Verordening van de raad van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie (Controleverordening gemeente Zutphen 2024)

Geldend van 28-03-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2023

Intitulé

Verordening van de raad van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie (Controleverordening gemeente Zutphen 2024)

Ons kenmerk: 606131

De raad van de gemeente Zutphen,

gelet op artikel 213, eerste lid van de Gemeentewet en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening van de raad van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie (Controleverordening gemeente Zutphen 2024)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    accountant: een door de raad aangewezen accountant als bedoeld in artikel 213, tweede lid van de Gemeentewet;

  • b.

    accountantscontrole: controle van de in artikel 197 van de Gemeentewet bedoelde jaarrekening door de accountant;

  • c.

    auditcommissie: de commissie, als bedoeld in de Verordening auditcommissie gemeente Zutphen 2023;

  • d.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • e.

    deelverantwoording: een in opdracht van de raad ten behoeve van de verslaglegging opgestelde verantwoording van een deel van de gemeentelijke organisatie, welke verantwoording onderdeel uitmaakt van de jaarrekening;

  • f.

    gemeente: gemeente Zutphen;

  • g.

    raad: de gemeenteraad;

  • h.

    rechtmatigheidsverantwoording: de rapportage van het college waarbij aangegeven wordt in welke mate de totstandkoming van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan overeenstemmen met de relevante wet- en regelgeving.

Artikel 2 Opdrachtverlening accountantscontrole

  • 1.

    De accountantscontrole wordt opgedragen aan een door de raad aan te wijzen accountant op voorstel van de auditcommissie. De aanwijzing van de accountant geschiedt voor een periode die bepaald wordt in de aanbestedingsdocumenten.

  • 2.

    Het college bereidt in overleg met de raad de aanbesteding van de accountantscontrole voor.

  • 3.

    De raad stelt voor de aanbesteding van de accountantscontrole het programma van eisen vast.

Artikel 3 Informatieverstrekking door college

  • 1.

    Het college is verantwoordelijk voor de samenstelling van de jaarrekening, met de rechtmatigheidsverantwoording, conform de geldende interne en externe wet- en regelgeving en overlegt deze aan de accountant voor controle.

  • 2.

    Het college draagt er zorg voor dat alle aan de jaarrekening ten grondslag liggende bescheiden voor de accountant ter inzage liggen en goed toegankelijk zijn.

  • 3.

    Bij de jaarrekening bevestigt het college schriftelijk aan de accountant, dat alle hem bekende informatie van belang voor de oordeelsvorming van de accountant is verstrekt.

  • 4.

    Het college overlegt de gecontroleerde jaarrekening samen met de controleverklaring en het verslag van bevindingen uiterlijk 1 juli aan de raad.

  • 5.

    Alle informatie die na afgifte van de controleverklaring en voor behandeling van de jaarrekening in de raad beschikbaar komt en die van invloed is op het beeld dat de jaarrekening geeft, wordt terstond door het college aan de raad en de accountant gemeld.

Artikel 4 Inrichting accountantscontrole

  • 1.

    De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de wijze waarop de accountantscontrole wordt ingericht, alsmede de aard en de omvang van de daarbij behorende werkzaamheden.

  • 2.

    De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de frequentie van de uit te voeren controles.

  • 3.

    Ter bevordering van een efficiënte en doeltreffende accountantscontrole vindt periodiek (afstemmings-)overleg plaats tussen de accountant, de auditcommissie, de verantwoordelijke portefeuillehouder en een ambtelijke vertegenwoordiging.

Artikel 5 Toegang tot informatie door accountant

  • 1.

    Het college draagt er zorg voor dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle relevante werkplaatsen van de gemeente.

  • 2.

    De accountant is bevoegd om van alle in de gemeentelijke organisatie werkende personen mondelinge en schriftelijke inlichtingen en verklaringen te verlangen die hij voor de uitvoering van zijn opdracht denkt nodig te hebben. Het college draagt er zorg voor, dat de in de gemeentelijke organisatie werkende personen hieraan hun medewerking verlenen.

  • 3.

    Het college draagt er zorg voor, dat alle in de gemeentelijke organisatie werkende personen zijn gehouden de accountant alle informatie te verstrekken, zodat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over het gevoerde financiële beheer, de getrouwheid van zowel het financiële beeld als de verklaring omtrent de rechtmatige totstandkoming van de baten en lasten.

Artikel 6 Overige controles en opdrachten

  • 1.

    Het college kan de door de raad benoemde accountant opdracht geven tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid voor zover de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt.

