Subsidieregeling klimaat adaptatie voorzieningen Harderwijk 2024

Geldend van 30-03-2024 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling klimaat adaptatie voorzieningen Harderwijk 2024

Burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk;

overwegende:

  • dat het college bevoegd is voor bepaalde vormen van subsidie nadere regels te stellen dan wel specifieke nadere regelingen vast te stellen;

  • dat het op grond van de volgende vastgestelde beleidsdocumenten

    • -

      Uitvoeringsagenda Duurzaamheidsvisie Harderwijk (2023)

    • -

      Zuiveringskring Afvalwaterketenplan WHEP 2015-2023

    • -

      Visie Natuur en Groen Harderwijk (2023)

      gewenst is klimaat adaptatie een biodiversiteit voorzieningen op privaat te stimuleren;

gelet op artikel 160 van de Gemeentewet, Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene Subsidieverordening Harderwijk 2020;

BESLUITEN:

vast te stellen de

Subsidieregeling klimaat adaptatie voorzieningen Harderwijk 2024

Hoofdstuk 1

Artikel 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvraag:

    Een aanvraag om subsidie zoals bedoeld in deze regeling die de aanvrager indient;

  • b.

    Aanvrager:

    • -

      Een meerderjarig natuurlijk persoon voor zover die krachtens het eigendomsrecht eigenaar is van het pand, dan wel huurder of pachter is van het pand en met instemming van de eigenaar een aanvraag indient;

    • -

      Een VvE bestuurslid krachtens VvE vergaderbesluit dan wel een ander stuk waaruit de instemming van de eigenaren blijkt;

    • -

      Een rechtspersoon voor zover die krachtens het eigendomsrecht eigenaar is van het pand, dan wel huurder of pachter en met instemming van de eigenaar een aanvraag indient;

    • -

      Een rechtspersoon, die op grond van de statuten gemachtigd is om namens bestuur/directie externe verplichtingen aan te gaan, zolang dat gepaard gaat met schriftelijke instemming van de eigenaar van het betreffende pand en/of het betreffende terrein;

    • -

      Als de aanvrager een onderneming is (waaronder een woningcorporatie) dient een de-minimisverklaring te worden overlegd;

  • c.

    Afkoppelen:

    Hemelwater dat in de huidige situatie (indirect) wordt geloosd op het gemengd rioolstelsel via fysieke ingrepen loskoppelen en ter plaatse bufferen of infiltreren en wanneer dat niet mogelijk is op oppervlaktewater of het hemelwaterriool lozen;

  • d.

    Awb:

    Algemene wet bestuursrecht;

  • e.

    Asv:

    Algemene subsidieverordening Harderwijk 2020;

  • f.

    BAG:

    Basisregistraties Adressen en Gebouwen;

  • g.

    Bebouwde kom:

    Begrenzing van bebouwde kern als bepaald in art. 20a Wegenverkeerswet 1994;

  • h.

    Bestaand pand:

    Een pand dat binnen de gemeentegrenzen van Harderwijk staat, dat is vergund dan wel is opgericht en opgeleverd vóór 1 januari 2015;

  • i.

    College:

    College van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk;

  • j.

    Dakoppervlak:

    De horizontale projectie van een overdekking van een gebouw of een onderdeel daarvan (aanbouw(en), uitbouw(en) en/of bijgebouw(en)) van een pand;

  • k.

    Gemengde riolering:

    Riolering in de openbare ruimte voor de gecombineerde inzameling en afvoer van afvalwater en hemelwater naar de rioolwaterzuivering;

  • l.

    Groen dak:

    Dak met een laag vegetatie als onderdeel van de dakconstructie, hoofdzakelijk bestaand uit een substraatlaag en blijvend levende planten (vegetatiedak);

  • m.

    Groenblauw dak:

    Intensief groen dak met dikkere substraatlaag waarin neerslag tijdelijk vastgehouden kan worden, eventueel in combinatie met actieve sturing op berging van pieken en vertraagde afvoer;

  • n.

    Groene gevel:

    Een klimconstructie bevestigd aan een gevel voorzien van klimplanten in de vaste grond (grondgebonden systeem) of met een substraat (substraat systeem).;

  • o.

    Hemelwater:

    Regenwater, ijzel, sneeuw en hagel;

  • p.

    Hemelwater riolering:

    Riolering in de openbare ruimte alleen bestemd voor de inzameling en afvoer van hemelwater, doorgaans naar oppervlaktewater;

  • q.

    Infiltratie:

    Het op eigen terrein hemelwater infiltreren van een afgekoppeld dakoppervlak of bestrating in de bodem door via het maaiveld (bodempassage) of door middel van een (boven- of ondergrondse)voorziening;

  • r.

