Subsidieverordening cultuur Enschede 2025

Geldend van 08-03-2024 t/m heden

Intitulé

Subsidieverordening cultuur Enschede 2025

De raad van de gemeente Enschede;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 januari 2024;

Gelet op artikel 149 en 156 van de Gemeentewet, titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Enschede 2022;

Overwegende dat:

Door de raad op 4 december 2023 de Cultuurnota Enschede 2023 is vastgesteld;

Besluit vast te stellen de:

Subsidieverordening cultuur Enschede 2025

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: De op het moment van de subsidieaanvraag geldende algemene subsidieverordening van de Gemeente Enschede;

  • b.

    organisatie: een rechtspersoon die culturele activiteiten organiseert;

  • c.

    subsidiabele kosten: noodzakelijke kosten om een activiteit mogelijk te maken, waartoe naar oordeel van het college ook voorbereidingskosten gerekend kunnen worden;

  • d.

    maker: culturele professional of iemand die zich tot culturele professional wil ontwikkelingen. Dit kan zowel een natuurlijk persoon als een rechtspersoon zijn.

  • e.

    cultureel middenveld: culturele professionals, ZZP’ers en kleine tot middelgrote organisaties uit alle disciplines, waar het accent ligt op het zelf produceren of het presenteren van cultuur. Het middenveld omvat niet onze grote culturele instellingen, BIS-instellingen of het amateurkunstveld.

Artikel 2 Toepassingsbereik; doel en werking

  • 1. Deze verordening is een bijzondere subsidieverordening als bedoeld in artikel 3 van de Asv 2022.

  • 2. Voor zover in deze verordening niet anders is bepaald, zijn de begripsomschrijvingen en bepalingen van de Asv van toepassing.

  • 3. Het college kan subsidie verstrekken voor subsidiabele activiteiten die passen binnen de door de raad vastgestelde Cultuurnota Enschede 2023 en die vertaald zijn naar deze verordening.

Artikel 3 Bevoegdheid college schuiven middelen

Het college is bevoegd om tussen de afzonderlijke hoofdstukken uit deze verordening met subsidiemiddelen te schuiven, indien deze middelen overblijven.

Artikel 4 Aanvulling algemene weigeringsgronden

  • 1. In aanvulling op artikel 13, eerste lid, van de Asv, kan het college de subsidie weigeren, indien op het niveau van bestuur of directie (zakelijke) relaties bestaan met bloed- of aanverwanten dan wel eigen bedrijven, eigen stichtingen dan wel andere eigen rechtspersonen die naar het oordeel van het college ongewenst zijn

  • 2. In aanvulling op artikel 13, tweede lid, van de Asv, weigert het college de subsidie in ieder geval indien de subsidieverstrekking niet past binnen de door de raad vastgestelde Cultuurnota Enschede 2023 en de financiële kaders.

Artikel 5 Algemene uitsluitingsgronden

Uitgesloten van deze subsidieregeling zijn:

  • a.

    amateurkunstverenigingen;

  • b.

    de grote culturele instellingen die onderdeel uitmaken van de Enschedese basisinfrastructuur zoals opgenomen in de cultuurnota en om die reden op de gemeentebegroting staan, tenzij een subsidie wordt aangevraagd die ten dienste staat van het cultureel middenveld.

Artikel 6 Aanvulling verantwoording en vaststelling meerjarige subsidie

In aanvulling op artikel 19 van de Asv, bevat een aanvraag tot vaststelling van een meerjarige subsidie een jaarrekening over het afgelopen subsidietijdvak met een toelichting daarop, inclusief de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan de Governance Code Cultuur, Fair Practice Code en de Code Culturele Diversiteit.

Hoofdstuk 2: Handgeldloket

Artikel 7 Doel en bereik

Doel van subsidieverstrekking op grond van dit hoofdstuk is makers in staat te stellen om op een toegankelijke en snelle manier kleine subsidiebedragen te verkrijgen om zo een impuls te kunnen geven aan hun carrière.

