Verordening op de rekenkamer Dijk en Waard

Geldend van 04-05-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening op de rekenkamer Dijk en Waard

De raad van de gemeente Dijk en Waard;

gelet op Hoofdstuk IVa van de Gemeentewet (per 1 januari 2023);

besluit vast te stellen de Verordening op de rekenkamer Dijk en Waard:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    voorzitter: voorzitter van de rekenkamer;

  • b.

    leden: leden van de rekenkamer, inclusief de voorzitter;

  • c.

    college: college van burgemeester en wethouders;

  • d.

    rekenkamer: de rekenkamer van de gemeente Dijk en Waard.

  • e.

    hij/hem: daar waar de aanduiding ‘hij’ of ‘hem’ staat, wordt ook ‘zij’ of ‘haar’ bedoeld of iedere andere persoonsaanduiding.

Artikel 2 Rekenkamer

  • 1. Er is een rekenkamer die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamer.

  • 2. De rekenkamer bestaat uit minimaal twee en maximaal drie leden.

Artikel 3 Benoeming leden

  • 1. De raad benoemt de leden van de rekenkamer.

  • 2. De leden van de rekenkamer worden voor een periode van zes jaar aangewezen.

  • 3. De raad benoemt de voorzitter uit de leden van de rekenkamer.

  • 4. De rekenkamer wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

  • 5. Voorafgaand aan de benoeming van de voorzitter van de rekenkamer pleegt de raad overleg met de rekenkamer dan wel de beoogde leden van de rekenkamer.

Artikel 4 Werkzaamheden voorzitter

  • 1. De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de rekenkamer.

  • 2. Het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.

  • 3. De voorzitter is primair de woordvoerder van de rekenkamer.

Artikel 5 Eed

Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de rekenkamer in de vergadering van de raad, in handen van de voorzitter van de raad, de eed (verklaring en belofte) af conform artikel 81g van de Gemeentewet.

Artikel 6 Ontslag en non-activiteit

In gevallen van ontslag en non-activiteit zijn artikelen 81c, 81d, 81f en 81h van de Gemeentewet overeenkomstig van toepassing.

Artikel 7 Openbaarmaking functies

  • 1. De leden van de rekenkamer maken openbaar welke andere functies dan het lidmaatschap van de rekenkamer van de raad van Dijk en Waard zij vervullen.

  • 2. Openbaarmaking vindt plaats direct na benoeming tot lid van de rekenkamer of aanvaarding van een functie en geschiedt zowel op elektronische wijze als door terinzagelegging op het gemeentehuis.

Artikel 8 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de rekenkamer

  • 1. De leden ontvangen een vergoeding voor de werkzaamheden, alsmede een vergoeding voor de reiskosten.

  • 2. Een lid ontvangt met ingang van de dag van zijn beëdiging gedurende zijn lidmaatschap van de rekenkamer een vergoeding voor de werkzaamheden per maand die gebaseerd is op 25% van de vergoeding die raadsleden van de gemeente Dijk en Waard ontvangen conform artikel 3.1.1. van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

  • 3. De vergoeding voor de voorzitter van de rekenkamer wordt verhoogd overeenkomstig de vergoeding die fractievoorzitters van de raad van Dijk en Waard ontvangen conform artikel 3.1.5. van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers voor de duur van de uitoefening van het voorzitterschap.

  • 4. Onverminderd het bepaalde in lid 1, 2 en 3 bedraagt de bruto uurvergoeding voor onderzoekswerkzaamheden door de leden 75 euro als de rekenkamer besluit een onderzoek in eigen beheer uit te voeren. Als er dilemma’s zijn, stemt de griffier dit af met de auditcommissie.

  • 5. De vergoedingen genoemd in dit artikel komen ten laste van het budget van de rekenkamer.

Artikel 9 Ambtelijke ondersteuning

Voor het invullen van ambtelijke ondersteuning is artikel 81j van de Gemeentewet van toepassing.

Artikel 10 Reglement van orde

De rekenkamer stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.

Artikel 11 Bevoegdheid van de rekenkamer

De bevoegdheden van de rekenkamer worden ontleend aan Hoofdstuk XIa, artikel 182 tot en met 185a van de Gemeentewet.

Artikel 12 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1. De rekenkamer bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2. De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de rekenkamer ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 3. De raad kan de rekenkamer een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De rekenkamer bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de rekenkamer niet aan het verzoek van de raad voldoet, voert zij daarvoor goede gronden aan.

  • 4. De auditcommissie is het afstemmingsoverleg over de voorgenomen onderzoeken door de rekenkamer.

