Verordening Duurzaamheidslening Sport- en maatschappelijke organisaties gemeente Etten-Leur 2024-2026

Geldend van 21-03-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening Duurzaamheidslening Sport- en maatschappelijke organisaties gemeente Etten-Leur 2024-2026

De raad van de gemeente Etten-Leur;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 februari 2024;

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de:

Verordening Duurzaamheidslening Sport- en maatschappelijke organisaties gemeente Etten-Leur 2024-2026

Artikel 1 Begrippen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    Aanvrager: de privaatrechtelijke rechtspersoon zonder winstoogmerk die op basis van zijn statuten en structurele feitelijke werkzaamheden, aan hoofdzakelijk inwoners van Etten-Leur (minimaal 75% van de totale doelgroep van de aanvrager) op structurele wijze activiteiten en/of voorzieningen van sportieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard aanbiedt

  • b.

    Aanvraag: een verzoek van een de aanvrager om in aanmerking te komen voor een duurzaamheidslening in de zin van deze verordening

  • c.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht.

  • d.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Etten-Leur.

  • e.

    Duurzaamheidslening: een lening voor de financiering van duurzaamheidsmaatregelen die in het energie-advies beschreven zijn, in, aan of op een gebouw of op een (sport)terrein van de aanvrager.

  • f.

    Duurzaamheidsmaatregel: een energiebesparende of duurzame maatregel of voorziening als bedoeld in artikel 5, lid 1 van deze verordening.

  • g.

    Energieadvies: een maatwerk adviesrapport (MWA) opgesteld door een adviesbureau dat gecertificeerd is met de BRL-MWA of gecertificeerd is met een hiermee vergelijkbare gangbare normering. Hierin staat tenminste de bouwkundige en/of installatietechnische verbetermaatregelen, inzicht in de kosten, baten en terugverdientijden van de maatregelen. Het MWA maakt onderscheid in de categorieën van maatregelen (als bedoeld in artikel 5 van deze verordening) die naar het oordeel van de deskundige haalbaar zijn. Het MWA is niet ouder dan één jaar oud. Uit het MWA moet ook blijken welke subsidiemogelijkheden er zijn;

  • h.

    Raad: gemeenteraad van Etten-Leur.

  • i.

    Werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden van duurzaamheidsmaatregelen uitgevoerd door een deskundig bedrijf. Hieronder vallen ook de kosten van een energieadvies, de kosten van een energieprestatiecertificaat, legeskosten en bijkomende kosten voor het krijgen van deze duurzaamheidslening. Onder aftrek van alle financiële voordelen, zoals subsidies en andere leningen, die betrekking hebben op deze kosten.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze verordening is uitsluitend van toepassing op lening-aanvragen voor:

  • 1.

    Bestaande gebouwen die hoofdzakelijk bestemd en in gebruik zijn voor maatschappelijke of sportieve doeleinden, inclusief bestaande en daarvoor bestemde (sport)terreinen; en

  • 2.

    Gebouwen of sportterreinen die in eigendom zijn van de aanvrager en gelegen zijn in de gemeente Etten-Leur.

  • 3.

    Van deze regeling zijn uitgesloten: aanvragers die de afgelopen twee jaar voorafgaand aan het indienen van de aanvraag reeds van het college een of meer financiële bijdragen, al dan niet in de vorm van een exploitatiesubsidie, van (in totaal) meer dan 100.000 euro hebben ontvangen en/of toegekend hebben gekregen.

Artikel 3 Subsidieplafond

  • 1. Aanvragen voor een duurzaamheidslening worden op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen, totdat het maximale budget, zoals benoemde in het tweede lid, is bereikt;

  • 2. Op grond van deze verordening is het college bevoegd om in totaal maximaal € 500.000,- aan leningen te verstrekken;

  • 3. De aanvragen in het kader van deze verordening dienen uiterlijk op 31 december 2026 te worden aangevraagd.

Artikel 4 Bevoegdheid College

Het College toetst de aanvraag aan deze verordening. Het College is bevoegd om, met inachtneming van het bepaalde in deze verordening, aan de aanvrager de duurzaamheidslening toe te kennen. Het college kan aan een toewijzingsbesluit nadere voorwaarden verbinden.