Artikel 8 Subsidiabele activiteiten en kosten

Subsidie kan worden verstrekt voor kosten van praktische aard die ten goede komen aan producten of activiteiten die ten dienste staan van de doorontwikkeling van de professionele carrière van de maker.

Artikel 9 Subsidieontvangers

  • 1. Subsidie kan worden verstrekt aan makers of een groep van makers.

  • 2. Uitgesloten zijn structureel gesubsidieerde culturele instellingen.

Artikel 10 Subsidievereisten

Om voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de aanvrager is aantoonbaar gevestigd of duurzaam werkzaam in de gemeente Enschede;

  • b.

    aanvrager voert culturele activiteiten uit binnen de thema’s muziek, beeldende kunst, experimentele media, film of theater of crossovers daartussen;

  • c.

    Uit de subsidieaanvraag blijkt:

    • i.

      waarvoor het gevraagde subsidiebedrag bestemd is;

    • ii.

      waarop het gevraagde subsidiebedrag qua hoogte gebaseerd is;

    • iii.

      op welke termijn het subsidiebedrag gebruikt zal worden;

    • iv.

      hoe de activiteit bij kan dragen aan een verbetering van zijn/haar positionering als maker.

Artikel 11 Aanvraagtermijnen/tranches

Subsidieaanvragen voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk kunnen vanaf 1 september 2024 jaarlijks worden ingediend tussen:

  • a.

    1 januari en 30 juni;

  • b.

    1 september en 31 december.

Artikel 12 Subsidiehoogte en maximum aantal aanvragen per jaar

De hoogte van een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk bedraagt maximaal € 1.500 per aanvraagtermijn.

Artikel 13 Subsidieplafond en wijze van verdeling van beschikbare middelen

  • 1. Het college stelt ieder jaar de subsidieplafonds vast voor de aanvraagtermijnen uit artikel 11 .

  • 2. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van aanvragen, totdat het voor die termijn vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

Artikel 14 Beslistermijn

In afwijking van artikel 12 van de Asv, beslist het college over een aanvraag voor een subsidie op grond van dit hoofdstuk binnen vier weken na de ontvangst van de aanvraag.

Hoofdstuk 3: Culturele activiteiten

Artikel 15 Definities

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

Culturele activiteiten: activiteiten die een podium bieden voor kunst en cultuur, waarbij in ieder geval een van de volgende kunstdisciplines een bepalende rol speelt: muziek, theater/toneel, dans, beeldende kunst en vormgeving, experimentele media, film, literatuur, architectuur en crossovers hiervan. Hierbij kan de kunstdiscipline(s) zowel uitvoerend als thematisch een bepalende rol spelen. De activiteit moet daarmee op zichzelf staand zijn en geen ander (commercieel, promotioneel, politiek) doel als hoofddoel hebben.

Artikel 16 Doel en bereik

Doel van subsidieverstrekking op grond van dit hoofdstuk is het stimuleren van vernieuwende culturele activiteiten in de gemeente Enschede, met een laagdrempelig publieksbereik door professionele culturele organisaties of makers.

Artikel 17 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Aanvrager kan in aanmerking komen voor subsidie voor culturele activiteiten die:

    • a.

      openbaar zijn; en

    • b.

      in de gemeente Enschede plaatsvinden; en/of

    • c.

      een binding met c.q. meerwaarde of aanvulling voor de gemeente Enschede hebben;

  • 2. Uitgesloten zijn activiteiten:

    • a.

      die al behoren tot de kernactiviteit van een structureel gesubsidieerde instelling;

    • b.

      met een direct commercieel winstoogmerk;

    • c.

      waarvoor de aanvrager al subsidie van de gemeente Enschede ontvangt;

    • d.

      waarvan de kosten niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat;

    • e.

      die in hoofdzaak een feestelijk karakter hebben;

    • f.

      waar cofinanciering ontbreekt;

    • g.

      waarvoor geen gemeentelijke bijdrage vereist is.

