierbij als leidraad dient.

Artikel 1 Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    woonadres:

    • 1.

      het adres waar betrokkene woont, waaronder begrepen het adres van een woning die zich in een voertuig of vaartuig bevindt, indien het voertuig of vaartuig een vaste stand- of ligplaats heeft, of, indien betrokkene op meer dan één adres woont, het adres waar hij naar redelijke verwachting gedurende een half jaar de meeste malen zal overnachten;

    • 2.

      het adres waar, bij het ontbreken van een adres als bedoeld onder 1, betrokkene naar redelijke verwachting gedurende drie maanden ten minste twee derde van de tijd zal overnachten.

  • b.

    briefadres: adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen (artikel 1.1, onder p, Wet BRP) en waar, indien het post van de overheid betreft, zorg wordt gedragen dat geschriften of inlichtingen daarover, betrokkene bereiken (artikel 2.45, lid 3 Wet BRP);

  • c.

    briefadresgever: de ingezetene in de Basisregistratie Personen of rechtspersoon bij wie het briefadres wordt gehouden (artikel 1.1, onder r Wet BRP en artikel 2.42 Wet BRP);

  • d.

    briefadreshouder: de ingezetene in de Basisadministratie Personen die een briefadres houdt;

  • e.

    gezinshuishouden:

    • 1.

      twee personen die volgens de basisregistratie personen een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan of gehuwd zijn, met of zonder kind(eren);

    • 2.

      twee personen die door het overleggen van een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract hebben aangetoond, dat zij een gemeenschappelijke huishouding voeren, met of zonder kind(eren);

    • 3.

      een alleenstaande ouder met kind(eren).

Artikel 2 Redenen briefadres

Redenen voor de aangifte van een briefadres zijn:

  • 1.

    het ontbreken van een woonadres vanwege:

    • a.

      dak- of thuisloosheid;

    • b.

      korte overbrugging tussen twee woonadressen;

    • c.

      de uitoefening van een ambulant beroep;

    • d.

      kort verblijf in het buitenland: gedurende een jaar ten hoogste twee derden van de tijd

    • e.

      korter dan 2 jaar verblijf in het buitenland en varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

    • f.

      het behoren tot een kwetsbare groep, zoals verwarde personen;

    • g.

      langdurig vermiste persoon;

  • 2.

    verblijf in een instelling:

    • a.

      voor mannen- of vrouwenopvang (waaronder blijf-van-mijn-lijfhuizen);

    • b.

      als bedoelt in artikel 2.40, lid 3 en 4 van de Wet BRP;

  • 3.

    voor zover het opnemen van een woonadres naar het oordeel van de burgemeester om veiligheidsredenen niet wenselijk is (artikel 2.41 van de Wet BRP).

  • 4.

    het voorkomen van schrijnende situaties, waarbij inzet of voortzetting van hulpverlening noodzakelijk is, onder voorwaarden dat:

    • a.

      er sprake is van één of meer sociaal-maatschappelijke problemen;

    • b.

      de maatwerkoplossing er op gericht is om de persoon de kans te geven zijn leven ‘weer op de rit’ te krijgen, en

    • c.

      de persoon instemt met of al voldoet aan de voorwaarden van het hulpverleningstraject.

  • 5.

    Wanneer een van de redenen genoemd in de leden 1 t/m 4 ontbreekt, is het niet mogelijk op in de BRP met een briefadres geregistreerd te worden.

Artikel 3 Voorwaarden

  • 1.

    De aangifte wordt gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

  • 2.

    De aangever is verplicht om bij de aangifte tot briefadres alle benodigde stukken te overleggen.

  • 3.

    Onder benodigde stukken als bedoeld in het tweede lid wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      een geldig identiteitsbewijs;

    • b.

      de schriftelijke verklaring van de aangever met reden voor de aangifte en de te verwachten periode dat het briefadres noodzakelijk is;

    • c.

      een geldig identiteitsbewijs of een kopie ervan en een schriftelijke verklaring van instemming van degene of de gemachtigde van de aangewezen rechtspersoon bij wie het briefadres wordt gehouden;

    • d.

      een ingevulde en ondertekende vragenlijst briefadres, als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 2, eerste lid.

  • 4.

    Als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 2, vierde lid, is een schriftelijke verklaring van de burgemeester noodzakelijk waaruit blijkt dat opname van een woonadres niet wenselijk is.

  • 5.

    Als het briefadres noodzakelijk is op grond van artikel 2, eerste lid onder f en g, dient de noodzakelijkheid te blijken uit een onderliggend dossier.

  • 6.

    De briefadresgever kan maximaal aan twee gezinshuishoudens, aan twee alleenstaanden of aan een gezinshuishouden en een alleenstaande toestemming geven een briefadres te houden.

  • 7.

    Lid 6 van dit artikel is niet van toepassing indien de briefadresgever het College van Burgemeester en Wethouders betreft of een door dit college aangewezen rechtspersoon, bedoeld in artikel 2.42 onder b van de Wet BRP.

