Beleidsregel Bibob gemeente Kampen 2024

Geldend van 27-03-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel Bibob gemeente Kampen 2024

De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen, ieder voor zover het hun eigen bevoegdheden betreft;

gelezen het voorstel met kenmerk 11317-2024

overwegende, dat de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur hen beleidsruimte verschaft bij de besluitvorming omtrent het toepassen van de uit deze Wet voortvloeiende bevoegdheden en gemeente Kampen alleen zaken wilt doen met integere en bonafide partijen,

gelet op:

  • -

    de Wet Bevordering integriteitsbepalingen door het openbaar bestuur (hierna: Bibob);

  • -

    artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    alsook de relevante bepalingen in de Alcoholwet, de Omgevingswet, de Huisvestingswet, de Algemene plaatselijke verordening Kampen 2001 (m.b.t. gemeentelijke vergunningen), de Jeugdwet, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, de gemeentelijke subsidieverordening(en), de Aanbestedingswet 2012 en het Burgerlijk Wetboek.

besluiten vast te stellen de navolgende:

Beleidsregel Bibob gemeente Kampen 2024

Hoofdstuk 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

    • -

      aanvraag: de aanvraag in de zin van het eerste lid van de Wet Bibob;

    • -

      APV: Algemene plaatselijke verordening gemeente Kampen 2001;

    • -

      Awb: Algemene wet bestuursrecht;

    • -

      bestuursorgaan: de burgemeester onderscheidenlijk het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen;

    • -

      betrokkene: de aanvrager van een beschikking, de subsidie-ontvanger, de vergunninghouder, de gegadigde, de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie een overheidsopdracht is of zal worden gegund, de onderaannemer, de natuurlijke persoon of rechtspersoon met wie een vastgoedtransactie is of zal worden aangegaan of met wie wordt onderhandeld over een dergelijke transactie, de beoogd verkrijger van de erfpacht of de opstal waarvoor toestemming is gevraagd als bedoeld in de begripsbepaling “vastgoedtransactie”, zoals bedoeld in artikel 1, eerste lid sub 2 van de Wet Bibob.

    • -

      Bibob-vragenformulier: een formulier gebaseerd op de regeling als bedoeld in artikel 7a, vijfde lid van de Wet;

    • -

      gemeente: de gemeente Kampen;

    • -

      eigen ambtelijke informatie: informatie die binnen de gemeentelijke organisatie aanwezig is en die de gemeente in het kader van het eigen onderzoek kan gebruiken en/of informatie waarover de gemeente op verzoek over kan beschikken, zoals omschreven in de toelichting van deze beleidsregel;

    • -

      eigen onderzoek: de wijze waarop de gemeente Kampen in beginsel toepassing geeft aan artikel 7a van de Wet. Het eigen onderzoek naar feiten en omstandigheden als bedoeld in artikel 3, eerste lid tot en met 6 en artikel 9, tweede en derde lid van de Wet is nader omschreven in de toelichting van deze beleidsregel;

    • -

      overheidsopdracht: een opdracht zoals bedoeld in artikel 1.1 van de Aanbestedingswet 2012;

    • -

      rechtspersoon met een overheidstaak: de gemeente Kampen;

    • -

      RIEC: het Regionaal Informatie- en Expertisecentrum, het regionaal samenwerkingsverband zoals bedoeld in artikel 28, tweede lid, sub d van de Wet;

    • -

      Landelijk Bureau Bibob: het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur zoals bedoeld in artikel 8 van de Wet;

    • -

      Wet: de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob).

  • 2.

    Waar in deze beleidsregel “gemeente Kampen” wordt genoemd, wordt hiermee zowel het bestuursorgaan als – wanneer van toepassing – de rechtspersoon met een overheidstaak bedoeld.

  • 3.

    De definities zoals genoemd in artikel 1, eerste lid van de Wet zijn van overeenkomstige toepassing op deze beleidsregel, tenzij daarover in het eerste lid van dit artikel anders is bepaald.

Artikel 2 Algemene uitzondering

Het eigen onderzoek door de gemeente wordt niet uitgevoerd, behalve als daartoe aanleiding bestaat,

in het geval een aanvraag afkomstig is van:

  • a.

    overheidsinstanties;

  • b.

    semi-overheidsinstanties;

  • c.

    woning(bouw)corporaties (die op grond van de Woningwet zijn aangewezen als toegelaten instellingen voor de volkshuisvesting).

