Beleidsregels voor subsidieverlening Maatschappelijke Ontwikkeling

Geldend van 19-04-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels voor subsidieverlening Maatschappelijke Ontwikkeling

2. Subsidiebeleid

2.1 Inleiding

Deze beleidsregels zijn een uitwerking van de Algemene subsidieverordening Voorne aan Zee, hierna te noemen Asv 2023.

Doel van subsidies

Subsidies worden verstrekt om bepaalde activiteiten of bepaald gedrag te stimuleren. Het gaat om activiteiten die anders niet uitgevoerd worden, omdat de te verwachten kosten daarvan te hoog worden.

Door middel van subsidieverlening binnen het maatschappelijk domein zorgt de gemeente ervoor dat inwoners gebruik kunnen maken van goede basisvoorzieningen. Met de subsidies ondersteunen we aanvragers die bijdragen aan de doelstellingen van de gemeente. Deze doelstellingen zijn opgenomen in het collegeprogramma, de begroting en de visie sociaal domein.

Subsidiebesluiten worden door het college genomen binnen de budgetten die daarvoor door de gemeenteraad worden verstrekt in de begroting. Het college verdeelt het door de gemeenteraad vastgestelde subsidieplafond (het subsidiebudget) onder de aanvragers.

Verplichting van de fusie

De fusie verplicht de gemeente Voorne aan Zee om binnen twee jaar de beleidsstukken en verordeningen te harmoniseren, omdat zij anders van rechtswege komen te vervallen. Dit document heeft als doel om voor het maatschappelijk domein de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeenten te verwerken tot integrale beleidsregels voor de gemeente Voorne aan Zee. Deze beleidsregels bestaan uit een samenvoeging van de bestaande beleidsregels. Deze stap is voorwaardelijk om erna de beleidsregels ook op inhoud te kunnen harmoniseren. Met het college en de gemeenteraad is afgesproken om kleine verschillen tussen de voormalige gemeenten direct te harmoniseren. Dit totale proces noemen we technisch harmoniseren (zie paragraaf 2.2.),

In het kader van de fusie vindt voor het subsidiebeleid een harmonisatie en herijking plaats van de subsidieverlening. Dit proces is erop gericht om (beleids)verschillen tussen de voormalige gemeenten te overbruggen en de koppeling tussen gemeentelijke doelstellingen en de subsidieverlening te verbeteren. Dit is een meerjarig traject. De beleidsregels voor subsidieverlening worden in lijn met dit traject jaarlijks geüpdatet.

2.2 Technisch harmoniseren

De voormalige gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne hadden alle drie hun eigen beleidsregels voor subsidieverlening. Dit document leidt tot integrale beleidsregels voor de gemeente Voorne aan Zee. Het betreft een samenvoeging van het bestaande beleid van de drie voormalige gemeenten naar één document. Kleine beleidsverschillen zijn overbrugd. Daar waar nodig blijven lokale regelingen van toepassing. Deze samenvoeging noemen we ‘technisch harmoniseren.’ Bij het technisch harmoniseren zijn de volgende stappen gezet:

  • -

    Een koppeling tussen de Asv 2023 en de integrale beleidsregels voor subsidieverlening.

  • -

    Een koppeling tussen de visie sociaal domein en de integrale beleidsregels voor subsidieverlening.

  • -

    Het opstellen van algemene beleidsregels in hoofdstuk 3, gebaseerd op het subsidierecht, het beleid van de drie voormalige gemeenten en de Asv 2023.

  • -

    Het inrichten van de beleidsregels naar beleidsvelden, waarbij waar mogelijk geharmoniseerde beleidsregels zijn opgesteld. Kleine verschillen zijn overbrugd, waarbij de insteek is geweest dat dit niet ten nadele is van subsidierelaties.

  • -

    Het opnemen van eigen hoofdstukken voor beleid van de voormalige gemeenten, dat voorgezet moet worden totdat nieuw beleid is vastgesteld.

2.3 Inwerkingtreding

De “beleidsregels voor subsidieverlening maatschappelijke ontwikkeling 2024” treden in werking de dag na bekendmaking.

2.3.1 Vervallen regelingen sociaal domein

De volgende beleidsregels zijn vervallen na publicatie van de nieuwe beleidsregels:

  • -

    Beleidsregels diverse subsidievormen van de gemeente Brielle

    • Beleidsregel AED’s van de gemeente Brielle (2020)

    • Beleidsregel Huldiging sporter-sportploeg van de gemeente Brielle (2017)

    • Beleidsregels ondersteuning bewonersinitiatieven van de gemeente Brielle (2011)

    • Beleidsregels participatie en maatschappelijke activiteiten van de gemeente Brielle (2011)

    • Beleidsregels sportactiviteiten van de gemeente Brielle (2011)

    • Beleidsregels vrijwillig Jeugdwerk van de gemeente Brielle (2011)

    • Beleidsregels bewonersinitiatieven van de gemeente Brielle (2017)

    • Beleidsregels jubilea van de gemeente Brielle (2011)

    • Beleidsregels kunst en cultuur van de gemeente Brielle (2011)

    • Beleidsregels voor groot onderhoud en renovatie van de gemeente Brielle (2015)

    • Beleidsregels voor regulier onderhoud van de gemeente Brielle (2015)

  • -

    Beleidsregels voor subsidieverlening 2018 van de gemeente Hellevoetsluis

  • -

    Beleidsregels voor subsidie 2022 van de gemeente Westvoorne

Deze regelingen zijn verwerkt in deze beleidsregels.

2.4 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels voor subsidieverlening MO 2024”.

3. Algemene beleidslijnen subsidies

3.1 Algemeen

De beleidsregels zijn gebaseerd op de Asv 2023, artikel 149 van de Gemeentewet en afdeling 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht. De omschrijvingen uit de Asv 2023 zijn van overeenkomstige toepassing.

In dit document worden regels gesteld voor subsidies die in de gemeente Voorne aan Zee kunnen worden aangevraagd binnen het maatschappelijk domein. Er is daarbij onderscheid gemaakt in categorieën voor subsidieverlening. De categorieën zijn Waarderingssubsidies, Welzijn, Gezondheid, Bestaanszekerheid, Ontwikkeling, Cultuur en evenementen, Zorg en Sport. De indeling wordt gebaseerd op het primaire doel dat door een subsidie wordt nagestreefd. Per categorie kunnen – naast de algemene beleidslijnen - aanvullende beleidsregels worden gesteld, die verwerkt zijn in de hoofdstukken 4 t/m 11. In hoofdstuk 12 t/m 15 zijn van kracht blijvende beleidsregels van de voormalige gemeenten opgenomen.

3.2 Inhoudelijke kaders

De doelen en activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn ontleend aan het collegeprogramma en zijn vertaald naar beleidsmatige (kader)nota’s. Afspraken over producten, prestaties en aanvullende voorwaarden worden vastgelegd in de subsidiebeschikking die elke subsidieontvanger krijgt na toekenning van de subsidie.

Uitgangspunten voor subsidieverlening

Subsidieaanvragen worden getoetst op uitgangspunten die vastgelegd zijn in het beleid van de gemeente Voorne aan Zee. Elke subsidieaanvraag dient te voldoen aan één of meerdere uitgangspunten voor subsidieverlening.

Toetsing gebeurt via onderstaande uitgangspunten.

  • I.

    Het stimuleren van de eigen kracht van inwoners en de samenleving. Samendoen staat centraal: tussen aanvrager, inwoners, vrijwilligers, organisaties en andere partijen.

  • II.

    Het normaliseren van zorg. We kijken eerst naar wat inwoners en hun netwerken zelf kunnen oplossen en/of welke voorliggende voorzieningen beschikbaar zijn, alvorens we (vrij toegankelijke) zorg inzetten.

  • III.

    Preventie. Problemen worden voorkomen of bij de bron aangepakt, zodat ze niet verder escaleren.

  • IV.

    Bestaanszekerheid. Het ondersteunen van inwoners om te zorgen voor voldoende draagkracht om in primaire behoeften te kunnen voorzien.

  • V.

    Kansengelijkheid. alle inwoners, ongeacht hun situatie krijgen gelijke kansen om mee te doen en zich te ontwikkelen.