Artikel 5 Duurzaamheidsmaatregelen

  • 1. tot duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend de eerste aanschaf van een of meer van de volgende categorieën maatregelen en/of voorzieningen.

    • Categorie 1-maatregel

      Gebouwgebonden isolatie en installaties, bestaande uit:

      • a.

        Warmtepompen, vernoemd op de meldcodelijst van de ISDE-zakelijk subsidie;

      • b.

        Zonneboiler, vernoemd op de meldcode lijst van de ISDE-zakelijk subsidie;

      • c.

        Groen dak, bestaande uit een wortelwerende laag, een drainage-, substraat- en een vegetatielaag of een soortgelijke, gelijkwaardige opbouw en met een minimale wateropslag van 30 ℓ/m2;

      • d.

        Spouwmuurisolatie, met een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) van 1,1 m2 K/w. De dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel mag niet meegerekend worden om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen;

      • e.

        Isolerend glas, met een isolatiewaarde (U-waarde) in het geval van HR++ glas maximaal 1,2 W/m2K en in het geval van Triple-glas maximaal 0,7 W/m2K. Het gaat alleen om vervanging van bestaande ramen;

      • f.

        Vloerisolatie, met een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) van 3,5 m2K/w. De dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel mag niet meegerekend worden om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen. Onder vloerisolatie wordt ook bodemisolatie verstaan;

      • g.

        Dakisolatie, met een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) hebben van 3,5 m2 K/w. De dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel mag niet meegerekend worden om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen;

      • h.

        Warmteterugwinning uit douchewater bestemd voor het terugwinnen van water uit (douche)water en bestaande uit warmtewisselaar die is aangesloten op de douchewaterafvoer of douchebak met geïntegreerde douchewaterwarmtewisselaar.

      • i.

        Ventilatie: het (mechanisch) aanvoeren van schone lucht en (mechanisch) afvoeren van vervuilde lucht, voorzien van een warmteterugwinning via een warmteterugwinning (wtw)-unit; en/of

      • j.

        LED verlichting: het vervangen van binnenverlichting of buitenverlichting door LED lampen (uitgezonderd sportveldverlichting);

    • Categorie 2-maatregel

      Duurzame opwek elektriciteit, bestaande uit zonnepanelen op dak;

    • Categorie 3-maatregel

      Sportveldverlichting, bestaande uit het vervangen van sportveldverlichting door LED-verlichting. De nieuwe sportverlichting moet voldoen aan geldende (wettelijke) normering.

  • 2. Leningen worden uitsluitend verstrekt per categorie

Artikel 6 Kenmerken duurzaamheidslening

  • 1. De hoogte van de duurzaamheidslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten;

  • 2. Van de lening wordt een onderhandse akte/juridische overeenkomst opgemaakt door het college;

  • 3. Een lening op basis van deze regeling kan worden verleend onder de voorwaarden dat:

    • a.

      De lening in gelijke delen wordt afgelost;

    • b.

      De lening beschikbaar wordt gesteld tegen betaling van 2,5%;

    • c.

      De lening in maximaal 10 jaar wordt afgelost;

    • d.

      De lening wordt in 20 jaar afgelost, indien sprake is van sportveldverlichting.

    • e.

      Eenmaal per jaar kan minimaal 25% van het resterende geleende bedrag afgelost worden. Hierbij kan ook de hele resterende ook ineens afgelost worden

  • 4. Per gebouw en/of aanvrager kan op basis van deze regeling, ongeacht het aantal (categorie)aanvragen van de aanvrager, in totaal maximaal € 100.000,= worden geleend.

  • 5. Onverminderd het gestelde in het vierde lid van dit artikel kan:

    • a.

      per categorie (als bedoeld in artikel 5) maximaal één lening aan de aanvrager worden verstrekt;

    • b.

      voor een categorie 1 en/of categorie 2-maatregel (als bedoeld in artikel 5) in totaal maximaal € 50.000,= worden geleend.

