Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van, nr. UTSP-409503556-13098 tot instelling van een Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 (Instellingsbesluit Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 provincie Utrecht)

Geldend van 24-05-2024 t/m heden

Intitulé

Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van, nr. UTSP-409503556-13098 tot instelling van een Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 (Instellingsbesluit Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 provincie Utrecht)

Gedeputeerde staten van Utrecht;

Gelet op artikel 82 van de Provinciewet, artikel 4 van de Algemene subsidieverordening

provincie Utrecht en artikel 7, besluit van 26 maart 2024, nummer UTSP-122547789-11, houdende nadere regels op grond van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht 2022 (Subsidieregeling Culturele festivals 2025-2028).

Besluiten vast te stellen het instellingsbesluit Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 provincie Utrecht.

Artikel 1

Er is een Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 provincie Utrecht, hierna te noemen: de commissie.

Artikel 2

  • 1. De commissie brengt een samenhangend advies aan Gedeputeerde Staten uit inzake subsidieaanvragen in het kader van de ‘Subsidieregeling culturele festivals 2025-2028’ waaronder wordt verstaan:

    • a.

      een artistiek en zakelijk oordeel over de individuele aanvragen;

    • b.

      beoordeling van het geheel aan aanvragen op pluriformiteit en regionale spreiding;

    • c.

      een visie op de Utrechtse festivalsector in relatie tot de gehele Utrechtse culturele infrastructuur;

    • d.

      gelet op het subsidieplafond te adviseren over de hoogte van het te subsidiëren bedrag.

  • 2. De commissie adviseert in het kader van de ‘Subsidieregeling culturele festivals 2025-2028’ na inwerkingtreding van dit besluit;

  • 3. De commissie wordt ingesteld voor de periode 15 mei tot 15 juli 2024.

Artikel 3

  • 1. De commissie bestaat uit acht leden.

  • 2. Met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit besluit worden tot lid benoemd;

    • a.

      Jan van Kooten (voorzitter), hoofd development Kunstmuseum Den Haag;

    • b.

      Bart Veen, experience designer en creative producer;

    • c.

      Jan Jaap Steensma, musicoloog en musicus;

    • d.

      Sophie Simenel, creative producer theater;

    • e.

      Marisa Tempel, (interim) zakelijk leider, fondsenwerver en communicatieadviseur;

    • f.

      Dirk de Bruin, directeur bestuurder podium Gigant;

    • g.

      Rob Schouw, voormalig directeur bestuurder KunstenHuis Idea De Bilt, Bunnik, Soest & Zeist;

    • h.

      Matti Austen, programmeur en voormalig directeur de Lieve Vrouw Amersfoort.

Artikel 4

  • 1. De commissie bepaalt de wijze waarop zij haar taak zal uitvoeren.

  • 2. In ieder geval:

    • a.

      kan een commissie slechts besluiten indien zij voltallig is;

    • b.

      heeft de voorzitter geen stemrecht;

    • c.

      neemt een lid niet deel aan de beraadslaging of besluitvorming over een advies waarbij hij persoonlijk is betrokken;

    • d.

      de commissie brengt aan gedeputeerde staten verslag uit;

    • e.

      de commissie kan belanghebbenden uitnodigen om ter vergadering een toelichting of hun zienswijze te geven op ingediende subsidieaanvragen;

    • f.

      de commissie kan, na toestemming van de provincie Utrecht, adviezen van externe deskundigen inwinnen.

Artikel 5

De archiefbescheiden van de commissie worden na haar opheffing of, zo de omstandigheden daartoe eerder aanleiding geven, zoveel eerder, overgebracht naar het provinciehuis Utrecht.

Artikel 6

De vergadering van de commissie is niet openbaar.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van het Provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

Artikel 8

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit Adviescommissie culturele festivals 2025-2028 provincie Utrecht.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 7 mei 2024.

Voorzitter,

mr. J.H. Oosters

Secretaris,

mr. drs. A.G. Knol-van Leeuwen