  • VI.

    Een gezonde leefstijl. We stimuleren een fit en vitaal leven voor inwoners.

  • VII.

    Vitale en sociale dorpen en wijken. We stimuleren dat in elke kern inwoners naar vermogen mee kunnen doen en voor elkaar klaar staan. Dat inwoners in elke kern prettig kunnen leven en een zelfredzaam bestaan kunnen opbouwen.

  • VIII.

    Gebiedsgericht werken. Elke kern is uniek en vraagt om een eigen aanpak. Er wordt aangesloten bij de behoeften die in een bepaald gebied leven.

3.3 Soorten subsidies

Subsidies onderscheiden zich in juridische zin slechts door het feit of het jaarlijkse dan wel eenmalige subsidies zijn. In de Asv 2023 is vastgehouden aan deze juridische onderverdeling. In deze beleidsregels zijn jaarlijkse en eenmalige subsidies verder onderverdeeld.

3.3.1 Jaarlijkse subsidie

De jaarlijkse subsidie heeft betrekking op activiteiten van een organisatie die elk jaar plaatsvinden en waarmee de gemeente een langdurige subsidierelatie (drie jaar of meer) heeft of de intentie heeft om deze relatie aan te gaan.

Hieronder vallen:

  • -

    De budgetsubsidie: een subsidie groter dan €5000,- die gericht is op het uitvoeren en behalen van gemeentelijk beleid en waarvoor prestatieafspraken met de aanvrager worden gemaakt.

  • -

    De waarderingssubsidie: een subsidie van ten hoogste €5000,- die bedoeld is voor instellingen om hen te waarderen voor de maatschappelijke bijdrage die zij leveren.

3.3.2 Eenmalige subsidies

Eenmalige subsidies zijn subsidies die voor een eenmalige activiteit van een subsidieontvanger, voor een specifiek tijdsgebonden doel, of een activiteit waarvoor het college slechts voor een van tevoren bepaalde tijd subsidie wil verlenen.

Onder de eenmalige subsidies vallen:

  • -

    Projectsubsidies: subsidie die is bedoeld voor activiteiten met een duidelijk begin- en eindpunt. De subsidie is tijdelijk en verbonden aan een specifieke prestatie.

  • -

    Investeringssubsidie: subsidie die is bedoeld voor het verwerven, nieuw te bouwen, uit te breiden of het renoveren van (sport)accommodaties.

  • -

    Incidentele subsidies: subsidie die bedoeld is voor een uitwisseling, een eenmalige waardering van een instelling of een bijdrage aan jubilea.

  • -

    OZB-subsidie: een subsidie die dient als compensatie voor de aanslag OZB-belasting die instellingen (zonder winstoogmerk) ontvangen.

3.4 Indexering

Subsidieontvangers die een budgetsubsidie ontvangen kunnen in aanmerking komen voor indexering. Indexering wordt toegepast zover de gemeentelijke begroting ruimte laat voor ophoging en onder de voorwaarde dat de dienstverlening van de aanvrager aantoonbaar in het geding komt zonder indexering.

3.5 Nadere verplichtingen

Naast de in de Asv 2023 vermelde verplichtingen is het college bevoegd om nadere verplichtingen aan subsidieverlening in de beleidsregels te stellen. Eventuele nadere verplichtingen staan per categorie beschreven in de onderstaande hoofdstukken.

3.6 Eigen middelen subsidieaanvrager

Het college kan de inbreng van eigen middelen of middelen van derden als voorwaarde stellen voor het ontvangen van subsidie. Mocht dit aan de orde zijn, dan wordt dit vermeld in de verleningsbeschikking. Bronnen voor eigen middelen zijn onder meer: eigen inkomsten, contributie, fondsenwerving, subsidies of bijdragen van derden.

3.7 Maximaal beschikbare budgetten: subsidieplafond

Met het vaststellen van de jaarlijkse begroting wordt door de gemeenteraad een maximaal bedrag vastgelegd wat door het college aan subsidies besteed mag worden. Het zogeheten subsidieplafond wordt door het college verdeeld onder alle subsidieaanvragers.

Harmonisatie drie gemeenten: doordat het college elk jaar het beschikbare subsidieplafond (opnieuw) verdeelt onder alle aanvragers, vervallen de in de beleidsregels van de voormalige gemeenten genoemde vaste bedragen die gekoppeld zijn aan vaste subsidieontvangers. Het vooraf bepalen van een vast subsidiebedrag aan een vaste subsidieontvanger past niet bij het uitgangspunt van de gemeente Voorne aan Zee om jaarlijks het op dat moment beschikbare subsidieplafond te verdelen onder alle ingediende subsidieaanvragen voor het betreffende jaar.

3.8 Reserve

Subsidieontvangers die een subsidie groter dan €50.000,- ontvangen, mogen een (vorm van) reserve opbouwen (artikel 13 van de Asv 2023). Andere subsidieontvangers kunnen hiertoe een schriftelijk verzoek indienen bij het college.

Reserveopbouw kan onder de volgende voorwaarden:

  • -

    Uit de subsidievaststelling blijkt dat de subsidieontvanger aan haar verplichtingen heeft voldaan.

  • -

    De subsidieontvanger mag voor het desbetreffende kalenderjaar voor maximaal 5% van de ontvangen subsidie aan reserve opbouwen.

  • -

    Instellingen die een hoger percentage dan 5% aan reserve wensen op te bouwen, dienen bij hun verzoek tot vaststelling hiervoor een onderbouwing aan. Het college beslist of hiervoor voldoende (financiële) grond is.

  • -

    De reserve dient boekhoudkundig naar de gemeente Voorne aan Zee te herleiden te zijn. Een reserve Voorne aan Zee stelt instellingen in de gelegenheid om tegenvallers of indexeringen/inflatie (gedeeltelijk) zelf op te vangen voor wat betreft het verzorgingsgebied van de gemeente Voorne aan Zee.

3.9 Voorziening

Alle subsidieontvangers mogen een voorziening op de balans opnemen. Voorzieningen mogen worden opgebouwd vanuit de subsidie, zover het de subsidiedoelstellingen ondersteunt. De voorziening dient boekhoudkundig naar de gemeente Voorne aan Zee te herleiden zijn.

3.10 Wijzigingen bij de subsidieontvanger

De subsidieontvanger dient conform artikel 11 van de Asv 2023 het college tijdig te informeren bij wijzigingen. In aanvulling hierop:

  • -

    De subsidieontvangers kunnen hun subsidie niet zelfstandig overdoen naar een andere rechtspersoon.

  • -

    Bij het beëindigen van de rechtspersoon vervalt de subsidierelatie met de gemeente.

  • -

    In gevallen van fusie/overname kan een andere/nieuwe rechtspersoon het college verzoeken om de subsidierelatie over te mogen nemen. Er is hiervoor toestemming van het college nodig.

3.11 Uitbetaling van de subsidie

Subsidieontvangers ontvangen hun subsidie voor 100% bevoorschot voorafgaand aan hun activiteiten. In specifieke omstandigheden kan het college hiervan afwijken en overgaan tot lagere bevoorschotting (per periode).

De vorm van bevoorschotting is opgenomen in de verleningsbeschikking en wordt per instelling aan de hand van de omstandigheden van het geval bepaald.

3.12 Afbouw en verlaging van subsidies

Voor langdurige subsidierelaties van drie jaar of langer geldt dat de gemeente de subsidierelatie niet direct kan beëindigen bij gewijzigd beleid of gewijzigde omstandigheden. Dit is in overeenstemming met het voorschrift van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten voor subsidierecht en de Algemene Wet bestuursrecht inzake behoorlijk bestuur.

  • -

    De gemeente kondigt tijdig aan dat een subsidierelatie (gedeeltelijk) afgebouwd gaat worden. De gemeente Voorne aan Zee verstaat onder tijdig een subsidietijdvak van tenminste één kalenderjaar voorafgaand aan de voorgenomen wijziging.

  • -

    De gemeente gaat na aankondiging in gesprek met de aanvrager om de gevolgen van het (gedeeltelijk) beëindigen van de subsidierelatie te bespreken. Doel hiervan is om de subsidieontvanger in staat te stellen om te anticiperen op de wijziging van de subsidie en een gezamenlijk plan van aanpak te maken.

