Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Baarn 2024

Geldend van 11-04-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Baarn 2024

De raad van de gemeente Baarn, gelezen het voorstel van het college en de burgemeester van de gemeente Baarn van 13 februari 2024; gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de ‘Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Baarn 2024’

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: adviescommissie bezwaarschriften gemeente Baarn;

  • c.

    voorzitter: de (plaatsvervangend) voorzitter van de commissie;

  • d.

    leden: de leden van de commissie, niet zijnde de voorzitter;

  • e.

    secretaris: de (plaatsvervangend) secretaris van de commissie;

  • f.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van Baarn;

  • g.

    De raad: de gemeenteraad van Baarn;

  • h.

    De burgemeester: de burgemeester van Baarn;

  • i.

    De ambtenaar van de burgerlijke stand: de ABS van de gemeente Baarn;

  • j.

    De leerplichtambtenaar, de leerplichtambtenaar van de gemeente Baarn.

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1.

    Er is een commissie, als bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht, ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college, burgemeester, de leerplichtambtenaar en de ambtenaar van de burgerlijke stand.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd te adviseren over bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten:

    • a.

      Op grond van een wettelijk voorschrift over de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      Op grond van de functiewaarderingregeling gemeente Baarn (FUWA);

    • c.

      Die gaan over personele zaken zoals personele regelingen inzake onder meer aanstelling, schorsing en ontslag en al hetgeen kan voortvloeien uit de CAR/UWO.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en maximaal zes leden.

  • 2.

    De voorzitter regelt in samenspraak met de leden de vervanging van de voorzitter.

  • 3.

    De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 4.

    De voorzitter en de leden kunnen niet deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan van de gemeente Baarn.

  • 5.

    De voorzitter en de leden wonen niet in de gemeente Baarn.

Artikel 4 Instellen van kamers

  • 1.

    Het college bepaalt het aantal kamers en stelt voor elke kamer vast welke categorie of categorieën bezwaarschriften door deze kamer zullen worden behandeld.

  • 2.

    Elke kamer bestaat uit minimaal drie leden:

  • a.

    een voorzitter of een plaatsvervangende voorzitter;

  • b.

    ten minste 2 leden, door de commissie aangewezen uit haar midden.

  • 3.

    De (plaatsvervangende) voorzitter kan ook als lid optreden.

  • 4.

    Op de werkwijze van de kamers is het bepaalde in deze verordening zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Secretaris

De secretaris van de commissie is een medewerker die werkzaam is voor de gemeente.

Artikel 6 Zittingstermijn

  • 1.

    De voorzitter en de leden worden benoemd voor een termijn van vier jaar en kunnen eenmaal voor een tweede termijn van vier jaar herbenoemd worden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3.

    De aftredende voorzitter en de aftredende leden blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 7 Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2.

    Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

Artikel 8 Informele procedure

  • 1.

    Het secretariaat onderzoekt of via informeel overleg tussen partijen een oplossing kan worden gevonden voor het geschil. Het secretariaat verricht daartoe de nodige handelingen.

  • 2.

    Een informele procedure kan alleen worden ingezet als bezwaarde instemt met opschorting van de beslistermijn, zoals bedoeld in artikel 7:10 lid 4 Awb.

Artikel 9 Bemiddeling

De Commissie onderzoekt of de zaak in der minne kan worden geschikt.

Artikel 10 Uitoefening bevoegdheden

  • 1.

    De (plaatsvervangend) voorzitter oefent de bevoegdheden op grond van de hierna genoemde artikelen van de Awb uit voor de toepassing van deze verordening:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid (schriftelijke machtiging);

  • b.

    artikel 6:6, voor wat betreft het stellen van een termijn aan de indiener;

  • c.

    artikel 6:17, voor zover het de verzending van stukken betreft aan in ieder geval een gemachtigde;

  • d.

    artikel 7:4, tweede lid (terinzagelegging stukken);

  • e.

    artikel 7:6, vierde lid (geheimhouding bij afzonderlijk horen).

Artikel 11 Vooronderzoek

  • 1.

    De (plaatsvervangend) voorzitter is bevoegd alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De (plaatsvervangend) voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Als daaraan kosten zijn verbonden die het daarvoor bestemde jaarbudget overschrijden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 12 Hoorzitting

  • 1.

    De (plaatsvervangend) voorzitter bepaalt datum, plaats, wijze en tijdstip van de zitting waarin de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De (plaatsvervangend) voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb (uitzonderingen op de hoorplicht).

  • 3.

    Als de (plaatsvervangend) voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan.

Artikel 13 Uitnodiging zitting

  • 1.

    De (plaatsvervangend) voorzitter nodigt de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden of het verwerend bestuursorgaan onder opgaaf van redenen de (plaatsvervangend) voorzitter verzoeken datum, wijze en/of het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3.