    Infiltratieveld

    Een verlaging van het bestaande maaiveld waardoor een ‘extra holle ruimte’ onder het lokale maaiveld wordt gecreëerd (dus niet uitgraven en daarna weer opvullen met materiaal van welke aard dan ook). De bodem van het infiltratieveld dient zodanig zijn opgebouwd dat het water na volledige vulling binnen 2 etmalen in de bodem kan wegzakken.;

  • s.

    Klimaatadaptatie voorziening:

    Maatregel, product of activiteit gericht op het beperken van de gevolgen van een veranderend klimaat en/of het versterken van de biodiversiteit, te weten: het plaatsen van een regenton, -zuil of -schutting, het planten van loofbomen en/of heesters, het afkoppelen van verhard oppervlak, vergroenen ofwel ontstenen, het aanleggen van een groen dak, het aanleggen van een groene gevel, vervanging van niet groene erfscheiding met groene afscheiding bij bedrijfspanden, het realiseren van klimaatadaptieve en biodiverse verblijfsplek voor medewerkers, de beplanting van grasstroken en eigen bermen bij bedrijfspanden, het realiseren en in werking hebben van een voorziening voor nuttige toepassing van hemelwater in een pand, het plaatsen van binnen/buitenzonwering en hittewerend glas.;

  • t.

    Nuttige toepassing hemelwater:

    Buffering en filtering van neerslag ter vervanging van (laagwaardig) toepassing van drinkwater (zoals toilet, wasmachine, leveren van was- en proceswater of tuindruppelinstalatie), maar niet voor consumptiedoeleinden;u. Oppervlaktewater:

    Openbaar water bestemd voor het afvoeren van water, bijvoorbeeld een vijver of sloot, waarop hemelwater geloosd kan worden;

  • u.

    Pand:

    Een woning inclusief aanbouw(en), uitbouw(en) en bijgebouw(en), of een bedrijfspand, kantoorgebouw,huisvesting voor een stichting of vereniging alle met bijbehorend erf, tuin, terrein en ondergrond dat binnen de gemeentegrenzen van Harderwijk staat en is opgenomen in de BAG en legaal gebouwd

  • v.

    Rechtspersoon:

    Een NV, BV, vereniging, stichting of coöperatie;

  • w.

    Vergroenen:

    Verharding, in de vorm van asfalt, beton, tegels, steen of ander slecht waterdoorlatend materiaal, in een tuin of op een terrein vervangen door levende beplanting als (kruidenrijk) gras, planten, struiken of bomen als middel tegen wateroverlast en hittestress en/of om de biodiversiteit te versterken; ook wel ontstenen genoemd;

  • x.

    Verhard oppervlak:

    Het oppervlak van daken, wegen, verharde terreinen, dat voorkomt dat hemelwater ter plaatse infiltreren kan en/of dat bijdraagt aan hittestress;

  • y.

    VvE:

    Vereniging van Eigenaren.

  • z.

    Zonbelaste gevel

    De oost/west/zuid gevel van een pand. Het moet gaan om gevels die gedurende de periode 15 april-15 september aantoonbaar meer dan 2 uur zoninstraling ontvangen op een onbewolkte dag, rekening houdend met de schaduwwerking van grote objecten die rond het pand staan.

Artikel 1.2 Asv

  • 1. Op deze regeling is de Asv van toepassing. Indien in deze regeling regels zijn gegeven die afwijken van de Asv, gaan de regels uit deze regeling voor op die uit de Asv, voor zover de Asv de afwijking toestaat.

  • 2. De subsidies die op grond van deze regeling worden verstrekt zijn aan te merken als eenmalige subsidies.

Artikel 1.3 Doel, doelgroepen en strekking van de subsidie

  • 1. Deze regeling heeft als doel inwoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties in de gemeente Harderwijk te stimuleren om zelf voorzieningen te treffen op/bij het pand. Het gaat om lokale voorzieningen op privaat terrein waarmee effecten van de klimaatverandering worden beperkt, zoals wateroverlast, droogte en hitte (klimaatadaptatie) en om de biodiversiteit te versterken. De maatregelen leiden tot een afname van de risico’s op (economische) schade of ongemak en de versterking van de biodiversiteit.

  • 2. Voor subsidie op grond van deze regeling komen uitsluitend de onder de definitie aanvrager genoemde personen/organisaties in aanmerking.