Artikel 18 Subsidiabele kosten

  • 1. Alleen de kosten die redelijk en noodzakelijk zijn en direct gerelateerd zijn aan de betreffende subsidiabele culturele activiteiten dan wel het culturele programma of project die in de aanvraag zijn beschreven, komen voor subsidie in aanmerking. Uitgangspunt is verloning volgens de Fair Practice Code (Fair Pay). Daarbij geldt het principe ‘pas toe of leg uit’.

  • 2. Kosten die gemaakt worden ten behoeve van horeca exploitatie of andere commerciële activiteit los van de culturele activiteit komen niet in aanmerking voor subsidie.

  • 3. Kosten die gemaakt zijn vóór het besluit op de aanvraag komen niet in aanmerking voor subsidie.

Artikel 19 Subsidieontvangers

Uitgesloten van subsidieverlening op grond van dit hoofdstuk zijn structureel gesubsidieerde culturele instellingen, tenzij een subsidie wordt aangevraagd die ten dienste staat van het cultureel middenveld.

Artikel 20 Subsidievereisten

  • 1. Om voor een subsidie zoals bedoeld in artikel 17 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de aanvrager is een rechtspersoon of ZZP’er;

    • b.

      de aanvrager toont aan dat sprake is van minimaal 25% cofinanciering, waarvan max. de helft mag bestaan uit verkapitalisering van eigen uren.

  • 2. In afwijking van artikel 17, eerste lid, sub b, kunnen activiteiten die plaatsvinden in het buitenland in het kader van een uitwisselingstraject, voor subsidie in aanmerking komen als aanvrager aantoont dat ook in de gemeente Enschede activiteiten plaatsvinden.

Artikel 21 Aanvraagtermijnen/tranches

Subsidieaanvragen voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk kunnen vanaf 2025 jaarlijks worden ingediend tussen:

  • a.

    1 april en 30 september;

  • b.

    1 oktober en 31 maart.

Artikel 22 Subsidiehoogte en maximum aantal aanvragen

De subsidie bedraagt maximaal € 17.500,- per aanvraag per aanvraagtermijn.

Artikel 23 Subsidieplafond en wijze van verdeling van beschikbare middelen

  • 1. Het college stelt ieder jaar de subsidieplafonds vast voor de aanvraagtermijnen uit artikel 21.

  • 2. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van aanvragen, totdat het voor dat jaar vastgestelde subsidieplafond is bereikt.

Hoofdstuk 4: Vierjarensubsidie groot

Artikel 24 Subsidiabele activiteiten

Een subsidie voor maximaal vier jaar voor de periode 2025-2028 kan worden verstrekt voor culturele instellingen die de ambitie hebben om zich (inter)nationaal te profileren binnen de volgende disciplines, bedoeld in de Cultuurnota Enschede 2023:

  • a.

    muziek;

  • b.

    beeldende kunst;

  • c.

    experimentele media;

  • d.

    film;

  • e.

    theater;

  • f.

    literatuur.

of crossovers daartussen, als bedoeld in de cultuurnota.

Artikel 25 Uitsluitingsgronden

Uitgesloten van subsidieverlening op grond van dit hoofdstuk zijn:

  • a.

    De grote culturele instellingen of daaraan gelieerde organisaties die onderdeel uitmaken van de Enschedese basisinfrastructuur en om die reden op de gemeentebegroting staan, zijn uitgesloten van subsidies op basis van dit hoofdstuk.

  • b.

    Subsidieontvangers die op basis van Hoofdstuk 5 van deze verordening subsidie ontvangen.

  • c.

    Activiteiten met een direct commercieel winstoogmerk.

