Nadere regel subsidie Inclusie en Diversiteit gemeente Utrecht

Dit is een toekomstige tekst! Geldend vanaf 01-01-2025

Intitulé

Nadere regel subsidie Inclusie en Diversiteit gemeente Utrecht

Burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;

  • gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet;

  • gelet op artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening gemeente Utrecht;

Gezien:

  • Beleidsnota Inclusie en Diversiteit 2024 - 2033 van 29 februari 2024

Overwegende dat:

  • Beleidsnota inclusie en diversiteit is vastgesteld op 29 februari 2024. Dit geeft hernieuwde kaders voor het verstrekken van subsidies;

  • Gemeente Utrecht inclusie en gelijke kansen in Utrecht wil bevorderen;

  • Gemeente Utrecht de (organisatie)kracht, creativiteit en innovatie van inwoners wil aanjagen en stimuleren.

  • Gemeente Utrecht de uitvoering van de beleidsnota in co-creatie met de stad beoogt te doen;

Besluiten vast te stellen de volgende Nadere regel subsidie Inclusie en Diversiteit gemeente Utrecht

Artikel 1 Begrippenlijst

Deze nadere regel verstaat onder:

  • Activiteit: De term ‘activiteit’ kan letterlijk een enkele activiteit betekenen. Het kan ook staan voor een project bestaande uit meerdere activiteiten of een langdurig programma.

  • Asv : de Algemene subsidieverordening Utrecht.

  • Awb : Algemene wet bestuursrecht.

  • Burgemeester en wethouders: burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht.

  • Discriminatie: Discriminatie is mensen anders behandelen, achterstellen of uitsluiten op basis van (persoonlijke) kenmerken.

  • Diversiteit: Diversiteit gaat over alle manieren waarop mensen van elkaar verschillen. Denk hierbij aan zichtbare kenmerken, zoals sekse, leeftijd, huidskleur maar ook aan onzichtbare elementen, zoals seksuele voorkeur, cultuur, economische status.

  • Inclusie: Het principe waarbij iedereen op gelijkwaardige en rechtvaardige manier kan meedoen in de samenleving en in vrijheid en veiligheid zichzelf kan zijn.

  • Kennis, ervaring en expertise: Hiermee bedoelen we ervaringskennis, ervaringsdeskundigheid, praktijkkennis, wetenschappelijke kennis en ook specifieke vaardigheden relevant voor de inhoud van beoogde activiteit.

  • Kruispuntdenken: Het kruispuntdenken, ook wel intersectionaliteit, is een manier van denken waarbij rekening gehouden wordt met verschillende vormen van meervoudige discriminatie of privileges die een persoon kan ervaren. Bijvoorbeeld op basis van seksuele oriëntatie, leeftijd, gender, haarstijl en religieuze overtuiging. Al deze factoren beïnvloeden en versterken elkaar, waardoor unieke ervaringen van discriminatie of privileges ontstaan.

  • Mensen in een gemarginaliseerde positie: Gemarginaliseerd verwijst naar individuen of groepen in de samenleving die in een positie verkeren van systematische uitsluiting en/of achterstelling, vaak door factoren zoals etniciteit, huidskleur, sekse, sociaaleconomische status, leeftijd en/of andere kenmerken. Mensen in een gemarginaliseerde positie ervaren specifieke uitdagingen en barrières om gelijke toegang tot middelen en kansen te verkrijgen.

  • Mensen in een geprivilegieerde positie: Geprivilegieerd verwijst naar individuen of groepen die in een bevoorrechte positie verkeren ten opzichte van anderen op basis van hun sociale status, als gevolg van etniciteit, huidskleur, sekse, sociaaleconomische status, leeftijd en/of andere kenmerken. Mensen in een geprivilegieerde positie ervaren vaak betere toegang tot middelen en meer kansen.

  • Natuurlijk persoon: Een natuurlijk persoon is een juridische aanduiding voor ‘mensen’. Natuurlijke personen hebben rechten en plichten zoals belasting betalen en zich aan de wet houden.

  • Rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid: een bedrijf of organisatie met rechten en plichten. Dit bedrijf mag besluiten nemen, schulden hebben, overeenkomsten sluiten en eigenaar zijn van vastgoed.