  • -

    Een langdurige subsidierelatie wordt in maximaal drie jaar afgebouwd. Gemeente en subsidieontvanger maken afspraken over het ‘tempo’ van afbouwen van de subsidie. De gemeente Voorne aan Zee hanteert in beginsel dit schema:

    • Jaar 1: ontvangst van 75% van het subsidiebedrag na aankondiging van de (gedeeltelijke) beëindiging van de subsidierelatie.

    • Jaar 2: ontvangst van 50% van het subsidiebedrag na aankondiging van de (gedeeltelijke) beëindiging van de subsidierelatie.

    • Jaar 3: ontvangst van 25% van het subsidiebedrag na aankondiging van de (gedeeltelijke) beëindiging van de subsidierelatie.

  • -

    De gemeente is niet verantwoordelijk voor nevenkosten die samenhangen bij het beëindigen van de subsidierelatie.

  • -

    Een subsidieontvanger kan zelf besluiten om de subsidierelatie bij aankondiging van of tijdens de afbouwperiode eenzijdig te beëindigen. Dit dient een ontvanger tenminste zes maanden voorafgaand aan dit voornemen kenbaar te maken aan de gemeente. Gemeente en subsidieontvanger maken afspraken over afbouw en overdracht van werkzaamheden.

Verlaging van subsidies

Bij verlaging van subsidies wordt in beginsel aangesloten bij bovenstaande uitgangspunten. Een subsidie wordt in principe met maximaal 25% verlaagd per kalenderjaar.

Beleidsregel 3.12 is een uitwerking van de Algemene wet bestuursrecht en het VNG-voorschrift voor subsidierecht. Beleidsregel 3.12 is geen lokale keuze, maar landelijk van toepassing. Omwille van de duidelijkheid richting subsidierelaties is dit artikel expliciet opgenomen in de beleidsregels.

4. Waarderingssubsidies

4.1 Inleiding

De waarderingssubsidie is een subsidie van ten hoogste €5000,- die bedoeld is voor instellingen om hen te waarderen voor de maatschappelijke bijdrage die zij leveren. Deze subsidies onderscheiden zich van de budgetsubsidies in de zin dat er geen beleidsmatig prestatiekader geldt. Waardering gaat in essentie om de bijdrage van een instelling aan de samenleving.

4.2 Verdeling waarderingssubsidies

Waarderingsubsidies worden naar het oordeel van het college verhoogd of verlaagd op grond van de ‘waardering’ die het college toekent aan een instelling en haar activiteiten, dit met inachtneming van artikel 3.12 van deze beleidsregels.

Het college hanteert een verdeelsleutel voor het verdelen van de waarderingssubsidies onder aanvragers. Elk college kan hiervoor een eigen verdeelsleutel opstellen. Dit wordt de beleidsregel ‘verdeling waarderingssubsidies’ genoemd.

Op dit moment kent de gemeente Voorne aan Zee een overgangsregeling voor de ‘verdeling waarderingssubsidies’. Deze overgangsregeling is in de paragrafen 4.4 en 4.5 toegelicht en geldt voor de langdurige subsidierelaties van de voormalige gemeenten. Een nieuwe regeling wordt in de komende jaren verwacht, dit in het kader van het proces tot harmonisatie en herijking van het subsidiebeleid.

4.3 Incidentele subsidies

Incidentele subsidies worden eenmalig verstrekt in bijzondere omstandigheden. Bijzondere omstandigheden zijn ter beoordeling van het college. Voor een incidentele subsidie geldt een maximum van €500,- per jaar. Voor jubilea geldt een maximum van €250,- per lustrum (per periode van vijf jaar).

4.4 Asv 2023 leidt tot meer waarderingssubsidies

De hoogte van de waarderingssubsidie is met de Asv 2023 bepaald op ten hoogste €5.000,-. De voormalige gemeenten kenden een hoogte van €1.000,- voor de waarderingssubsidies. Dit betekent dat er meer subsidies worden geclassificeerd als waarderingssubsidie (waar ze voorheen een budgetsubsidie waren).

4.5 Overgangsregeling ‘verdeling waarderingssubsidies’

Voor langdurige waarderingssubsidies (drie jaar of meer) is een overgangsregeling opgesteld. Dit om langdurige subsidierelaties van de voormalige gemeenten continuïteit te bieden in hun subsidiebijdrage.

4.5.1 Normbedrag 2024

Voor alle langdurige subsidierelaties wordt de subsidietoekenning van 2024 als normbedrag (index=100%) gehanteerd. De normering voor 2024 geldt als uitgangspunt voor de verdeling van de waarderingssubsidies over aanvragers.

In artikel 4.5.2 en 4.5.3 is een regeling opgenomen om dit normbedrag op te hogen voor specifieke subsidierelaties van de voormalige gemeenten Westvoorne en Brielle. Zij kunnen benadeeld worden bij het hanteren van het normbedrag en kunnen daarom het college verzoeken om het normbedrag te verhogen en daarmee een hogere subsidie te ontvangen.

4.5.2 Uitzonderingen gemeente Westvoorne op normbedrag

De gemeente Westvoorne stimuleerde instellingen om meer leden aan te trekken of om meer activiteiten te organiseren. Zolang dit beleid geldt, mogen instellingen hierop een beroep doen op het moment dat dit zal leiden tot een hogere subsidietoekenning dan via het normbedrag 2024. In hoofdstuk 14 is de berekeningswijze toegelicht.

  • -

    In lijn met hoofdstuk 14, paragrafen 1 t/m 5, mogen subsidierelaties uit de voormalige gemeente Westvoorne het college verzoeken om hun normbedrag van 2024 voor het daaropvolgende jaar te verhogen bij groei in leden en/of activiteiten.

4.5.3 Uitzonderingen gemeente Brielle op normbedrag.

De gemeente Brielle stimuleerde sportverenigingen om meer jeugdleden aan te trekken. Zolang dit beleid geldt, mogen sportverenigingen hierop een beroep doen op het moment dat dit zal leiden tot een hogere subsidietoekenning dan via het normbedrag 2024.

  • -

    In lijn met paragraaf 13.1 mogen subsidierelaties uit de voormalige gemeente Brielle het college verzoeken om hun normbedrag van 2024 voor het daaropvolgende jaar te verhogen bij groei in jeugdleden.

5. Welzijn

5.1 Inleiding

Onder de categorie welzijn vallen subsidies die bijdragen aan het versterken van de sociale basis. De sociale basis bestaat uit voorzieningen die erop gericht zijn inwoners elkaar te laten ondersteunen en te laten ontmoeten. Subsidies zijn gericht op het versterken van de eigen kracht en burgerkracht in de samenleving. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor welzijn.

  • -

    Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA).

  • -

    Nota mantelzorg en vrijwillige inzet Voorne aan Zee.

  • -

    Beleidsregels Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Voorne aan Zee.

  • -

    Convenanten ter ondersteuning van de aanpak tegen eenzaamheid en ten gunste van de dementievriendelijke samenleving.

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in het kader van welzijn, in afwachting van nieuw beleid.

5.2 Activiteiten

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen aan het versterken van de maatschappelijke participatie van inwoners, groepen inwoners en instellingen.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan het versterken van de informele zorg in de samenleving.

  • c)

    Activiteiten die gericht zijn op het versterken van de zelfredzaamheid van inwoners.

  • d)

    Activiteiten die gericht zijn op ontmoeting, contact en ontspanning.

  • e)

    Activiteiten die gericht zijn op het bevorderen van de leefbaarheid in de samenleving.

  • f)

    Activiteiten die gericht zijn op het behartigen van de belangen van inwoners of inwonersgroepen.

5.3 Procedure

  • a)

    Er zijn geen nadere weigeringsgronden voor aanvragen.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

6. Bestaanszekerheid

6.1 Inleiding

Onder de categorie bestaanszekerheid vallen subsidies die bijdragen aan het versterken van de mogelijkheden voor inwoners om in hun bestaan te voorzien. Bestaanszekerheid heeft betrekking op het kunnen voeren van een eigen huishouding. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor bestaanszekerheid:

  • -

    Beleidsregels voor schulddienstverlening Voorne aan Zee 2023.

