Regeling vervalt per 01-01-2025

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

Geldend van 06-06-2024 t/m 31-12-2024

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

De raad van de gemeente Katwijk;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2023

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2024

(Legesverordening 2024)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

    • b.

      het verlenen van een dienst op aanvraag; of

    • c.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

    een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • c.

    van aanvragen voor de afgifte van attestaties de vita, strekkende tot belang van pensioenen, lijfrenten en andere periodieke uitkeringen ten laste van de staat, provinciën, gemeenten, waterschappen en andere publiekrechtelijke lichamen;

  • d.

    van aanvragen voor de afgifte van de aan belanghebben­de uit te reiken, afschriften of uittreksels van besluiten, akten en beschikkingen, houdende benoeming, bevordering, verhoging van bezoldiging of ontslag van ambtenaren en leden van colleges of commissies;

  • e.

    van het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;

  • f.

    van aanvragen als bedoeld onder 1.17.2.4 van de tabel behorende tot deze verordening:

    • 1.

      welke strekken tot een liefdadig of een gods­dienstig of een ander levensbeschouwelijk doel of tot bevordering van een algemeen belang;

    • 2.

      voor het houden van openbare inzamelingen van gel­den en/of goederen door de gemeente gesubsidieerde instellingen;

    • 3.

      voor het gebruik van een (stand)plaats ter bevordering van onderwijs, wetenschappen of kunst;

  • g.

    van aanvragen als bedoeld onder 1.7.1 van de tabel behorende tot deze verordening welke strekken tot een liefdadig doel, een godsdienstig of een ander levensbeschouwelijk doel;

  • h.

    het in behandeling nemen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een gemeentelijke dan wel rijksmonument als deze betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a. van de Omgevingswet en artikel 5.1, eerste lied, aanhef en onder b. van de Omgevingswet;

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 14 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 14 dagen na dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt, met uitzondering voor het in behandeling nemen voor het afgeven, wijzigen of verlengen van een invaliden- of gehandicapten parkeerkaart (artikel 1.15.3.1 tot en met 1.15.3.3 van de Tarieventabel) en aanvragen van gehandicaptenparkeerplaats (artikel 1.15.6.1 van de tarieventabel), geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.14.3 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit Basisregistratie personen (BRP));

    • 3.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 4.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 5.

      onderdeel 1.7.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 13 (kansspelen);

    • 7.

      hoofdstuk 17 (diverse verstrekkingen).

  • een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

  • c.

    een gevolg zijn van door te belasten gewijzigde tarieven van Salude;

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De ‘Verordening op de heffing en invordering van leges 2023’ van 15 december 2022 en de bijbehorende Tarieventabel 2023 (gewijzigd op 27 juni 2023), worden ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “Legesverordening 2024”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2023.

De griffier,

De voorzitter,

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2024

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap:

 

1.1.1

Indien voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een partnerschap in een huwelijk met ceremonie plaatsvindt in de aangewezen locaties binnen de door burgemeester en wethouders in het Reglement burgerlijke stand vastgestelde tijden op maandag tot en met vrijdag

€ 605,10,

1.1.2

Indien voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een partnerschap in een huwelijk met ceremonie plaatsvindt in de aangewezen locaties binnen de door burgemeester en wethouders in het Reglement burgerlijke stand vastgestelde tijden op zaterdag

€ 1.099,80

1.1.3

indien voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een partnerschap in een huwelijk met ceremonie plaatsvindt op een externe locatie

€ 402,05

1.1.3.b

indien voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een partnerschap in een huwelijk met ceremonie plaatsvindt op een externe locatie tussen vrijdag 17.00 uur en zaterdag 21.00 uur

€ 542,80

1.1.4.a

Indien het bruidspaar of de geregistreerde partners gebruik maken van een bescheiden ceremonie die geleid wordt door een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand, zoals aangegeven in het Reglement burgerlijke stand.

€ 393,40

1.1.4.b

Indien het bruidspaar of de geregistreerde partners gebruik maken van een bescheiden ceremonie, tegen een gereduceerd tarief, die geleid wordt door een ambtenaar van de burgerlijke stand, zoals aangegeven in het Reglement burgerlijke stand.

