“SUBSIDIEREGELING VERDUURZAMEN MAATSCHAPPELIJK VASTGOED” GEMEENTE BRUMMEN

1. De “Subsidieregeling tegemoetkoming verduurzamen maatschappelijk vastgoed” vast te stellen.

Artikel 1 Algemene bepalingen en begripsomschrijving

• 1.

  Tenzij in deze regeling uitdrukkelijk anders wordt vermeld, gelden de voorwaarden en bepalingen van de Algemene subsidieverordening 2016 (Asv).

• 2.

  In deze regeling wordt de volgende begrippenlijst gehanteerd:

• a) Aanvrager : eigenaar van maatschappelijk vastgoed, zoals omschreven in artikel 3, in gemeente Brummen die een aanvraag voor een subsidie op grond van deze subsidieregeling doet;

• b) Asv: Algemene subsidieverordening gemeente Brummen 2016;

• c) Awb: Algemene wet bestuursrecht;

• d) College: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brummen;

• e) Maatschappelijk vastgoed niet in eigendom van de gemeente: Dit zijn gebouwen binnen de gemeente Brummen, die eigendom zijn van een stichting of vereniging, zonder winstoogmerk. In het gebouw of buurthuis vinden activiteiten op het gebied van cultuur, welzijn en/of ontmoeting plaats voor de inwoners van Brummen. De verenigingen of stichtingen draaien overwegend op vrijwilligers.

• f) Maatregelen: maatregelen en voorzieningen zoals bedoeld in artikel 4;

• g) Werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van maatregelen.

• h) Subsidieplafond: het totale bedrag dat ten hoogste beschikbaar is gesteld voor verstrekking van subsidies op grond van deze subsidieregeling.

• i) Verduurzaming: maatregel die gericht is op het verminderen van het energiegebruik, het opwekken van duurzame elektriciteit en duurzame warmte.

Artikel 2 Beleidsdoelen

Deze regeling heeft tot doel het treffen van maatregelen voor maatschappelijk vastgoed, als bedoeld in artikel 4, waarmee aantoonbaar energie wordt bespaard of op een duurzame manier wordt opgewekt. Naast reductie van de energiekosten dragen deze maatregelen ook bij aan de energie- en klimaatdoelstellingen van de gemeente Brummen.

Artikel 3 Aanvrager

• 1.

  Een maatschappelijke organisatie is een organisatie die activiteiten op het gebied van cultuur, welzijn en/of ontmoeting organiseert in de gemeente Brummen;

• 2.

  Staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel: én

• 3.

  Activiteiten organiseert in een gebouw in de gemeente Brummen.

Artikel 4 Maatregelen

• 1.

  De maatregelen die voor subsidie in aanmerking komen dienen betrekking te hebben op het verduurzamen van het maatschappelijk vastgoed en/of de installaties daarvan.

• 2.

  De subsidie op grond van deze subsidieregeling bedraagt nooit meer dan de werkelijke kosten verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen (subsidies) in deze kosten.

• 3.

  Het college kan een aanvraag voor een subsidie op grond van deze subsidieregeling afwijzen indien de maatregelen waarvoor deze wordt aangevraagd onvoldoende aansluiten bij de beleidsdoelen van de gemeente Brummen als bedoeld in artikel 2.

Artikel 5 Subsidieplafond

1. Voor deze regeling geldt een subsidieplafond van 50.000 euro

2. Indien voor het verlenen van subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden, wijst het college een aanvraag af.

Artikel 6 Aanvraag en toewijzing

• 1.

  1. Een verzoek tot subsidieverlening wordt gedaan door een e-formulier. Een volledig ingevuld verzoek bestaat uit:

• a. een gespecificeerde offerte van de te treffen energiebesparende maatregel(en) of duurzame energietechniek(en) door een aannemer met de werkelijke kosten van de maatregelen en financiële onderbouwing;

• b. een betaalbewijs aan de aanvoerder van de werkzaamheden, bij voorkeur direct bij de aanvraag. Mocht de betaling vooraf een probleem geven kan achteraf het betaalbewijs worden aangeleverd.