Hoofdstuk 2 Publiekrechtelijke beschikkingen

Artikel 3 Toepassingsbereik bij aanvragen om een beschikking

  • 1.

    De gemeente start, met inachtneming van hetgeen in deze beleidsregels daarover is bepaald, bij de volgende aanvragen om een beschikking een eigen onderzoek:

    • a.

      artikel 3 van de Alcoholwet (Alcoholwetvergunning), bijvoorbeeld indien sprake is van vestiging van een nieuw bedrijf, de overname van een bestaand bedrijf, de overname van (de meerderheid) van de aandelen van een bestaand bedrijf, de wijziging in het bestuur van een bestaand bedrijf, de wijziging van rechtsvorm van de onderneming of de wijziging van de openbare inrichting;

    • b.

      artikel 3 van de Alcoholwet ( paracommerciële rechtspersonen als bedoeld in artikel 4 van de Alcoholwet) waarbij de exploitatie van de horeca-activiteiten niet in eigen beheer plaatsvinden;

    • c.

      artikel 2.3.1.2 van de APV (Exploitatievergunning openbare inrichting);

    • d.

      artikel 2.3.3.1 van de APV (Exploitatievergunning speelgelegenheid);

    • e.

      artikel 2.2.2 van de APV (evenementenvergunning), waarbij de toepassing van het eigen onderzoek beperkt blijft tot aanvragen voor evenementen die door of namens commerciële partijen worden georganiseerd dan wel (in omvang) op een bedrijfsmatige wijze georganiseerd worden.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid van dit artikel, wordt door de gemeente een eigen onderzoek gestart wanneer een beschikking wordt aangevraagd om één of meerdere activiteiten uit te voeren en/of projecten te starten zoals genoemd in Bijlage 1 van deze beleidsregel (risicocategorieën).

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in het eerste lid van dit artikel, wordt door de gemeente een eigen onderzoek gestart wanneer een beschikking wordt aangevraagd voor een locatie welke is aangemerkt als risicogebied zoals genoemd in Bijlage 2 van deze beleidsregel.

  • 4.

    Indien er sprake is van eigen of ambtelijke informatie, informatie afkomstig van één van de partners van het RIEC, een tip van het Landelijk Bureau Bibob (artikel 11 van de Wet), een tip van de officier van justitie dan wel een tip van een ander bestuursorgaan of rechtspersoon met een overheidstaak (artikel 26 van de Wet) wordt door de gemeente een eigen onderzoek gestart bij de navolgende aanvragen:

    • a.

      de aanvraag als bedoeld in artikel 30a van de Alcoholwet (bijschrijving leidinggevende op Alcoholwetvergunning);

    • b.

      artikel 30b van de Wet op de kansspelen (aanwezigheidsvergunning kansspelautomaat);

    • c.

      de aanvraag als bedoeld in artikel 3 van de Alcoholwet, in het geval het een paracommerciële rechtspersoon betreft, als bedoeld in artikel 4 van de Alcoholwet (Alcoholwetvergunning paracommerciële rechtspersonen);

    • d.

      de aanvragen als bedoeld in artikel 5.31 van de Omgevingswet, te weten;

      • -

        een bouwactiviteit;

      • -

        een omgevingsplanactiviteit;

      • -

        een milieubelastende activiteit;

    • e.

      de aanvragen als bedoeld in artikel 4.19b van de Omgevingswet (wijziging Omgevingsplan op aanvraag);

    • f.

      overige aanvragen om beschikkingen die niet eerder zijn benoemd in deze beleidsregel, of die niet vallen onder de in Bijlage 1 van deze beleidsregel genoemde risicocategorieën of in Bijlage 2 genoemde risicogebied(en), waarbij de gemeente bevoegd is tot het toepassen van de Wet.

Artikel 4 Toepassingsbereik bij verleende beschikkingen

  • 1.

    De gemeente start een eigen onderzoek bij verleende beschikkingen indien:

    • a.

      hiertoe aanleiding bestaat door eigen ambtelijke informatie en/of informatie afkomstig van één van de partners van het samenwerkingsverband RIEC;

    • b.

      er een tip van het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in artikel 11 van de Wet is ontvangen;

    • c.

      er een tip van de officier van justitie, een tip van een ander bestuursorgaan dat of een rechtspersoon met een overheidstaak die bevoegd is tot toepassing van deze Wet, als bedoeld in artikel 26 van de Wet is ontvangen.

  • 2.