Artikel 7 Procedurele aspecten aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor een Duurzaamheidslening wordt ingediend op een door het college vastgestelde digitaal aanvraagformulier dat volledig is ingevuld en voorzien is van alle bijlagen die op het aanvraagformulier verplicht zijn gesteld. Het aanvraagformulier is te vinden op www.etten-leur.nl;

    • a.

      Bij de aanvraag zijn tenminste de volgende gegevens en/of documenten bijgevoegd: Een kopie van de statuten van de aanvrager;

    • b.

      Een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel (niet ouder dan 3 maanden);

    • c.

      Een afschrift van het energie-advies, waaruit blijkt dat het een rendabele investering betreft;

    • d.

      Een beschrijving van de te treffen duurzaamheidsmaatregelen zoals deze zijn opgenomen in artikel 5;

    • e.

      Een afschrift van de offerte of koopovereenkomst voor de aangevraagde maatregel(en) of voorziening(en);

    • f.

      Een actuele en reële planning van de uitvoering van alle noodzakelijke werkzaamheden die verband houden met het realiseren van de maatregelen waarvoor de lening wordt aangevraagd;

    • g.

      Een actueel overzicht van alle overige te ontvangen of aangevraagde subsidies en leningen die verband houden met de duurzaamheidsmaatregelen;

    • h.

      De al dan niet verrekenbare omzetbelasting van de kosten van de duurzaamheidsmaatregelen;

    • i.

      Toereikend bewijs waaruit blijkt dat de aanvrager voor het realiseren van de maatregelen ook in het bezit is van alle vereiste publiekrechtelijke en/of privaatrechtelijke toestemming(en), hoe ook genaamd;

    • j.

      Een de-minimisverklaring (volgens het model dat bij deze verordening is gevoegd) waaruit blijkt dat met de aangevraagde financiële steun de de-minimisdrempel niet wordt overschreden. Daarbij moet nagegaan worden of gedurende het lopende en de twee voorafgaande belastingjaren enige vorm van de-minimissteun door een overheidsorganisatie aan de aanvrager is verstrekt.

  • 2. Een aanvraag moet uiterlijk 31 december 2026 bij het college zijn ingediend;

  • 3. Een op grond van deze verordening verstrekte lening tast de publiekrechtelijke bevoegdheden van het College en/of de Raad op geen enkele wijze aan. Indien een lening wordt toegekend dan houdt dit geen publiekrechtelijke toestemming in om de werkzaamheden uit te mogen voeren.

Artikel 8 Afwijzen aanvraag, intrekking toewijzingsbesluit, terugvordering

  • 1. Het College wijst een aanvraag voor een duurzaamheidslening af, wanneer:

    • a.

      die van toepassing is op uitbreiding (nieuwbouw) van een bestaand gebouw, tenzij als gevolg van een gewenste uitbreiding aanpassingen aan een bestaand gebouw noodzakelijk en onvermijdelijk zijn om gewenste duurzaamheidsmaatregelen overeenkomst de geldende bouwvoorschriften uit te voeren.

    • b.

      het budget als bedoeld in artikel 3 van deze verordening niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;

    • c.

      het maximale leenbedrag per aanvrager, zoals benoemd in artikel 6, is bereikt;

    • d.

      de werkelijke kosten naar het oordeel van het college niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat;

    • e.

      de aanvraag bij het college wordt ingediend ná het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen;

    • f.

      de aanvraag is gedaan na 31 december 2026;

    • g.

      naar het oordeel van het college de vrees bestaat dat de aanvrager zijn toekomstige jaarlijkse financiële verplichtingen als gevolg van deze regeling niet kan nakomen;

    • h.

      de aanvrager failliet is of in surseance van betaling verkeert, dan wel een verzoek daartoe bij de rechtbank heeft ingediend;

    • i.

      de aanvraag niet binnen de reikwijdte van deze regeling valt;

    • j.

      geen sprake is van een duurzaamheidsmaatregel als bedoeld in artikel 5 van deze regeling;

    • k.

      naar het oordeel van het college gegronde redenen bestaan aan te nemen of vastgesteld wordt dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze regeling wordt of zal worden voldaan;

    • l.

      Per categorie maatregelen en installaties, zoals benoemd onder artikel 5, lid 1, 2 en 3 kan door de aanvrager slechts één aanvraag worden gedaan.