Artikel 26 Subsidievereisten

Om voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de activiteiten worden grotendeels uitgevoerd in de gemeente Enschede;

  • b.

    de subsidieaanvrager is gevestigd in de gemeente Enschede;

  • c.

    de subsidieaanvrager bestaat minimaal 3 jaar;

  • d.

    de subsidieaanvrager verklaart dat hij de volgende codes onderschrijft, toepast en naleeft:

    • i.

      Governance Code Cultuur;

    • ii.

      Fair Practice Code;

    • iii.

      Code Culturele Diversiteit;

  • e.

    de activiteiten worden uitgevoerd in de periode 2025 tot en met 2028 en daarna telkens de eerstvolgende vier jaren;

  • f.

    de subsidieaanvrager realiseert haar activiteiten verspreid over het jaar;

  • g.

    uit de subsidieaanvraag blijkt:

    • i.

      zakelijke kwaliteit blijkend uit governance, de bedrijfsvoering, realiteitszin en haalbaarheid van de inhoudelijke plannen en begroting;

    • ii.

      publiekswerking: de bediening van en binding met het bestaande publiek alsmede de visie op en investeringen in een duurzame opbouw van publiek of doelgroep, passend bij de doelstelling(en) van de organisatie;

    • iii.

      lokaal belang blijkend uit de mate waarin de organisatie met haar activiteiten bijdraagt aan een evenwichtig cultureel aanbod in de gemeente Enschede;

    • iv.

      Welke ambities aanvrager heeft en hoe dat wordt gemonitord.

  • h.

    de subsidieaanvrager onderbouwt de haalbaarheid van de inhoudelijke plannen en begroting;

  • i.

    de subsidieaanvrager voert een beleid dat de samenwerking en samenhang binnen de culturele sector en in het bijzonder binnen hun discipline(s) bevordert.

Artikel 27 Aanvraagtermijn en indieningsvereisten

  • 1. Subsidieaanvragen voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk, kunnen worden ingediend vanaf 1 april tot en met 1 mei.

  • 2. De eerste keer dat een aanvraag kan worden ingediend is op 1 april 2024 en daarna om de vier jaar.

  • 3. Bij de subsidieaanvraag als bedoeld in het eerste lid, levert aanvrager een monitoringsplan in waarin de aanvrager omschrijft welke doelen gedurende de volgende vier jaar worden nagestreefd en op welke manier het behalen van deze doelstellingen gedurende die periode wordt gemonitord.

Artikel 28 Subsidiehoogte

De subsidie bedraagt maximaal € 100.000,- per instelling, per jaar voor een periode van vier jaar (totaal maximaal € 400.000,- over een periode van vier jaar).

Artikel 29 Subsidieplafond en wijze van verdeling van beschikbare middelen

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 2.000.000,- euro. Voor dit bedrag geldt 2024 als peildatum. Het subsidieplafond wordt jaarlijks geïndexeerd conform de richtlijnen die door de gemeente Enschede worden gehanteerd.

  • 2. Indien de tijdig ingediende volledige subsidieaanvragen het subsidieplafond te boven gaan, vindt subsidieverstrekking plaats aan de subsidieaanvrager met de hoogst gerangschikte subsidieaanvraag.

  • 3. Bij de rangschikking van de aanvragen wordt gekeken naar de volgende aspecten:

    • a.

      artistiek-inhoudelijke kwaliteit. Dit heeft betrekking op visie, oorspronkelijkheid, vakmanschap en zeggingskracht van de organisatie/activiteiten te waarderen met maximaal 10 punten;

    • b.

      zakelijke kwaliteit. Dit betreft de bedrijfsvoering en ondernemerschap te waarderen met maximaal 10 punten;

    • c.

      publiekswerking. De bediening van en binding met het bestaande publiek alsmede de visie op en investeringen in een duurzame opbouw van publiek worden beoordeeld, passend bij de doelstelling(en) van de organisatie te waarderen met maximaal 10 punten;

    • d.

      lokaal belang. De mate waarin de organisatie met haar activiteiten bijdraagt aan een evenwichtige culturele infrastructuur in de gemeente Enschede te waarderen met maximaal 10 punten.