    De gemeente kan een eigen onderzoek starten bij een verleende beschikking indien de verstrekte beschikking betrekking heeft op een activiteit en/of gelegen is in een concreet bepaald gebied, dat op basis van een daartoe genomen besluit van de gemeente na de verstrekking van de beschikking, in Bijlage 1 is aangewezen als een risicocategorie en/of valt binnen een in Bijlage 2 genoemd risicogebied.

Artikel 5 Toepassingsbereik bij subsidies

De gemeente kan een eigen onderzoek starten met betrekking tot een aanvraag om een subsidie dan

wel een reeds vastgestelde of verleende subsidie zoals bedoeld in de algemene subsidieverordening,

indien:

  • a.

    de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd valt onder één of meer van de in de Bijlage 1 genoemde risicocategorieën en/of risicogebieden dan wel;

  • b.

    hiertoe aanleiding bestaat door eigen ambtelijke informatie en/of informatie afkomstig van één van de partners van het samenwerkingsverband RIEC;

  • c.

    er een tip van het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in artikel 11 van de Wet is ontvangen;

  • d.

    er een tip van de officier van justitie, een tip van een ander bestuursorgaan dat of een rechtspersoon met een overheidstaak die bevoegd is tot toepassing van deze wet, als bedoeld in artikel 26 van de Wet is ontvangen.

Artikel 6 Weigering volledig invullen Bibob-vragenformulieren

  • 1.

    Bij een weigering om de Bibob-vragenformulieren volledig ingevuld te retourneren, zullen bij aanvragen om een beschikking de daartoe gestelde regels van de Awb toegepast worden. Bij volharding zal de gevraagde beschikking buiten behandeling worden gesteld ingevolge artikel 4:5 van de Awb;

  • 2.

    Bij verleende beschikkingen zal een weigering op grond van artikel 4, eerste lid van de Wet worden beschouwd als een ernstige mate van gevaar als bedoeld in artikel 3 van de Wet. De verstrekte vergunning kan als gevolg daarvan worden ingetrokken.

Hoofdstuk 3 Privaatrechtelijke transacties

Artikel 7 Toepassingsbereik bij vastgoedtransacties

  • 1.

    De gemeente start een eigen onderzoek indien:

    • a.

      het vastgoedobject gebruikt wordt of gebruikt gaat worden voor één of meerdere activiteiten die genoemd zijn in Bijlage 1 van deze beleidsregel en/of het object gesitueerd is in een in Bijlage 2 bij deze beleidsregel genoemd risicogebied;

    • b.

      het een beeldbepalend vastgoedobject betreft;

    • c.

      er sprake is van een exceptioneel financieel risico voor de gemeente;

    • d.

      wanneer tevens sprake is van een aanvraag om beschikking zoals genoemd in hoofdstuk 2 van deze beleidsregel;

    • e.

      hiertoe aanleiding bestaat door eigen ambtelijke informatie en/of informatie afkomstig van één van de partners van het samenwerkingsverband RIEC;

    • f.

      er een tip van het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in artikel 11 van de Wet is ontvangen;

    • g.

      er een tip van de officier van justitie, een tip van een ander bestuursorgaan dat of een rechtspersoon met een overheidstaak die bevoegd is tot toepassing van deze wet, als bedoeld in artikel 26 van de Wet is ontvangen.

  • 2.

    Bij de start van de onderhandelingen, maakt het bestuursorgaan kenbaar aan de wederpartij dat een eigen onderzoek door de gemeente onderdeel uit kan maken van de procedure.

  • 3.

    In de overeenkomst wordt een integriteitsclausule opgenomen, op basis waarvan kan worden overgegaan tot ontbinding, opzegging, vernietiging of opschorting van de overeenkomst indien dit op grond van de uitkomsten van het onderzoek noodzakelijk blijkt te zijn.

Artikel 8 Reeds aangegane vastgoedtransacties

Het bestuursorgaan zal, nadat de vastgoedtransactie tot stand is gekomen, in ieder geval een Bibob-

toets uitvoeren indien er signalen zijn op grond van:

  • a.

    ambtshalve bekende informatie of eigen bevindingen; en/of

  • b.

    informatie afkomstig van een van de partners uit het samenwerkingsverband met het RIEC; en/of

  • c.

    verkregen informatie vanuit het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in artikel 11 en artikel 11a van de Wet; en/of

  • d.

    verkregen informatie vanuit het Openbaar Ministerie als bedoeld in artikel 26 van de Wet (OM-tip), aanwijzingen die het vermoeden rechtvaardigen dat er sprake is van ernstig gevaar conform artikel 3 van de Wet.