Artikel 1.4 Subsidiabele voorzieningen

Het college kan aan een aanvrager zoals omschreven in artikel 1.1 onder b, voor de volgende categorieën voorzieningen a t/m l subsidie verstrekken onder de in deze regeling opgenomen voorwaarden:

  • a.

    het plaatsen van een regenton, -zuil en/of –schutting;

  • b.

    het planten van loofbomen en/of heesters;

  • c.

    het afkoppelen van hemelwater zonder voorziening voor berging en/of infiltratie;

  • d.

    het afkoppelen van hemelwater met voorziening voor berging en/of infiltratie (<250 m2);

  • e.

    het afkoppelen van hemelwater met voorziening voor berging en/of infiltratie (>250 m2);

  • f.

    vergroenen ofwel ontstenen;

  • g.

    het aanleggen van een groen dak

  • h.

    het aanleggen van een groene gevel (verticale tuin);

  • i.

    het realiseren en in werking hebben van een installatie voor nuttige toepassing van gebufferd hemelwater in een pand (jaarrond);

  • j.

    het plaatsen van binnen-/buitenzonwering voor bestaande ramen en/of het vervangen van bestaande ramen door hittewerend glas in zonbelaste gevels;

  • k.

    niet groene erfscheiding vervangen met groene afscheiding;

  • l.

    het realiseren van een klimaatadaptieve en biodiverse verblijfsplek voor medewerkers;

  • m.

    beplanting van grasstroken en eigen bermen (meer soorten en lagen groen).

Artikel 1.5 Subsidieplafond en verdeelregels

  • 1. Het college stelt jaarlijks voor het daaropvolgende kalenderjaar een subsidieplafond, als bedoeld in artikel 4:22 van de Awb vast en neemt daarbij de gemeentebegroting in acht.

  • 2. Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst tot het vastgestelde subsidieplafond is bereikt. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is.

  • 3. Volledige aanvragen die op dezelfde datum in de volgorde van ontvangst zijn opgenomen, worden geacht tegelijkertijd te zijn ontvangen. Tussen deze aanvragen wordt geloot, indien toekenning tot overschrijding van het subsidieplafond zou leiden.

  • 4. Voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de subsidie geheel geweigerd.

Artikel 1.6 Algemene voorwaarden en verplichtingen

  • 1. Het college kan aan de aanvrager zoals omschreven in artikel 1.1 onder b een subsidie verlenen onder de volgende algemene voorwaarden en verplichtingen:

    • a.

      met het treffen van de voorzieningen wordt het beleidsdoel zoals genoemd in artikel 1.3 in voldoende mate gediend;

    • b.

      per deelactiviteit mag maar voor 1 voorziening subsidie worden aangevraagd.

      Als voorbeeld voor het afkoppelen van een dakvlak:

      Voor hetzelfde afgekoppelde dakvlak kan niet én subsidie aangevraagd worden voor afkoppelen zonder voorziening (doorzagen regenpijp) én afkoppelen met voorziening (aanleg infiltratiekratten) én voor realisatie van een infiltratieveld (omdat er grond is afgegraven om ruimte voor de kratten te maken). Slechts 1 van deze 3 voorzieningen kan van toepassing zijn voor een en hetzelfde af te koppelen dakvlak.

      Aanvragen voor een mix van voorzieningen is alleen toegestaan als het gaat om verschillende voorzieningen per gescheiden dakvlak, bijvoorbeeld:

      Een aanvraag voor afkoppelen met voorziening (b.v. infiltratiekratten) voor een afgekoppeld dakvlak aan de voorzijde. En een aanvraag voor de aanleg infiltratieveld (verlaging maaiveld) voor een tweede afgekoppeld dakvlak aan de achterzijde. En een aanvraag voor afkoppelen zonder voorziening voor een derde afgekoppeld dakvlak (fietsenberging).

    • c.

      de materialen voor de voorziening zijn maximaal zes maanden voor realisatie aangekocht;

    • d.

      de aanvraag kan uitsluitend achteraf worden ingediend tot uiterlijk 6 maanden na realisatie van de voorzieningen waar de aanvraag betrekking op heeft;

    • e.

      de aanvraag is ingediend op een door het college beschikbaar gesteld aanvraagformulier. De aanvraag is volledig ingevuld en voorzien van alle informatie en bijlagen die op het aanvraagformulier verplicht zijn gesteld en in artikel 1.7 staan opgenomen;

    • f.

      er wordt voor minimaal €20,- subsidie aangevraagd;

    • g.

      per categorie voorzieningen zoals genoemd in artikel 1.4 kan er één aanvraag per pand worden ingediend;

    • h.

      collectieve aanvragen per cluster woningen/panden voor een of meerdere voorzieningen zijn toegestaan en worden aangemoedigd met hogere subsidiebedragen t.o.v. individuele aanvragen (collectiviteitsbonus), zie artikel 15;

    • i.

      ontwerp, aanleg en/of installatie zijn deugdelijk uitgevoerd;

    • j.

      de voorziening voldoet aan de geldende wet- en regelgeving (waaronder het welstandsbeleid en de bouwverordening) en is voorzien van de benodigde vergunningen (omgevingsvergunning, monumentenvergunning, etc.);