  • 4. Het college stelt een beoordelingsformulier vast.

  • 5. Indien toepassing van het derde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium, genoemd in het derde lid, onder d, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 6. Indien toepassing van het vijfde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium, genoemd in het derde lid, onder a, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 7. Indien toepassing van het zesde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

  • 8. De loting vindt plaats middels trekking door de externe onafhankelijke adviescommissie als bedoeld in artikel 30.

  • 9. De trekking wordt schriftelijk vastgelegd.

  • 10. De eerst getrokken aanvraag, wordt als hoogste gerangschikt.

  • 11. De hoogst gerangschikte aanvraag komt het eerst in aanmerking voor subsidie.

  • 12. Subsidie wordt verdeeld over opeenvolgende aanvragen die volledig gehonoreerd kunnen worden.

Artikel 30 Externe onafhankelijke adviescommissie

  • 1. Het college legt een aanvraag voor een subsidie op grond van dit hoofdstuk voor aan een door het college ingestelde externe onafhankelijke adviescommissie.

  • 2. De externe onafhankelijke adviescommissie vult beoordelingsformulier, bedoeld in artikel 29, vierde lid, in, waarop zij de punten toekent voor de aspecten genoemd in artikel 29, derde lid.

  • 3. De externe onafhankelijke adviescommissie brengt advies uit aan het college over de afhandeling van de ingediende aanvragen.

  • 4. De werkwijze van de externe onafhankelijke adviescommissie kan worden vastgelegd in een adviesprotocol.

Artikel 31 Beslistermijn

Het college beslist over een aanvraag voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk binnen 18 weken na verloop van de indieningstermijn.

Artikel 32 Bijzondere verplichtingen subsidieontvanger

De subsidieontvanger is verplicht mee te werken aan tussentijdse evaluatie waaronder monitorgesprekken.

Hoofdstuk 5: Vierjarensubsidie klein

Artikel 33 Subsidiabele activiteiten

Een subsidie voor maximaal vier jaar voor de periode 2025-2028 kan worden verstrekt voor culturele instellingen, organisaties, stichtingen, makers en zzp’ers, die potentie hebben zich door te ontwikkelen, binnen de volgende disciplines bedoeld in de Cultuurnota Enschede 2023:

  • a.

    muziek;

  • b.

    beeldende kunst;

  • c.

    experimentele media;

  • d.

    film;

  • e.

    theater;

  • f.

    literatuur.

of crossovers daartussen.

Artikel 34 Uitsluitingsgrond

Uitgesloten van subsidieverlening op grond van dit hoofdstuk zijn:

  • a.

    De grote culturele instellingen of daaraan gelieerde organisaties die onderdeel uitmaken van de Enschedese basisinfrastructuur en om die reden op de gemeentebegroting staan, zijn uitgesloten van subsidies op basis van dit hoofdstuk.

  • b.

    Subsidieontvangers die op basis van Hoofdstuk 4 van deze verordening subsidie ontvangen.

  • c.

    Activiteiten met een direct commercieel winstoogmerk.

Artikel 35 Subsidievereisten

Om voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de subsidieaanvrager is gevestigd in de gemeente Enschede;

  • b.

    de subsidieaanvrager verklaart dat hij de volgende codes onderschrijft, toepast en naleeft:

    • i.

      Governance Code Cultuur;

    • ii.

      Fair Practice Code;

    • iii.