  • Speerpunten: De beleidsdoelen, zie artikel 2, zijn op 29 februari 2024 middels de Beleidsnota inclusie en diversiteit 2024 – 2033 voor tien jaar vastgesteld door gemeenteraad. Naast deze beleidsdoelen formuleren we elk twee jaar speerpunten. Dit om tweejaarlijks specifieker invulling te geven aan de beleidsdoelen. Deze speerpunten evalueren we doorlopend samen met inwoners, partners en partijen middels een leercyclus. Dit resulteert elke twee jaar in aangescherpte en/of nieuwe speerpunten, deze gelden vervolgens voor de volgende twee jaar. Deze speerpunten worden vastgesteld door het college van B&W en zijn te vinden op de webpagina van de gemeente Utrecht.

Artikel 2 Beleidsdoelen

De gemeente Utrecht streeft ernaar een inclusieve stad te zijn waar inwoners zichzelf kunnen zijn, prettig samenleven, in gelijke gevallen gelijk behandeld worden en gelijke kansen hebben. Hierbij werken we vanuit het centrale principe van ongelijk investeren voor gelijke kansen. Met deze nadere regel richten we ons met name op Utrechters in een gemarginaliseerde positie, die te maken hebben met vormen van discriminatie, uitsluiting en/of achterstelling.

De gemeente geeft de voorkeur aan aanvragen die zich inzetten voor Utrechters die te maken hebben met verschillende, elkaar versterkende, vormen van discriminatie, uitsluiting en/of achterstelling. We willen ruimte maken voor deze inwoners, partners en partijen en ze ondersteunen. Door extra te investeren in hen, werken we aan een gelijkwaardige samenleving. Hierbij streeft de gemeente Utrecht naar een zo groot mogelijke impact, duurzame effecten en inbedding in de lokale samenleving.

Deze nadere regel subsidieert activiteiten die bijdragen aan de volgende doelen uit de beleidsnota inclusie en diversiteit 2024 - 2033:

  • a.

    Utrechters in een gemarginaliseerde positie kunnen op een gelijkwaardige manier meedoen aan de samenleving.

  • b.

    Utrechters in een geprivilegieerde positie hebben meer kennis en bewustwording over in- en uitsluiting, privilege, discriminatie en racisme.

  • c.

    Utrechters hebben de benodigde vaardigheden om met verschillende mensen en uiteenlopende standpunten om te kunnen gaan. Begrip en verbondenheid staan hierbij centraal.

  • d.

    Utrecht is een veilige stad voor mensen in een gemarginaliseerde positie.

Artikel 3 Eisen aan de subsidieaanvrager

De subsidie kan worden aangevraagd door:

  • 1.

    Een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid (zoals: organisaties, stichtingen en instellingen);

  • 2.

    Natuurlijke personen (zoals: individuele inwoners en ZZP’ers).

Artikel 4 Vaststellen subsidieplafond

Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks het subsidieplafond vast door middel van de subsidiestaat.

Artikel 5 Voor welke activiteiten kunt u subsidie aanvragen?

  • 1. U kunt subsidie ontvangen voor alle type activiteiten die ten goede komen aan de inwoners van Utrecht.

  • De gemeente denkt hierbij aan, maar is niet beperkt tot, deze type activiteiten:

    • a.

      Faciliteren van (nieuwe) ontmoetingen

    • b.

      Netwerkbijeenkomsten

    • c.

      Panelgesprekken

    • d.

      Lezingen

    • e.

      Kennis- en leersessies

    • f.

      Workshops

    • g.

      Dialoogsessies

    • h.

      Kleinschalig (actie)onderzoek

    • i.

      Evenementen(shows)

    • j.

      Exposities of voorstellingen

    • k.

      Boeken

    • l.

      Podcasts

    • m.

      Fotoseries

  • 2. U kunt geen subsidie aanvragen voor:

    • a.

      Reiskosten buiten Nederland;

    • b.

      Andere reiskosten binnen Nederland dan openbaar vervoer en kilometers m.b.t. auto;

    • c.

      Verblijfskosten van sprekers en gasten;

    • d.

      Activiteiten die al gestart zijn voordat de aanvraag is ingediend;

    • e.

      Activiteiten waarvoor al subsidie is verleend door de gemeente Utrecht.

Artikel 6 Eisen aan de aanvraag

  • 1. U kunt de subsidieaanvragen via www.utrecht.nl/subsidieinclusiediversiteit door middel van het digitale aanvraagformulier.

    • a.

      Natuurlijke personen zonder inschrijving in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK) moeten inloggen met DigiD.

    • b.

      Rechtspersonen en natuurlijke personen met een inschrijving in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KvK) moeten inloggen met e-Herkenning.

  • 2. Bij het digitale aanvraagformulier moet worden meegestuurd:

    • a.

      Een activiteitenplan waarin het volgende wordt beschreven:

      • i.

