Beleidsregels toewijzing van woonwagenstandplaatsen Berkelland 2024

Geldend van 22-03-2024 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels toewijzing van woonwagenstandplaatsen Berkelland 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland:

Overwegende dat de basis voor dit toewijzingsbeleid het in 2018 door de Rijksoverheid opgestelde ‘Beleidskader gemeentelijk woonwagen- en standplaatsenbeleid’ betreft;

dat dit document gemeenten de kaders aanreikt waarmee zij het lokale woonwagenbeleid binnen het mensenrechtelijke kader kunnen ontwikkelen;

dat dit document bouwstenen biedt die gemeenten kunnen gebruiken om invulling te geven aan het gemeentelijke huisvestingsbeleid voor woonwagenbewoners;

dat uitgangspunt hierbij blijft dat huisvestingsbeleid een primaire verantwoordelijkheid van de gemeente is;

dat de gemeente Berkelland naar aanleiding van het rapport van de Nationale Ombudsman over woonwagenbewoners haar beleid op 21 november 2023 heeft herzien;

dat 21 november 2023 is besloten dat een woonwagenstandplaats opnieuw in gebruik gegeven wordt als er een gegadigde is alsmede een inspanningsverplichting voor realisering van vier extra standplaatsen;

dat vóór deze beleidswijziging het beleid gericht was op ontmanteling van de standplaats na een verhuizing;

dat dit herziene woonwagenbeleid noopt tot het vaststellen van regels omtrent registratie, toewijzingscriteria en rangvolgorde ten aanzien van de verhuur;

dat op grond van artikel 1:3, lid 4, Algemene wet bestuursrecht in een beleidsregel regels kunnen worden opgenomen omtrent de afweging van belangen;

dat - gelet op artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht - ook beleidsregels kunnen worden vastgesteld ten aanzien van privaatrechtelijke bevoegdheden;

dat verhuur van woonwagenstandplaatsen – gelet op de artikelen 7:201 Burgerlijk Wetboek juncto artikel 160, eerste lid, onder e, Gemeentewet – een privaatrechtelijke bevoegdheid van het college betreft;

dat de gemeenteraad geen Huisvestingsverordening heeft vastgesteld;

dat deze beleidsregels criteria bevatten over het al dan niet aangaan van een huurovereenkomst voor een woonwagenstandplaats;

dat - gelet op artikel 2, lid 1, van de Inspraakverordening - gekozen is voor een maatwerkaanpak waarbij er overleg met de doelgroep heeft plaatsgevonden over het toewijzingsbeleid en er een behoefte inventarisatie plaatsvond.

dat bovengenoemd overleg dat heeft plaatsgevonden op 18 december 2023 heeft geleid tot het schrappen van het woonplaatsbeginsel onder artikel 4, lid 1, onder g en het toevoegen van een evaluatiemoment onder artikel 6;

b e s l u i t :

vast te stellen de navolgende:

Beleidsregels toewijzing van woonwagenstandplaatsen Berkelland 2024:

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Berkelland.

  • 2. Standplaats: een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten.

  • 3. Afstammingsbeginsel: Het beginsel dat inhoudt dat de standplaatszoekende, diens ouders en grootouders in een woonwagen wonen dan wel moeten hebben gewoond, waarbij sprake moet zijn van een generatie op generatie doorlopende en intensieve beleving van de woonwagencultuur. Dit kan worden vastgesteld doordat de adresgegevens van de standplaatszoekende, diens ouders en grootouders op het inschrijfformulier worden vermeld, waarna burgemeester en wethouders met behulp van de Basisregistratie Personen (BRP) toetsen of het genoemde adres van standplaatszoekende, ouders en grootouders een woonwagenlocatie betrof.

  • 4. Bewonersgroep: Bewoners die op dezelfde locatie wonen en een standplaats huren.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze beleidsregels zijn van toepassing op de toe- en afwijzing (verhuur) van standplaatsen op woonwagenlocaties in de gemeente Berkelland.

Artikel 3 Inschrijving

  • 1. Bij inschrijving voor een standplaats op een woonwagenlocatie geldt dat een lijst van geïnteresseerden wordt gehanteerd.

  • 2. De lijst van geïnteresseerden wordt beheerd en geactualiseerd door het college op basis van toewijzingen, nieuwe inschrijvingen, wijzigingen op bestaande inschrijvingen en uitschrijvingen.

  • 3. Er kan een schriftelijk verzoek tot inschrijving op de lijst van geïnteresseerden bij het college worden ingediend. Het verzoek tot inschrijving kan ook mondeling gedaan worden aan de balie van het gemeentehuis aan de Marktstraat 1 in Borculo. Het verzoek vermeldt in ieder geval de NAW-gegevens, geboortedatum, contactgegevens en voorkeurslocatie van de geïnteresseerde. De geïnteresseerde geeft na inschrijving op de lijst eventuele wijzigingen in deze gegevens schriftelijk of aan de balie van het gemeentehuis door aan het college.

  • 4. Standplaatszoekenden die voor een standplaats in aanmerking wensen te komen kunnen zich laten inschrijven op de in het eerste lid bedoelde lijst van geïnteresseerden, mits zij:

    • a.

      voldoen aan het afstammingsbeginsel en;

    • b.

      de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt en;

    • c.

      de Nederlandse nationaliteit bezitten of anderszins rechtmatig in Nederland verblijven.

  • 5. Voor inschrijving wordt gebruik gemaakt van een vastgesteld inschrijfformulier. Op het formulier is aangegeven welke stukken de standplaatszoekende bij indiening van het formulier dient mee te sturen. De standplaatszoekende ontvangt een bevestiging van de inschrijving.