      Code Culturele Diversiteit;

  • c.

    de subsidieaanvrager realiseert haar activiteiten verspreid over het jaar;

  • d.

    uit de subsidieaanvraag blijkt:

    • i.

      zakelijke kwaliteit blijkend uit governance, de bedrijfsvoering, realiteitszin en haalbaarheid van de inhoudelijke plannen en begroting;

    • ii.

      publiekswerking: de bediening van en binding met het bestaande publiek alsmede de visie op en investeringen in een duurzame opbouw van publiek of doelgroep, passend bij de doelstelling(en) van de organisatie;

    • iii.

      lokaal belang blijkend uit de mate waarin de organisatie met haar activiteiten bijdraagt aan een evenwichtig cultureel aanbod in de gemeente Enschede;

    • iv.

      Welke ambities aanvrager heeft en hoe dat wordt gemonitord.

  • e.

    de subsidieaanvrager onderbouwt de haalbaarheid van de inhoudelijke plannen en begroting

Artikel 36 Aanvraagtermijn en indieningsvereisten

  • 1. Subsidieaanvragen voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk, kunnen worden ingediend vanaf 15 juli tot en met 15 augustus.

  • 2. De eerste keer dat een aanvraag kan worden ingediend is op 15 juli 2024 en daarna om de vier jaar.

  • 3. Bij subsidieaanvragen als bedoeld in het eerste lid, levert de aanvrager een monitoringsplan in waarin de aanvrager omschrijft welke doelen gedurende de volgende vier jaar worden nagestreefd en op welke manier het behalen van deze doelstellingen gedurende die periode wordt gemonitord.

Artikel 37 Subsidiehoogte

De subsidie bedraagt maximaal € 25.000,- per instelling, per jaar voor een periode van vier jaar (totaal maximaal € 100.00,- over een periode van vier jaar).

Artikel 38 Subsidieplafond en wijze van verdeling van beschikbare middelen

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 776.000,-. Voor dit bedrag geldt 2024 als peildatum. Het subsidieplafond wordt jaarlijks geïndexeerd conform de richtlijnen die door de gemeente Enschede worden gehanteerd.

  • 2. Indien de tijdig ingediende volledige subsidieaanvragen het subsidieplafond te boven gaan, vindt subsidieverstrekking plaats aan de subsidieaanvrager met de hoogst gerangschikte subsidieaanvraag.

  • 3. Bij de rangschikking van de aanvragen wordt gekeken naar de volgende aspecten:

    • a.

      artistiek-inhoudelijke kwaliteit. Dit heeft betrekking op visie, oorspronkelijkheid, vakmanschap en zeggingskracht van de organisatie/activiteiten te waarderen met maximaal 10 punten;

    • b.

      zakelijke kwaliteit. Dit betreft de bedrijfsvoering en ondernemerschap te waarderen met maximaal 10 punten;

    • c.

      publiekswerking. De bediening van en binding met het bestaande publiek alsmede de visie op en investeringen in een duurzame opbouw van publiek worden beoordeeld, passend bij de doelstelling(en) van de organisatie te waarderen met maximaal 10 punten;

    • d.

      lokaal belang. De mate waarin de organisatie met haar activiteiten bijdraagt aan een evenwichtige culturele infrastructuur in de gemeente Enschede te waarderen met maximaal 10 punten.

  • 4. Indien toepassing van het derde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium, genoemd in het derde lid, onder d, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 5. Indien toepassing van het vierde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium, genoemd in het derde lid, onder a, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 6. Indien toepassing van het vijf lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

  • 7. De loting vindt plaats middels trekking door de externe onafhankelijke adviescommissie als bedoeld in artikel 39.

  • 8. De trekking wordt schriftelijk vastgelegd.

  • 9. De eerst getrokken aanvraag, wordt als hoogste gerangschikt.

  • 10. De hoogst gerangschikte aanvraag komt het eerst in aanmerking voor subsidie.

  • 11. Subsidie wordt verdeeld over opeenvolgende aanvragen die volledig gehonoreerd kunnen worden.

Artikel 39 Externe onafhankelijke adviescommissie

  • 1. Het college legt een aanvraag voor een subsidie op grond van dit hoofdstuk voor aan een door het college ingestelde externe onafhankelijke adviescommissie.

