Nadere regels experiment gesloten coffeeshopketen gemeente Nijmegen

Geldend van 17-06-2024 t/m heden

Intitulé

Nadere regels experiment gesloten coffeeshopketen gemeente Nijmegen

De burgemeester van de gemeente Nijmegen,

Gelet op artikel 6a, eerste lid van de Wet experiment gesloten coffeeshopketen;

Gelet op artikel 6, derde lid, van de Wet experiment gesloten coffeeshopketen en de artikelen 12 en 39 van het Besluit experiment gesloten coffeeshopketen;

Besluit

  • I

    Het maximumaantal coffeeshops, zoals bedoeld in artikel 6a van de Wet experiment gesloten coffeeshopketen, te bepalen op 10, met dien verstande dat daarboven nog 2 coffeeshops zijn toegestaan voor zover ze blijven voldoen aan het uitsterfbeleid zoals opgenomen in het Coffeeshopbeleid 2024. Indien een toegestane coffeeshop stopt, dan daalt het maximumaantal automatisch totdat het totale aantal feitelijk toegestane coffeeshops uiteindelijk 10 bedraagt.

  • II

    vast te stellen de navolgende nadere regels: Nadere regels experiment gesloten coffeeshopketen gemeente Nijmegen

Artikel 1 Definities

In deze Nadere regels wordt verstaan onder:

  • -

    a. Wet: Wet experiment gesloten coffeeshopketen

  • -

    b. Besluit: Besluit experiment gesloten coffeeshopketen

  • -

    c. Besluit aanwijzing toezichthouders: Besluit van de Minister voor Medische Zorg en de Minister van Justitie en Veiligheid, houdende aanwijzing van toezichthouders op de naleving van de Wet experiment gesloten coffeeshopketen en het verlenen van mandaat en machtiging voor de uitvoering en handhaving van die wet;

  • -

    d. coffeeshop: coffeeshop als bedoeld in artikel 6a van de Wet;

  • -

    e. coffeeshophouder: houder van een coffeeshop die in een deelnemende gemeente door de burgemeester van die gemeente is toegestaan als bedoeld in artikel 6a, tweede lid, van de Wet;

  • -

    f. beheerder: de beheerder zoals bedoeld in en vermeld op de exploitatievergunning, verleend op basis van de Algemene plaatselijke verordening Nijmegen;

  • -

    g. bezoeker; iedereen die niet aantoonbaar in dienst is bij de coffeeshop dan wel daar aantoonbaar op verzoek tijdelijke werkzaamheden uitvoert.

Artikel 2 Eisen aan de locatie

  • 1. Een coffeeshop is niet gevestigd buiten het gebied, omsloten door de rivier de Waal, Keizer Traianusplein, St. Canisiussingel, Oranjesingel, Nassausingel, Kronenburgersingel, Lange Hezelstraat en de spoorlijn Arnhem-Nijmegen.

  • 2. Een coffeeshop is niet gevestigd in een omgeving waar veel specifiek op jongeren (12+) gerichte activiteiten worden ontplooid. In het bijzonder geldt dit voor instellingen voor voortgezet (speciaal) onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Hiervoor geldt dat de loopafstand tussen de coffeeshop en de onderwijsinstelling minimaal 150 meter bedraagt, gemeten van deur tot deur.

  • 3. Een coffeeshop is niet gevestigd binnen loopafstand van 300 meter van een andere coffeeshop.

  • 4. Het bepaalde in de eerste drie leden is niet van toepassing op coffeeshops, die op het moment van inwerkingtreding van deze Nadere regels reeds in strijd met deze bepalingen gevestigd zijn en beschikken over een exploitatievergunning en toegestaan zijn door de burgemeester als bedoeld in artikel 6a, tweede lid van de wet.

Artikel 3 Affichering

Een coffeeshophouder voert geen enkele vorm van affichering anders dan een summiere aanduiding op de betreffende lokaliteit conform artikel 9 van het Besluit. Dit houdt aanvullend in dat geen enkele reclame aan de gevel of verwijsbord vermeldt dat er softdrugs worden verkocht. Het expliciet tonen van of verwijzen naar prijslijsten voor softdrugs en het tonen van een opsomming en/of beschrijving van producten en/of afbeeldingen, ook als het via het internet gebeurt, is niet toegestaan. Dit betekent ook dat reclame in huis-aan-huisbladen of middels flyers niet is toegestaan, evenals sponsoring van sportclubs via shirtreclame.

Artikel 4 Eisen ter voorkoming van overlast

  • 1. In aanvulling op het bepaalde in artikel 10 van het Besluit dient de coffeeshophouder te zorgen voor de noodzakelijke voorzieningen dan wel treft maatregelen om overlast en/of hinder van komende en vertrekkende bezoekers in de directe omgeving van de coffeeshop te voorkomen of te beperken, die met name betrekking hebben op:

    • o

      het gebruik van aanwezige toe-, in- of uitgangen en portieken;

    • o

      het gebruik van de nabij de coffeeshop gelegen parkeervoorzieningen;

    • o

      het houden van toezicht in de directe omgeving van de coffeeshop gericht op het voorkomen van overlast door komende of vertrekkende bezoekers.

