Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Maassluis 2024

Geldend van 23-02-2024 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2024

Intitulé

Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Maassluis 2024

De raad van de gemeente Maassluis;

gelezen het voorstel van het presidium;

gelet op artikel 33, derde lid, van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Maassluis 2024.

Paragraaf 1 Ambtelijke bijstand

Artikel 1. Verzoek om informatie of ambtelijke bijstand

  • 1. Een raadslid wendt zich tot de griffier met een verzoek om:

    • a.

      feitelijke informatie;

    • b.

      inzage in of afschrift van documenten;

    • c.

      bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand.

  • 2. De informatie, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, wordt door de griffier, een medewerker van de griffie of op verzoek van de griffier door een ambtenaar gegeven.

  • 3. Indien een ambtenaar twijfelt of het verzoek betrekking heeft op informatie bedoeld in het eerste lid, onderdeel a of b, stelt hij de gemeentesecretaris daarvan in kennis. De gemeentesecretaris beslist.

  • 4. De bijstand, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, wordt verleend door de griffier of een medewerker van de griffie. Indien de gevraagde bijstand niet door de griffier of een medewerker van de griffie kan worden verleend zal de griffier de gemeentesecretaris verzoeken, één of meer ambtenaren aan te wijzen, die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

Artikel 2. Voorwaarden omtrent verzoek om ambtelijke bijstand

  • 1. Een ambtenaar verleent op verzoek van de griffier of de gemeentesecretaris ambtelijke bijstand tenzij:

    • a.

      de bijstand geen betrekking heeft op de werkzaamheden van de raad;

    • b.

      dit het belang van de gemeente kan schaden;

    • c.

      dit het werkbaar evenwicht als genoemd in artikel 5 verstoort.

  • 2. De gemeentesecretaris beoordeelt of ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid geweigerd wordt.

  • 3. Indien de bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de gemeentesecretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid dat het verzoek heeft ingediend.

Artikel 3. Mogelijkheid tot beroep bij weigering verzoek ambtelijke bijstand

Indien het verzoek om bijstand van een ambtenaar door de gemeentesecretaris wordt geweigerd kan de griffier of het betrokken raadslid het verzoek voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk, in overleg met het presidium, over het verzoek.

Artikel 4. Geschil over verleende ambtelijke bijstand

  • 1. Indien een raadslid niet tevreden is over door een ambtenaar verleende bijstand, doet hij of de griffier hiervan mededeling aan de gemeentesecretaris.

  • 2. Indien overleg met de gemeentesecretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing leggen zij de zaak voor aan de burgemeester. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk, in overleg met het presidium, over de zaak.

Artikel 5. Werkbaar evenwicht

De gemeentesecretaris ziet toe op een werkbaar evenwicht tussen het aantal malen dat een beroep wordt gedaan op het verlenen van ambtelijke bijstand als bedoeld in artikel 1, eerste lid en de beschikbare capaciteit van de reguliere ambtelijke organisatie.

Artikel 6. Verstrekking informatie over verzoeken om ambtelijke bijstand

  • 1. Een raadslid kan aangeven dat een verzoek om ambtelijk bijstand of de inhoud van het gegeven advies geheim wordt gehouden.

  • 2. Indien het college of leden van het college informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of de inhoud van het gegeven advies wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Paragraaf 2 Fractieondersteuning

Artikel 7. Recht op financiële bijdrage

  • 1. De raad verstrekt een in de raad vertegenwoordigde fractie voor de duur van de zittingsperiode een financiële bijdrage ter ondersteuning van het functioneren van de fractie.

  • 2. De financiële bijdrage bestaat uit een basisbedrag van € 1.500,- per fractie per jaar en een variabel deel van € 500,- per raadszetel van de fractie per jaar.

Artikel 8. Besteding financiële bijdrage

  • 1. De financiële bijdrage wordt uitsluitend besteed aan ondersteuning die ertoe strekt de volksvertegenwoordigende, kaderstellende of controlerende rol van de fractie te versterken.