Artikel 9 Toepassingsbereik bij overheidsopdrachten

  • 1.

    De gemeente start een eigen onderzoek indien:

    • a.

      de activiteit(en) waarop de overheidsopdracht ziet genoemd zijn in Bijlage 1 van deze beleidsregel en/of de opdracht wordt uitgevoerd in een gebied dat in Bijlage 2 bij deze beleidsregel genoemd is als risicogebied;

    • b.

      uit eigen ambtelijke informatie en/ of informatie afkomstig van één van de partners van het samenwerkingsverband RIEC hier aanleiding toe is;

    • c.

      er een tip van het Landelijk Bureau Bibob als bedoeld in artikel 11 van de Wet is ontvangen;

    • d.

      er een tip van de officier van justitie, een tip van een ander bestuursorgaan dat of een rechtspersoon met een overheidstaak die bevoegd is tot toepassing van de Wet, als bedoeld in artikel 26 van de Wet is ontvangen.

  • 2.

    De gemeente start tevens een onderzoek indien één van de onderdelen uit het eerste lid van toepassing is op een onderaannemer.

  • 3.

    Bij de uitvoering van de overeenkomst kan voornoemde aanleiding zijn om een eigen onderzoek te starten naar de contractpartij en/of de onderaannemer.

  • 4.

    In (aanbestedings)documenten zal worden opgenomen dat inschrijvende partijen er rekening mee moeten houden dat de gemeente, alvorens tot definitieve gunning wordt overgegaan, een eigen onderzoek kan starten, dan wel advies kan inwinnen zoals bedoeld in artikel 9, tweede lid van de Wet.

  • 5.

    In de te sluiten overeenkomsten kan een integriteitsclausule worden opgenomen waarin is aangegeven dat de overeenkomst kan worden ontbonden indien één van de situaties, bedoeld in artikel 9, tweede lid van de Wet zich voordoet.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na bekendmaking.

Artikel 11 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel Bibob gemeente Kampen 2024.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 12 maart 2024.

Het college van burgemeester en wethouders,

N.J. Middelbos,

secretaris

S. de Rouwe,

burgemeester

De burgemeester,

S. de Rouwe

Bijlage 1 Risicocategorieën

Toelichting:

In deze bijlage zijn activiteiten opgenomen, waarbij er een risico aanwezig is dat met die activiteiten strafbare feiten worden gepleegd, dan wel dat die activiteiten worden gebruikt om onrechtmatig verkregen voordelen te benutten.

De Wet kan enkel worden toegepast indien er sprake is van een (aanvraag voor een) verleende beschikking (bijvoorbeeld een vergunning of subsidie) of een privaatrechtelijke rechtshandeling (overheidsopdracht of vastgoedtransactie).

De beleidsregel met de bijbehorende lijst van risicocategorieën is zo opgesteld om in een zo vroeg mogelijk stadium de Wet te kunnen inzetten, dit voorkomt dat een initiatiefnemer te maken krijgt met meerdere Bibob-toetsen en/of dat pas in een laat stadium de integriteit van de initiatiefnemer wordt getoetst.

Wanneer door een initiatiefnemer een (voorgenomen) project wordt ingediend, waarbij één of meerdere activiteiten behorende tot de risico-categorieën gaan plaatsvinden, zal beoordeeld worden voor welke activiteit een beschikking dient te worden verleend (die onder de werking van de Wet valt) of dat er een vastgoedtransactie of overheidsopdracht zal worden aangegaan.

Belangrijk hierbij wel is dat inzichtelijk is wie (uiteindelijk) zeggenschap heeft over de activiteiten (eindgebruiker) en hoe de financiering van het volledige project gaat plaatsvinden.

Wanneer de initiatiefnemer niet de uiteindelijke eindgebruiker/betrokkene is, of wanneer de financiering nog niet (volledig) bekend is, kan het zijn dat er op grond van de Wet meerdere toetsmomenten zijn. Bijvoorbeeld wanneer de eigenaar van het hotel een vastgoedtransactie aangaat en het bouwwerk realiseert waarbij een andere partij de gebruiker van het hotel wordt die de Alcoholwetvergunning aanvraagt. Een ander voorbeeld is wanneer projecten na realisatie in delen worden verkocht waarbij vooraf nog niet alle kopers bekend zijn.