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in her kader van bestaanszekerheid, in afwachting van nieuw beleid.

6.2 Activiteiten

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen aan het voeren van een eigen administratie en het verminderen van de kans op schulden of oplopende schulden.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan het voorzien in het dagelijks levensonderhoud van inwoners, waar inkomen of inkomensmaatregelen onvoldoende doeltreffend zijn.

  • c)

    Activiteiten die bijdragen aan (financiële) kansengelijkheid voor inwoners.

6.3 Procedure

  • a)

    Er zijn geen nadere weigeringsgronden voor aanvragen.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

7. Gezondheid

7.1 Inleiding

Onder de categorie gezondheid vallen subsidies die bijdragen aan het versterken van de gezonde levensstijl en positieve gezondheid van inwoners. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor gezondheid:

  • -

    Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA).

  • -

    Nota gezondheidsbeleid 2021-2024 ‘Gezond op Voorne’.

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in het kader van gezondheid, in afwachting van nieuw beleid.

7.2 Doelgroep

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen een gezonde levensstijl onder inwoners.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan de bevordering van het (preventief) gezondheidszorg aanbod en/of samenwerking met het medisch domein.

7.3 Procedure

  • a)

    Er zijn geen nadere weigeringsgronden voor aanvragen.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

8. Ontwikkeling

8.1 Inleiding

Onder de categorie ontwikkeling vallen subsidies die bijdragen aan de kansengelijkheid onder inwoners, in het bijzonder voor wat betreft onderwijsachterstanden, voor taalontwikkeling in de breedste zin van het woord en voor jeugd- en jongerenwerk. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor ontwikkeling:

  • -

    Richtlijnen vanuit het Rijk voor besteding van het Onderwijsachterstandenbudget (OAB). Budget is bedoeld voor voorschoolse- en vroegschoolse educatie en het voorkomen en/of inlopen van onderwijsachterstanden.

  • -

    Richtlijnen vanuit het Rijk voor besteding van de WEB-gelden. De Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) is bedoeld voor het volwassenenonderwijs en voor de aanpak laaggeletterdheid.

  • -

    Richtlijnen vanuit het Rijk voor de bekostiging van het Informatiepunt Digitale Overhead (IDO).

  • -

    Het PACT Kinderogen op Voorne-Putten en Goeree Overflakkee, ten behoeve van kinderen en hun ouders die wat extra’s nodig hebben.

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in het kader van ontwikkeling, in afwachting van nieuw beleid.

8.2 Doelgroep

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen aan het voorkomen of inlopen van onderwijsachterstanden.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan de voorschoolse of vroegschoolse educatie van kinderen.

  • c)

    Activiteiten die bijdragen aan het bevorderen van taalvaardigheden, digitale vaardigheden en leesvaardigheden.

  • d)

    Activiteiten die bijdragen aan de ontwikkeling van jongeren.

  • e)

    Activiteiten die bijdragen aan het informatiepunt digitale overhead (IDO).

8.3 Procedure

  • a)

    Er zijn geen nadere weigeringsgronden voor aanvragen.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

9. Cultuur en evenementen

9.1 Inleiding

Onder de categorie cultuur en evenementen vallen enerzijds subsidies die enerzijds bijdragen aan culturele initiatieven en anderzijds aan lokale evenementen. Cultuurinitiatieven zijn erop gericht om het cultuuraanbod te vergroten en zorgen voor behoud van de lokale culturele achtergronden van de voormalige gemeenten. Lokale evenementen zijn bedoeld om de naamsbekendheid van de gemeente te vergroten en om de lokale economie en het welzijn van inwoners te stimuleren.

Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor cultuur en evenementen:

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in het kader van cultuur en evenementen, in afwachting van nieuw beleid.

9.2 Doelgroep

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen de instandhouding van de culturele infrastructuur.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan het behoud van cultureel erfgoed.

  • c)

    Activiteiten die bijdragen aan cultuureducatie.

  • d)

    Activiteiten die bijdragen aan het muziekonderwijs.

  • e)

    Evenementen die bijdragen aan een lokaal evenementenaanbod in de voormalige gemeenten.

9.3 Procedure

  • a)

    Nadere weigeringsgronden subsidieaanvragen voor evenementen:

    • Het evenement mag geen commercieel karakter hebben.

    • Een evenementensubsidie mag ten hoogste €50.000,- bedragen binnen het subsidieplafond maatschappelijke ontwikkeling. Het doel van het budget is het bevorderen van kleinschalige lokale evenementen.

    • Een evenementensubsidie is altijd een aanvulling op andere vormen van financiering van het evenement. De evenementorganisatie dient zelf een substantiële bijdrage te leveren.

    • Het evenement past qua planning niet bij de reeds bestaande evenementen. Er wordt gestreefd naar spreiding en inzet van capaciteit van de gemeente en derden, zoals politie, brandweer etc.

    • Het evenement mag niet gestoeld zijn op een partijpolitiek, godsdienstig of levensbeschouwelijk karakter.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

10. Zorg

10.1 Inleiding

Onder de categorie zorg vallen subsidies die bijdragen aan de mogelijkheden voor inwoners om hun (zelf)redzaamheid te herstellen en/of te bevorderen en subsidies die bijdragen aan de ondersteuning van specifieke doelgroepen met zorg gerelateerde problematiek. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor Zorg:

  • -

    Regiovisie Jeugdzorg Nabij en Passend.

  • -

    Convenant samenwerking Sociaal Gebiedsteam Voorne aan Zee.

  • -

    Het PACT Kinderogen op Voorne-Putten en Goeree Overflakkee, ten behoeve van kinderen en hun ouders die wat extra’s nodig hebben.

  • -

    Beleidsregels Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Voorne aan Zee.

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in het kader van zorg, in afwachting van nieuw beleid.

10.2 Doelgroep

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen aan het oplossen of beheersbaar maken van problematiek van inwoners op individueel niveau die bijdragen aan herstel en/of bevordering van de zelfredzaamheid.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan de ondersteuning van specifieke groepen aan inwoners met een medische aandoening.

10.3 Procedure

  • a)

    Er zijn geen nadere weigeringsgronden voor aanvragen.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

11. Sport

11.1 Inleiding

Onder de categorie Sport vallen subsidies die bijdragen aan de mogelijkheden voor inwoners om te bewegen en te sporten, en ter bevordering van een gezonde leefstijl. In het bijzonder zijn subsidies gericht op het zorgen dat inwoners voldoen aan de beweegnorm en gericht op een kwalitatief aanbod aan voorzieningen. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor sport:

  • -

    Sportakkoord Voorne aan Zee.

  • -

    Lopende beleidsstukken van de voormalige gemeenten in het kader van sport, in afwachting van nieuw beleid.

  • -

    In de hoofdstukken 12, 13 en 14 zijn aan sport verbonden beleidsregels opgenomen van de voormalige gemeenten die van toepassing blijven totdat er nieuw (geharmoniseerd) beleid is geformuleerd.

11.2 Doelgroep

De volgende activiteiten komen in aanmerking voor subsidie:

  • a)

    Activiteiten die bijdragen aan het verbeteren van het sportklimaat.

  • b)

    Activiteiten die bijdragen aan het sport- en beweegaanbod.

  • c)

    Activiteiten die bijdragen aan een gezonde leefstijl.

11.3 Procedure

  • a)

    Er zijn geen nadere weigeringsgronden voor aanvragen.

  • b)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden.

12. Tijdelijke regelingen van voormalige gemeente Hellevoetsluis

In dit hoofdstuk zijn regelingen opgenomen van de voormalige gemeente Hellevoetsluis. Deze regelingen zijn van toepassing totdat er nieuw beleid in de plaats treedt van deze regelingen.

12.1 Sportinvesteringen

Het doel van de sportinvesteringsregeling is om sportverenigingen te stimuleren om investeringen te doen die bijdrage aan het stimuleren van sport, bewegen en gezondheid. De subsidie is bedoeld voor de bouw, renovatie of uitbreiding van verenigingsaccommodaties. Berekening van de subsidie:

  • -

    De subsidie voor de bouw, renovatie of uitbreiding van de verenigingsaccommodatie en toebehoren bedraagt een derde van de werkelijke kosten, tot een maximum subsidiebedrag van €200.000. Daarbij rekening houden met het percentage leden uit de voormalige gemeente Hellevoetsluis.