    • m.

      er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen.

    • n.

      Naar het oordeel van het college aannemelijk is dat het verstrekken van de lening leidt of kan leiden tot (ongeoorloofde) staatssteun;

    • o.

      geen actuele op naam gestelde deminimisverklaring door de aanvrager is overgelegd.

  • 2. Het College trekt in ieder geval een toewijzingsbesluit duurzaamheidslening in, wanneer:

    • a.

      de duurzaamheidslening is toegewezen of vastgesteld op grond van onjuiste gegevens of onvolledige gegevens;

    • b.

      de toewijzingsbeschikking onjuist is en de geadresseerde dit wist dan wel behoorde te weten;

    • c.

      de uitvoering van de duurzaamheidsmaatregelen niet conform de termijn in de toewijzingsbeschikking wordt uitgevoerd;

    • d.

      achteraf door of namens het college, door of namens de Europese Commissie en/of de nationale rechter wordt vastgesteld dat het verstrekken van de lening in strijd is met artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; Het College vordert een verstrekte duurzaamheidslening volledig terug indien het toewijzingsbesluit is ingetrokken.

Artikel 9 Nadere regels

Het College kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 10 Hardheidsclausule

Het College is bevoegd, in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar zijn oordeel tot een bijzondere en onvoorziene hardheid leidt, ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze verordening, indien daar zeer dringende redenen voor zijn.

Artikel 11 Vaststelling algemeen belang – toepassing artikel 25h, lid 5 mededingingswet

Het verstrekken van niet marktconforme leningen op grond van deze verordening is aangewezen als activiteit, die plaatsvindt in het algemeen belang, als bedoeld in artikel

25h, vijfde en zesde lid van de Mededingingswet (bevordering duurzame kwaliteit van de in artikel 2 van deze verordening genoemde gebouwen en terreinen binnen de gemeente).

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking ervan.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening Duurzaamheidslening Sport- en maatschappelijke organisaties gemeente Etten-Leur”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering

van 4 maart 2024

De raad voornoemd,

drs. W.C.M. (Wim) Voeten MBA

griffier

drs. M.C. (Marina) Starmans-Gelijns

voorzitter

Toelichting bij de “Verordening Duurzaamheidslening Sport- en maatschappelijke organisaties gemeente Etten-Leur 2024-2026”

Deze toelichting maakt onderdeel uit van de “Verordening Duurzaamheidslening Sport- en maatschappelijke organisaties gemeente Etten-Leur 2024-2026”, vanaf hier te noemen de duurzaamheidslening.

Deze toelichting is een uitleg van een aantal artikelen uit de duurzaamheidslening.

Artikel 1 beschrijft de begrippen van de duurzaamheidslening.

Bij Aanvrager is beschreven dat de lening bedoeld is voor sportverenigingen en maatschappelijke vereniging en stichtingen, zoals musea. De doelgroep waar de aanvrager zich op richt, is hoofdzakelijk inwoners van Etten-Leur.

Als Energieadvies wordt een Maatwerkadvies voorgeschreven. Meer informatie over het Maatwerkadvies is te vinden op www.ep-online.nl.

Bij Werkelijke kosten is beschreven voor welke kosten de duurzaamheidslening aangevraagd kan worden. Als er voor de duurzaamheidsmaatregelen ook subsidies kunnen worden gekregen of dat er al een (andere) lening voor aangegaan is, mogen deze niet meegeteld worden voor deze duurzaamheidslening.

Artikel 2 beschrijft voor welke gebouwen en terreinen de duurzaamheidslening geldt.

In artikel 3 staat dat er voor de duurzaamheidsleningen totaal € 500.000,- beschikbaar is. Er kan uiterlijk op 31 december 2026 een aanvraag gedaan worden.

Verder is beschreven dat aanvragen op volgorde van binnenkomst worden behandeld. Maar pas als de aanvraag helemaal volledig is.

In artikel 5 staan de maatregelen benoemd waar de duurzaamheidslening voor aangevraagd kan worden. Er wordt onderscheid gemaakt in drie categorieën duurzaamheidsmaatregelen. Per categorie mag slechts één keer een lening worden aangevraagd.