€ 109,05

1.1.5

Geen leges voor een huwelijk of partnerschapsregistratie worden geheven binnen de door burgemeester en wethouders in het Reglement burgerlijke stand vastgestelde tijden

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zonder ceremonie

€ 66,45

1.1.7

Voor de benoeming van een Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand voor één dag (reeds beëdigd bij de rechtbank)

€ 77,40

1.1.7.a

Voor de benoeming van een Buitengewoon Ambtenaar van de Burgerlijke Stand voor één dag (niet beëdigd bij de rechtbank)

€ 154,75

1.1.8

Indien de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap plaatsvindt in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek worden de in 1.1.1, 1.1.2 en 1.1.4 genoemde tarieven verhoogd met

€ 109,05

1.1.9

Indien de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap plaatsvindt in de burgerzaal worden de onder 1.1.1 en 1.1.2 genoemde tarieven verhoogd met

€ 132,15

1.1.10

De kosten van een wijziging (bijv. datum, tijdstip, locatie etc.) na zes weken na de eerste reservering bedragen

€ 66,45

1.1.11

De kosten voor het afzeggen van een reservering voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap bedragen

€  66,45

1.1.12.a

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapsboekje

€  36,95

1.1.12.b

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouw-, partnerschapsboekje zonder omslag

€ 9,15

1.1.13

Het tarief bedraagt voor het beschikbaar stellen van een gemeentelijke getuige bij een huwelijksvoltrekking of een geregistreerd partnerschap per getuige

€ 45,80

1.1.14

Het tarief bedraagt voor:

 

1.1.14.1

het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen op opgaven uit de registers van de burgerlijke stand per persoon per akte

€ 10,75

1.1.14.2

het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€  22,55

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart1

1.2 

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,85

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,40

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,85

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,40

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,85

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,40

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor Vreemdelingen

€ 63,40

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 75,80

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 40,90

1.2.6

Van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon 

€ 40,90

1.2.7

Voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen

€ 57,05

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen2

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven,

vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 51,10

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 39,65

1.3.3

Vervallen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen (BRP)

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de BRP moet worden geraadpleegd.

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 16,60

1.4.2.2

Tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking, aanvraag digitaal

€ 10,35

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de BRP.

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een selectie uit de geautomatiseerde BRP:

 

1.4.4.1

per selectie

€  107,70

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 10,90

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de BRP, voor ieder daaraan besteed kwartier

€  26,70

1.4.7

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van het anders dan de eerste keer afgeven van een volledig overzicht van de eigen persoonslijst, per overzicht

€ 16,45

1.4.8

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van het anders dan de eerste keer afgeven van een volledig overzicht van de eigen persoonslijst, per overzicht, aanvraag digitaal

€ 10,20

Hoofdstuk 6 Vastgoedinformatie en bodeminformatie

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.6.1.1

tot het verstrekken van een mechanisch vervaardigde kopie van een bestaande tekening op plattegrond of van een gedeelte van een digitaal bestand geldt het tarief zoals genoemd in artikel 1.17.2.2

 
 

daarbovenop komt een bedrag per besteed kwartier van

€ 22,25

1.6.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 14,50

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het

 

1.6.3.1

verstrekken van bodeminformatie:

 

1.6.3.1.1

indien een aanvraag wordt gedaan door middel van het digitale aanvraagformulier

€ 46,60

1.6.3.1.2

indien een aanvraag schriftelijk of telefonisch wordt ingediend

€ 59,85

Hoofdstuk 7 Overige publiekszaken

1.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€  41,35

1.7.2.1

tot het verkrijgen van een “bewijs van in leven zijn”

€ 16,60

1.7.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€  12,80

1.7.4

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap en alle andere verklaringen, welke in het bijzonder belang van de aanvrager worden opgemaakt, voor zover daarvoor in deze verordening dan wel in andere rechtsregels niet een ander recht is bepaald, per stuk

€ 16,60

1.7.5

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap en alle andere verklaringen, welke in het bijzonder belang van de aanvrager worden opgemaakt, voor zover daarvoor in deze verordening dan wel in andere rechtsregels niet een ander recht is bepaald, per stuk, digitaal aangevraagd

€ 16,60

Hoofdstuk 8 Gemeentearchief

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 22,55

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.8.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per fotokopie

€  5,00

1.8..2.2

een afschrift uit het bouwvergunningenarchief wordt alleen digitaal verstrekt, uit veiligheidheidsoverwegingen, op een door de gemeente Katwijk beschikbaar gestelde usb-stick.

per bestand op A4-formaat € 0,20

per bestand op A3-formaat € 0,75

per bestand op A2-formaat € 5,00

per bestand op A1-formaat € 5,00

per bestand op A0-formaat € 5,00

per usb-stick 8 gb € 5,00

Hoofdstuk 10 Leegstandwet

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.10.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 211,05

1.10.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, zesde lid van de Leegstandwet

€ 105,55

1.10.3

Indien aanvragen als bedoeld in artikel 1.10.1 en 1.10.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, school of kantoor betreffen, worden de in die artikel bedoelde leges slechts eenmaal geheven.