• c. maatregelen die technisch noodzakelijk en uitsluitend dienstbaar zijn aan de onder artikel 6a bedoelde maatregelen;

• d. bij de aanvraag het energieadvies meesturen als dit is opgesteld;

• 2.

  Subsidie met een maximum van € 5.000 kan worden aangevraagd voor uitgevoerde maatregelen die aantoonbaar de afgelopen 12 maanden zijn gerealiseerd.

• 3.

  Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

• 4.

  Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren.

• 5.

  Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, besluit het college de aanvraag buiten behandeling te stellen.

• 6.

  Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af. Als moment van binnenkomst geldt: het moment waarop een complete aanvraag binnenkomt. Als een aanvraag, na toepassing van het bepaalde in lid 4, gecompleteerd is, geldt het moment van binnenkomst van de completering als moment van binnenkomst van de aanvraag.

• 7.

  Aanvragen kunnen worden ingediend vanaf de inwerkingtreding van deze regeling tot en met 1 april 2025 of tot zolang het subsidieplafond bereikt is of nog niet bereikt is.

• 8.

  Indien het college besluit subsidie te verlenen wordt aan de subsidieontvanger de verplichting opgelegd de realisering van de voorziening daadwerkelijk te voltooien binnen een periode van 3 maanden.

• 9.

  Indien blijkt dat de aanvrager niet aan de in het achtste lid bedoelde verplichting kan voldoen, kan het College, op verzoek van de aanvrager, in bijzondere gevallen uitstel verlenen. De aanvrager dient een verzoek tot uitstel te doen uiterlijk 1 maand voor het einde van de periode waarbinnen de realisering van de maatregelen voltooid dient te zijn.

• 10.

  De subsidie is te combineren met landelijke beschikbare subsidies. Bijvoorbeeld met de Investeringssubsidie Duurzame Energie en Energiebesparing (ISDE). Voor investering kan gebruik gemaakt worden van het Nationaal Warmtefonds.

Artikel 7 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 5 en artikel 9 in de Asv wordt de subsidie in ieder geval geweigerd als;

• a)

  De activiteiten niet binnen de doelstelling en reikwijdte van deze regeling passen;

• b)

  Wanneer niet voldaan wordt aan de voorwaarden, zoals bedoeld in artikel 6 van deze regeling;

• c)

  Het subsidieplafond is bereikt, zoals bedoeld in artikel 5 van deze regeling.

Artikel 8 Bevoegdheid college

Het college toetst de aanvraag aan artikel 2, 3, 4, 5 en 6 en is bevoegd om:

• -

  aanvullende informatie te vragen die nodig is ter beoordeling van de aanvraag;

• met inachtneming van het bepaalde in deze regeling, een besluit te nemen;

• -

  nadere voorwaarden te verbinden aan een besluit om een subsidie te verstrekken.

Artikel 9 Mandatering

Het college kan de uitvoering van deze regeling mandateren binnen de gemeentelijke organisatie of een andere organisatie.

Artikel 10 Uitbetaling

Uitbetaling vindt plaats aan de aanvrager, mits een gespecificeerde offerte wordt aangeleverd bij de aanvraag. Een betalingsbewijs van de uitvoering dient aangeleverd te worden ter bevestiging van uitvoering van de isolatiemaatregelen

Artikel 11 Nadere regels

Het college kan voor de uitvoering van deze subsidieregeling nadere regels vaststellen.

Artikel 12 Hardheidsclausule

Voor zover strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van het college leidt tot een niet voorziene en onbillijke situatie, kan het college afwijken van de bepalingen in deze regeling.

Artikel 13 Inwerkingtreding, beëindiging regeling en citeertitel

Deze regeling treedt in werking op de dag na de bekendmaking ervan en vervalt op 31 december 2025 of zoveel eerder als het subsidieplafond als bedoeld in artikel 5 is bereikt. Deze regeling wordt aangehaald als “Subsidieregeling verduurzamen maatschappelijk vastgoed”.