  • 2.

    Het college draagt zorg voor de uitvoering van het beleid betreffende de specifieke uitkeringen volgens de eisen van rechtmatigheid van de ministeries.

  • 3.

    Het college draagt zorg voor de verantwoording aan derden en neemt hierbij de gestelde controle-eisen in acht. Als een deel van deze vereisten moet worden uitgevoerd door een accountant, is het college bevoegd hiervoor de opdracht te verlenen aan een andere dan de door de raad benoemde accountant.

Artikel 7 Rapportering door accountant

  • 1.

    Als de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring, meldt hij deze terstond schriftelijk aan de raad en zendt een afschrift hiervan aan het college.

  • 2.

    De controleverklaring en het verslag van bevindingen worden voor verzending aan de raad door de accountant aan het college voorgelegd met de mogelijkheid voor het college om op deze stukken te reageren.

  • 3.

    Het verslag van bevindingen behorende bij de (interim)controle ten behoeve van het management (de managementletter) wordt door het college ter kennisname aangeboden aan de auditcommissie. De bestuurlijke samenvatting van de managementletter (de Boardletter) wordt ter bespreking aangeboden aan de auditcommissie.

  • 4.

    De accountant bespreekt voorafgaand aan de raadsbehandeling van de jaarstukken het verslag van bevindingen met de auditcommissie.

Artikel 8 Hardheidsclausule

De raad en het college kunnen één of meer artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing, gelet op het belang van de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 9 Intrekking oude regeling

De Controleverordening gemeente Zutphen 2016, zoals vastgesteld bij besluit van 23 mei 2016, wordt ingetrokken.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Controleverordening gemeente Zutphen 2024.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van

de raad van de gemeente Zutphen,

gehouden op: 29 januari 2024

De voorzitter, de griffier,

Toelichting

Algemene toelichting

Artikel 213 van de Gemeentewet verplicht de raad bij verordening regels vast te stellen voor de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie. Door middel van deze verordening over de controle op het financiële beheer en de inrichting van de financiële organisatie (artikel 213 Gemeentewet) stelt de raad de kaders voor de accountantscontrole, gebruik makend van de mogelijkheden die artikel 213 van de Gemeentewet en het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (hierna: Bado) daartoe bieden.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit artikel worden de in deze verordening gehanteerde begrippen omschreven.

Artikel 2 Opdrachtverlening accountantscontrole

Na afloop van ieder begrotingsjaar moet het college verantwoording afleggen aan de raad over het gevoerde bestuur door overlegging van de jaarrekening en het jaarverslag (artikel 197, eerste lid Gemeentewet). Voor het overleggen van deze stukken aan de raad moet de jaarrekening door een bevoegd accountant zijn gecontroleerd (artikel 197, tweede lid Gemeentewet). De accountant controleert de jaarrekening in opdracht van de raad. De raad wijst daarom ook de accountant aan (artikel 213, tweede lid Gemeentewet).

Artikel 2 regelt de opdrachtverlening van de accountantscontrole van de gemeentelijke jaarrekening. Het eerste lid legt vast dat de periode van de verbintenis met de accountant bepaald wordt in de aanbestedingsdocumenten. Het tweede lid regelt dat het college verantwoordelijk is voor de uitvoering van de aanbesteding van de accountantscontrole van de jaarrekening. In het derde lid is geregeld dat de raad het programma van eisen vaststelt.

Voor de accountantscontrole geldt het criterium dat krachtens artikel 213, zesde lid Gemeentewet door de minister is vastgesteld. Het Besluit accountantscontrole provincies en gemeenten bevat onder andere regels voor de omvangsbasis en goedkeuringstolerantie voor de controleverklaring en de rapporteringtolerantie voor het verslag van bevindingen.

Artikel 3 Informatieverstrekking door college

Dit artikel regelt de verplichtingen van het college voor de verstrekking van de achterliggende informatie aan de accountant. Voor de controle van de jaarrekening doet de accountant onderzoek naar de onderliggende bescheiden. Het tweede lid draagt aan het college op deze onderliggende bescheiden goed toegankelijk ter inzage aan de accountant beschikbaar te stellen.

In het vierde lid wordt een uiterlijke datum aan het college gesteld voor de overlegging van de gecontroleerde jaarrekening aan de raad. De jaarrekening moet namelijk binnen twee weken na vaststelling, maar in elk geval voor 15 juli worden toegezonden aan Gedeputeerde Staten (artikel 200 Gemeentewet). Voor de datum van 1 juli moet de jaarrekening door de raad zijn behandeld en moet een eventuele erop volgende indemniteitsprocedure (artikel 198 Gemeentewet) zijn doorlopen en de jaarrekening wel of niet zijn vastgesteld.