  • -

    Het college indexeert jaarlijks het in het eerste lid genoemde bedrag op basis van de in de op de desbetreffende subsidieperiode van toepassing zijnde begrotingscirculaire voorgeschreven nominale aanpassingen.

  • -

    De subsidie bedraagt maximaal een derde deel van de werkelijke kosten voor voormalig Hellevoetse Sportverenigingen en maximaal een derde deel van de werkelijke kosten voor Regionale sportverenigingen.

Deze regeling valt buiten het jaarlijkse subsidieprogramma.

12.1.1 Aanvullende weigeringsgronden

  • 1. De aanvraag of de sportvereniging niet past binnen het gemeentelijke sportbeleid;

  • 2. De aanvraag is bedoeld voor commerciële accommodatie(onderdelen);

  • 3. De beoogde investering niet noodzakelijk is in het kader van het sportief maatschappelijke doel van de sportvereniging;

  • 4. De voorziening, in geval van nieuwbouw, renovatie of uitbreiding van een bestaand gebouw, niet toegankelijk en bruikbaar is voor minder validen;

  • 5. Aanvrager van een andere gemeentelijke regeling voor hetzelfde doel financiële ondersteuning ontvangt;

  • 6. Aanvrager niet in staat is om het voor zijn rekening komende deel van de investeringskosten te dragen.

  • 7. De vereniging binnen de termijnen genoemd onder e) een aanvraag indient voor een zaak, die eerder gesubsidieerd is.

  • 8. Een vereniging de genoemde stukken zoals genoemd onder h) niet kan aanleveren.

  • 9. Er niet voldoende budget beschikbaar is.

12.1.2. Procedure

  • -

    De volgende stukken dienen aanvullend aangeleverd te worden:

    • Een begroting van de investeringskosten;

    • Een offerte van een aannemer voor het volledige bedrag aan investeringskosten

    • Een verklaring van de sportbond over het aantal geregistreerde leden, uitgesplitst naar jeugd en senioren (vanaf 18 jaar) van het voorafgaande jaar, gerekend vanaf 1 januari;

  • -

    Het college beslist binnen zestien weken, na ontvangst van een aanvraag tot subsidieverlening. Deze beslistermijn kan door het college worden verlengd met ten hoogste zestien weken verlengen.

  • -

    De uiteindelijke vaststelling van de subsidie wordt gedaan op basis van de originele door de aannemer ondertekende rekeningen, een bewijs van betaling door de sportvereniging, en indien verplicht op grond van de Woningwet en het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, een afschrift van de bouwvergunning en de gebruiksmelding.

  • -

    Subsidies worden bij vaststelling uitgekeerd. Bij grote subsidies kunnen instellingen verzoeken om de subsidie in delen vast te stellen en uit te keren. Dit is in afwijking op artikel 15, 16 en 17 van de ASV.

  • -

    Als eerste komen de aanvragen van rechtspersonen in aanmerking waarmee de gemeente een langdurige subsidierelatie op het aangevraagde werkveld heeft. Vervolgens worden de overige aanvragen behandeld op volgorde van binnenkomst

12.1.3 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

De subsidie kan uitsluitend worden verleend aan sportverenigingen voor een bijdrage in de investeringskosten ten behoeve van:

  • -

    de bouw, de renovatie of de uitbreiding van een verenigingsaccommodatie en toebehoren, waarbij een maximum geldt van één keer per vijf jaar;

  • -

    de aanleg of vervanging van een kunstgrasveld of een ander intensief te gebruiken toplaag, waarbij een maximum geldt voor het betreffende veld van één keer per tien jaar;

  • -

    het plaatsen van lichtinstallaties bij sportvelden, waarbij een maximum geldt van één keer per 25 jaar per veld;

  • -

    de, vanwege een groeiend ledenaantal noodzakelijke uitbreiding van de voorzieningen zoals hierboven beschreven.

Een sportvereniging komt alleen voor de subsidies in aanmerking als met de beoogde investering door haar een sportief maatschappelijk doel wordt nagestreefd en als dit past binnen het sportbeleid van de gemeente Voorne aan Zee.

12.1.4 Nadere verplichtingen

  • 1. Subsidieontvanger moet zich bij de bouw, renovatie of uitbreiding van de verenigingsaccommodatie aan alle van toepassing zijnde geldende wet- en regelgeving houden.

  • 2. Subsidieontvanger is verplicht voordat de uitvoering van de gesubsidieerde activiteiten een aanvang neemt, de hiervoor benodigde vergunningen te verkrijgen.

12.2 OZB compensatie

De subsidie voor Onroerend Zaak Belasting (OZB) is in het leven geroepen om instellingen te compenseren voor de OZB.

12.2.1 Berekeningsgrondslag OZB

  • -

    Via maatwerk.

  • -

    Alleen bij financiële nood op verzoek van aanvrager.

  • -

    Subsidiebedragen zijn gebaseerd op de bij de gemeente bekende bedragen.

  • -

    Subsidies worden direct vastgesteld en uitbetaald.

13. Tijdelijke regelingen van voormalige gemeente Brielle

In dit hoofdstuk zijn regelingen opgenomen van de voormalige gemeente Brielle. Deze regelingen zijn van toepassing totdat er nieuw beleid in de plaats treedt van deze regelingen.

13.1 Jeugdsport

Vanaf 2016 gold in de voormalige gemeente Brielle een regeling voor het stimuleren van Jeugdsport. Deze regeling blijft van toepassing totdat er nieuw sportbeleid is geformuleerd. Tot deze tijd bestaat er ongelijkheid in regeling binnen het verzorgingsgebied van Voorne aan Zee. Deze regeling wijkt af van de voormalige gemeente Hellevoetsluis (geen regeling) en de gemeente Westvoorne (een uitgebreidere regeling).

Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie.

13.1.1 Berekeningsgrondslag

Verenigingen leveren hun ledenaantallen aan bij het aanvragen van de subsidie.

  • a)

    Buitensportverenigingen ontvangen €20.- per jeugdlid

  • b)

    Binnensportverenigingen ontvangen €40,- per jeugdlid (denksport uitgezonderd)

  • c)

    Zwemverenigingen ontvangen €100.- per jeugdlid

Een jeugdlid betreft een inwoner van de voormalig gemeente Brielle tot 18 jaar. Als peildatum geldt het aantal jeugdleden uit de voormalige gemeente Brielle in het jaar van de aanvraag, conform de ledenlijst per 1 januari van dat kalenderjaar.

13.1.2. Procedure

Een subsidie kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende criteria:

  • de sportvereniging heeft een openbaar toegankelijk karakter en

  • de subsidieaanvrager dient een sportvereniging te zijn en wel een rechtspersoon met

  • volledige rechtsbevoegdheid en

  • de sport is door NOC*NSF erkend en

  • sportverenigingen die niet in de voormalige gemeente Brielle gevestigd zijn met minimaal vijf jeugdleden uit de voormalig gemeente Brielle waarvan

  • de desbetreffende sport niet in de voormalige gemeente Brielle wordt aangeboden en

  • de sportvereniging werkt met vrijwilligers.

13.2 Sport regulier onderhoud

Vanaf 2016 gold in de voormalige gemeente Brielle een regeling voor regulier onderhoud voor sportcomplexen. Deze regeling blijft van toepassing totdat er nieuw sportbeleid en/of accommodatiebeleid is geformuleerd. Tot deze tijd bestaat er ongelijkheid in regeling binnen het verzorgingsgebied van Voorne aan Zee. Deze regeling wijkt af van de voormalige gemeente Hellevoetsluis en de gemeente Westvoorne.

Deze regeling valt buiten het jaarlijkse subsidieprogramma.

