Beleidsregels individuele inkomenstoeslag gemeente Westerveld 2024

Geldend van 02-03-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2024

Intitulé

Beleidsregels individuele inkomenstoeslag gemeente Westerveld 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerveld

gelet op:

  • artikel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht

  • artikel 36 Participatiewet

  • Verordening individuele inkomenstoeslag Westerveld 2021

Besluit: vast te stellen de Beleidsregels individuele inkomenstoeslag gemeente Westerveld 2024.

Algemeen

De individuele inkomenstoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor bepaalde belanghebbenden die langdurig een laag inkomen hebben en daarbij geen vooruitzicht hebben op inkomensverbetering. De gemeenteraad moet bij verordening nadere invulling geven aan de begrippen 'langdurig' en 'laag inkomen' en eveneens de hoogte van de individuele inkomenstoeslag bepalen. Het college kan in beleidsregels aangeven wanneer er sprake is van 'geen uitzicht op inkomensverbetering'.

De hieronder genoemde beleidsregels geven richting aan de uitvoering van de bevoegdheid die het college heeft op grond van artikel 36 Participatiewet en de Verordening Individuele inkomenstoeslag.

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1.

    Alle begrippen in deze beleidsregels hebben dezelfde betekenis als in de Verordening individuele inkomenstoeslag.

  • 2.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    WTOS: Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten;

  • b.

    WSF 2000: Wet Studiefinanciering 2000;

  • c.

    arbeidsverplichting: de verplichting als bedoeld in artikel 9, eerste lid, aanhef en onder a, van de Participatiewet, dan wel een verplichting die strekt tot arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 55 van de Participatiewet, dan wel verplichtingen die de uitkeringsgerechtigde op grond van de uitkering die hij ontvangt heeft, voor zover die verplichtingen strekken tot arbeidsinschakeling en/of re-integratie.

Artikel 2. Recht op individuele inkomenstoeslag

Het college verleent een persoon op verzoek individuele inkomenstoeslag als hij voldoet aan de voorwaarden bedoeld in artikel 36 van de wet, de verordening individuele inkomenstoeslag en deze beleidsregels.

Artikel 3. Uitzicht op inkomensverbetering

  • 1.

    Personen komen, gelet op hun krachten en bekwaamheden, niet in aanmerking voor een individuele inkomenstoeslag omdat zij geacht worden voldoende uitzicht te hebben op inkomensverbetering, als zij:

  • a.

    op de peildatum of tijdens de referteperiode:

1°. uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgen of hebben gevolgd,

2°. studiefinanciering (hebben) ontvangen op grond van de Wet Studiefinanciering 2000 (WSF), of

3°. een tegemoetkoming (hebben) ontvangen op grond van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS);

  • b.

    op de peildatum inkomsten uit arbeid, zelfstandig beroep of bedrijf ontvangen;

  • c.

    op de peildatum in aanvulling op hun inkomsten uit arbeid een uitkering van de gemeente Westerveld ontvangen, tenzij is vastgesteld dat deze personen:

1°. medisch uren beperkt zijn, of

2°. naast het inkomen uit arbeid geen of een beperkt groeipotentieel hebben;

  • d.

    op de peildatum een uitkering ontvangen op grond van het Bbz2004 als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a en b van het Bbz2004;

  • e.

    op de peildatum een werkloosheidsuitkering ontvangen van het UWV;

  • f.

    op de peildatum een uitkering van de gemeente Westerveld ontvangen en gezien hun krachten en bekwaamheden geacht worden binnen 12 maanden betaalde arbeid te vinden;

  • g.

    in de 12 maanden voorafgaand aan de peildatum een of meerdere maatregelen opgelegd hebben gekregen door of namens het college, een andere gemeente of het UWV wegens:

1°. het tonen van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan,

2°. schending van een arbeids- of re-integratieverplichting, of

3°. verwijtbare werkloosheid.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid, onderdeel g, kan een maatregel buiten beschouwing worden gelaten als deze is herzien op grond van de Beleidsregels inkeerregeling Westerveld 2020.

Artikel 4. Geen uitzicht op inkomensverbetering

  • 1.

    Personen die op de peildatum een uitkering van de gemeente Westerveld ontvangen hebben, gelet op hun krachten en bekwaamheden, geen uitzicht op inkomensverbetering als:

  • a.

    zij op de peildatum volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn als bedoeld in artikel 9, vijfde lid, Participatiewet;

  • b.

    bij hen op de peildatum geen of een beperkt groeipotentieel is vastgesteld;

  • c.

    zij op de peildatum en in de referteperiode tot de doelgroep van de loonkostensubsidie behoren en in die periode geen inkomsten uit arbeid, zelfstandig beroep of bedrijf hebben genoten.

  • 2.

    Personen die op de peildatum een arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV ontvangen hebben, gelet op hun krachten en bekwaamheden, geen uitzicht op inkomensverbetering als zij:

  • a.

    volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn als bedoeld in artikel 4 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen; of

  • b.

    niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn als bedoeld in artikel 4 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en in de referteperiode:

1°. geen inkomsten uit arbeid, zelfstandig beroep of bedrijf hebben genoten, of

2°. wel inkomsten uit arbeid, zelfstandig beroep of bedrijf hebben genoten maar in een situatie verkeren vergelijkbaar met personen als bedoeld in artikel 3 lid 1 onderdeel c onder 1° of 2°.

  • 3.

    Geen uitzicht op inkomensverbetering hebben, gelet op hun krachten en bekwaamheden:

  • a.

    partners van personen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV, die op de peildatum en in de referteperiode geen inkomsten uit arbeid, zelfstandig beroep of bedrijf (hebben) ontvangen;

  • b.

    personen die op de peildatum uitsluitend inkomsten uit alimentatie of nabestaandenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet ontvangen en in de referteperiode geen inkomsten uit arbeid, zelfstandig beroep of bedrijf hebben ontvangen.

Artikel 5. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels individuele inkomenstoeslag gemeente Westerveld 2024.

Artikel 6. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking en werken terug tot 1 januari 2024.

  • 2.

    Op het moment dat deze beleidsregels in werking treden, worden de ‘Regelingen en beleidsregels minimavoorzieningen Gemeente Westerveld 2022’ ingetrokken.

Ondertekening

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 27 februari 2024

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

de burgemeester