De accountant zendt de controleverklaring en het verslag van bevindingen rechtstreeks aan de raad. Het vijfde lid van het artikel is opgenomen om verrassingen tijdens de raadsbehandeling uit te sluiten.

Artikel 4 Inrichting accountantscontrole

Dit artikel regelt de bevoegdheidsverdeling tussen de accountant en het college ten aanzien van de inrichting van de accountantscontrole. De accountant is leidend ten aanzien van de inrichting van de accountantscontrole. Hij mag zelfs onaangekondigd controles uitvoeren. Het college is hierin volgend. Wel moet er ter bevordering van een soepele accountantscontrole periodiek overleg worden gevoerd tussen de accountant en een vertegenwoordiging van de gemeente. Ook is uitwisseling van informatie gewenst over specifieke aandachtsgebieden bij de accountantscontrole.

Artikel 5 Toegang tot informatie door accountant

Om een goede controle uit te voeren moet de accountant onbelemmerd onderzoek kunnen doen. Dit uiteraard met inachtneming van de afspraken met de raad, zoals neergelegd in het programma van eisen bij de aanbesteding. Het artikel legt aan het college de plicht op om er voor te zorgen, dat de accountant een onbelemmerde toegang heeft tot alle werkplaatsen van de gemeente en de in de gemeentelijke organisatie werkende personen volledig meewerken aan de accountantscontrole.

Artikel 6 Overige controles en opdrachten

Naast de controle van de jaarrekening zijn er meer werkzaamheden binnen de gemeente die de inzet van een accountant (kunnen) vereisen.

De aanwijzing van de accountant voor andere accountantscontroles is een bevoegdheid van het college. Ook kan het college besluiten om advieswerkzaamheden uit te besteden aan de door de raad benoemde accountant. Het betreft hier vanzelfsprekend advieswerkzaamheden die samenhangen met de natuurlijke adviesfunctie van de accountant die de onafhankelijkheid van de accountant niet in gevaar brengen.

Artikel 7 Rapportering door accountant

Artikel 213, derde en vierde lid Gemeentewet regelen de rapportering en de inhoud daarvan van de accountant aan de raad en het college. Aanvullend daarop kunnen in het programma van eisen bij de aanbesteding aanvullende inhoudelijke eisen worden gesteld, maar ook aanvullende rapporteringen van de accountant worden verlangd (artikel 2, derde lid).

Artikel 7 regelt aanvullende zaken over de rapportering op grond van de door de accountant uitgevoerde (interim)controles. Het eerste lid regelt dat het college in elk geval bij geconstateerde afwijkingen door de accountant die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring bij de jaarrekening, een afschrift krijgt van de schriftelijke mededeling hierover aan de raad. Dit opdat het college (in overleg met de raad en de accountant) mogelijk nog tijdig maatregelen tot herstel kan treffen.

In het derde lid is bepaald dat het management een managementletter krijgt van de door de accountant uitgevoerde controles. In deze managementletter worden afwijkingen en tekortkomingen die niet leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring en niet van bestuurlijk belang zijn, aan het management meegedeeld. Het gaat hierbij om bijvoorbeeld opmerkingen over rubriceringfouten en onvolkomenheden in de administratieve organisatie, welke eenvoudig in onderling overleg met het management kunnen worden opgelost. Het management kan op grond van de rapportage actie ondernemen voor herstel van de afwijkingen en onvolkomenheden.

De Boardletter, de bestuurlijke samenvatting van de managementletter, wordt aangeboden aan auditcommissie ter bespreking.

Tot slot is in het vierde lid bepaald dat de accountant zijn verslag van bevindingen bespreekt met de auditcommissie, voorafgaand aan de raadsbehandeling.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Op grond van dit artikel kunnen de raad en het college één of meer artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard. Het gaat hier alleen om gevallen zoals die ten tijde van het vaststellen van de verordening niet waren voorzien. Is eenmaal van de hardheidsclausule gebruikt gemaakt, dan moet de verordening hierop worden aangepast, omdat dat geval immers voorzienbaar is geworden.

Artikel 9 Intrekking oude regeling

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 10 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting. Los van de inwerkingtreding moet binnen twee weken na vaststelling door de raad het college deze verordening aan gedeputeerde staten sturen (artikel 214 Gemeentewet).

Artikel 11 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.