  • 6. De bevestiging van de inschrijving bevat het volgende:

    • a.

      het feit dat de aanvraag compleet is, dan wel de nog ontbrekende gegevens, alsook dat deze binnen twee weken na ontvangst dienen te worden ingezonden door de standplaatszoekende, en;

    • b.

      verslag van de toetsing door burgemeester en wethouders voor de volgorde van toewijzing zoals bedoeld in artikel 4.1.

  • 7. De inschrijving van de standplaatszoekende is strikt persoonlijk en niet overdraagbaar, behoudens in het geval de ingeschreven standplaatszoekende overlijdt en hij/zij een partner heeft die voldoet aan het afstammingsbeginsel en zelf niet op de lijst van geïnteresseerden ingeschreven staat en minimaal 5 jaar ingeschreven staat op hetzelfde woonadres als de standplaatszoekende.

Artikel 4 Toewijzing standplaatsen

  • 1. Er is geen sprake van een statische ranglijst. Het toewijzingsbeleid gaat uit van de in dit artikel genoemde criteria. Als een nieuw persoon zich later meldt maar meer voldoet aan de criteria zal deze persoon meer kans maken op een toewijzing. De criteria zijn dus belangrijk. De gemeente correspondeert dan ook niet tussentijds over individuele kansen. Wel zullen alle geïnteresseerden in algemene zin op de hoogte worden gebracht van vrijgekomen, nieuwe en ingenomen plekken. Aan de hand van de lijst van geïnteresseerden wordt de navolgende volgorde gehanteerd bij het toewijzen van een standplaats:

    • a.

      Voor huurstandplaatsen geldt dat (klein)kinderen van degene die de plaats huurde voordat deze leeg kwam, voorrang hebben. Het is hierbij niet van belang of dit (klein)kind inwonend of uitwonend is. Het oudste (klein)kind heeft voorrang.

    • b.

      De woningzoekende die een standplaats huurt op de betreffende woonwagenlocatie en wil doorschuiven naar een vrijkomende standplaats op dezelfde locatie, onder voorwaarde dat de eigen standplaats vrijkomt.

    • c.

      Kinderen die woonachtig zijn bij familie op de locatie waar een standplaats vrijkomt, waarbij het oudste kind voor gaat en daarna in volgorde van leeftijd.

    • d.

      Kinderen van bewoners van de betreffende locatie waar een standplaats vrijkomt, woonachtig buiten de locatie waar een standplaats vrijkomt, waarbij het oudste kind voor gaat en daarna in volgorde van leeftijd.

    • e.

      Familie van bewoners van de betreffende locatie waar een standplaats vrij komt, woonachtig buiten de locatie waar een standplaats vrijkomt, in volgorde van eerstegraads familieleden, naar tweedegraads en derdegraads.

    • f.

      De woningzoekende die ten tijde van inschrijving in de afgelopen tien jaar minimaal zes jaar aaneengesloten in de gemeente Berkelland heeft gewoond maar wel voldoet aan het afstammingsbeginsel.

    • g.

      Overige woningzoekenden op basis van inschrijfduur op de lijst van geïnteresseerden, waarbij het afstammingsbeginsel van toepassing zijn.

    • h.

      Voor lid 4, sub e tot en met g geldt dat bij gelijke kandidaten, degene met de langste inschrijfduur op de lijst van geïnteresseerden voorrang heeft.

  • 2.

    • a.

      Bij het vrijkomen van een standplaats wordt op basis van de volgorde zoals gesteld in lid 1 bepaald welke standplaatszoekende voor deze plaats als eerste in aanmerking komt. Deze standplaatszoekende wordt als eerste benaderd om zijn of haar belangstelling kenbaar te maken. De standplaatszoekende heeft het recht te weigeren zonder verlies van zijn of haar plek op de lijst van geïnteresseerden. Bij weigering wordt de eerstvolgende van de lijst van geïnteresseerden benaderd voor toewijzing van de vrijgekomen standplaats.

    • b.

      Het college stelt een voorstel op voor toewijzing van deze standplaats. Dit voorstel wordt besproken met de bewoners van de woonwagenlocatie (de bewonersgroep). De bewoners adviseren het college over het ingediende voorstel waarna het college een definitieve toewijzing opstelt.

    • c.

      Het college kan gemotiveerd afwijken van het advies van de bewoners.

  • 3. Het college behoudt het recht om in zeer uitzonderlijke gevallen gemotiveerd af te wijken van deze regeling.

Artikel 5 Te overleggen gegevens ten behoeve van de huurovereenkomst

Na definitieve toewijzing dient de kandidaat ten behoeve van het sluiten van een huurovereenkomst voor de standplaats de volgende gegevens te overhandigen:

  • a.

    Een kopie van een geldig identiteitsbewijs

  • b.

    Een uittreksel basisregistratie personen inclusief woonhistorie (BRP)

  • c.

    Een recente inkomstenverklaring van de belastingdienst (IB60)

  • d.

    Een afschrift van een recente salarisstrook of een afschrift van een bewijs van uitkering

  • e.

    Indien van toepassing, een verklaring van overerving van de woonwagen.

Artikel 6 Evaluatie

Deze beleidsregel wordt periodiek geëvalueerd op uitvoerbaarheid en zal indien nodig worden geactualiseerd.

Artikel 7 Bekendmaking

De vaststelling en inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt via het digitale gemeenteblad gepubliceerd.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking een dag na bekendmaking.

Artikel 9 Citeertitel

Beleidsregels toewijzing van woonwagenstandplaatsen Berkelland 2024

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Berkelland d.d. 20 februari 2024

de secretaris,

de burgemeester