Artikel 13 Werkwijze

  • 1. De rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2. De rekenkamer beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren.

  • 3. De vergaderingen van de rekenkamer worden in beslotenheid gehouden tenzij de rekenkamer anders besluit.

  • 4. Voor de uitvoering van het onderzoek kan de rekenkamer, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

Artikel 14 Budget

  • 1. De rekenkamer is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      de vergoedingen aan de leden;

    • b.

      interne onderzoeksmedewerkers;

    • c.

      externe deskundigen die door de rekenkamer zijn ingeschakeld;

    • d.

      overige uitgaven die de rekenkamer nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3. De rekenkamer is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 15 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de datum van publiceren.

  • 2. Met ingang van de in het eerste lid genoemde datum wordt de Verordening op de rekenkamer Dijk en Waard, zoals vastgesteld door de raad bij besluit op 24 januari 2023, ingetrokken.

Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening op de rekenkamer Dijk en Waard 2024.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van Dijk en Waard van 23 april 2024

De griffier,

M. (Menno) Horjus

De voorzitter,

M.F. (Maarten) Poorter

Toelichting op de Verordening op de rekenkamer

Inleiding

De Gemeentewet gaat ervan uit dat er in elke gemeente een rekenkamer moet zijn. Er zijn vier inhoudelijke redenen die pleiten voor het instellen van een gemeentelijke rekenkamer.

  • a.

    De lokale rekenkamer versterkt de positie van de raad ten aanzien van de uitoefening van zijn controlerende functie;

  • b.

    De aandacht voor en het belang van doelmatigheid en doeltreffendheid groeit – inwoners beoordelen de overheid steeds meer hierop;

  • c.

    Een verbetering van de rechtmatigheids- en doelmatigheidstoets is gewenst;

  • d.

    De rapportages van de lokale rekenkamer vormen een goed aanknopingspunt voor het afleggen van rekenschap aan de inwoners.

Het is van groot belang dat een onafhankelijk orgaan als de gemeentelijke rekenkamer zelfstandig onderzoek doet naar de doelmatigheid, doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het financiële beheer, het beleid en de organisatie van het gemeentebestuur.

Artikel 1Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 2Rekenkamer

De voorkeur van de raad van Dijk en Waard is om de rekenkamer niet te laten bestaan uit één lid/voorzitter. De raad wenst een rekenkamer die bestaat uit meerdere personen zodat de onderzoeken, uitvoering en conclusies niet afhankelijk zijn van één persoon.

De wet stelt geen maximum aan het aantal leden waaruit een rekenkamer zou moeten bestaan. In de verordening is opgenomen dat de rekenkamer uit minimaal twee en maximaal drie leden bestaat.

Artikel 3Benoeming leden

De leden van de rekenkamer worden door de raad benoemd. Een te korte benoemingstijd kan de onafhankelijkheid in gevaar brengen, omdat de vraag – word ik wel herbenoemd – dan al te snel kan worden gevoeld. Daarom schrijft de Gemeentewet een benoemingstermijn van zes jaar voor. Voordeel van deze termijn is ook dat over benoeming en herbenoeming in het gewone geval steeds door twee verschillend samengestelde raden wordt beslist. Het feit dat benoeming plaatsvindt na overleg met de rekenkamer draagt er toe bij dat de leden primair op grond van deskundigheid worden benoemd. In de praktijk zal na verloop van tijd door tussentijds aftreden vanzelf de situatie ontstaan dat niet steeds de gehele rekenkamer opnieuw moet worden benoemd. Dit komt de continuïteit en de onafhankelijkheid van de rekenkamer ten goede.

Artikel 4Werkzaamheden voorzitter

De voorzitter draagt verantwoordelijkheid voor het bijeenroepen van de vergadering en het doorlopen van de jaarcyclus.

Artikel 5Eed

Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de rekenkamer in de vergadering van de raad, in handen van de voorzitter, de eed (verklaring en belofte) af conform artikel 81g van de Gemeentewet.

<< Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de rekenkamer benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.

Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks nog middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.

Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de rekenkamer naar eer en geweten zal vervullen.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!>>

(<<Dat verklaar en beloof ik!>>)

Artikel 6Ontslag en non-activiteit

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 7Openbaarmaking functies

De openbaarmaking van functies houdt verband met kunnen bezien of door de invulling van een nevenfunctie de integriteit van het rekenkamerlid in het geding kan zijn.

De leden van de rekenkamer worden op de raadswebsite vermeld, waarbij ook hun eventuele nevenfuncties vermeld worden.