 

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet 2014

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.11.1

tot het verlenen van een Splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet 2014

€ 316,60

1.11.2

tot het verlenen van een Onttrekkingsvergunning als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014

€ 422,10

1.11.3

tot het verlenen van een Samenvoegingsvergunning als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014

€ 316,60

1.11.4

tot het verlenen van een Omzettingsvergunning als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014

€ 422,10

1.11.3

tot het verlenen van een Woningvormingsvergunning als bedoeld in artikel 21 van de Huisvestingswet 2014

€ 422,10

1.11.3

tot het verlenen van een Opkoopbeschermingsvergunning als bedoeld in artikel 41 van de Huisvestingswet 2014

€ 422,10

Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet

Verplaatst naar titel 3, hoofdstuk 5.

Hoofdstuk 13 Kansspelen

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.13.1.1

a. voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 68,45

 

b. en voor iedere volgende speelautomaat € 41,20 x het aantal speelautomaten waarvoor de vergunning geldt

 
 
 

1.13.1.2

Het in 1.13.1.1 gestelde is van overeenkomstige toepassing indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de in 1.13.1.1 bedoelde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

 

1.13.1.3

Het in 1.13.1.1 gestelde is van overeenkomstige toepassing indien de vergunning geldt voor een tijdvak, van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, met dien verstande dat voor toepassing van onderdeel a. in plaats van € 68,45 een bedrag van € 273,80 en in plaats van € 41,20 een bedrag van € 164,80 geldt.

 

Hoofdstuk 14 Telecommunicatie

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag instemmingbesluit of vergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Katwijk 2016

€ 281,70

1.14.1.1

indien de werkzaamheden plaatsvinden in de door de gemeente beheerde, openbare gemeentegrond, wordt het tarief genoemd in 1.14.1 per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 2,00

1.14.1.2

Indien het een fiber to the home glasvezelproject betreft met een omvang van 500 of meer aaneengesloten verblijfseenheden wordt het tarief genoemd in 1.14.1 per in het werk aan te sluiten verblijfseenheid, verhoogd met

€ 11,10

1.14.1.3

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en aanbieder van netwerk, verhoogd met

€ 179,15

1.14.1.5

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

1.14.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.14.1.5 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

1.14.3

Als een aanvrager zijn aanvraag als bedoeld in artikel 1.14.1 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van 75% van het in artikel 1.14.1.1 of 1.14.1.2 genoemde tarief.

 

1.14.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding voor werkzaamheden van niet-ingrijpende aard als bedoeld in artikel 2.1 lid 2 of voor de melding van een calamiteit als bedoeld in artikel 2.1 lid 4 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Katwijk 2016:

 

1.14.4.1

voor een opbreking tot 50 meter

€ 49,10

1.14.4.2

Voor opbrekingen groter dan 50 meter

€ 135,15

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.15.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 42,70

1.15.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 42,70

1.15.3.1

tot het verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) per kaart bij een spreekuurconsult aan de GGD arts*

€ 172,35

1.15.3.2

tot het verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) per kaart bij een huisbezoek van de GGD arts*

€ 270,90

1.15.3.3

tot het verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) bij een dossieronderzoek van de GGD arts*

€ 144,35

 

(*tarieven Salude zijn met 2,5% verhoogd)

 

1.15.4.1

tot het verlenen van een duplicaat gehandicaptenparkeerkaart

€ 42,15

 
 
 

1.15.5.1

Als een aanvrager zijn aanvraag als bedoeld in artikel 1.15.3.1, 1.15.3.2, of 1.15.3.3 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente bedraagt het tarief

€ 142,65

1.15.5.2

Als een aanvrager zijn aanvraag als bedoeld in artikel 1.15.3.1, 1.15.3.2 of 1.15.3.3 intrekt terwijl er nog geen consult heeft plaatsgevonden bedraagt het tarief

€ 42,15

1.15.5.3

Als een aanvrager twee maal niet is verschenen op een spreekuurconsult of huisbezoek als bedoeld in artikel 1.15.3.1 of 1.15.3.2 wordt een tarief in rekening gebracht van

€ 142,65

1.15.6

Gehandicaptenparkeerplaats (GPP) als bedoeld in art. 26 RVV 1990:

 

1.15.6.1

tot het verkrijgen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

€ 101,10

1.15.6.2

Het realiseren van een gehandicaptenparkeerplaats

€ 180,30

1.15.6.3

Het wijzigen van het kenteken op het onderbord bij een GPP

€ 38,45

1.15.6.4

Verplaatsen van een GPP

€ 60,35

1.15.6.5

Intrekken van gereserveerde GPP

€ 0,00

 
 