13.2.1 Verdeling middelen

Als grondslag voor het verstrekken van de subsidie wordt onderstaande tabel gehanteerd:

Basisbuitensportvereniging

Bedrag in euro (2024 als norm)

 
 

Tennisvereniging Zwartewaal

4.009

Tennisvereniging Vierpolders

4.120

Brielse Tennisvereniging E’68

8.613

Voetbalvereniging Zwartewaal

17.118

Voetbalvereniging Vierpolders

26.590

Voetbalvereniging Brielle

40.610

Voorne Atletiek

4.984

De subsidie is een vast bedrag (exclusief indexering) dat jaarlijks aan de desbetreffende verenigingen wordt uitgekeerd. Er vindt geen correctie plaats op grond van de af- of toegenomen kosten van het regulier onderhoud zelf.

De bedragen worden jaarlijks geïndexeerd.

13.2.2. Procedure

  • -

    Een subsidie kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • de sportvereniging heeft een openbaar toegankelijk karakter en

    • de subsidieaanvrager dient een sportvereniging te zijn en wel een rechtspersoon met

    • volledige rechtsbevoegdheid en

    • de sport is door NOC*NSF erkend en

    • de sportvereniging is gevestigd in de voormalig gemeente Brielle en

    • de sportvereniging werkt met vrijwilligers en

    • de sportvereniging is aangemerkt als basisbuitensportvereniging.

  • -

    In afwijking van artikel 15, 16 en 17 van de ASV dient er geen aanvraag tot vaststelling ingediend te worden. Wel dient voor 1 november van het volgende kalenderjaar een jaarverslag en jaarrekening te worden ingezonden, waarin de besteding van de middelen en de staat van onderhoud worden verantwoorden en toegelicht.

  • -

    De gemeente voert een periodieke kwaliteitstoets uit.

  • -

    De subsidie kan worden stopgezet, teruggevorderd of ingetrokken indien blijkt:

    • de subsidie niet of niet voldoende is of wordt besteed aan het doel waarvoor die beschikbaar is gesteld;

    • de vereniging haar contractuele verplichtingen van het onderhoud ten aanzien van de gemeente en/of derden niet of niet voldoende nakomt.

13.3 Sport groot onderhoud

Vanaf 2016 gold in de voormalige gemeente Brielle een regeling voor groot onderhoud voor sportcomplexen. Deze regeling blijft van toepassing totdat er nieuw sportbeleid en/of accommodatiebeleid is geformuleerd. Tot deze tijd bestaat er ongelijkheid in regeling binnen het verzorgingsgebied van Voorne aan Zee. Deze regeling wijkt af van de voormalige gemeente Hellevoetsluis en de gemeente Westvoorne.

Deze regeling valt buiten het jaarlijkse subsidieprogramma.

13.3.1 Verdeling middelen

Als grondslag voor het verstrekken van de investeringssubsidie wordt onderstaande tabel gehanteerd:

Basisbuitensportvereniging

Bedrag in euro, gemiddeld bedrag per jaar 2020-2024 over 30 jaar (2024 als norm)

 
 

Tennisvereniging Zwartewaal

8.228

Tennisvereniging Vierpolders

4.929

Brielse Tennisvereniging E’68

17.221

Voetbalvereniging Zwartewaal

10.724

Voetbalvereniging Vierpolders

7.044

Voetbalvereniging Brielle

53.276

Voorne Atletiek

14.433

De subsidie is een vast bedrag (exclusief indexering) dat jaarlijks aan de desbetreffende verenigingen wordt uitgekeerd. Dit bedrag is het gemiddelde bedrag over 30 jaar van de subsidiabele kosten (62%) van de investeringen in de periode 2020 - 2045.

De bedragen worden jaarlijks geïndexeerd.

13.3.2. Procedure

  • -

    Een subsidie kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • de sportvereniging heeft een openbaar toegankelijk karakter en

    • de subsidieaanvrager dient een sportvereniging te zijn en wel een rechtspersoon met

    • volledige rechtsbevoegdheid en

    • de sport is door NOC*NSF erkend en

    • de sportvereniging is gevestigd in de voormalig gemeente Brielle en

    • de sportvereniging werkt met vrijwilligers en

    • de sportvereniging is aangemerkt als basisbuitensportvereniging.

  • -

    In afwijking van artikel 15, 16 en 17 van de ASV dient er geen aanvraag tot vaststelling ingediend te worden. Wel dient voor 1 november van het volgende kalenderjaar een jaarverslag en jaarrekening te worden ingezonden, waarin de besteding van de middelen en de staat van onderhoud worden verantwoorden en toegelicht.

  • -

    De gemeente voert een periodieke kwaliteitstoets uit.

  • -

    De subsidie kan worden stopgezet, teruggevorderd of ingetrokken indien blijkt:

    • de subsidie niet of niet voldoende is of wordt besteed aan het doel waarvoor die beschikbaar is gesteld;

    • de vereniging haar contractuele verplichtingen van het onderhoud ten aanzien van de gemeente en/of derden niet of niet voldoende nakomt.

13.4 Geuzenpark

Bij de realisatie van het Geuzenpark is een subsidieregeling (overgangsregeling) opgesteld voor drie verenigingen die naar het Geuzenpark zijn verhuisd.

Deze regeling valt buiten het jaarlijkse subsidieprogramma.

13.4.1 Verdeling middelen

Als grondslag voor het verstrekken van de investeringssubsidie wordt onderstaande tabel gehanteerd:

Verenigingen

Bedrag in euro (2011)

 
 

Brielse Tennisvereniging VV E’68

29.280

Voorne Atletiek

19.408

Voetbalvereniging Brielle

34.178

De subsidie is een vast bedrag (exclusief indexering) dat jaarlijks aan de desbetreffende verenigingen wordt uitgekeerd.

De bedragen worden niet geïndexeerd.

13.4.2. Procedure

  • -

    Een subsidie kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende criteria:

    • De vereniging behoort tot de drie genoemde verenigingen.

    • In afwijking van artikel 15, 16 en 17 van de ASV dient er geen aanvraag tot vaststelling ingediend te worden. Wel dient voor 1 november van het volgende kalenderjaar een jaarverslag en jaarrekening te worden ingezonden, waarin de besteding van de middelen en de staat van onderhoud worden verantwoorden en toegelicht.

13.5 OZB compensatie

De subsidie voor Onroerend Zaak Belasting (OZB) is in het leven geroepen om instellingen te compenseren voor de OZB.

12.2.1 Berekeningsgrondslag OZB

  • -

    Alleen beschikbaar voor Tafeltennisvereniging De Sprint.

  • -

    Alleen bij financiële nood op verzoek van aanvrager.

  • -

    Subsidiebedragen zijn gebaseerd op de bij de gemeente bekende bedragen.

  • -

    Subsidies worden direct vastgesteld en uitbetaald.

14. Tijdelijke regelingen van voormalige gemeente Westvoorne

In dit hoofdstuk zijn regelingen opgenomen van de voormalige gemeente Westvoorne. Deze regelingen zijn van toepassing totdat er nieuw beleid in de plaats treedt van deze regelingen.

14.1 Jeugd en Jongeren

In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Jeugd en Jongeren berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie (zie hoofdstuk 4 en in het bijzonder paragraaf 4.6).

14.1.1 Berekeningsgrondslag Scouting

Een vast bedrag per kalenderjaar per instelling bij:

10 tot en met 15 leden

€ 780

van 16 tot en met 50 leden

€ 1.300

vanaf 51 leden

€ 1.820

Een aanvulling op dit bedrag:

  • -

    Een vast bedrag per vaste wekelijkse subsidiabele activiteit per doelgroep van €780,-.

14.1.2 Berekeningsgrondslag Open Jeugd en Jongerenwerk

  • -

    Een basis subsidiebedrag van € 1.820,- per kalenderjaar.

  • -

    Een aanvullend bedrag per vaste wekelijkse subsidiabele activiteit van € 520,-.

  • -

    Een aanvullend bedrag van € 260,- voor een activiteit die eens per twee weken plaatsvindt.

14.1.3 Vervallen beleidsregels

De volgende regelingen zijn vervallen:

  • -

    De subsidieberekening voor de Hobbywerkplaats Westvoorne (heeft een geharmoniseerde aanvraag voor 2024 ingediend en toegekend gekregen). Er wordt gewerkt met een normbedrag 2024.