  • 2. Een coffeeshophouder zorgt in ieder geval dat:

    • a.

      er geen geluidsoverlast ontstaat door komende of vertrekkende bezoekers;

    • b.

      er zich geen bezoekers onnodig ophouden in de directe omgeving van de toe- of uitgang(en) van de coffeeshop, waaronder mede wordt bedoeld de in de directe omgeving van de coffeeshop gelegen portieken, alsmede de daaraan grenzende openbare weg;

    • c.

      bezoekers hun gekochte waren niet consumeren op of aan de openbare weg dan wel in portieken in de directe omgeving van de toe- of uitgang van de coffeeshop;

    • d.

      er in de directe omgeving van de coffeeshop geen parkeeroverlast ontstaat door de voertuigen (fietsen daaronder mede begrepen) van de bezoekers van de coffeeshop.

  • 3. De burgemeester kan de coffeeshophouder aanwijzingen geven omtrent de inhoud van de voorzieningen en maatregelen zoals bedoeld in het eerste lid.

Artikel 5 Openingstijden

  • 1. Een coffeeshop wordt niet opengesteld voor bezoekers tussen 01.00 uur en 08.00 uur.

  • 2. Een coffeeshop, gelegen in de nabijheid van een onderwijsinstelling, wordt niet opengesteld voor publiek tussen 01.00 uur en 17.00 uur indien dit naar het oordeel van de burgemeester noodzakelijk blijkt ter voorkoming van (indirecte) verkoop aan minderjarigen.

Artikel 6 Aanwezigheid personeel

  • 1. Het is verboden de coffeeshop voor bezoekers geopend te hebben, zonder dat een op de exploitatievergunning van de coffeeshop vermelde exploitant of beheerder in de voor het publiek toegankelijke deel van de coffeeshop aanwezig is.

  • 2. Een op de exploitatievergunning van de coffeeshop vermelde exploitant of beheerder is aanwezig tijdens de aflevering van hennep af hasjiesj zoals bedoeld in artikel 24 van het Besluit experiment gesloten coffeeshopketen.

Artikel 7 Inrichtingseisen

  • 1. In de horeca-inrichting, waarin een coffeeshop gevestigd is, moet één lokaliteit een oppervlakte hebben van tenminste 25 m² en elke andere lokaliteit een oppervlakte van tenminste 15 m².

  • 2. De coffeeshop moet zijn voorzien van ramen met een zodanige oppervlakte dat voldoende daglichttoetreding is gewaarborgd.

  • 3. De ramen moeten zijn bezet met blank doorzichtig glas, waarvan ten hoogste 20% mag zijn bedekt met materiaal dat daglichttoetreding verhindert. Behoudens het bepaalde in de vorige volzin mag de daglichttoetreding niet worden gehinderd door afscherming van het raamoppervlak binnen de inrichting.

  • 4. In een lokaliteit mogen geen voorzieningen zijn aangebracht die een gehele afzondering van een gedeelte van de lokaliteit mogelijk maken.

  • 5. Vanuit ieder punt van een lokaliteit moet bij voortduring een deel van de lokaliteit met een oppervlakte van tenminste 15 m² kunnen worden overzien.

  • 6. De coffeeshop moet een zodanige kunstlichtvoorziening hebben, dat de gemiddelde horizontale verlichtingssterkte, gemeten op 1 meter boven de vloer, over de gehele oppervlakte tenminste 50 lux bedraagt.

  • 7. In de coffeeshop moeten de luchtverversing, de elektriciteits- en drinkwatervoorziening voldoen aan het bepaalde in het Besluit bouwwerken leefomgeving.

  • 8. In de coffeeshop moet een voorziening aanwezig zijn om het glas- en vaatwerk met stromend deugdelijk drinkwater te kunnen reinigen.

  • 9. In de coffeeshop moeten ten behoeve van de bezoekers twee gescheiden toiletgelegenheden aanwezig zijn.

  • 10. Het is niet toegestaan verkoop vanuit de coffeeshop te laten plaatsvinden door middel van loketten aan straatzijde, open puien of anderszins direct op of aan de weg.

Artikel 8 Eisen aan opleiding personeel

  • 1. In aanvulling op het bepaalde in artikel 6, eerste lid, van het Besluit dient de coffeeshophouder schriftelijk te kunnen aantonen met een bewijs van deelname of certificaat dat het personeel voldoet aan hetgeen is gesteld in artikel 6, eerste lid, van het Besluit.

  • 2. Het bewijs van deelname of certificaat als bedoeld in het eerste lid moet zijn afgegeven door een instantie of instelling waarvan de burgemeester heeft aangegeven dat de door deze instantie of instelling aangeboden opleiding of cursus kwalitatief voldoet.

Artikel 9 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van deze regeling zijn belast de, op grond van artikel 3 van het Besluit aanwijzing toezichthouders van de minister, door de burgemeester aangewezen toezichthouders.

Artikel 10 Handhaving

De burgemeester is op grond van artikel 10 van de Wet bevoegd tot het opleggen van een last tot bestuursdwang ten aanzien van een coffeeshop bij overtreding van de in deze regeling opgenomen ge- en verboden.

Artikel 11 Titel

Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Nadere regels experiment gesloten coffeeshopketen gemeente Nijmegen’.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt na bekendmaking in werking op het tijdstip waarop de voorbereidingsfase als bedoeld in artikel 37 van het Besluit aanvangt.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de burgemeester op 28 mei 2024

De burgemeester

drs. H.M.F. Bruls