        U en/of Organisatie

  • Een, zo volledig mogelijke, omschrijving van uzelf en/of uw organisatie.

    • ii.

      De activiteit - per activiteit in uw aanvraag

      • a.

        Een beschrijving van de activiteit en de maatschappelijke relevantie.

      • b.

        Een beschrijving van de doelgroep.

      • Een duiding de doelgroep/gemeenschap/leefomgeving waarvoor u de activiteit wilt inzetten. Omschrijf hierbij de doelgroep zoveel mogelijk vanuit het kruispuntdenken.

      • Een beschrijving van de manier waarop u de beoogde doelgroep bereikt.

      • Een beschrijving het aantal mensen dat u hoopt te bereiken met de activiteit.

      • c.

        Een beschrijving en onderbouwing van hoe uw activiteit bijdraagt aan de beleidsdoel(en) en speerpunt(en).

      • d.

        Een beschrijving en onderbouwing van welke kennis, ervaring en/of expertise u heeft in relatie tot de inhoud van de activiteit.

      • e.

        Een beschrijving van uw ervaring met het organiseren en/of uitvoering van vergelijkbare activiteiten met onderbouwing op welke wijze dit bijdraagt aan het organiseren en/of uitvoeren van de activiteit.

      • f.

        Een beschrijving over op welke manier u verbonden bent met Utrecht en de beoogde doelgroep.

      • Een beschrijving van de Utrechtse context in relatie tot uw activiteit

      • Een beschrijving van met wie en op welke manier u samenwerkt met de beoogde doelgroep in relatie tot uw activiteit. Als u nog niet samenwerkt met de beoogde doelgroep, beschrijf dan op welke manier u dit rondom de activiteit van plan bent om te gaan doen.

      • g.

        Een beschrijving waarom en op welke manier deze activiteit bijdraagt aan duurzame en/of urgente verandering en/of effecten voor de beoogde doelgroep.

      • Een beschrijving van de impact die u hoopt te maken op de beoogde doelgroep.

      • Een onderbouwing van op welke wijze deze activiteit bijdraagt aan duurzame verandering voor de beoogde doelgroep.

      • Een beschrijving van hoe u deze activiteit na afloop van deze financiering wil voortzetten.

      • Een onderbouwing van waarom deze activiteit urgent is voor de beoogde doelgroep.

    • b.

      Een duidelijke en sluitende begroting

      • i.

        Voor aanvragen boven de € 50.000 dient minimaal 30% van de totale begroting te bestaan uit cofinanciering in natura (denk hierbij ook aan vrijwillige inzet) of aanvullende financiële fondsen.

      • ii.

        De cofinanciering in natura is onderbouwd met een reële grondslag, waarbij de rekenwaarde voor de vrijwillige inzet maximaal € 25,00 per uur is.

    • c.

      Een duidelijke planning

    • d.

      Een beschrijving over hoe u een veilige en inclusieve werkomgeving waarborgt tijdens uw activiteit

  • 3. Als de (rechts)persoon met een inschrijving bij de Kamer van Koophandel in de voorgaande drie jaar geen subsidie heeft aangevraagd of indien de onderstaande gegevens zijn gewijzigd, dan moet ook worden meegestuurd:

    • a.

      Kopie bankafschrift waarop in ieder geval het rekeningnummer en de naam van de aanvrager duidelijk zichtbaar zijn;

    • b.

      Een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel;

    • c.

      De statuten, als de aanvrager een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid is.

Artikel 7 Tot wanneer kunt u een subsidieaanvraag doen?

  • 1. Subsidieaanvragen voor activiteiten van 1 januari t/m 31 december dienen uiterlijk 1 oktober van het voorgaande jaar te zijn ingediend. Aanvragen worden gelijktijdig beoordeeld en onderling vergeleken.

  • 2. Als hierna het subsidieplafond nog niet bereikt is, kunnen tussen 1 januari en 1 juli van datzelfde jaar opnieuw aanvragen ingediend worden. Deze aanvragen worden in volgorde van binnenkomst beoordeeld.

  • 3. Voor 2025 is het mogelijk om een éénjarige subsidie aan te vragen.

  • 4. Voor de subsidiejaren: 2026, 2028, 2030 en 2032 is er de mogelijkheid om een tweejarige subsidie aan te vragen.

  • 5. Als het subsidieplafond nog niet is bereikt dan is het mogelijk om voor subsidiejaren: 2027, 2029, 2031 en 2033 een éénjarige subsidie aan te vragen.

Artikel 8 Hoeveel subsidie kunt u ontvangen?