    • k.

      de aanvrager dient de voorzieningen blijvend in stand te houden en deugdelijk te onderhouden;

    • l.

      herstel, reparatie of uitbreiding van een bestaande voorziening is uitgesloten van subsidie;

    • m.

      steekproefsgewijs kan worden gecontroleerd en in dat kader is de aanvrager verplicht om gegevens te overleggen en medewerking te verlenen aan een eventuele controle ter plaatse; en

    • n.

      per pand kan per type voorziening maar 1 maal subsidie worden aangevraagd. Als kosten voor een voorziening worden gedeeld met de buren, bijvoorbeeld voor het vervangen van een houten schutting door een erfafscheiding van levend groen, dan moet elke eigenaar voor zijn/haar ‘aandeel’ een subsidie aanvragen (dat 1 van de eigenaren dan de aanvraag indient voor de gehele voorziening en het onderhands verrekend met de buren is dan waarschijnlijk praktischer).

  • 2. Naast deze algemene voorwaarden en verplichtingen die voor iedere voorziening gelden, gelden er per voorziening ook nog specifieke voorwaarden en verplichtingen. Die zijn hieronder in artikelen 2 t/m 14 per voorziening opgenomen.

  • 3. Naast deze algemene en specifieke voorwaarden per voorziening, zoals opgenomen in artikelen 2 t/m 14,gelden er aanvullende voorwaarden en bedragen indien het een collectieve aanvraag betreft. Die zijn hieronder in artikel 15 opgenomen.

Artikel 1.7 Aanvraag

  • 1. Na het realiseren van de voorziening(en), kan de aanvrager een aanvraag om subsidie indienen door het insturen van:

    • a.

      een ingevuld en ondertekend aanvraagformulier;

    • b.

      een factuur op naam met technische specificaties en aankoopdatum en/of uitvoeringsdatum;

    • c.

      een foto van de bestaande situatie zonder voorziening en de nieuwe situatie met voorziening, waarbij het pand op de foto duidelijk zichtbaar is;

    • d.

      als deze is vereist: een omgevingsvergunning;

    • e.

      schriftelijke toestemming van de eigenaar (als de aanvrager een huurder of pachter is); en

    • f.

      het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de genoemde gegevens te verlangen, indien die voor het nemen van de beslissing op de aanvraag noodzakelijk respectievelijk voldoende zijn.

Artikel 1.8 Beslissing op aanvraag

  • 1. Het college neemt binnen acht weken na de ontvangst van de volledige aanvraag een beslissing.

  • 2. Het college kan deze termijn eenmalig met vier weken verlengen.

  • 3. Als het college de subsidie verleent, wordt deze gelijktijdig vastgesteld.

  • 4. Het college stelt de subsidie vast met inachtneming van de maximale subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 2.2, 3.2, 4.2, 5.2, 6.2, 7.2, 8.2, 9.2, 10.3, 11.3, 12.2, 13.3, 14.3 of artikel 15.2.

  • 5. De betaling van de subsidie vindt plaats binnen vier weken na de subsidievaststelling.

  • 6. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (subsidie van rechtswege) is niet van toepassing.

Hoofdstuk 2 Subsidie per voorziening

Artikel 2 Plaatsen regenton, -zuil of -schutting

Artikel 2.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel a, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de regenton, regenzuil of het schuttingsegment heeft een minimale capaciteit van 100 liter;

    • b.

      de regenton(nen), zuil(en) of schutting(en) wordt/worden permanent geplaatst bij het betreffende pand; en

    • c.

      per pand wordt subsidie verstrekt voor maximaal twee van de onder artikel 1.4, onderdeel a. geformuleerde voorzieningen.

Artikel 2.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het plaatsen van een regenton bedraagt € 40 per regenton.

  • 2. De subsidie voor het plaatsen van een regenschutting/regenzuil bedraagt € 50 per segment/zuil.

Artikel 3 Planten van loofbomen en/of heesters Artikel 3.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel b, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de te planten boom/heesters moet aan een van de volgende voorwaarden voldoen:

      • i.

        Inheemse boom/heester;

      • ii.

        Fruitboom of;

      • iii.

        Bloeiende boom/heester.

    • Op de duurzaamheidswebsite van gemeente Harderwijk (https://www.harderwijk.nl/subsidies/bomenlijst-stimuleringsregeling) is een lijst met geschikte bomen en heesters opgenomen die aan deze voorwaarden voldoen;

      • b.

        de oppervlakte van de tuin dient in verhouding te zijn tot de boomgrootte. Daarom gelden de volgende uitgangspunten om voor subsidie in aanmerking te komen:

        • i.

        • Tuin oppervlakte

          Boomgrootte (volwassen hoogte)

          < 50 m2 (o.a. voortuinen)

          tot 6 m

          50 - 200 m2

          6-12 m

          > 200 m2

          >12 m

        • ii.