 

1.15.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

voor een vergunning voor het plaatsen van een laadpaal voor het opladen van elektrische motorvoertuigen, als bedoeld in artikel 2:11 van de APV:

€ 144,00

Hoofdstuk 17 Diversen

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van:

 

1.17.2.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 7,85

1.17.2.2

fysieke afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken op grond van de Wet open overheid (Woo) of de Wet hergebruik van overheidsinformatie (Who), voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen in

zwart/wit

 

1.17.2.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,05

 

per pagina op papier van A3-formaat

€ 0,10

 

per pagina op papier van A2-formaat

€ 5,00

 

per pagina op papier van A1-formaat

€ 10,00

 

per pagina op papier van A0-formaat

€ 20,00

 

kleur:

 

1.17.2.2.2

per pagina op papier van A4-formaat

€ 0,20

 

per pagina op papier van A3-formaat

€ 0,40

 

per pagina op papier van A2-formaat

€ 10,00

 

per pagina op papier van A1-formaat

€ 20,00

 

per pagina op papier van A0-formaat

€ 40,00

1.17.2.3

Digitale data voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen per bestand € 5,00

per usb-stick 8gb € 5,00

 

1.17.2.4

Een beschikking op aanvraag, van een vergunning of ontheffing, dan wel elk stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager opgemaakt, voor zover voor deze stukken niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per beschikking

€ 31,75

1.17.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag nadeelcompensatie als bedoeld in artikel 4, lid 4 van de Verordening Nadeelcompensatieverordening Katwijk

€ 363,85

Hoofdstuk 18 Milieupas en metrocontainerpas

1.18

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vervangende milieu- of containerpas bedraagt:

€ 19,05

Hoofdstuk 2a Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2a.1

Definities

 

2a.1.1

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

2a.1.2

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

 

2a.1.3

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

 
 

binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

 
 

binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet.

 

2a.1.4

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder bouwkosten:

 

2a.1.4.a.

de kosten die worden berekend aan de hand van de ‘ROEB-lijst” zoals opgenomen in de bijlage bij deze tarieventabel;

 

2a.1.4.b

uitsluitend voor zover het in de aanvraag begrepen type bouwwerk naar zijn aard redelijkerwijs niet kan worden geacht te zijn opgenomen in de ‘ROEB-lijst’ wordt onder bouwkosten mede het volgende verstaan. De aannemingssom bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfredzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet inbegrepen.

 

2a.1.5

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder principeverzoek:

 

2a.1.5.a

Intaketafel: het toetsen van (complexe) principeverzoeken met een globaal karakter aan de doelstellingen van de gemeente zoals verwoord in de Omgevingsvisie Katwijk en de Maatschappelijke agenda (MAG)

 

2a.1.5.b

Omgevingstafel: voor de meeste initiatieven geldt de route van de omgevingstafel. Op de omgevingstafel wordt er beoordeeld of het initiatief ruimtelijk aanvaardbaar is. Hierbij is het noodzakelijk dat elke betrokken beleidsdiscipline een oordeel geeft welke uitmondt in een integrale afweging. Deze uitkomst noemen we het integraal advies, deze ontvangt u van ons na de omgevingstafel.

1. Initiatieven die weinig tot geen impact hebben op de omgeving worden intern beoordeeld. Hier ontvangt u schriftelijk de uitkomst van (eenvoudige omgevingstafel);

2. Initiatieven die een impact hebben op de omgeving, in een ontwikkelgebied beoogd zijn en/of complex zijn, worden beoordeeld op de omgevingstafel waarbij de aanvrager zelf aanwezig is om een toelichting te geven van ca. 30 minuten (complexe omgevingstafel).

 
 
 
 

Artikel 2a.2

Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

 
 

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

2a.2.a

principeverzoek;

 

2a.2.b

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit;

 

2a.2.c

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

 

2a.2.d

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

 

2a.2.e

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

 

2a.2.f

intrekking van een omgevingsvergunning;

 

2a.2.g

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

 

2a.2.h

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

 
 
 
 

Artikel 2a.3

Bepalen tarief

 

2a.3.1

De in artikel 2a.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

 

2a.3.2

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

 

2a.3.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

 

2a.3.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

 

2a.3.5

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

 

2a.3.6

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

2a.3.7

In afwijking van het bepaalde in dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een tijdelijke voorziening op een braakliggend terrein dat in eigendom is van de gemeente

€ 0,00

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2a.4

Principeverzoek

 
 

Als de aanvraag betrekking heeft op een principeverzoek over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

2a.4.a

voor een informatie-overleg:

€ 0,00

2a.4.b

Voor een intaketafel:

€ 700,00

2a.4.c

voor een eenvoudige omgevingstafel:

€ 300,00

2a.4.d

voor een complexe omgevingstafel:

€ 600,00

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2a.5.

Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.5.a

indien de bouwkosten minder dan € 20.000,00 bedragen:

1,58%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 75,60

2a.5.b

indien de bouwkosten € 20.000,00 tot € 50.000,00 bedragen:

1,49%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 315,36

2a.5.c

indien de bouwkosten € 50.000,00 tot € 100.000,00 bedragen:

1,22%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 744,00

2a.5.d

indien de bouwkosten € 100.000,00 tot € 200.000,00 bedragen:

1,04%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 1.216,80

2a.5.e

indien de bouwkosten € 200.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

0,95%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 2.089,80

2a.5.f

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 5.000.000,00 bedragen:

0,85%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 9.504,00

2a.5.g

indien de bouwkosten € 5.000.000,00 of meer bedragen:

0,49%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 42.660,00

 
 
 

Artikel 2a.6

Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit (ruimtelijke deel)

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.6.a

indien de bouwkosten minder dan € 20.000,00 bedragen:

3,68%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 176,40

2a.6.b

indien de bouwkosten € 20.000,00 tot € 50.000,00 bedragen:

3,47%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 735,84

2a.6.c

indien de bouwkosten € 50.000,00 tot € 100.000,00 bedragen:

2,84%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 1.736,00

2a.6.d

indien de bouwkosten € 100.000,00 tot € 200.000,00 bedragen:

2,44%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 2.839,20

2a.6.e

indien de bouwkosten € 200.000,00 tot € 1.000.000,00 bedragen:

2,22%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 4.876,20

2a.6.f

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 tot € 5.000.000,00 bedragen:

1,99%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 22.176,00

2a.6.g

indien de bouwkosten € 5.000.000,00 of meer bedragen:

1,14%

 

van de bouwkosten, met een minimum van:

€ 99.540,00

 
 
 

Artikel 2a.7

Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, per m3 te slopen inhoud:

€ 254,25

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Artikel 2a.8

Omgevingsplanactiviteit: monumenten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, per m3 te slopen inhoud:

 

2a.8.a

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen:

€ 0,00

2a.8.b

voor het herstellen of gebruiken op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 0,00

 
 
 

Artikel 2a.10

Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, per m3 te slopen inhoud:

€ 0,00

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

 
 
 

Artikel 2a.12

Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteiten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2.087,00

 
 
 

Artikel 2a.12a

Besluit activiteiten leefomgeving (BAL): milieubelastende activiteiten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving:

 

2a.12a.a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.174,00

2a.12a.b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.921,80

2a.12a.c

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.504,40

 
 

Artikel 2a.13 Activiteiten die bedrijfstakken overstijgen (afdeling 3.2 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten die bedrijfstakken overstijgen als bedoeld in de paragrafen 3.2.1, 3.2.3 tot en met 3.2.15, 3.2.17 en 3.2.19 en 3.2.24 van afdeling 3.2 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.13.a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.174,00

2a.13.b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.921,80

2a.13.c

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.504,40

 
 

Artikel 2a.14 Nutssector en industrie (afdeling 3.4 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de categorie nutssector en industrie als bedoeld in de paragrafen 3.4.2, 3.4.4.tot en met 3.4.9 en 3.4.11 van afdeling 3.4 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.14.a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.174,00

2a.14.b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.921,80

2a.14.c

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.504,40

 
 

Artikel 2a.15 Afvalbeheer (afdeling 3.5 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector afvalbeheer als bedoeld in de paragrafen 3.5.1, 3.5.4, 3.5.7, 3.5.8 en 3.5.11 van afdeling 3.5 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.15.a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.174,00

2a.15.b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.921,80

2a.15.c

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.504,40

 
 

Artikel 2a.16 Agrarische sector (afdeling 3.6 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de agrarische sector als bedoeld in de paragrafen 3.6.1, 3.6.7 en 3.6.8 van afdeling 3.6 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.16.a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.174,00

2a.16.b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.921,80

2a.16.c

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.504,40

 
 

Artikel 2a.17 Dienstverlening, onderwijs en zorg (afdeling 3.7 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector dienstverlening, onderwijs en zorg als bedoeld in de paragrafen 3.7.6 en 3.7.10 van afdeling 3.7 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 4.174,00

 
 

Artikel 2a.18 Transport, logistiek en ondersteuning daarvan (afdeling 3.8 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten in de sector transport, logistiek en ondersteuning daarvan als bedoeld in de paragrafen 3.8.2, 3.8.3, 3.8.5, 3.8.6, 3.8.8 tot en met 3.8.11 van afdeling 3.8 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

2a.18.a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.174,00

2a.18.b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.921,80

2a.18.c

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.504,40

 
 

Artikel 2a.19 Sport en recreatie (afdeling 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een milieubelastende activiteit, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een activiteit in de sector sport en recreatie als bedoeld in paragraaf 3.9.1 van afdeling 3.9 van hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 4.174,00

 
 
 
 

Artikel 2a.20 Samenloop van milieubelastende activiteiten

 

1.