  • 1. Voor een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid (zoals: verenigingen, stichtingen en BV’s) en natuurlijke personen met een inschrijving in de kamer van koophandel (zoals: ZZP’ers) kan per aanvraag maximaal € 75.000 subsidie worden verleend;

  • 2. Voor een natuurlijke personen (zoals: individuele inwoners) kan per aanvraag maximaal €20.000 subsidie worden verleend.

Artikel 9 Hoe wordt uw subsidieaanvraag beoordeeld?

  • 1.

    De beoordeling van uw aanvraag wordt gedaan op basis van de volgende criteria:

    • a.

      De mate waarin uw activiteit bijdraagt aan de beleidsdoelen, zoals beschreven in Artikel 2, en aan de speerpunten die gelden bij de start van de activiteit.

  • Hoe beter de activiteit bijdraagt aan de beleids doelen en speerpunten, hoe hoger de score.

  • Score voor dit onderdeel: 0 tot 30 punten

    • b.

      De mate waarin de aanvrager aantoonbare kennis, ervaring en/of expertise heeft met betrekking tot de inhoud van de beoogde activiteit.

  • Hoe meer aantoonbare kennis, ervaring en/of expertise u heeft met betrekking tot de inhoud van de beoogde activiteit, hoe hoger de score.

  • Score voor dit onderdeel: 0 tot 20 punten

    • c.

      De mate waarin de aanvrager aantoonbare ervaring heeft met betrekking tot het organiseren van vergelijkbare activiteiten.

  • Hoe meer ervaring u heeft met het organiseren van vergelijkbare activiteiten en hoe beter u onderbouwt hoe dit wordt ingezet voor deze activiteit , hoe hoger de score.

  • Score voor dit onderdeel: 0 tot 5 punten

    • d.

      De mate waarin de aanvrager relevante kennis heeft van de Utrechtse context met betrekking tot de inhoud van de beoogde activiteit, de beoogde doelgroep en aantoonbare samenwerking heeft met de beoogde doelgroep.

  • De score is hoger als de aanvrager meer kennis heeft van de Utrechtse context, de beoogde doelgroep en aantoonbare samenwerking heeft met de beoogde doelgroep.

  • Score voor dit onderdeel: 0 tot 20 punten

    • e.

      De mate waarin uw activiteit urgent is en bijdraagt aan duurzame verandering en/of effecten met betrekking tot de beleidsdoelen voor de beoogde doelgroep in Utrecht.

  • De score is hoger als de aanvrager beter kan motiveren waarom deze activiteit urgent is voor de beoogde doelgroep in Utrecht en hoe dit bijdraagt aan duurzame verandering en/of effecten voor de beoogde doelgroep in Utrecht .

  • Score voor dit onderdeel: 0 tot 25 punten

  • 2.

    Om voor subsidieverlening in aanmerking te komen moet de aanvraag minimaal 65 punten behalen.

Artikel 10 Wanneer hoort u van ons?

  • 1.

    Burgemeester en wethouders beslissen binnen 13 weken over de aanvraag.

  • 2.

    Bij een tweejaarlijkse subsidie dient u een tussentijdse rapportage in op basis van het ingediende activiteitenplan en enkele aanvullende vragen beschreven in de verleningsbeschikking.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders stellen het subsidiebedrag vast nadat de aanvrager de aanvraag tot vaststelling heeft ingediend met de volgende documenten:

    • a.

      Een inhoudelijke verantwoording van de activiteit op basis van het ingediende activiteitenplan en enkele aanvullende vragen beschreven in de verleningsbeschikking;

    • b.

      Een financiële verantwoording van de kosten ten opzichte van de ingediende begroting.

Artikel 11 Voorwaardelijke verlening

Mocht er een vergunning nodig zijn voor de uitvoering van de activiteit, dan wordt de subsidie verleend onder de ontbindende voorwaarde dat de vergunning verleend moet zijn voor de aanvang van de activiteit.

Artikel 12 Evaluatie

Het beleid waarvoor de subsidie wordt ingezet, ondergaat periodieke evaluaties in een leercyclus, samen met onder andere partners en inwoners van de stad. Deze evaluatie kan leiden tot aanpassingen van de nadere regel.

Artikel 13 Wanneer gaat deze subsidieregeling in?

Deze nadere regel geldt vanaf 1 januari 2025.

Artikel 14 Citeertitel

Deze nadere regel wordt aangehaald als Nadere regel subsidie Inclusie en Diversiteit gemeente Utrecht.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, in de vergadering van 23 april 2024.

De burgemeester

Sharon A.M. Dijksma

De secretaris,

Michiel J. Ruis