        • Type boom

          Stamomtrek (gemeten op 1 m hoogte bij aanschaf)

          Inheemse boom

          >12 cm

          Fruitboom

          >10 cm

          Bloeiende boom

          >12 cm

  • 2. Geen subsidie wordt verstrekt voor:

    • a.

      bomen die in het kader van een herplantverplichting moeten worden geplant;

    • b.

      exoten die niet voldoende winterhard zijn of die niet van waarde zijn voor de bevordering van de biodiversiteit. Dit is ter beoordeling van de gemeente;

    • c.

      bomen die geplant worden binnen 2 meter van de erfgrens; of

    • d.

      heesters die geplant worden binnen 0,5 meter van de erfgrens.

Artikel 3.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het planten van bomen en/of heesters bedraagt max € 35 per boom en max € 5 per heester.

  • 2. Per pand wordt niet meer dan de werkelijke kosten met een maximum van €140 gesubsidieerd.

Artikel 4 Afkoppelen hemelwater zonder voorziening

Artikel 4.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel c, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betreft een bestaand pand binnen de bebouwde kom;

    • b.

      bij infiltratie op eigen perceel moet er sprake zijn van voldoende niet afgedekte bodem die geschikt is voor infiltratie van regenwater, of moet het afgekoppelde hemelwater kunnen worden geloosd op het hemelwaterriool of oppervlaktewater

    • c.

      de infiltratie van het afgekoppelde hemelwater op eigen terrein of de afvoer van hemelwater naar hemelwaterriool of oppervlaktewater is in de specifieke situatie naar het oordeel van het college haalbaar, waarbij het college bij zijn oordeel de afkoppelkansenkaart van de gemeente Harderwijk betrekt;

    • d.

      het afkoppelen veroorzaakt op enigerlei wijze tot geen overlast; en

    • e.

      het afkoppelen leidt niet tot ongewenste effecten vanuit milieu hygiënisch of hydrologisch oogpunt.

  • 2. De subsidie wordt geweigerd:

    • a.

      Indien naar het oordeel van college hemelwater dat afstroomt van afgekoppeld verhard oppervlak niet geïnfiltreerd kan worden in de bodem, of kan worden afgevoerd naar een hiervoor geschikte voorziening.

Artikel 4.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het afkoppelen van verhard oppervlak zonder specifieke voorzieningen bedraagt €80,- per pand.

Artikel 5 Afkoppelen hemelwater met voorziening (<250 m2)

Artikel 5.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel d, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betreft een bestaand pand binnen de bebouwde kom;

    • b.

      er wordt minimaal 20 mm (= 20 liter per afgekoppelde m2 dakoppervlak) berging op eigen terrein gerealiseerd;

    • c.

      bij infiltratie moet de bodem daarvoor geschikt zijn;

    • d.

      de infiltratie van het afgekoppelde hemelwater op eigen terrein of de afvoer van hemelwater naar oppervlaktewater is in de specifieke situatie naar het oordeel van het college haalbaar, waarbij het college bij zijn oordeel de afkoppelkansenkaart van de gemeente Harderwijk betrekt;

    • e.

      het afkoppelen veroorzaakt op enigerlei wijze tot geen overlast; en

    • f.

      het afkoppelen leidt niet tot ongewenste effecten vanuit milieu hygiënisch of hydrologisch oogpunt.

  • 2. De subsidie wordt geweigerd:

    • a.

      indien naar het oordeel van college hemelwater dat afstroomt van afgekoppeld verhard oppervlak niet geïnfiltreerd kan worden in de bodem, of kan worden afgevoerd naar een hiervoor geschikte voorziening; en/of

    • b.

      indien het aannemelijk is dat afstromend hemelwater onderweg naar infiltratievoorziening, hemelwaterriool of oppervlaktewater vervuild raakt met milieu belastende stoffen zoals meststoffen, minerale olie, uitlogende zware metalen, chemische onkruidbestrijdingsmiddelen etc..

Artikel 5.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het afkoppelen van verhard oppervlak met specifieke voorzieningen bedraagt voor:

    • a.

      het plaatsen van infiltratiekratten: (minimaal 100 liter per stuk) € 30 per 100 liter bergend volume; of

    • b.

      het aanleggen van een infiltratieveld: € 100 per m3 verwijderde grond ten behoeve van berging middels maaiveldverlaging

  • 2. Voor het afkoppelen van verhard oppervlak met specifieke voorzieningen wordt per pand niet meer dan de werkelijke kosten met een maximum van € 1.500 subsidie toegekend.