Artikel 8Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de rekenkamer

De leden van de rekenkamer ontvangen een vergoeding voor hun werkzaamheden. Deze vergoeding komt ten laste van het budget van de rekenkamer. De hoogte van de vergoeding is niet te ontlenen aan enige rechtsregel. In de praktijk in het land loopt de vergoeding sterk uiteen. Van enkele tientjes per uur tot een vast bedrag van € 1.650,- per maand.

Om niet bij iedere gewenste wijziging in de vergoeding deze verordening te moeten wijzigen, wordt in deze verordening gewerkt met een procentuele koppeling aan de door raadsleden van de gemeente Dijk en Waard te ontvangen vergoeding conform het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

Gelet op de tijdsinvestering die van een lid van de rekenkamer verwacht mag worden, lijkt een percentage van 25% van de raadsvergoeding een passende vergoeding. Van de voorzitter wordt een grotere inspanning verwacht. Die extra werkzaamheden worden conform het voorzitterschap van een fractievoorzitter toegekend (ook op basis van het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers). De vergoeding voor fractievoorzitters in de raad wordt verhoogd met een bepaald bedrag voor elk raadslid dat de fractie telt. Voor de rekenkamer gaat dit niet op. Voor de vergoeding van de fractievoorzitter van de rekenkamer wordt het basisbedrag genomen.

Een rekenvoorbeeld daarbij aan de hand van de in 2024 daarvoor geldende bedragen geeft de volgende vergoeding voor een lid van de rekenkamer:

25% x € 1.758,87 = € 439,72 per maand.

Voor de voorzitter komt daar in 2024 een bedrag van € 81,62 bij.

Uitgaande van drie leden, waaronder de voorzitter komt dit neer op een jaarbedrag van totaal € 16.809,27.

Naast de maandelijkse vergoeding kunnen de rekenkamerleden reiskosten declareren. De reiskosten komen ten laste van het budget van de rekenkamer.

De rekenkamerleden ontvangen een vergoeding voor het uitvoeren van de reguliere werkzaamheden als rekenkamerlid. Als de rekenkamer besluit een onderzoek in eigen beheer uit te voeren, ontvangen de leden een bruto uurvergoeding van 75 euro. Dit bedrag wordt niet geïndexeerd. Als de rekenkamer besluit een onderzoek in eigen beheer uit te voeren, geeft zij in de onderzoeksopzet aan wat het budget is voor het onderzoek. Het budget kan gedeeld worden door 75 euro om te bepalen wat het maximaal aantal uur is dat de leden aan het onderzoek kunnen besteden. Als er dilemma’s zijn, bespreekt de griffie deze met de auditcommissie.

Artikel 9Ambtelijke ondersteuning

Bij een rekenkamer moet er zijn voorzien in voldoende ambtelijke ondersteuning. Die ondersteuning moet uitdrukkelijk niet binnen de ambtelijke hiërarchie van de gemeente vallen, met uitzondering van ambtenaren van de griffie. Dit om de onafhankelijke positie van de rekenkamer te waarborgen.

Artikel 10Reglement van orde

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 11Bevoegdheid van de rekenkamer

Dit artikel behoeft geen toelichting.

Artikel 12Onderwerpselectie en opdrachtverlening

De raad kan de rekenkamer verzoeken bepaalde onderzoeken te doen. Achterliggende gedachte is dat de raad in zijn werkzaamheden kan stuiten op een onderwerp dat onderzoek door de rekenkamer vergt. Het is wel de rekenkamer zelf die beslist of zij een dergelijk verzoek honoreert.

Daarnaast zullen de openbare rapporten van de rekenkamer een belangrijke rol kunnen spelen in het proces van afleggen van rekenschap door het gemeentebestuur aan de inwoners.

Conform de verordening auditcommissie gemeente Dijk en Waard is de auditcommissie het afstemmingsoverleg over de voorgenomen onderzoeken door de rekenkamer.

Artikel 13Werkwijze

De in dit artikel vermelde punten komen in het reglement van orde en onderzoeksprotocol van de rekenkamer uitgebreider aan bod.

Artikel 14Budget

De gemeenteraad heeft voor de rekenkamer en haar onderzoeken een jaarbudget opgenomen. De besteding van dat bedrag is in handen van de rekenkamer gebracht. Deze verordening regelt welke kosten ten laste van dit budget moeten worden gebracht. Over de besteding van het budget moet de rekenkamer zich verantwoorden aan de raad.

Artikel 15Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de datum van publicatie van de verordening.

Artikel 16Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening op de rekenkamer Dijk en Waard 2024.