  • -

    De kindervakantieweek Westvoorne wordt behandeld als waarderingssubsidie. Er wordt gewerkt met een normbedrag 2024.

  • -

    De vaste bedragen vervallen voor de Kinderboerderij Agathahoeve (wordt behandeld als waarderingssubsidie, met normbedrag voor 2024) en Stichting Leergeld (geen nieuwe aanvraag meer gedaan).

14.2 Kunst en Cultuur

In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Kunst en Cultuur berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie (zie hoofdstuk 4 en in het bijzonder paragraaf 4.6).

14.2.1 Berekeningsgrondslag algemeen

Een vast bedrag per kalenderjaar per instelling bij:

10 tot en met 50 leden

€ 260,-

van 51 tot en met 100 leden

€ 520,-

van 101 tot en met 200 leden

€ 625,-

vanaf 201 leden

€ 725,-

Een aanvulling op dit bedrag:

  • -

    Wordt verhoogd met een bedrag van €5,- per jeugdlid tot 18 jaar.

  • -

    Wordt verhoogd met een bedrag van €5,- per lid vanaf 70 jaar.

14.2.2 Berekeningsgrondslag Muziek

Muziekverenigingen

Deze regeling vervalt omdat deze instellingen allemaal een budgetsubsidie groter dan €5000.- ontvangen en daarom behandeld worden als budgetsubsidie (artikel 3.7 van deze beleidsregels).

Muziekonderwijs

Deze regeling vervalt omdat deze instellingen allemaal een budgetsubsidie groter dan €5000.- ontvangen en daarom behandeld worden als budgetsubsidie (artikel 3.7 van deze beleidsregels).

Zanggezelschappen

  • -

    Een basissubsidiebedrag van € 520,- per kalenderjaar.

  • -

    Een subsidiebedrag van € 10,- per musicerend/zingend lid.

  • -

    Een extra subsidiebedrag van € 5,- per kalenderjaar voor elk jeugdlid

  • -

    Een extra subsidiebedrag van € 5,- per kalenderjaar voor elk lid vanaf 70 jaar.

Bijzondere verplichtingen

Het minimumaantal leden uit de voormalig gemeente Westvoornse moet acht bedragen.

Toneelverenigingen

  • -

    Een vast subsidiebedrag van € 520,- per kalenderjaar.

  • -

    Een extra subsidie van € 105,- voor maximaal 1 première per jaar.

  • -

    Een extra subsidiebedrag van € 5,- per kalenderjaar voor elk jeugdlid.

  • -

    Een extra subsidiebedrag van € 5,- per kalenderjaar voor elk lid vanaf 70 jaar.

Bijzondere verplichting

Men moet minimaal tweemaal per jaar een openbare uitvoering geven in de voormalig gemeente Westvoorne.

14.2.3 Vervallen berekeningen

De volgende regelingen zijn vervallen omdat het toekennen van vaste bedragen niet langer geldig is binnen de beleidskaders (artikel 3.7 van deze beleidsregels).

  • -

    De vaste bedragen vervallen voor alle instellingen en deze worden voortaan behandeld als waarderingssubsidie met een normbedrag 2024 (paragraaf 4.7 van de beleidsregels van de voormalige gemeente Westvoorne).

  • -

    Voor beeldende kunst wordt gewerkt met een normbedrag 2024.

14.3 Welzijn en Zorg

In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Welzijn en Zorg berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie (zie hoofdstuk 4 en in het bijzonder paragraaf 4.6).

Ouderenbonden

  • -

    Een basisbedrag per kalenderjaar

    20 tot en met 100 leden

    € 625,-

    van 101 tot en met 200 leden

    € 725,-

    van 201 tot en met 350 leden

    € 830,-

    vanaf 351 leden

    € 935,-

  • -

    Een aanvulling van €5,- per kalenderjaar voor elk vanaf 70 jaar.

Ouderensociëteiten

  • -

    Een basisbedrag per kalenderjaar

    10 tot en met 25 leden

    € 625,-

    van 26 tot en met 50 leden

    € 725,-

    Vanaf 51 leden

    € 830,-

  • -

    Een aanvulling van €5,- per kalenderjaar voor elk vanaf 70 jaar.

EHBO

  • -

    Een basis subsidiebedrag van € 1300,- per kalenderjaar, bij tenminste 15 leden.

  • -

    Een aanvullend bedrag bij:

    1 tot 7 activiteiten

    € 310,-

    8 tot en met 15 activiteiten

    € 625,-

    16 activiteiten of meer

    € 935,-

  • -

    Een aanvullend bedrag bij:

  • -

    €5,- per kalenderjaar voor elk jeugdlid tot 18 jaar

  • -

    €5,- per kalenderjaar voor elk lid vanaf 70 jaar

Vrouwenorganisaties

  • -

    Een basisbedrag per kalenderjaar

    20 tot en met 100 leden

    € 625,-

    Van 101 tot en met 200 leden

    € 780,-

    Van 201 tot en met 350 leden

    € 830,-

    Vanaf 351 leden

    €880,-

14.3.3 Vervallen berekeningen

De volgende regelingen zijn vervallen omdat het toekennen van vaste bedragen niet langer geldig is binnen de beleidskaders (artikel 3.7 van deze beleidsregels).

  • -

    De vaste bijdragen van de Voedselbank worden als normbedrag 2024 behandeld.

  • -

    LASSO wordt behandeld als budgetsubsidie, betreft een subsidie boven de €5000,- (conform artikel 3.7).

  • -

    De vaste bedragen vervallen voor alle instellingen en deze worden voortaan behandeld als waarderingssubsidie met een normbedrag 2024 (paragraaf 5.7 van de beleidsregels van de voormalige gemeente Westvoorne).

14.4 Amateursport

In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Amateursport berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling is in essentie overeenkomstig met de regeling Jeugdsport van de gemeente Brielle (hoofdstuk 13.1 van deze beleidsregels). Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie.

14.4.1 Berekeningsgrondslag algemeen

Een basisbedrag per kalenderjaar per instelling (met een minimum van 10 leden):

10 tot en met 20 leden

€ 260,-

van 21 tot en met 50 leden

€ 520,-

van 51 tot en met 100 leden

€ 780,-

van 101 tot en met 200 leden

€ 1040,-

van 201 tot en met 300 leden

€ 1560,-

vanaf 301 leden

€ 2075,-

Een aanvulling op dit bedrag:

  • -

    Wordt verhoogd met een bedrag voor jeugdleden tot 18 jaar

    10 tot en met 50 leden

    € 260,-

    van 51 tot en met 100 leden

    € 520,-

    van 101 tot en met 200 leden

    € 625,-

    van 201 tot en met 300 leden

    € 725,-

  • -

    Wordt verhoogd met een bedrag van €25,- per gehandicapt lid.

  • -

    Wordt verhoogd met een bedrag van €5,- voor elk lid vanaf 70 jaar

  • -

    Wordt verhoogd met een bedrag van €25,- per jeugdtoernooi/jeugdactiviteiten, tot maximaal €250,-. Toernooi/activiteit dient ook toegankelijk te zijn voor andere instellingen en niet-leden.

14.4.3 Vervallen berekeningen

De volgende regelingen zijn vervallen omdat het toekennen van vaste bedragen niet langer geldig is binnen de beleidskaders (artikel 3.7 van deze beleidsregels).

  • -

    De vaste bedragen vervallen voor alle instellingen en deze worden voortaan behandeld als waarderingssubsidie met een normbedrag 2024 (paragraaf 6.7 van de beleidsregels van de voormalige gemeente Westvoorne).

14.5 Evenementen

In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Evenementen berekeningsgrondslagen gehanteerd.

Cultevo

Uitzondering. Wordt behandeld als een budgetsubsidie, met de volgende berekening.

  • -

    Een basissubsidiebedrag van € 3.523.- per kalenderjaar.

  • -

    Een aanvullend bedrag bij:

    Regionale activiteiten, per item

    € 5000,-

    Lokale activiteiten, per item

    € 1000,-

    Kleinschalige activiteiten, per item

    € 500,-

Indeling is naar het oordeel van het college.

  • -

    Nieuwe activiteiten worden alleen toegekend als er financiële ruimte is.