Artikel 6 Afkoppelen verhard oppervlakte >250 m2

Artikel 6.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel e, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betreft een bestaand pand binnen de bebouwde kom;

    • b.

      er wordt minimaal 250 m2 bestaand verhard oppervlak afgekoppeld van de gemengde riolering (dat mag naast dakoppervlak ook gaan om terreinverharding);

    • c.

      er wordt minimaal 20 mm (= 20 liter per afgekoppelde m2 verhard oppervlak) berging op eigen terrein gerealiseerd;

    • d.

      bij infiltratie moet de bodem daarvoor geschikt zijn;

    • e.

      de infiltratie van het afgekoppelde hemelwater op eigen terrein of de afvoer van hemelwater naar oppervlaktewater is in de specifieke situatie naar het oordeel van het college haalbaar, waarbij het college bij zijn oordeel de afkoppelkansenkaart van de gemeente Harderwijk betrekt;

    • f.

      het afkoppelen veroorzaakt op enigerlei wijze tot geen overlast;

    • g.

      het afkoppelen leidt niet tot ongewenste effecten vanuit milieu hygiënisch of hydrologisch oogpunt; en

    • h.

      een subsidieaanvraag voor voorziening volgens artikel 1.4e kan niet worden gecombineerd met een aanvraag voor voorzieningen volgens artikelen 1.4c/1.4d als het gaat om hetzelfde afgekoppelde verhard oppervlak.

  • 2. De subsidie wordt geweigerd:

    • a.

      indien naar het oordeel van college hemelwater dat afstroomt van afgekoppeld verhard oppervlak niet geïnfiltreerd kan worden in de bodem, of kan worden afgevoerd naar een hiervoor geschikte voorziening; en/of

    • b.

      indien het aannemelijk is dat afstromend hemelwater onderweg naar infiltratievoorziening, hemelwaterriool of oppervlaktewater vervuild raakt met milieu belastende stoffen zoals meststoffen, minerale olie, uitlogende zware metalen, chemische onkruidbestrijdingsmiddelen etc..

Artikel 6.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het afkoppelen van minimaal 250m2 verhard oppervlak met voorzieningen voor berging bedraagt €6,- per m2 (dak)oppervlakte afgekoppeld.

  • 2. Per pand worden niet meer dan de werkelijke kosten en maximaal € 10.000,- subsidie toegekend.

Artikel 7 Vergroenen ofwel ontstenen

Artikel 7.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. De voorzieningen die aangelegd worden betreffen een groenere tuin of terrein waarbij bestaande verharding wordt vervangen door levend groen (heesters, hagen, vaste planten, bomen, gras, etc.). Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel f, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betreft een pand binnen de bebouwde kom; en

    • b.

      de eerste aanleg van een tuin of terrein is uitgesloten van subsidie (het moet gaan om bestaande verharding die er aantoonbaar minimaal 1 jaar heeft gelegen).

Artikel 7.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het vergroenen ofwel ontstenen bedraagt € 10,- per m2.

  • 2. Per pand worden niet meer dan de werkelijke kosten met een maximum van € 500 subsidie toegekend.

Artikel 8 Groen dak Artikel

Artikel 8.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel g, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betreft een pand binnen de bebouwde kom; en

    • b.

      met het aanbrengen van een groen / groenblauw dak wordt het vasthouden en vertragen van hemelwater in voldoende mate gediend, dit ter beoordeling van het college.

Artikel 8.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het aanleggen van een groen /groenblauw dak bedraagt:

    • a.

      € 40,- per m2 aangelegd dak met een laagdikte van 8-20 centimeter;

    • b.

      € 60,- per m2 aangelegd dak met een laagdikte van 20-40 centimeter; en

    • c.

      € 100,- per m2 aangelegd dak met een laagdikte van meer dan 40 centimeter.

  • 2. Per pand worden niet meer dan de werkelijke kosten met een maximum van € 2.500 subsidie toegekend.

Artikel 9 Groene gevel

Artikel 9.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel h, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de groengevel is voorzien van een klimconstructie; en

    • b.

      voor een klimplant moeten voldoende ruimte en grondverbetering worden uitgevoerd om de groene gevel succesvol te ontwikkelen.

Artikel 9.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het aanleggen van een groengevel bedraagt:

    • a.

      € 30,- per m2 klimconstructie met klimplanten in de vaste grond;

    • b.

      € 60,- per m2 klimconstructie voor een groengevel met substraat.

  • 2. Per pand worden niet meer dan de werkelijke kosten met een maximum van € 2.500,- subsidie toegekend.