Categorie 1 gaat over gebouwgebonden isolatie en installatie.

Bij een lening voor een warmtepomp, moet de gebruikte warmtepomp op de meest actuele “meldcodelijst warmtepompen” van de ISDE-subsidieregeling van RVO staan (www.rvo.nl/isde en dan naar zakelijke gebruikers).

Bij een lening voor een zonneboiler, moet de gebruikte zonneboiler op de meest actuele “meldcodelijst zonneboilers” van de ISDE-subsidieregeling van RVO staan (www.rvo.nl/isde en dan naar zakelijke gebruikers).

In deze categorie valt ook het vervangen van binnenverlichting door LED.

Categorie 2 gaat over zonnepanelen

Specifiek gaat het over zonnepanelen op daken. De eigenaar is zelf verantwoordelijk dat deze installatie op het elektriciteitsnetwerk past; het is verstandig tijdig af te stemmen met Enexis.

Categorie 3 gaat over LED sportveldverlichting.

Belangrijk is te melden dat de aanvrager zelf verantwoordelijk is dat de verlichting voldoet aan de normering die geldt voor de betreffende sport. Bijvoorbeeld voor het behoud van een wedstrijdlicentie.

In artikel 6 staat de maximale hoogte van de duurzaamheidslening.

De lening voor categorie 1 en 2 wordt binnen 10 jaar afgelost. Als er een lening aangevraagd wordt voor LED veldverlichting (categorie 3) wordt deze binnen 20 jaar afgelost.

Een vereniging of stichting kan meerdere leningen aanvragen, mits die van een andere categorie zijn en gezamenlijk (opgeteld) niet groter zijn dan € 100.000,-.

  • Voorbeeld 1:

  • Een vereniging kan de volgende leningen aanvragen:

  • € 75.000,- voor veldverlichting (categorie 3)

  • € 25.000,- voor isolatie en een warmtepomp (categorie 1).

  • Er zijn dan geen mogelijkheden meer om een lening aan te vragen voor zonnepanelen.

  • Voorbeeld 2

  • Een vereniging kan de volgende leningen aanvragen:

  • € 50.000,- voor veldverlichting (categorie 3)

  • € 40.000,- voor isolatie (categorie 1)

  • € 10.000,- voor zonnepaneleninstallatie (categorie 2)

Voor beiden voorbeelden geldt het voorbehoud dat het maximum leenbedrag van € 500.000,- nog niet bereikt is.

  • Voorbeeld 3:

  • Een vereniging kan NIET de volgende leningen aanvragen:

  • € 40.000,- voor veldverlichting (categorie 3)

  • € 50.000,- voor isolatie (categorie 1)

  • € 10.000,- voor zonnepaneleninstallatie (categorie 2)

  • Reden: de lening in categorie 1 en 2 mag opgeteld niet meer dan 50.000,- bedragen (artikel 6, lid 5)

Eenmaal per jaar kan een aanvrager een extra aflossing doen. Volgens lid 3, onder e gaat het dan tenminste om 25% van het restbedrag.

In artikel 7 staat omschreven hoe de aanvraag voor een duurzaamheidslening gedaan wordt.

De lening wordt via de website van Etten-Leur aangevraagd.

Er moet ook een de-minimisverklaring overlegd worden. Hiermee verklaart de vereniging/stichting (aanvrager) dat zij de afgelopen 2 jaar niet meer dan € 200.000 aan overheidssteun heeft ontvangen.

Van artikel 8 is lid 1 onder a belangrijk. Daar staat dat de lening niet aangevraagd kan worden voor nieuwbouw. Uitbreiding van het bestaande pand, moet wettelijk voldoen aan duurzaamheidseisen (bouwbesluit) en daarvoor kan geen duurzaamheidslening aangevraagd worden. Uitgezonderd is nieuwbouw die rechtstreeks verband houdt met de duurzaamheidsmaatregel. Bijvoorbeeld een uitbreiding om daar een warmtepompinstallatie te kunnen plaatsen.

In artikel 8 staan verder redenen benoemd waarom de aanvraag geweigerd (lid 1) of ingetrokken (lid2) wordt.