  • 2. De externe onafhankelijke adviescommissie vult een beoordelingsformulier in, waarop zij de punten toekent voor de aspecten genoemd in artikel 38, derde lid.

  • 3. De externe onafhankelijke adviescommissie brengt advies uit aan het college over de afhandeling van de ingediende aanvragen.

  • 4. De werkwijze van de externe onafhankelijke adviescommissie kan worden vastgelegd in een adviesprotocol.

Artikel 40 Beslistermijn

Het college beslist over een aanvraag voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk binnen 18 weken na verloop van de indieningstermijn.

Artikel 41 Bijzondere verplichtingen subsidieontvanger

De subsidieontvanger is verplicht mee te werken aan tussentijdse evaluatie waaronder monitorgesprekken.

Hoofdstuk 6: Culturele Platformorganisaties

Artikel 42 Subsidiabele activiteiten

Een subsidie voor maximaal vier jaar voor de periode 2024-2027 kan worden verstrekt voor culturele organisaties die binnen het Enschedese culturele ecosysteem als platform dienen ter ondersteuning (een aanzienlijk gedeelte van) het Enschedese culturele middenveld, bestaande uit culturele instellingen, organisaties, stichtingen, makers en zzp’ers die werkzaam zijn binnen de disciplines:

  • a.

    muziek;

  • b.

    beeldende kunst;

  • c.

    experimentele media;

  • d.

    film;

  • e.

    theater;

  • f.

    literatuur.

Of crossovers tussen het bovenstaande.

Ondersteunende activiteiten betreffen kennisdeling, inspiratiesessies, netwerkbijeenkomsten, informatievoorziening.

Artikel 43 Uitsluitingsgrond

Uitgesloten van subsidieverlening op grond van dit hoofdstuk zijn:

  • a.

    De grote culturele instellingen die onderdeel uitmaken van de Enschedese basisinfrastructuur en om die reden op de gemeentebegroting staan, zijn uitgesloten van subsidies op basis van dit hoofdstuk;

  • b.

    culturele instellingen, organisaties, stichtingen, makers en zzp’ers die een vierjarensubsidie ontvangen op grond van hoofdstuk 5 van deze verordening (Vierjarensubsidie klein);

  • c.

    culturele instellingen, die een vierjarensubsidie ontvangen op grond van hoofdstuk 4 van deze verordening (Vierjarensubsidie groot).

Artikel 44 Subsidievereisten

Om voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    de subsidieaanvrager is gevestigd in de gemeente Enschede;

  • b.

    de subsidieaanvrager verklaart dat hij de volgende codes onderschrijft, toepast en naleeft:

    • i.

      Governance Code Cultuur;

    • ii.

      Fair Practice Code;

    • iii.

      Code Culturele Diversiteit;

  • c.

    de subsidieaanvrager organiseert haar ondersteunende activiteiten verspreid over het jaar;

  • d.

    uit de subsidieaanvraag blijkt:

    • i.

      zakelijke kwaliteit blijkend uit governance, de bedrijfsvoering, realiteitszin en haalbaarheid van de inhoudelijke plannen en begroting;

    • ii.

      representativiteit: wie aanvrager vertegenwoordigt en hoe aanvrager de communicatie met de achterban inricht;

    • iii.

      netwerkondersteuning: in hoeverre aanvrager partijen kan ondersteunen bij het vergroten van het culturele netwerk;

    • iv.

      deskundigheidbevordering: in hoeverre de aanvrager partijen kunnen ondersteunen bij het verhogen van de kwaliteit van het culturele aanbod.

Artikel 45 Aanvraagtermijn

Subsidieaanvragen voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk, kunnen worden ingediend vanaf 15 juli tot en met 15 augustus.

Artikel 46 Subsidiehoogte

De subsidie bedraagt maximaal € 17.500,- per instelling, per jaar voor een periode van vier jaar (totaal maximaal € 70.000,- over een periode van vier jaar).