    De beslissing van de (plaatsvervangend) voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan meegedeeld.

  • 4.

    De (plaatsvervangend) voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 14 Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat minimaal de (plaatsvervangend) voorzitter en 1 lid aanwezig is.

Artikel 15 Niet-deelneming aan de behandeling

De (plaatsvervangend) voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift als daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 16 Openbaarheid Zitting

  • 1.

    De zitting van de algemene kamer van de commissie is openbaar.

  • 2.

    De zitting van de sociale kamer van de commissie is niet openbaar.

  • 3.

    De deuren kunnen worden gesloten als de (plaatsvervangend) voorzitter of een van de aanwezige leden het nodig acht of als een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 4.

    Als de algemene kamer van de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 17 Schriftelijke verslaglegging

  • 1.

    Van het horen als bedoeld als in artikel 7:7 Awb kan een geluidsopname worden gemaakt. De geluidsopname wordt vernietigd na uitwerking van het commissieadvies.

  • 2.

    De geluidsopname wordt in zakelijke bewoordingen uitgewerkt.

  • 3.

    Op verzoek van een betrokkene of het verwerend orgaan biedt de commissie de gelegenheid tot inzage in de geluidsopname. De betrokkene mag de geluidsopname niet voor andere doeleinden gebruiken dan de procedure waar deze betrekking op heeft. Als sprake is van omstandigheden die daartoe aanleiding geven, kan de commissie inzage weigeren.

  • 4.

    Het schriftelijke verslag is onderdeel van het commissieadvies en vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid en houdt een zakelijke vermelding in van hetgeen over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 5.

    De op de zitting overgelegde nieuwe bescheiden worden bijgevoegd aan het verslag en digitaal bewaard.

  • 6.

    Geluidsopnamen bevatten persoonsgegevens. Overeenkomstig het gestelde in art 12, lid 1 en 13, lid 1 en 2 AVG, en ook het gestelde in overweging 60 AVG dient de betrokkene vooraf te worden geïnformeerd over het feit dat verwerking plaatsvindt en over het doel daarvan.

  • 7.

    De betrokkene wordt gewezen op de mogelijkheid tot het indienen van een klacht bij de Autoriteit Persoonsgegevens.

  • 8.

    Als de verwerkingsverantwoordelijke (de commissie) voornemens is de persoonsgegevens verder te verwerken voor een ander doel, verstrekt de verwerkingsverantwoordelijke deze informatie vóór verdere verwerking informatie over dat andere doel.

Artikel 18 Nader onderzoek

  • 1.

    Als na afloop van de zitting, maar voordat het advies is uitgebracht, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de (plaatsvervangend) voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek (laten) houden.

  • 2.

    De informatie die uit het nader onderzoek wordt verkregen wordt in afschrift aan de leden, de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan toegezonden.

  • 3.

    De leden, de indiener van het bezwaarschrift, derde belanghebbenden en het verwerend bestuursorgaan kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie een verzoek aan de (plaatsvervangend) voorzitter richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De (plaatsvervangend) voorzitter beslist op dit verzoek.

Artikel 19 Raadkamer en advies

  • 1.

    De (kamer van de) commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het advies dat zij uitbrengt.

  • 2.

    De (kamer van de) commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het advies dat zij uitbrengt.

  • 3.

    Als bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de (plaatsvervangend) voorzitter.

  • 4.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een advies over de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 5.

    De (plaatsvervangend) voorzitter kan in ieder stadium van de behandeling van het bezwaarschrift besluiten om af te zien van het geven van advies, als aan het bezwaar volledig tegemoet is gekomen en andere belanghebbenden daardoor niet in hun belangen worden geschaad. Als de (plaatsvervangend) voorzitter hiertoe besluit doe hij daarvan mededeling aan het verwerend bestuursorgaan en aan belanghebbende(n).

Artikel 20 Uitbrengen advies

  • 1.

    Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 17 en eventueel de nadere informatie die door de (kamer van de) commissie is ontvangen, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2.

    Het advies en het verslag worden aan bezwaarde en belanghebbende(n) toegestuurd gelijktijdig met de door het bestuursorgaan genomen beslissing op het bezwaarschrift.

Artikel 21 Uitzonderingsbepaling

In alle gevallen waarin deze verordening met betrekking tot de werkwijze van de commissie niet voorziet, beslist de (plaatsvervangend) voorzitter.

Artikel 22 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking.

Artikel 23 Intrekking oude regeling

De Verordening adviescommissie bezwaarschriften gemeente Baarn 2013 wordt ingetrokken met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 24 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening adviescommissie bezwaarschriften gemeente Baarn 2024”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 27 maart 2024

De griffier, De voorzitter,