  • 2. De financiële bijdrage wordt in ieder geval niet gebruikt ter bekostiging van:

    • a.

      betalingen, inclusief die ter voldoening van contributie, aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van diensten of goederen geleverd ten behoeve van de versterking van de ondersteuning van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie of arbeidsovereenkomst;

    • b.

      giften, leningen, beleggingen en voorschotten;

    • c.

      uitgaven die op grond van enige andere wettelijke regeling in aanmerking komen voor vergoeding van overheidswege, inclusief uitgaven in verband met verkiezingsactiviteiten;

    • d.

      overige door het presidium als ongewenst aangemerkte uitgaven.

Artikel 9. Voorschot financiële bijdrage

  • 1. Jaarlijks vóór 31 maart wordt een voorschot verleend ter hoogte van de jaarlijkse financiële bijdrage als bedoeld in artikel 7, tweede lid, verrekend met nog niet verrekende teveel ontvangen voorschotten in periodes waarvoor de financiële bijdrage overeenkomstig artikel 11 is vastgesteld.

  • 2. In een jaar waarin raadsverkiezingen plaatsvinden wordt, in afwijking van het eerste lid, een voorschot verleend voor de periode januari tot en met de maand maart en een voorschot voor de periode april tot en met december. Het eerste voorschot wordt vóór 31 januari verleend. Het tweede voorschot vóór 30 april.

  • 3. Uiterlijk 31 maart in een verkiezingsjaar worden niet uitgegeven voorschotten van de gehele zittingsperiode teruggestort in de gemeentekas.

Artikel 10. Verantwoording, controle en vaststelling financiële bijdrage

  • 1. De fractie legt uiterlijk 6 weken na het einde van een kalenderjaar verantwoording af over de besteding van de financiële bijdrage gedurende het vorige kalenderjaar, onder overlegging van een financieel verslag aan de griffier.

  • 2. De financiële verslagen van de fracties worden jaarlijks vóór 1 maart, na tussenkomst van de griffier, ter controle en vaststelling voorgelegd aan het presidium.

  • 3. Het presidium stelt na controle van de financiële verslagen op basis van de voorwaarden als genoemd in artikel 8 de hoogte vast van:

    • a.

      De financiële bijdrage;

    • b.

      Het te verrekenen verschil tussen de vastgestelde financiële bijdrage en het ontvangen voorschot van het afgelopen jaar;

  • 4. Het voorschot van het opvolgende jaar, met uitzondering van het verkiezingsjaar, wordt pas uitbetaald nadat de financiële verslagen zijn gecontroleerd en de financiële bijdragen en te verrekenen verschillen zijn bepaald door het presidium.

Artikel 11. Gevolgen splitsen en einde bestaan fractie

  • 1. Als één of meer raadsleden van één of meer fracties als zelfstandige fractie gaan optreden, of zich aansluiten bij een andere fractie, wordt het voor elke van deze zetels beschikbaar gestelde variabele deel van de financiële bijdrage ter ondersteuning van de fractie waar zij uittreden, toebedeeld aan de nieuw gevormde fractie of aan de fractie waarbij aangesloten wordt.

  • 2. Als zich een situatie als bedoeld in het eerste lid voordoet, worden de verleende voorschotten naar evenredigheid van het nog resterende aantal maanden van het jaar waarvoor het voorschot is verleend onverwijld bijgesteld overeenkomstig de uit het eerste lid voortvloeiende verdeling.

  • 3. Als een fractie tijdens een zittingsperiode ophoudt te bestaan, vervalt de aanspraak op de financiële bijdrage ter ondersteuning van die fractie met ingang van de maand volgend op de maand waarin hiervan kennisgeving is gedaan aan de raad.

Paragraaf 3 Slotbepalingen

Artikel 12. Citeerregel en inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Maassluis 2024”;

  • 2. De “Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Maassluis 2024” treedt een dag na publicatie in werking en werkt terug tot en met 1 januari 2024;

Artikel 13. Intrekken oude verordening

De “Verordening op de ambtelijke bijstand en de fractieondersteuning gemeente Maassluis 2002”, zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 1 oktober 2002 wordt ingetrokken.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maassluis, gehouden op 6 februari 2024.

de griffier,

J. Vinke

de voorzitter,

G.G.J. Rensen