Artikel 10 Installatie voor nuttige toepassing gebufferd hemelwater in de woning (jaarrond)

Artikel 10.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel i, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de installatie (hemelwaterbuffer: inzameling/filters/pomp/waterverdeling) moet zodanig zijn uitgevoerd dat deze alleen wordt ingezet voor het doel watervoeding van toilet, wasmachine, het leveren van was- en proceswater en vergelijkbare toepassingen in de woning/bedrijf en/of als tuindruppelinstallatie, waarbij geldt dat de voorziening voldoende bereikbaar is voor onderhoud en inspectie. In verband met gezondheidsrisico’s mag het gebufferd hemelwater alleen ingezet worden voor bovengenoemde doelen, maar niet worden versproeid of verneveld en mag het niet voor consumptiedoeleinden worden gebruikt;

    • b.

      er wordt minimaal 20 m2 verhard dakoppervlak op de buffervoorziening aangesloten;

    • c.

      de verhouding tussen buffervolume en aangesloten verhard oppervlak dient minimaal 50 liter/m2 te bedragen. Dit betekent de realisatie van een buffertank van minimaal 1.000 liter ter vervanging van het gebruik van leidingwater; en

    • d.

      er wordt een robuust filter toegepast om storingsvrij functioneren te waarborgen.

Artikel 10.2 Subsidiabele kosten

  • 1. Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de eenmalige investeringskosten verbonden aan ontwerp- en realisatiekosten, waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten, materiaalkosten en omzetbelasting.

  • 2. Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      de administratieve kosten voor de subsidieaanvraag; en

    • b.

      de kosten die verband houden met de aanvraag van de benodigde vergunningen.

Artikel 10.3 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het realiseren en in werking hebben van een voorziening voor de nuttige toepassing van gebufferd hemelwater bedraagt 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 2.500,-per pand.

Artikel 11 Installatie van binnen-/buitenzonwering en/of hittewerend glas voor bestaande ramen in zonbelaste gevels

Artikel 11.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel j, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betreft een bestaand pand binnen de bebouwde kom;

    • b.

      het moet gaan om hittewering voor bestaande ramen in zonbelaste gevels;

    • c.

      de installatie van buitenzonwering moet deugdelijk en stormbestendig worden uitgevoerd; en

    • d.

      er wordt voor minimaal 2 m2 raamoppervlak zonwering of hittewerend glas geïnstalleerd. Het hittewerend glas moet een g-waarde hebben van 0,5 of lager.

Artikel 11.2 Subsidiabele kosten

  • 1. Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de eenmalige investeringskosten verbonden aan ontwerp- en realisatiekosten, waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten, materiaalkosten en omzetbelasting.

  • 2. Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      de administratieve kosten voor de subsidieaanvraag; en

    • b.

      de kosten die verband houden met de aanvraag van de benodigde vergunningen.

Artikel 11.3 Hoogte subsidie

1. De subsidie voor het installeren van binnen-/buitenzonwering en/of hittewerend glas voor ramen in zonbelaste gevels bedraagt 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 2.500,-per pand.

Artikel 12 Groene erfscheiding als vervanging van niet groene erfscheiding

Artikel 12.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel k, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      het moet gaan om een situatie dat een bestaande schutting van niet levend materiaal wordt vervangen door levend groen (heesters, hagen, vaste planten, bomen, gras, etc.);

    • b.

      de groene erfafscheiding wordt niet op/langs een vluchtroute gerealiseerd (zoals een achterpad); en

    • c.

      indien de afscheiding op de perceelgrens komt te staan, dan dient de aanvraag te zijn voorzien van een schriftelijke akkoordverklaring van de eigenaar/huurder aan de andere zijde van de betreffend perceelgrens.

Artikel 12.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidie voor het vervangen van een niet groene erfscheiding (zoals een schutting) door een erfscheiding van levend groen bedraagt 25% van de subsidiabele kosten (constructie en planten) met een maximum van € 250,- per pand.

Artikel 13 klimaatadaptieve en biodiverse verblijfsplek voor medewerkers

Artikel 13.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel l, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de subsidie voor een klimaatadaptieve en biodiverse verblijfsplek (bijvoorbeeld schaduwboom met groene omlijsting, en/of ontharding) voor medewerkers wordt alleen verstrekt voor bedrijfspanden.

Artikel 13.2 Subsidiabele kosten

  • 1. Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de eenmalige investeringskosten verbonden aan ontwerp- en realisatiekosten, waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten, materiaalkosten en omzetbelasting.

  • 2. Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      de administratieve kosten voor de subsidieaanvraag; en

    • b.

      de kosten die verband houden met de aanvraag van de benodigde vergunningen.

Artikel 13.3 Hoogte subsidie

  • 1. Per bedrijfspand worden niet meer dan 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 1.000,- subsidie toegekend.

Artikel 14 Beplanting van grasstroken en eigen bermen

Artikel 14.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4, onderdeel m, gelden in aanvulling op artikel 1.6 de volgende specifieke voorwaarden:

    • a.

      de subsidie voor de planting van grasstroken en eigen bermen wordt alleen vertrekt voor bedrijfspanden.