Probaro

  • -

    Een basissubsidiebedrag van € 350,- per kalenderjaar

  • -

    Een aanvullend bedrag bij:

    Regionale activiteiten, per item

    € 5000,-

    Lokale activiteiten, per item

    € 1000,-

    Kleinschalige activiteiten, per item

    € 500,-

Indeling is naar het oordeel van het college.

  • -

    Nieuwe activiteiten worden alleen toegekend als er financiële ruimte is.

14.5.3 Vervallen berekeningen

De volgende regelingen zijn vervallen omdat het toekennen van vaste bedragen niet langer geldig is binnen de beleidskaders (artikel 3.7 van deze beleidsregels).

  • -

    De vaste bedragen vervallen voor alle instellingen en deze worden voortaan behandeld als waarderingssubsidie met een normbedrag 2024 (paragraaf 7.8 van de beleidsregels van de voormalige gemeente Westvoorne).

14.6 OZB

De subsidie voor Onroerend Zaak Belasting (OZB) is in het leven geroepen om instellingen te compenseren voor de OZB.

14.6.1 Berekeningsgrondslag OZB

Instellingen die in aanmerking komen voor de compensatie OZB ontvangen hierover bericht van de gemeente.

  • Instellingen zijn vooraf bepaald:

  • Mixed Hockeyvereniging Forcial

  • Voetbalvereniging OVV

  • Gymnastiekvereniging ODI

  • Voetbalvereniging Rockanje

  • Scoutinggroep de Standvogels

  • Historische vereniging Westelijke Voorne

  • PSV Voorne Putten

  • Scoutingsgroep Geysendorffer

  • Tennisclub Westvoorne

  • Tennisvereniging Oostvoorne

  • -

    Subsidiebedragen zijn gebaseerd op de bij de gemeente bekende bedragen.

  • -

    Subsidies worden direct vastgesteld en uitbetaald.

  • -

    Het basisbedrag van de jaarlijkse subsidie kan worden verhoogd met een bedrag dat gelijk is aan 100% van de kosten die een instelling maakt als gevolg van de OZB in het betreffende subsidiejaar.

15. Leefbaarheidsfonds voormalige gemeente Westvoorne

15.1 Inleiding

In dit hoofdstuk is het Leefbaarheidsfonds van de voormalige gemeente Westvoorne opgenomen. Deze regeling geldt alleen voor het grondgebied van de voormalige gemeente Westvoorne. Deze regeling is bedoeld voor duurzaamheidsinitiatieven en burgerinitiatieven gericht op duurzaamheid.

15.2 Doel Leefbaarheidsfonds Westvoorne

Met het Leefbaarheidsfonds stellen Eneco, Vattenfall én de gemeente elk jaar gezamenlijk geld beschikbaar voor maatschappelijke organisaties, verenigingen en burgerinitiatieven om de voormalige gemeente Westvoorne duurzamer te maken.

Met deze subsidie beoogt de gemeente burgerinitiatieven te ondersteunen die de leefbaarheid bevorderen, projecten te ondersteunen die een kwaliteitsimpuls geven aan de energietransitie en verduurzaming van maatschappelijke accommodaties te ondersteunen (met uitzondering van gemeentelijke accommodaties).

15.3 Criteria

Het gaat om projecten of activiteiten in Oostvoorne, Rockanje en/of Tinte die zich richten op de volgende punten:

  • a)

    Het verduurzamen en energiezuiniger maken van maatschappelijke gebouwen binnen Oostvoorne, Rockanje en/of Tinte; en/of

  • b)

    Met het oog op duurzaamheid, de leefbaarheid binnen Oostvoorne, Rockanje en/of Tinte te verhogen; en/of

  • c)

    Een positieve bijdrage leveren aan de energietransitie in Oostvoorne, Rockanje en/of Tinte.

15.4 Procedure

  • a)

    Aanvragen geschieden de Asv 2023, aangevuld met lid b t/m f.

  • b)

    Met inachtneming van het reglement Leefbaarheidsfonds Westvoorne

    • Het actuele reglement staat op de website van de gemeente.

  • c)

    Aanvragen geschieden voor 1 maart van het desbetreffende kalenderjaar.

  • d)

    Aanvragen worden beoordeeld door een toetsingscommissie. Deze commissie adviseert het college van B&W over de hoogte van de subsidieverlening. Waar nodig brengt deze commissie een rangorde aan in de aanvrager bij meerdere aanvragen die het plafond overschrijden. Bij gelijke kwaliteit volgt een voorstel tot verdeling van de gelden.

  • e)

    Voor de aanvragen is een maximaal separaat subsidieplafond per kalenderjaar beschikbaar van €35.000,-. Dit subsidieplafond wordt aangevuld bij onderbesteding van het jaar ervoor.

  • f)

    De toekenning van middelen geschiedt aan de hand van de aanvraag, het activiteitenplan, het beoogde effect en de beschikbare subsidiegelden. In het plan is expliciet aandacht voor:

  • -

    Waarom het initiatief bijdraagt aan de leefbaarheid en/of verduurzaming in de voormalige gemeente Westvoorne;

  • -

    Opgave van financiering door derden (indien van toepassing);

  • -

    Welke prestaties duidelijk kunnen worden gemeten of aanwijsbaar zijn om te controleren of de subsidie juist is besteed.

15.5 Bijzondere verplichtingen

Alvorens subsidie kan worden verstrekt, dient de aanvrager te voldoen aan de volgende cumulatieve criteria:

  • a)

    Het doel van de subsidie dient lokaal te worden gerealiseerd, dat wil zeggen dat het initiatief of het project wordt uitgevoerd op het grondgebied van de voormalige gemeente Westvoorne;

  • b)

    Eventuele bouw- en/of inrichtingsplannen moeten voldoen aan de geldende wet- en regelgeving.

15.6 Nadere weigeringsgronden

Indien en voor zover wordt voldaan aan de aanvraagprocedure en de criteria in artikel 15.4 behoudt de gemeente onverminderd het recht de subsidie niet te verstrekken om haar moverende redenen. In ieder geval zal de gemeente het verzoek tot subsidie afwijzen indien:

  • a)

    De aanvraag niet bijdraagt aan het algemeen belang en/of het in artikel 15.2 omschreven doel;

  • b)

    Het subsidieplafond is bereikt;

  • c)

    Aanvrager onvoldoende financiële dekking heeft om het voorgestelde initiatief of project te realiseren.

  • d)

    Aanvrager betreft een instelling, instituut, organisatie, bedrijf of andere rechtsvorm die verbonden is aan, of onderdeel is van een onderwijsinstelling of geloofsgenootschap, dan wel aanvrager doet de aanvraag in zijn hoedanigheid van vertegenwoordiger van een voornoemde organisatie.

15.5 Bijzondere verplichtingen

Alvorens subsidie kan worden verstrekt, dient de aanvrager te voldoen aan de volgende cumulatieve criteria:

  • a)

    Het doel van de subsidie dient lokaal te worden gerealiseerd, dat wil zeggen dat het initiatief of het project wordt uitgevoerd op het grondgebied van de voormalige gemeente Westvoorne;

  • b)

    Eventuele bouw- en/of inrichtingsplannen moeten voldoen aan de geldende wet- en regelgeving.

15.6 Nadere weigeringsgronden

Indien en voor zover wordt voldaan aan de aanvraagprocedure en de criteria in artikel 15.4 behoudt de gemeente onverminderd het recht de subsidie niet te verstrekken om haar moverende redenen. In ieder geval zal de gemeente het verzoek tot subsidie afwijzen indien:

  • a)

    De aanvraag niet bijdraagt aan het algemeen belang en/of het in artikel 15.2 omschreven doel;

  • b)

    Het subsidieplafond is bereikt;

  • c)

    Aanvrager onvoldoende financiële dekking heeft om het voorgestelde initiatief of project te realiseren.

  • d)

    Aanvrager betreft een instelling, instituut, organisatie, bedrijf of andere rechtsvorm die verbonden is aan, of onderdeel is van een onderwijsinstelling of geloofsgenootschap, dan wel aanvrager doet de aanvraag in zijn hoedanigheid van vertegenwoordiger van een voornoemde organisatie.

Ondertekening