De lijst met risicocategorieën is tot stand gekomen vanwege het feit dat deze activiteiten specifiek zijn aangewezen om de Wet op toe te passen (zoals bijvoorbeeld de Alcoholwetvergunning en bepaalde omgevingswetvergunningen), als voorbeeld zijn genoemd ter onderbouwing van de wetswijziging (o.a. bij vastgoed en overheidsopdrachten) en op basis van ervaringen die gemeenten in de afgelopen jaren hebben opgedaan bij het toepassen van de wet.

Risicocategorieën waarbij de gemeente in beginsel de Wet zal toepassen:

  • -

    Hotels/ pensions

  • -

    Kamerverhuurbedrijven (alsmede omgevingsvergunningen voor kamerverhuur- en/ of logiespanden)

  • -

    Omzetten/ splitsen van woningen/ panden voor kamerverhuur of realisatie van (meerdere) woonruimten

  • -

    Transformatie kantoorpanden (naar woningen en/ of kamers)

  • -

    Recreatieparken en jachthavens

  • -

    Garageboxen/ opslagruimtes

  • -

    Bedrijfsverzamelgebouwen

  • -

    Darkstores

  • -

    Horecabedrijven

  • -

    Coffeeshops

  • -

    Shisha lounges

  • -

    Smartshops/ Headshops/ Giftshops

  • -

    Prostitutie- en seksbedrijven, escortbedrijven, seksbioscopen, erotische massagesalons, sekswinkels

  • -

    Vechtsportgala’s (of vergelijkbare evenementen)

  • -

    Ride outs motorclubs (of vergelijkbare evenementen)

  • -

    Speelautomatenhallen/ Gamecenters

  • -

    Afvalbewerkings- en -verwerkingsbedrijven

  • -

    Afvalrecyclingbedrijven

  • -

    Inrichtingen voor het reinigen van drukhouders, insluitsystemen, ketels, vaten, mobiele tanks, tankauto's, tank- of bulkcontainers

  • -

    Verhuur en verkoop van transportmiddelen (auto’s, (bestel)bussen, deelvoertuigen)

  • -

    Sloopbedrijven

  • -

    Asbestverwijderingsbedrijven

  • -

    Autodemontagebedrijven

  • -

    Vuurwerkbranche

  • -

    Wellnesscentra/ zonnestudio’s

  • -

    Kappers/ Barbershops/ Nagelstudio’s/ Tattooshops/Piercingshops

  • -

    Fitnessbedrijven/ sportscholen

  • -

    Sporthallen/complexen

  • -

    Scholen

  • -

    Energieproducenten (w.o. (mest)vergisters, windmolens, zonneparken, etc.)

  • -

    Zorgbureaus/ zorgaanbieders (inclusief aanbieden van zorgwoningen)

  • -

    Reïntegratiebedrijven en/ of activiteiten;

  • -

    Verkoop van bedrijfskavels waarop één of meerdere van in deze Bijlage 1 genoemde activiteiten plaatsvinden of zullen gaan plaatsvinden

  • -

    Verhuur van gemeentelijk vastgoed waarop één of meerdere van in deze Bijlage 1 genoemde activiteiten plaatsvinden of zullen gaan plaatsvinden

  • -

    Verkoop (voormalige) overheidsgebouwen

Bijlage 2 Risicogebieden

De gemeente kan bepaalde gebieden aanwijzen waarbij het wenselijk is dat in dat gebied een eigen onderzoek wordt gestart indien sprake is van een aanvraag om een beschikking (of een verleende vergunning), een vastgoedtransactie wordt aangegaan of een overheidsopdracht wordt gegund.

Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn bij nieuw te ontwikkelen bedrijventerreinen, revitalisatie van gebieden of bepaalde gebieden waar sprake is van (vermoedens van) ondermijnende activiteiten.

Aangewezen risicogebieden:

Als risicogebieden als bedoeld in deze Beleidsregel worden aangewezen:

  • -

    alle industrieterreinen binnen de gemeente Kampen, zoals aangegeven in bijlage 3; en

  • -

    het horecacentrumgebied van de gemeente Kampen, zoals aangegeven in bijlage 4.

Bijlage 3 – Industrieterreinen gemeente Kampen

Industrieterrein Kampen

afbeelding binnen de regeling

Industrieterrein IJsselmuiden

afbeelding binnen de regeling

Bijlage 4 – Horecacentrumgebied gemeente Kampen

afbeelding binnen de regeling