  • 8.

    De aanvrager dient (desgevraagd) het verzoek in persoon toe te lichten.

Artikel 4 Volledige aangifte

  • 1.

    De aangifte is volledig indien alle benodigde gegevens, zoals bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, zijn ingeleverd.

  • 2.

    Als één of meer gegevens ontbreken, dan wordt de aangever in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

  • 3.

    Indien de aangifte niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, dan kan, op verzoek van de aangever, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

  • 4.

    Indien de aangifte niet binnen veertien dagen na aangifte, aangevuld wordt of uitstel gevraagd wordt, wordt de aangifte buiten behandeling gesteld.

Artikel 5 Monitoring briefadres

  • 1.

    In de situatie als bedoeld in artikel 2 wordt een briefadresinschrijving na de duur van maximaal zes maanden opnieuw beoordeeld door het college van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    De beoordeling van de briefadresinschrijving wordt gedaan met inachtneming van de artikelen 1 t/m 3.

  • 3.

    Onverminderd hetgeen is bepaald in het eerste lid, is diegene op wie het briefadres betrekking heeft en een ander adres krijgt, gehouden om in de periode tussen vier weken vóór de beoogde verhuisdatum tot en met de vijfde dag na verhuisdatum hiervan aangifte te doen bij de gemeente waar hij zijn nieuwe adres heeft.

Artikel 6 Weigeringsgronden

Het is in ieder geval niet mogelijk om ingeschreven te worden op een briefadres, indien:

  • a.

    de aangever een woonadres heeft, tenzij hij in de situatie verkeert zoals beschreven in artikel 2, eerste lid onder f en het vierde lid;

  • b.

    de aangever, niet beroepshalve varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft, en langer dan acht maanden gedurende één jaar in het buitenland verblijft;

  • c.

    de aangever beroepshalve varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan twee jaar in het buitenland verblijft;

  • d.

    er een onderzoek loopt naar de verblijfplaats van de briefadresgever;

  • e.

    het briefadres een adres betreft waarop al aan twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens of een alleenstaande en een gezinshuishouden een briefadres is verleend, met inachtneming van de uitzonderingen bedoeld in artikel 3, zevende lid;

  • f.

    het briefadres geen bestaand adres betreft;

  • g.

    het briefadres een postbus is van een natuurlijk persoon;

  • h.

    het briefadres is bij een rechtspersoon, welke niet door het College van Burgemeester en Wethouders is aangewezen.

Artikel 7 Termijn briefadres

  • 1.

    In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub b mag een briefadres worden gekozen in beginsel voor de duur van 3 maanden. Deze termijn kan bij gegronde redenen telkens met drie maanden worden verlengd.

  • 2.

    In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub d en e mag een briefadres worden gekozen voor de duur van maximaal de periode dat aangever buiten Nederland zal verblijven.

  • 3.

    Als de aangever voor het aflopen van de termijn als bedoeld in het eerste en tweede lid geen woonadres heeft gekozen, wordt door de aangever een verzoek ingediend om het briefadres te verlengen.

  • 4.

    In de situatie als bedoeld in artikel 2, vierde lid mag een briefadres worden verleend voor de duur die de burgemeester noodzakelijk acht.

  • 5.

    De aanvraag voor verlenging van het briefadres wordt beoordeeld met inachtneming van de artikelen 2 en 5.

Artikel 8 Briefadres op een adres van de gemeente Heerlen

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders registreert van een persoon ambtshalve een briefadres in de BRP indien het woonadres ontbreekt, er geen aangifte van adreswijziging wordt gedaan waarbij een briefadres wordt gekozen en betrokkene voldoet aan de criteria voor inschrijving als ingezetene in de BRP.

  • 2.

    Het college kent een briefadres toe op een adres van de gemeente als er geen schriftelijke verklaring van instemming van een briefadresgever kan worden verkregen.

Artikel 9 Verstrekken van inlichtingen

Onverminderd het gestelde in artikel 2 tot en met 6 is zowel de briefadresgever als de briefadresnemer verplicht om op verzoek van het College van Burgemeester en Wethouders inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de registratie van het briefadres.

Betrokkene verschijnt hierbij desgevraagd in persoon.

Artikel 10 Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid, kan worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling. Van onbillijkheid kan sprake zijn als het strikt vasthouden aan de regeling als onredelijk kan worden aangemerkt of als er onevenredige schade zou ontstaan.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het gemeenteblad waarin zij wordt gepubliceerd.

De regeling van 2020 wordt bij de inwerkingtreding van deze regeling ingetrokken.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Heerlen 2024.

Ondertekening

Aldus besloten tijdens de openbare vergadering van de gemeenteraad van de gemeente Heerlen van 28 mei 2024 .

voorzitter,

drs. R. Wever

griffier,

drs. T.W. Zwemmer