Als bij de toepassing van de artikelen 2a.12 tot en met 2a.18 dezelfde milieubelastende activiteit onder meer dan een artikel valt, wordt die milieubelastende activiteit slechts eenmaal in de heffing betrokken, waarbij het voor de belastingplichtige meest gunstige van toepassing zijnde tarief wordt toegepast.

 

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een kernactiviteit in een bedrijfstak gecombineerd met functioneel ondersteunende activiteiten uit andere bedrijfstakken, dan is, in afwijking van het bepaalde in deze paragraaf, op al deze activiteiten het artikel van toepassing waaronder de bedrijfstak die bepalend is voor de kernactiviteit valt.

 
 
 

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

 

Artikel 2a.21

Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 521,75

 
 

Artikel 2a.22

Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.043,50

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

 

Artikel 2a.26

Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening Katwijk 2014 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

€ 297,45

 
 

Artikel 2a.28

Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 594,90

 
 

Paragraaf 2a.8 Overige activiteiten

 

Artikel 2.30

Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, in samenhang met een provinciale verordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening Katwijk 2014 een vergunning of ontheffing is vereist, in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 204,20

 
 

Artikel 2a.34

Andere activiteiten

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk:

€ 254,25

 
 

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

 

Artikel 2a.35

Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

 
 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

 

2a.35.a

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

1. het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

2. bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

3. het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

4. het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; per maatwerkvoorschrift:

€ 657,65

2a.35.b

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 657,65

 
 

Artikel 2a.36

Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

2a.36.1

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op een milieubelastende activiteit:

€ 2.087,00

2a.36.2

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 2.087,00

 
 

Artikel 2a.37

Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

 
 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2a.35 en 2a.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 657,65

 
 

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

 

Artikel 2a.38

Gelijkwaardige maatregel

 
 

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

 

2a.38.a

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

€ 657,65

2a.38.b

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief:

€ 657,65

2a.38.c

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:

€ 2.087,00

2a.38.d

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief:

€ 657,65

 
 

Paragraaf 2.11 Overige uitgaven

 

Artikel 2a.39

Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

€ 235,70

 
 

Artikel 2a.40

Wijzigen omgevingsvergunning

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

2a.40.a

een aanvraag tot het wijzigen van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 235,70

2a.40.b

een aanvraag om andere wijzigingen van een omgevingsvergunning dan genoemd onder lid a is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

 
 
 

Artikel 2a.41

Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning:

€ 235,70

 
 

Artikel 2a.42

Intrekken omgevingsvergunning

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, tenzij artikel 2a.58 van toepassing is:

€ 1.043,50

 
 

Artikel 2a.43

Beoordeling aanvullende gegevens

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2a.2, aanhef en onderdeel b,

in behandeling is genomen:

€ 1.043,50

 
 

Artikel 2a.44

Beoordeling onderzoeksrapporten

 
 

De in artikel 2a.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ander besluit.

 
 
 

Artikel 2a.45

Wijzigen van het omgevingsplan

 

2a.45.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan:

€ 4.508,45

2a.45.2

Tenzij kostenverhaal op andere wijze met elkaar is overeengekomen.

 
 
 

Artikel 2a.46

Niet genoemd besluit op aanvraag

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

€ 90,10

 
 

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

 

Artikel 2a.46a

Planologische strijdigheid met het omgevingsplan (waarbij tevens of geen sprake is van een bouwactiviteit)

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief:

 

2a.46a.a

Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet:

€ 230,80

2a.46a.b

Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 657,65

2a.46a.c

Voor een omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan (buitenplanse omgevingsplanactiviteit):

€ 4.508,45

 
 

Artikel 2a.47

Achteraf ingediende aanvraag

 
 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

10,00%

 
 

Artikel 2a.48

Uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

2a.48.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

 

2a.48.1.a

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 657,65

2a.48.1.b

als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in het voorgaande onderdeel:

€ 657,65

2a.48.2

Het eerste lid is niet van toepassing wanneer sprake is van een of meer milieubelastende activiteiten.

