Beleidsregel ambtelijk horen 2024

Geldend van 07-06-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel ambtelijk horen 2024

Het college en de burgemeester van Lelystad, elk voor hun eigen bevoegdheden;

Gelet op 7:5 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 2, derde lid van de Verordening commissie bezwaarschriften Lelystad 2023

BESLUITEN

vast te stellen het navolgende:

Beleidsregel ambtelijk horen 2024

Artikel 1 Definities

  • 1. In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

    • a.

      Afvalstoffenverordening: Afvalstoffenverordening Lelystad 2020;

    • b.

      APV: Algemene Plaatselijke Verordening Lelystad 2021;

    • c.

      AVG: Algemene Verordening Gegevensbescherming

    • d.

      IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

    • e.

      IOAZ: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

    • f.

      VFL: Verordening Fysieke Leefomgeving Lelystad 2021

    • g.

      Wet BRP: Wet basisregistratie personen

    • h.

      Wmo: Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

    • i.

      Woo: Wet open overheid

Artikel 2. Ambtelijk horen

  • 1. Voor zover het geen bezwaarschrift betreft zoals bedoeld in artikel 2 lid 4 van de Verordening commissie bezwaarschriften Lelystad 2023 wordt in eenvoudige zaken ambtelijk gehoord.

  • 2. Namens het college of de burgemeester wordt per geval beoordeeld of er sprake is van een eenvoudige zaak.

  • 3. De volgende zaken binnen de Sociale Kamer worden in beginsel als eenvoudig aangemerkt:

    • a.

      bezwaarschriften tegen het buiten behandeling stellen van aanvragen als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • b.

      bezwaarschriften tegen besluiten die betrekking hebben op de Participatiewet, de IOAW of de IOAZ, met uitzondering van besluiten die verband houden met het schenden van de inlichtingenplicht waarbij het gaat over het voeren van een gezamenlijke huishouding en/of gemeenschappelijk hoofdverblijf;

    • c.

      bezwaarschriften tegen besluiten die betrekking hebben op terugvorderingen en bestuurlijke boetes die opgelegd zijn op grond van de Participatiewet waarbij sprake is van een benadelingsbedrag, bedoeld in artikel 18a lid 2 van de Participatiewet, tot € 10.000,00;

    • d.

      bezwaarschriften tegen besluiten die zijn genomen op grond van de Wet inburgering 2021;

    • e.

      bezwaarschriften tegen besluiten die zijn genomen op grond van de Wmo, met uitzondering van besluiten inzake voorzieningen die duurder zijn dan € 10.000,00;

    • f.

      bezwaarschriften tegen besluiten die betrekking hebben op de aanvragen voor een bijdrage op grond van de Wet Kinderopvang;

    • g.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake een aanvraag voor leerlingenvervoer

  • 4. De volgende zaken binnen de Algemene Kamer worden in beginsel als eenvoudig aangemerkt:

    • a.

      bezwaarschriften tegen het buiten behandeling stellen van aanvragen als bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • b.

      bezwaarschriften tegen besluiten op grond van de Woo of op grond van de AVG;

    • c.

      bezwaarschriften tegen besluiten op grond van de Wet BRP;

    • d.

      bezwaarschriften tegen besluiten op grond van de VFL;

    • e.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake het verkeerd aanbieden van afvalstoffen op grond van de Afvalstoffenverordening;

    • f.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake het vervoer van inbrekerswerktuigen als bedoeld in artikel 2:44 van de APV;

    • g.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake gevaarlijke honden als bedoeld in artikel 2:59 en 2:59a van de APV;

    • h.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake het tegengaan van drugsoverlast als bedoeld in artikel 2:74 en 2:74a van de APV.

    • i.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake een aanvraag voor een gehandicaptenparkeerkaart of gehandicaptenparkeerplaats;

    • j.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake een aanvraag voor een oplaadpaal voor elektrische voertuigen;

    • k.

      bezwaarschriften tegen besluiten inzake een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor een inrit.

Artikel 3 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze beleidsregel treedt in werking één dag na bekendmaking.

  • 2. Met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de ‘Beleidsregel bezwaarschriften ambtelijk horen’, vastgesteld op 15 januari 2019, gelijktijdig ingetrokken.

  • 3. Deze beleidsregel wordt aangehaald als ‘Beleidsregel ambtelijk horen 2024’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad van 21 mei 2024

Hoogachtend,

het college van de gemeente Lelystad,

de secretaris,

de burgemeester

Hoogachtend,

de burgemeester van Lelystad