Artikel 47 Subsidieplafond en wijze van verdeling van beschikbare middelen

  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 210.000,-. Voor dit bedrag geldt 2024 als peildatum. Het subsidieplafond wordt jaarlijks geïndexeerd conform de richtlijnen die door de gemeente Enschede worden gehanteerd.

  • 2. Indien de tijdig ingediende volledige subsidieaanvragen het subsidieplafond te boven gaan, vindt subsidieverstrekking plaats aan de subsidieaanvrager met de hoogst gerangschikte subsidieaanvraag.

  • 3. Bij de rangschikking van de aanvragen wordt gekeken naar de volgende aspecten:

    • a.

      zakelijke kwaliteit blijkend uit governance, de bedrijfsvoering, realiteitszin en haalbaarheid van de inhoudelijke plannen en begroting te waarderen met maximaal 10 punten;

    • b.

      representativiteit: wie aanvrager vertegenwoordigt en hoe aanvrager de communicatie met de achterban inricht, te waarderen met maximaal 10 punten;

    • c.

      netwerkondersteuning: in hoeverre aanvrager partijen kan ondersteunen bij het vergroten van het culturele netwerk, te waarderen met maximaal 10 punten;

    • d.

      deskundigheidbevordering: in hoeverre de aanvrager partijen kunnen ondersteunen bij het verhogen van de kwaliteit van het culturele aanbod, te waarderen met maximaal 10 punten.

  • 4. Indien toepassing van het derde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium, genoemd in het derde lid, onder d, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 5. Indien toepassing van het vierde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door het aantal punten behaald onder het criterium, genoemd in het derde lid, onder a, waarbij de aanvraag met de meeste punten hoger eindigt in de rangschikking.

  • 6. Indien toepassing van het vijf lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

  • 7. De loting vindt plaats middels trekking door de externe onafhankelijke adviescommissie als bedoeld in artikel 48.

  • 8. De trekking wordt schriftelijk vastgelegd.

  • 9. De eerst getrokken aanvraag, wordt als hoogste gerangschikt.

  • 10. De hoogst gerangschikte aanvraag komt het eerst in aanmerking voor subsidie.

  • 11. Subsidie wordt verdeeld over opeenvolgende aanvragen die volledig gehonoreerd kunnen worden.

Artikel 48 Externe onafhankelijke adviescommissie

  • 1. Het college legt een aanvraag voor een subsidie op grond van dit hoofdstuk voor aan een door het college ingestelde externe onafhankelijke adviescommissie.

  • 2. De externe onafhankelijke adviescommissie vult een beoordelingsformulier in, waarop zij de punten toekent voor de aspecten genoemd in artikel 47, derde lid.

  • 3. De externe onafhankelijke adviescommissie brengt advies uit aan het college over de afhandeling van de ingediende aanvragen.

  • 4. De werkwijze van de externe onafhankelijke adviescommissie kan worden vastgelegd in een adviesprotocol.

Artikel 49 Beslistermijn

Het college beslist over een aanvraag voor een subsidie zoals bedoeld in dit hoofdstuk binnen 18 weken na verloop van de indieningstermijn.

Artikel 50 Bijzondere verplichtingen subsidieontvanger

De subsidieontvanger is verplicht mee te werken aan tussentijdse evaluatie waaronder monitorgesprekken.

Hoofdstuk 7: Slotbepalingen

Artikel 51 Overgangsrecht

Subsidieaanvragen die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van de verordening, worden afgehandeld op basis van de op dat moment nog geldende subsidieverordeningen.

Artikel 52 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking vanaf 8 maart 2024.

  • 2. Subsidieverordening culturele activiteiten Enschede 2014 wordt per 8 maart 2024 ingetrokken.

Artikel 53 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de Subsidieverordening cultuur Enschede 2025.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 4 maart 2024.

De griffier, R.M. Jongedijk

De voorzitter, R.W. Bleker