Artikel 14.2 Subsidiabele kosten

  • 1. Tot de subsidiabele kosten worden gerekend de eenmalige investeringskosten verbonden aan ontwerp- en realisatiekosten, waaronder begrepen in ieder geval de loonkosten, materiaalkosten en omzetbelasting.

  • 2. Niet tot de subsidiabele kosten worden gerekend in ieder geval:

    • a.

      de administratieve kosten voor de subsidieaanvraag; en

    • b.

      de kosten die verband houden met de aanvraag van de benodigde vergunningen.

Artikel 14.3 Hoogte subsidie

  • 1. Per bedrijfspand worden niet meer dan 25% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 500,- subsidie toegekend.

Artikel 15 Collectieve aanvragen

Artikel 15.1 Subsidievoorwaarden

  • 1. Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie voor de voorziening als bedoeld in artikel 1.4 die collectief kan worden verleend, gelden de volgende voorwaarden:

    • a.

      de aanvraag betrekking heeft op een subsidiabele activiteit als bedoeld in artikel 1.4;

    • b.

      de aanvraag wordt gezamenlijk gedaan door één rechtspersoon:

      • i.

        namens minimaal drie verschillende natuurlijke personen en/of rechtspersonen van verschillende panden en voorzien van een schriftelijke akkoordverklaring van de medeaanvragers; of

      • ii.

        als een daartoe gemachtigde vertegenwoordiger van het bestuur/de directie van een stichting (b.v. een onderwijsinstelling) of vereniging; of

      • iii.

        als een daartoe gemachtigde vertegenwoordiger van het bestuur/de directie van een woningbouwcorporatie en voorzien van een schriftelijke akkoordverklaring van de huurders waar de te subsidiëren voorzieningen geplaatst gaan worden.

Artikel 15.2 Hoogte subsidie

  • 1. De subsidiabele kosten zoals aangegeven in artikel 2 t/m 14 verhoogd met 25%.

  • 2. Per collectieve aanvraag wordt een maximum van € 10.000,- subsidie toegekend.

Hoofdstuk 3 Overige bepalingen

Artikel 16 Weigerings- intrekkings- en terugvorderingsgronden algemeen

Artikel 16.1 Subsidie weigeren, intrekken en/of terugvorderen

  • 1. De subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien:

    • a.

      er sprake is van een situatie beschreven in artikel 4:35 of 4:49 van de Awb of in artikel 9 van de Asv, met uitzondering van artikel 9, derde lid, sub g, van de Asv;

    • b.

      het blijkt te gaan om een aanvraag voor een (bestaand) pand dat buiten de gemeentegrenzen van Harderwijk staat;

    • c.

      het bedrag waarvoor subsidie wordt gevraagd het subsidieplafond overschrijdt;

    • d.

      de aanvraag niet voldoet aan het doel van de regeling, zoals genoemd in artikel 1.3;

    • e.

      de aanvraag niet past binnen de subsidiabele voorzieningen zoals genoemd in artikel 1.4;

    • f.

      er niet wordt voldaan aan de vereisten zoals genoemd in de artikelen: 1.6, 1.7, 2.1, 3.1, 4.1, 5.1, 6.1, 7.1 8.1, 9.1, 10.1, 11.1, 11.2, 12.1, 13.1, 14.1, 15.1; en

    • g.

      er voor dezelfde subsidiabele activiteit voor het gehele aangevraagde bedrag vanuit een andere regeling of voorziening (ook van andere overheids(instellingen) al een subsidie of budget in welke vorm dan ook aan de aanvrager beschikbaar is gesteld en toekenning van de aanvraag tot een dubbeling zou leiden. Er kan voor eenzelfde activiteit geen dubbele subsidie worden aangevraagd.

  • 2. De subsidie wordt in ieder geval ingetrokken, indien achteraf komt vast te staan dat zich een weigeringsgrond als omschreven in het eerste lid heeft voorgedaan.

  • 3. De subsidie wordt teruggevorderd indien de subsidie is ingetrokken.

Artikel 17 Slotbepalingen

Artikel 17.1 Onvoorziene gevallen en hardheidsclausule

  • 1. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

  • 2. Het college kan in bijzondere omstandigheden afwijken van het bepaalde in deze regeling indien onverkorte toepassing zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 17.2 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze regeling treedt in werking op de dag na die van bekendmaking, onder gelijktijdige intrekking van de ‘Subsidieregeling klimaat adaptatie maatregelen Harderwijk 2022’.

  • 2. Deze regeling wordt aangehaald als ‘Subsidieregeling klimaat adaptatie voorzieningen Harderwijk 2024’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 maart 2024.

mevrouw F.H.W. de Jong

secretaris

de heer J. Joon

burgemeester