€ 2.608,75

 
 

Artikel 2a.49

Beoordeling onderzoeksrapporten

 
 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

 

2a.49.a

voor de beoordeling van een milieukundig rapport, per rapport:

€ 1.043,50

2a.49.b

Bodemkwaliteit

€ 1.043,50

2a.49.c

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 236,95

2a.49.d

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 2.295,00

2a.49.e

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 236,95

 
 

Artikel 2a.50

Advies

 

2a.50.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

 

2a.50.1.a

voor een advies van de gemeenteraad: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld;

€ 612,05

2a.50.1.b

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de [Verordening op de gemeentelijke adviescommissie] dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet:

 

2a.50.1.c

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de [Verordening op de gemeentelijke adviescommissie] in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b:

 

2a.50.1.d

voor een advies van de agrarische commissie:

€ 556,50

2a.50.1.e

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in dan bedoeld in de voorgaande onderdelen: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2a.50.2

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdelen b, c of e, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 
 

Artikel 2a.51

Instemming

 

2a.51.1

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

 
 

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

 

2a.51.2

Het bedrag bedoeld in het eerste lid wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 
 
 

Paragraaf 2.13 Vermindering

 

Artikel 2a.52

Vermindering na principeverzoek

 

2a.52.1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2a.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.9, is voorafgegaan door een aanvraag voor een principeverzoek als bedoeld in artikel 2a.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

100,00%

 

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

 

2a.52.2

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;

b. in overeenstemming met de uitkomsten van het conceptverzoek; en

c. binnen 12 maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

 
 
 

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

 

Artikel 2a.54

Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

 
 

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

85,00%

 
 

Artikel 2a.55

Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

 
 

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

85,00%

 
 

Artikel 2a.56

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 
 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

 

2a.56.a

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:

75,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

2a.56.b

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken tot zes weken na de indiening van de aanvraag:

50,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

2a.56.c

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken na de indiening van de aanvraag:

25,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2a.57

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

 
 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat

 

2a.57.a

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag:

75,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

2a.57.b

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag:

50,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

 

2a.57.c

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag:

25,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

Artikel 2a.58

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 
 

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

20,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 
 
 

Artikel 2a.59

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

2a.59.a

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

20,00%

 

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

 

2a.59.b

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 
 
 

Artikel 2a.60

Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 
 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 
 
 

Artikel 2a.61

Minimumbedrag voor teruggaaf

 
 

Een bedrag minder dan € 113,00 wordt niet teruggegeven.

 

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 791,95

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 395,25

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

€ 395,25

3.1.4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een wijziging van een verleende vergunning op grond van de Alcoholwet in verband met uitsluitend een wijziging van de leidinggevende(n) in een inrichting

€ 156,65

3.1.5

Teruggaaf als gevolg van intrekking van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet of een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet:

Indien aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 2 weken na het in behandeling nemen ervan:

van de verschuldigde leges;

90%

Indien aanvraag wordt ingetrokken binnen na 2 weken en binnen 4 weken na het in behandeling nemen ervan:

van de verschuldigde leges;

75%

Indien aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan:

van de verschuldigde leges;

25%

3.1.6

De teruggaaf als gevolg van het niet-ontvankelijk verklaren of buiten behandeling laten van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alchoholwet of een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet bedraagt:

van de verschuldigde leges:

50%

3.1.7

De teruggaaf als gevolg van het weigeren van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet of een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet bedraagt:

van de verschuldigde leges:

20%

3.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de APV

€ 791,95

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 224,95

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een jaarlijks terugkerende vergunning of ontheffing welke betrekking heeft op een dag die is aangewezen als collectieve festiviteit

€ 70,50

3.2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement:

 

3.2.3.1

indien het een A-evenement betreft zoals bedoeld in het "Kader evenementveiligheid" van de Veiligheidsregio Hollands Midden:

€ 38,20

3.2.3.2

indien het een B-evenement betreft zoals bedoeld in het "Kader evenementveiligheid" van de Veiligheidsregio Hollands Midden, zonder risico verwachting:

€ 127,05

3.2.3.3

indien het een B-evenement betreft zoals bedoeld in het "Kader evenementveiligheid" van de Veiligheidsregio Hollands Midden, met risico verwachting:

381,15

3.2.3.4

indien het een C-evenement betreft zoals bedoeld in het "Kader evenementveiligheid" van de Veiligheidsregio Hollands Midden:

€ 2.286,70

3.2.3.5

Voor een spoedbehandeling (indiening korter dan 4 weken voor de activiteit) van de onder artikel 3.2.1 tot en met 3.2.3.4 genoemde aanvragen, worden de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met:

50%

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.4. van de Algemene plaatselijke verordening,

 

3.3.1.1

voor een seksinrichting

€ 2.093,00

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

€ 2.093,00

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.4, van de Algemene plaatselijke verordening:

 

3.3.2.1

voor een seksinrichting

€ 442,35

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 442,35

Hoofdstuk 4 Vergunningen op grond van Algemene plaatselijke verordening en overige vergunningen

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

 

3.4.1

Voor het in behandeling nemen van een ontheffing geluidshinder als bedoeld in artikel 4.6 van de APV

€ 145,80

3.4.3

Voor een vergunning voor een uitstalling als bedoeld in artikel 2.10 van de APV

€ 419,15

3.4.4

Voor een vergunning voor een reclamebord

€ 419,15

3.4.5

Voor een vergunning voor het plaatsen van een bouwkraan

€ 209,65

3.4.6

Voor een vergunning voor een bouwplaats

€ 209,65

3.4.7

Voor een vergunning voor een terras

€ 209,65

3.4.8

Voor een vergunning voor het verkopen van vuurwerk

€ 385,85

3.4.10

Voor een ontheffing voor het te koop aanbieden van voertuigen als bedoeld in artikel 5.3 van de APV

€ 419,15

3.4.11

Voor een ontheffing van het parkeren van een voertuig dat is voorzien van handelsreclame, met het kennelijke doel om daarmee handelsreclame te maken als bedoeld in artikel 5.7 van de APV

€ 419,15

3.4.13

Voor een vergunning voor het innemen van ligplaats voor een vaartuig als bedoeld in artikel 5.25 van de APV

€ 419,15

3.4.14

Voor een ontheffing voor het bouwen, verbouwen van een woonschip als bedoeld in artikel 5.25a van de APV

€ 419,15

3.4.17

Voor een vergunning voor een standplaats als bedoeld in artikel 5.18 van de APV

€ 419,15

3.4.19

Voor een ontheffing van het sluitingsuur, als bedoeld in artikel 2.29 van de APV en/of een ontheffing als bedoeld in artikel 2.34f van de APV per aaneengesloten tijdvak van maximaal 24 uur

€ 145,80

3.4.20

Voor een afvaartvergunning vanaf het strand, als bedoeld in artikel 5.45 van de APV, voor het zomertijdvak

€ 290,35

3.4.21

Voor een vergunning om op het strand met een voertuig te mogen rijden, als bedoeld in artikel 5.47 van de APV

€ 145,80

3.4.22

Voor een vergunning om op het strand rij of trekdieren te verhuren, als bedoeld in artikel 5.49 van de APV

€ 145,80

3.4.26

Voor een vergunning voor het organiseren van een klein kansspel als bedoeld in artikel 7c van de Wet op de kansspelen

€ 209,65

3.4.27

Voor een vergunning voor een speelautomatenhal als bedoeld in artikel 30 c van de Wet op de kansspelen

€ 419,15

3.4.28

Voor een vergunning voor een Rad van fortuin als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen

€ 419,15

3.4.29

Voor een ontheffing als bedoeld in artikel 148 van de Wegenverkeerswet 1994

€ 419,15

3.4.30

Voor het afsluiten van wegen als bedoeld in artikel 34 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 419,15

 
 
 

Hoofdstuk 5 Winkeltijdenwet

3.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.5.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 201,30

3.5.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.12.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 201,30

3.5.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.12.1 bedoelde ontheffing

€ 201,30

Hoofdstuk 6 Registratie gastouderopvang en kindercentrum

3.6

het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

3.6.1

tot het in exploitatie nemen van een kindercentrum of gastouderbureau of het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, eerste en tweede lid, van de Wet Kinderopvang

€ 405,65

3.6.3

Indien een aanvraag als bedoeld onder 3.6.1 schriftelijk wordt ingetrokken voordat deze om advies naar de GGD is gezonden, wordt een teruggaaf verleend van 50% van de ter zake geheven leges.

 

Hoofdstuk 7 Marktstandplaatsen

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

3.7.1

het verlenen van een standplaatsvergunning voor het innemen van een plaats op een weekmarkt als bedoeld in artikel 3 van de marktverordening gemeente Katwijk 2012.

€ 145,00

3.7

Overschrijving van de standplaatsvergunning op naam van een ander als bedoeld in artikel 8 Marktreglement gemeente Katwijk 2012.

€ 145,00

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 92,40

Behorende bij raadsbesluit van 21 december 2023

De raad voornoemd,

De griffier,

De voorzitter,


Noot
1

De tarieven zijn gebaseerd op het Ontwerpbesluit wijziging Besluit paspoortgelden voor 2024

Noot
2

De tarieven onder 13.1 en 13.2 zijn gebaseerd op de door RDW gepubliceerde maximum tarieven 2024